BINNENLAND.
verbodsbepalingen tegen het aankondigen van vreemde
loterijen acht de minister in het algemeen belang nog
altijd wenschenlijk. De minister zal in overweging ne
men, in hoever het mogelijk zal zijn de herziening der
postwet en de invoering van het uniform-port nog in deze
zitting ter sprake te brengen, mits de laatste niet vóór
1 Jan. 1871 worde ingevoerd en mits blijke van de
mogelijkheid om voor 's Rijks schatkist de vereischte
vergoeding te vinden.
Uit het verslag nopens de hegrooting voor Oorlog,
Hoofdstuk VIII, stippen wij het volgende aan. Vele leden
waren teleurgesteld over het gebrek aan de noodige bezui
nigingen en over het hooge eindcijfer. Er waren le
den, die meenden, dat het eindcijfer zonder schade voor
het algemeen belang kon worden verminderd, mits het
leger op eene meer zuinige wijze werd ingerigt, maar tevens
op meer krachtige wijze werd zamengesteld. Zij wezen op
de noodzakelijkheid, dat 's lands verdediging door het volk
zelf als eene nationale zaak worde beschouwd. Op de spoe
dige indiening der wetsvoordragt omtrent het verdedigings
stelsel werd ernstig aangedrongen In alle afdeelingen
werd tevens de meening geuit, dat ook de zamenstelling
der levende strijdkrachten bij de wet moet worden bepaald.
Er werd gewezen op de niet gunstige omstandigheid, dat
het aantal vrijwilligers bij het leger steeds afneemt. Vrij
algemeen werd het afgekeurd, dat de miliciens der oudere
ligtingen voor de artillerie na hunne eerste oefening nooit
meer onder -de wapenen worden geroepen. Eenige leden
wenscliten, dat, krachtens de bevoegdheid bij art. 183 aan
regering toegekend, alle miliciens geregeld eenmaal 's jaars,
zij het slechts voor korten tijd, onder de wapens zouden
worden geroepen.
HELDER en NIEUWEDIEP, 11 November.
Al neemt volgens den telegraaf, het aantal stemmen voor
den hertog van Genua langzaam toe, gekozen is dat Prinsje
nog niet, en in het rustig bezit van den troon nog minder.
De meerderheid der bevolking van Madrid wil van den
kleinen Thomas niets weten, van wien zelfs Prim slechts
wist te zeggen, dat hij een goede opvoeding had genoten,
een goedaardig karakter bezat, goed te paard zat, en op
zijn bovenlip reeds het dons vertoonde, dat de komst van
een baard voorspelde, redenen waarom hij, en hij alleen als
de eenig mogelijke trooncandidaat was te beschouwen. De
koopmansstand weuscht algemeen den hertog van Mont-
pensier, doch daar deze onmogelijk is, zoo zal de menige
ware oplossing welligt zijn: de republiek.
Omtrent de candidatuur van den hertog van Genua, ver
neemt men dat de moeder van den Prins volstrekt afkeerig
is om haren zoon aan den maalstroom der Spaansche ge
beurtenissen over te geven, en dat Koning Victor Emmanuel,
die al de verantwoordelijkheid gevoelt, welke hij in dit
geval op zich neemt, grootendeels met deze hare gevoelens
overeenstemt.
Het zou voor Spanje inderdaad te wenschen zijn, dat
deze candidatuur werd opgegeven, aangezien alle denkenden
het hieromtrent eens zijn, dat het plaatsen van eenen
schoolknaap op den troon van Spanje, onder de tegen
woordige omstandigheden, onvermijdelijk tot een burger
oorlog zou leiden.
De Belgische Kamers hebben eergisteren hunne werk
zaamheden aangevangen, zonder dat de zitting op de
gebruikelijke, plegtige wijze, met eene troonrede werd
geopend. De regering werd daarover spoedig geïnterpelleerd
zij antwoordde, bij monde van den minister-president, dat
de duur der zitting, wegens de op handen zijne verkiezingen,
zeer kort zal zijn. Zij hield een troonrede dus voor
nutteloos, terwijl bovendien de discussiën over een adres
van antwoord weder veel tijd zouden rooven, die beter tot
andere einden kan worden besteed.
De toestand van den Koning van Italië is, blijkens de
laatste berigten uit Florence, gunstiger. Het gevaar schijnt
geweken. De ziekte heeft een regelmatigen afloop.
Henri Rochefort is te Parijs; talrijk zijn de berigten
daaromtrent. Jl. Maandag avond tegen middernacht is hij
huiswaarts geleid door niet mindet dan 1500 personen,
onder het aanhoudend geroep van//leve Rochefort De
policie verhinderde dezen optogt niet.
De laatste berigten van het oorlogstooneel in Dalmatië
luiden gunstig voor de Oostenrijkers. In het district Zuppa
is een beslissend gevecht voorgevallen, waarin de opstande
lingen geheel geslagen zijn, met een verlies van 80 dooden
en 126 gekwetsten. De bevolking heeft hare onderwerping
aangeboden.
In een ander deel des lands werd eene kuststreek door
eene oorlogsstoomboot beschoten, terwijl de troepen vooruit
rukten. Een der hoofdaanvoerders van den opstand is
gevangen genomen. De krijgsraad te Cattaro heeft drie
personen, die met de wapenen in de hand gevat waren,
tot de galg veroordeeld. Dit vonnis is den 5 dezer ten
uitvoer gebragt.
In onze havens lagen den laatsten tijd tal van schepen
op eene gunstige gelegenheid te wachten, ten einde
zee te kiezen. Naauwelijks heeft de wind eene N. O.
rigting genomen en is in het weder eene gunstige ver
andering gekomen, of tal van vaartuigen verlaten de haven
om hunne bestemming op te volgen.
Zr. Ms. transportschip Java ligt ter reede en zal, blijft
de gelegenheid gunstig, morgen de reis aanvaarden.
Zoo vaak treden er artisten voor ons op, die sedert
jaren op het gebied der kunst zich een naam hebben zoe
ken te verwerven. Geen wonder dus, dat de tooneel-
voorstelling, die eergisteren avond in Musis Sacrum werd
gegeven, onze opmerkzaamheid tot zich trok om het eigen
aardig personeel dat daar zoude optreden. Jeugdige tooneel-
spelers, 12 ii 16 jaren oud, bestemd om later de plaatsen
hunner oudere broeders en zusters in de kunstwereld in te
nemen, de gedachte daaraan en aan het nut eener
speciale opleiding in de zoo moeijelijke tooneelspeelkunst,
deed ons met belangstelling deze uitvoering te gemoet zien.
De uitslag was zeer bevredigend. De jongelieden hebben,
de een meer, de ander minder, over het algemeen een
goeden aanleg, geven blijken van gezette oefening en van
eene goede leiding en hebben het talrijk auditorium, de
bijvalsbetuigingen strekten daarvan vaak ten bewijze, een
genoegelijken avond verschaft.
Blijkt het steeds meer en meer, dat het tooneel eene der
meest geliefkoosde uitspanningen is van het publiek, volgt
daaruit dat de verbetering van het tooneel van veel belang
is te achten, dan zal men de pogingen van directeuren
dezer instelling om de opleiding van artisten te bevorderen,
toejuichen en deelen in den wensch, dat hun streven met
gunstigen uitslag voor het nationaal tooneel worde bekroond 1
Eene kleine opmerking zij ons vergund. We hadden
gaarne gezien, dat de directeur blijspelen had gekozen, waarbij
//Amouretten» minder of liever in het geheel niet op den
voorgrond stonden. Ook het dialect mogt wel wat beter
zijn, maar we mogen niet uit het oog verliezen, dat het
élèves waren, die voor ons optraden. Gaarne voegen we
bij het eindigen van deze regelen onze welgemeende afscheids
groet: Aufs wieder sehen."
De rederijkerskamer Olympia handhaafde in de ver
gadering van gisteren avond haren sedert jaren verworven
roem op eene schitterende wijze door de opvoering van
het historisch drama: «De boodschapper." De zeer talrijke
vergadering gaf blijken van groote ingenomenheid met het
spel, dat dan ook in alle opzigten verdienstelijk, neen
uitmuntend was. Zoowel de hoofd- als de ondergeschikte
rollen werden op zulk eene flinke wijze uitgevoerd, dat
hieruit bleek dat men het stuk met veel zorg had bestudeerd.
Met name noemen wij de rollen van den boodschapper van
Doorn en Perea, omdat ze hoofdrollen zijn, maar dat neemt
niet weg dat aan kleineren mede veel lof toekomt. Het
geheel marcheerde op uitmuntende wijze, de zang in het
tweede bedrijf was uitstekend, het decoratief in het laatste
hedrijf waarlijk interessant. Wij feliciteren Olympia
met den flinken afloog van hare eerste vergadering in dit
saizoen en wenschen haar veel succes en steeds toenemende
belangstelling van het publiek toe, bij de nog te houden
voorstellingen in den aanstaanden winter.
Een geanimeerd bal besloot deze aangename bijeenkomst.
Aan het Dagblad van 's Gravenhage en Zuidholland
ontleenen wij de volgende regelen:
//Is de heer D. Dekker reeds gunstig bekend als novel
list, waartoe hij zijne onderwerpen meestal aan Texelsche
toestanden ontleent, de verschijning van De Verminkte
Coupon, uitgave van L. A. Laurey, alhier, kan voor zijn
goeden naam als zoodanig slechts een nieuwe steun worden.
Wij hebben het verhaaltje met genoegen gelezende intrigne
is boeijend en oorspronkelijk, en de schrijver heeft met dit
werkje op nieuw getoond dat hij alleraangenaamst weet te
vertellen.
Hier en daar een weinig minder deftigheid hij de woor
denkeus zou de onmiskenbare verdienstelijkheid van den
dialoog o. i. nog veel in natuurlijkheid kunnen doen win
nen. De schrijver moge hierin echter geene aanmerking,
hoogstens eene opmerking, liefst een goeden raad zien, in
gegeven door de waardering van zijn werk, dat ongetwijfeld
aan menigeen een genoegelijk uurtje verschaffen zal."
Jl. Zondag zijn aan boord van Zr. Ms. wachtschip al
hier, aan een 26tal schepelingen uitgereikt de eereteekenen
voor deelneming aan krijgsverrigtingen in de Overzeesche
Bezittingen.
De namen der gedecoreerden zijn: J. Weers, opperschip-
per; Messian, opperkonstabel; Philips, 1ste machinist: P.
G. Kirschboom, schipper; J. Janssen, bootsman; v, d. Lem,
konstabel; A. Fiorani, stafmuziekant; J. Barbarini, idem;
Koole, 2de zeilmaker; Claeman, kajuitskok; Besbikker, idem;
Sipkes, 2de timmerman; Schnijders, provoost; Kannegie-
ter, 1ste kleermaker; Mooijen, bottelier; Kaptein, idem;
T. H. Vuurpijl, serg. der mariniers; Crullaars, scheepskok;
Qualwegen, idem; Verheij, schiemansmaat; Bronner, schilder;
Gaijkema, konstabelsmaat; Klinkert, vuurstoker 1ste kl.;
Polius, korporaal; Schouten, matroos 1ste kl.; Steentjes,
marinier 2de klasse.
Zr. Ms. fregat met stoom vermogen Admiraal van
Wassenaer is den 9 dezer te Alexandrië aangekomen en
Zr. Ms. raderstoomschip de Valk, op dienzelfden datum
van Konstantinopel naar Port-Saïd vertrokken. Aan boord
van beide bodems was alles wel.
HH. KK. HH. Prins en Prinses Hendrik zijn den
7 dezer in goeden welstand te Konstantinopel aangekomen.
Tot burgemeester der gemeente Wijk bij Duurstede
is benoemd de heer D. O. Ileldewier, die op zijn verzoek
met den 15 dezer eervol ontslag is verleend uit de zeedienst.
Z. M. heeft benoemd tot ontvanger der registratie
en domeinen te Medemblik den heer J. B. Vroom, thans
te Lochem.
Aan den gewezen lichtwachter te Egmond aan Zee,
J. Schol, is met ingang van 1 Oct. 1869 pensioen ver
leend, ten bedrage van 205 's jaars.
Blijkens de bijlagen der jongste staatsbegrooting, heeft
ons rijk onder andere verdedigingsmiddelen nog in voor
raad: 21 tamboer-majoorstokken, 15 slangbanden voor idem,
waarvan 12 met goud galon, en 16 paren tromstokken met
zilver gemonteerd.
De examina's van onderofficieren, dingende naar den
rang van 2den luitenant, zijn eergisteren in de residentie
onder presidium van den luitenant-generaal Engelbregt, aan
het locaal der normaal-schietschool, aangevangen. Het
examen zal seriesgewijze deze maand worden voortgezet.
Beroepen bij de Hervormde gemeente te Alkmaar
ds. J. G. Knotnerus, te Exmorra en Allingawier. Aan
genomen het beroep naar Deventer door ds. L. Mees, te
Uitgeest.
Blijkens de 8ste lijst is bij de Tijd reeds 2875,32
aan bijdragen voor het vatikaansche concilie ontvangen.
Voor het Prov. geregtshof van Noordholland werd
jl. Dingsdag de zaak behandeld van Willem Balder, touw
slagersknecht, geboren en wonende te Alkmaar, beschuldigd
van poging tot moedwilligen doodslag, gepleegd op zijne
huisvrouw, door haar, terwijl zij in vasten slaap lag, met
een bijl herhaaldelijk in het hoofd te hakken. In deze
zaak werden 15 getuigen gehoord, waaronder twee des
kundigen, die van oordeel waren, dat de dader tijdens het
plegen van de daad niet geheel in het bezit was van zijn
verstandelijke vermogens. De advocaat-generaal jlir. mr. C. H.
Backer bestreed die meening en betoogde dat zijns inziens
de wet een misdaad of toerekenbaar of niet toerekenbaar
verklaarde, en dat, eene zoodanige gedeeltelijke ontoereken
baarheid daargelaten, de zijns inziens zwakke gronden
daarvoor aangevoerd, niet als ontoerekenbaarheid in den
zin van de strafwet was te achten. Hij gaf echter de
qualificatie van poging tot moedwilligen doodslag op, ver
mits de bedoeling om te dooden niet voldoende bewezen
was. Hij requireerde schuldigverklaring van den beschuldigde
aan het moedwillig toebrengen van kwetsuren, waardoor
een ziekte of beletsel om te werken van meer dan 20
dagen was te weeg gebragt, en zijne veroordeelnig deswege
tot eene correetioneele gevangenisstraf van 5 jaren. De
advocaat mr. A. P. van der Mersch wees nog op enkele
omstandigheden tot verdediging en oordeelde o. a. dat het
hof zich aan het oordeel der deskundigen omtrent de niet
toerekenbaarheid moest houden. De uitspraak is in deze
bepaald op Vrijdag 12 November e. k.
Men schrijft ons van Texel, dd. 10 dezer:
//Naar wij vernemen, is op de Vliehorst een Engelsche
brik gestrand beladen met hout.
Ook kon men nabij de kust van dat eiland, een paar
schepen even met de masten boven water ontwaren."
//Heden namiddag was een schip in het gezigt van af den
Eijerlandschen vuurtoren, men was zeer bevreesd dat het
zou stranden. Nadere bijzonderheden ontbreken tot heden;
van af de duinen achter de Koog is mede een schooner
gezien, zeilendemet alles digtgereefd en fiks boven de gronden
kunnende koersen."
Te Terschelling zijn 2 wrakken, 130 eiken balken,
ongeveer 250 deelen en eenig wrakhout aangespoeld.
Tèn noorden van Egmond is eene Fransche brik
gestrand en verbrijzeld; het volk is gered.
Jl. Woensdag werd te Schagen het stoffelijk overschot
van Jan Wit, oud-gediende, versierd met de Waterloo-
medaille, met militaire eerbewijzen ter zijner laatste rust
plaats gebragt door het corps der Scherpschutters-vereeniging
aldaar.
Dingsdag den 14 Dec. e. k. zal de bekende novellist
J. J. Cremer, in het lokaal van den heer A. Knikker, te
Schagen, eene voordragt houden.
Jl. Maandag kreeg op de paardenmarkt te Utrecht
een koopman uit Beusichem van een achteruitslaand paard
zulk een geweldigen slag tegen de borst, dat men hem
voor dood hield. Door het verleenen van geneeskundige
hulp herstelde hij echter zoover, dat men hem naar zijn
woonplaats heeft kunnen vervoeren.
Jl. Zondag verschrikte een paard, dat voor het rijtuig
gespannen was, waarmede de heer van W. van Vugt
naar 's Rosch reed, voor een voorbijkomende goederentrein
van den Staatsspoor. Het dier begon te steigeren, geraakte
in de diepe sloot, en de heer W. kwam daarin aan zijn einde.
Tegelijk met het rapport, waarop vermeld werd het
redden van den beschonken soldaat te Arnhem, waarvan wij
melding maakten, door den agent Ledekerke, die daar niet
zonder kleerscheuren afkwam, is door den commissaris van
politie aan den burgemeester eene gratificatie van 10
voor Ledekerke aangevraagd. Deze is hem toegekend en
door den burgemeester zeiven ter hand gesteld.
Een landbouwer te Amerongen, terugkeereilde van
de levering van een vet varken, geraakt zijn paard op hol,
hij valt van den wagen, en, hoewel uiterlijk geene letselen
bekomen hebbende, blijft hij, na eenige schreden geloopen
te hebben, plotseling dood.
Sedert eenigen tijd hebben de mazelen in zoo hevigen
graad te Giethoorn geheerscht, dat de school aldaar, die
doorgaans 120 leerlingen telt, nu gedurende 13 dagen
door slechts 4 bezocht wordt. Ook ouden van dagen wor
den door deze ziekte aangetast, onder welke zelfs eene
vrouw van 60 jaar. Een 13tal kinderen zijn reeds aan de
mazelen overleden en in één huisgezin betreurt men het
verlies van drie kinderen: een meisje van 18, een van 4
jaar en een van 8 maanden.
Jl. Vrijdag avond wachtten te Wolvega een achttal
personen in de wachtkamer der derde klasse van het spoor
wegstation den trein van Steenwijk at, ten einde zich daar
mede naar Heerenveen te begeven. Deze arriveert eindelijk
en onze reizigers denken zich er in te begeven, maar....
de deur van het station is gesloten, en hun geroep wordt
door niemand gehoord, zoodat zij het genoegen hebben
achter te blijven en de stationchef, om hen later voor zijne
rekening per rijtuig naar Heerenveen te doen brengen.
Werden er voor en na min of meer ongunstige be
rigten uit Amerika ontvangen, thans ontving men dezer
dagen te Almelo een brief uit Westerbork, die aanmoedi
gend en zelfs uitlokkend is. Het is een uittreksel uit een
schrijven van een daar gewoond hebbend en in het voorjaar
van 1868 naar Noord-Amerika vertrokken boerenknecht,
gedagteekendNoordeloos (St. Michigan), 28 Sept. 1869.
Met het doel om lotsverbetering te zoeken en te zien of
het waarheid was, wat nu en dan werd verteld en geschre
ven, vertrok hij, met achterlating van zijne beminde, die
hem evenwel in het voorjaar van dit jaar derwaarts is
gevolgd.