1869. N°. 138. Woensdag' 17 November. 27 Jaargang. staten-generaalT bimeklakd. Uitgever A. A. BAKKER Cz. HELDERSCHE EK NIEUWEDIEPER (01 RAM, „Wij huldigen het goede." lilw im i ii mr i t nuir i« ii i m I Verschijnt Dingsdag-, Donderdag- en Zaturdag namiddag. Abonnementsprijs per kwartaalf 1.30. franco per post - 1.65. Bureau: MOLENPLEIN, N°. 163. Prijs der Advertontiën: Van 1i regels 00 cent, elke regel meer 15 cent. I Groote letters of vignetten worden naar plaatsruimte berekend. Aan het Bureau van dit blad is nog ontvangen voor de noodlijdenden door de jongste zeeramp te Terschelling van X. 2.öO. Woensdag den 17 dezer vertrekt de Vost- Indische mail over Triest. Tweede Hamer. De Minister van Marine heeft geantwoord op het sectieverslag der Tweede Kamer. Tegenover het verwijt, dat voor de zeemagt meer bezuinigd is dan op het hoofdstuk van joorlog, zegt de minister, dat hij evenwel behoort aan te vragen wat naar zijne overtuiging 's lands dienst vordert, en het zich tot pligt moet stellen met inachtneming zijner verant woordelijkheid, de uitgave voor onze verdediging te doen afhangen van de kracht onzer geldmiddelen, en van 't ver mogen om die op te brengen. Hij komt nadrukkelijk op tegen de bewering, dat de verdediging onzer onafhankelijkheid beter is van de land- dan van zeezijde. Hij betwist de waarheid van de gelaakte traagheid van aanbouwen vraagt van waar thans die tegenstand, terwijl de begrooting van 1869 met zooveel toejuiching is begroet? De tegenwoor dige begrooting is toch in volkomen overeenstemming met de schriftelijke gedachtenwisseling bij de begrooting voor 1869. De actieve zeemagt is niet verminderd. Maar in één woord, er is geen ééne afdoende reden om ten behoeve der zeemagt de lasten der natie nog drukkender te maken en den staat aan mogelijke geldverspilling bloot te stellen. De Kamer is in hare jongste zittingen voortgegaan met de behandeling der Indische begrooting. De beraadslaging is nog niet ten einde en zou in de zitting van heden worden vervolgd. HELDER en NIEUWEDIEP, 16 November. Als de vredelievende gezindheid, waarvan de Britsche premier dezer dagen blijk gaf, meer algemeen was onder de Vorsten en staatslieden van ons werelddeel, dan kon er waarlijk wel direct aan gedacht worden om de groote legers op zijde te zetten, om ze alleen in zooverre te laten bestaan als noodig is voor de verzekering der rust en orde binnen 's lands. Dan konden groote, zeer groote sommen worden bespaard, thans aan een krijgswezen besteed, dat ja, hoogst noodig is, zoo lang de vrede door een overgroot aantal naaldgeweren als anderszins moet worden beschermd en in stand gehouden, zoo als thans geschiedt. Ter gelegenheid van het dezer dagen gehouden lord-mayors-feest te Londen., heeft de heer Gladstone zich met vreugde uitgelaten over de aangename vriendschapsbetrekkingen tusschen de geci viliseerde natiën. De premier duidt hierdoor onzes inziens zeer juist aan, dat, naar zijn gevoelen, de beschaving nood wendig daarheen leidt, dat met der tijd de oorlogen bepaalde onmogelijkheden worden en alleen als herinneringen uit ver- vlogene tijden kunnen worden beschouwd. Hij verklaarde verder, dat de regering van het Vereenigd Koningrijk on gezind was om zich ooit te mengen in zaken, die haar niet regtstreeks aangaan, dat zij wars is van alle eer- en heersch- zucht in zake de buitenl. staatkunde en dat de broederlijke gezindheid tusschen de natiën en hare regeringen onderling door het kabinet van H. Britsche M. op den hoogsten prijs worden geschat. De toestand des Konings van Italië neemt bestendig in beterschap toe. Welligt, dat de vermeerdering zijner familie met een mannelijken telg kraamvrouw en kind zijn wel varend den vorstelijken lijder tot opbeuring strekt. De meetings of volksvergaderingen, die men thans in Italië organiseert, kunnen bij de regering van Victor Emmanuel weinig stof tot vreugde geven. In den laatsten tijd was de verwijdering tusschen den H. Stoel en het kabinet van Florence, zoo niet geheel opgeheven, toch niet van dien aard dat het eenige bezorgdheid deed verwekken. De volks bijeenkomsten, die eene strekking hebben als tegen het kerkelijk concilie gestemd te zijn, kunnen niet anders dan de klove verwijden, die er tusschen beide gouvernementen bestaat. Te Napels en te Venetië o. a. zullen zulke mani- festatiën plaats hebben, die weer nieuwe opwekkingen zijn om het oude Romeinsche vraagstuk, zoo lastig als het is, aan de orde te doen komen. Reeds waait het gerucht tot ons over, dat Garibaldi zijn verblijf op het eiland Caprera verlaten en zich voor zaken naar het vaste land begeven zal. Hoe dit zij, het zou jammer zijn als de rust daar weder werd verbroken. In Frankrijk zijn de verkiezingen voor het "Wetgevend Ligchaam en de hoofdleiders der democratische beweging de hoofdonderwerpen der gesprekken en dagbladartikelen. De namen van Rochefort en Ledru-Rollin zweven daar op ieders lippen en oefenen op velen een grooten invloed uit. Het onderwerp der lezing van den heer Jobs. Dyserinck, Woensdag avond te houden, is: //Zedelijkheid en Godsdienst.» Aan het Raadhuis alhier is jl. Vrijdag aanbesteed, de levering van steenkolen over 1870. Er waren ingekomen twee billetten, als: van de heeren W. Breet tegen ƒ1.26 en D. Bandsma tegen 1.28J de 100 kilogrammen. Het detachement suppletietroepen, welks overgang op de Electra, om reeds vermelde redenen, tot nader order was uitgesteld, moet alsnu den 20 dezer alhier op dien bodem overgaan. Spaarbank van den Helder: Saldo op 1 Julij 1869 26329,24 Ingebragt en renten gedurende het 3de kw. 1869 - 2868,62 te zamen ƒ29197,86 Gedurende het 3de kwart. 1869 uitbetaald - 2286,50 Saldo op 1 October 1869 26911,36 Aantal deelhebbers op 1 Julij 1869 221. 1 Oct. 1869 227. De sleepstoomboot Archimedes, kapt. de Liefde, is eergisteren namiddag in de haven alhier lek geworden en gezonken. Een schip naar binnen slepende, bemerkte de machinist, dat het water met kracht beneden in het vaar tuig binnen drong. Men maakte daarop de tros, waarmede het schip aan de sleepboot verbonden was, los en stuurde de boot onder den wal, waar zij niet lang daarna hoe langer hoe dieper zonk. De opvarenden, waaronder de echtgenoot van den gezagvoerder, hebben het vaartuig ten spoedigste verlaten, nadat de inventaris behoorlijk geborgen was. Met zeer veel genoegen vermelden wij, dat de rede rijkerskamer //Olympia» alhier besloten heeft op een nader te bepalen dag eene buitengewone vergadering te geven, ten voordeele der noodlijdenden door de jongste zeeramp te Terschelling. De volksvoorstelling, door het letterminnend genoot schap «Liefde tot Kunst» in het lokaal Tivoli alhier jl. Zondag avond gegeven, mag als zeer gelukkig geslaagd worden geacht. Een talrijk publiek vulde de ruime zaal, waarin men ten laatste met moeite eene staanplaats verkreeg. Het was in het oog vallend, hoezeer de flinke opvoering van het tooneelstuk //De Vergelding,» van Brunings, de aandacht van het publiek wist levendig te houden. De verschillende rollen waren goed verdeeld en ieder kweet zich op allezins verdienstelijke wijze van zijne taak. Inzonderheid komt een woord van hulde toe aan hem, die, optredende in de plaats van een der leden, welke door eene treurige omstandigheid ver hinderd werd zijne taak te vervullen, in twee a drie dagen zich genoegzaam op de hoogte had gesteld, opdat door het ontbreken van een der handelende personen, de voor stelling niet mislukte of onmogelijk werd gemaakt. Het nastukje: //Eene maand uitstel» werd mede met succes opgevoerd en verwierf herhaaldelijk den bijval van het auditorium. Het publiek heeft op sterksprekende wijze getoond dat het de poging van //Liefde tot Kunst» waardeerde, de uit slag heeft doen zien, dat die vereeniging zich niet bedroog in de onderstelling een talrijk gehoor te zullen vinden en toch bevrijd te zullen blijven van personen, wier aanwezigheid minder gewenscht werd. Integendeel de talrijke schare gedroeg zich ordelijk; alleen zouden wij, heeft weder zulk een voorstelling plaats, de wensch uitspreken, dat de hoorders in de achterste rijen geplaatst, gedurende de uitvoering bleven zitten. Zr. Ms. schroefstoomscliip Curaijao, onder bevel van den kapitein-luitenant ter zee, jhr. M. W. Bowier, laatstelijk van Djeddah, is den 13 dezer te Suez aangekomen. Het raderstoomschip de Valk is den 14 dezer te Port-Saïd aangekomen. Aan boord was alles wel. Tot ridders der orde van den Nederl. Leeuw zijn benoemd de beeren mr. D. J. baron Mackay, voorzitter van het hoofdbestuur der Vereeniging van Fabriek- en Handwerksnijverheid, te 's Hage; mr. W. van der Vliet, voorzitter der plaatselijke regelings-commissie der Internatio nale Tentoonstelling, te Amsterdam; mr. S. Vissering, hoogleeraar, te Leiden, en mr. M. M. von Baumhauer, referendaris aan het departement van Binnenlandsche Zaken, te 's Hage. Tot officier der orde van de Eikenkroon zijn benoemd de beer J. L. O. de Suarz, bewaarder der hypotheken te Hoorn, en de heer S. H. de la Sablonière, burgemeester van Kampen. De overgang van onderofficieren en korporaals van het leger hier te lande bij dat in Nederl. Indië is tot nader order gestaakt. Bij beschikking van don minister van Binnenl. Zaken van 15 November is bepaald, dat de verkiezing van een lid van de Tweede Kamer der Staten Generaal in het hoofdkiesdistrict Zuidhorn, noodzakelijk geworden door het overlijden van mr. N. Olivier, zal geschieden op Woensdag 8 December a. s., en de herstemming zoo die noodig is, op Woensdag 22 December daaraanvolgende. Tijdelijk gedetacheerd bij het Marine-etablissement te Onrust de luit. ter zee 1ste kl., thans waarnemend ekwipage- meester bij het Marine-etablissement te Soerabaya, W. F. Meyen, ten einde de betrekking van ekwipage-meester bij eerstgenoemd etablissement te vervullenbij het Marine etablissement te Soerabaya de luit. ter zee 1ste kl. jhr. E. P. E. de Stüers, ten einde de betrekking van ekwipage- meester bij dat etablissement te vervullen. Beroepen te Hantum ds. J. G. Knottnerus, te Exmorra en Allingawier. Aangenomen het beroep naar Leiderdorp door dr. Schouw Santvoort, pred. bij de Herv. gemeente te Arnhem Het Provinciaal Geregtshof van Noordholland heeft bij arrest van jl. Vrijdag, met verwerping van het gevoelen der gehoorde deskundigen nopens eene zoogenaamde gedeel- telijkev toerekenbaarheid, Willem Balder, touwslager uit Alkmaar, schuldig verklaard aan poging tot moedwilligen doodslag op zijne huisvrouw, en deswege veroordeeld tot eene tuchthuisstraf van 6 jaren. Naar men meldt, wordt van de nieuwe spoorweglijn ZaandamUitgeest aanvankelijk veel gebruik gemaakt, drukker dan men had durven verwachten. Het verslag nopens den staat der lagere scholen in bet koningrijk der Nederlanden over 1867 door den minister van Binnenlandsche Zaken namens Z. M. den Koning bij de Staten-Generaal ingediend, is weder leerzaam voor ieder, die in het onderwerp belang stelt. Het constateert, dat in 1867 in ons land bestonden 3655 scholen, dat is 16 meer dan het vorige jaar, daarvan waren 2185 leerinrigtingen van gewoon lager openbaar onderwijs, 399 voor meer uitgebreid lager onderrigt; er bestonden 155 gesubsidieerde bijzondere scholen, waarvan 123 voor meer uitgebreid lager onderrigt; terwijl dat der niet gesubsidieerde bijzondere scholen 916 beliep, zijnde 322 voor gewoon lager en 594 voor meer uitgebreid lager onderwijs. Van deze laatste telden Noord- en Zuidholland te zamen reeds 284 en met de scholen voor gewoon lager onderwijs wel 416, zijnde voor het grootste deel geen scholen door particu lieren met religieuse inzigten opgerigt. Het getal niet gesubsidieerde scholen voor meer uitgebreid lager onderwijs verminderde met 17, terwijl dat der scholen voor gewoon onderwijs met 16 (meest Christelijk nationaal) was ver meerderd. Een leger van 10,435 personen was bezig de jeugd, elk op zijne wijze en naar den verschillenden aard zijner roeping op te leiden tot kennis en deugd. Hiervan waren 8672 (3185 hoofd-, 3063 hulponderwijzers en 2424 kweekelingen) en 1763 vrouwen (436 hoofd-, 979 hulponderwijzeressen en 349 kweekelingen). Het groot getal hulponderwijzers en de nu reeds bestaande moeijelijkheid voor velen om eene betrekking te erlangen had ten gevolge, dat er in 1867 bij de verschillende scholen reeds 91 kweekelingen minder waren dan in 1866 en deze teruggang werd het meest op gemerkt bij de bijzondere niet gesubsidieerde scholendaar toch bestond eene vermindering van 49 tegen 37 bij de openbare scholen. Het schoolbezoek was in 1867 iets gunstiger dan in 1866, namelijk bijna pCt. voor de jongens, hetgeen, in ver houding tot de vermeerdering der bevolking dus geen voor uitgang teekent; bij de meisjes was het meer dan 1 pCt. vooruitgegaan. De openbare scholen zijn bezocht geworden door 162,368 jongens en 134,153 meisjes, gemiddeld over het laatste kwartaal; over het gansche jaar beliep het gemiddeld 175,477 jongens en 140,463 meisjes of te zamen 315,940 scholieren, hetgeen nog geen 10de deel van de bevolking des rijks uitmaakt. Aangezien nu een 6de der bevolking in de schooljaren valt, blijkt dat het bestaan van een //schoolverbond» in Nederland geen onzin is; wanneer op 100 ingezetenen nog altoos 6 kinderen komen, die niet onderwezen worden, hetzij ze te vroeg de school j verlieten, hetzij ze nog niet ter school zijn gebragt, dan is het ligt na te gaan, hoe velen schade lijden aan de ziel. Van wege het Centraal-Comité van den Nederlandschen "VVeerbaarheids-Bond is eene kennisgeving uitgegaan aan de jongelingschap hier te lande, waarin herinnerd wordt aan het voor eenige maanden door Z. M. den Koning genomen besluit om: 1°. aan miliciens, die blijken geven van geoefendheid in het hanteren der wapenen, vermindering van activen diensttijd toe te staan; 2°. die miliciens, bij hun in dienst treden, gelijk te stellen met de meer geoefende

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche en Nieuwedieper Courant | 1869 | | pagina 1