1869. N°. 152. Zondag 19 December. 27 Jaargang- Zeeramp op Terschelling. Uitgever A. A. BAKKER Cz. Bureau: .MOLENPLEIN, N°. 163. BINNENLAND. BEELDSPRAAK HELDERSCHE EN NIEUWEDIEPER COURANT. „Wij huldigen het goede.: Verschijnt Dingsdag-, Donderdag- en Zaturdag namiddag. Abonnementsprijs per kwartaal1.30. franco per post - 1.65. Prijs der Advertentiën: Van 1i regels 60 cent, elke regel meer 15 cent. Groote letters of vignetten worden naar plaatsruimte berekend. Woensdag den 22 dezer vertrekt de Oost-Indi sche muil over JMarseille. Ten behoeve der Weduwen en Weezen door de jongste zeeramp op Terschelling zijn door mij successivelijk de navolgende giften ontvangen: Van de equipagie van Z M. oorlogsvaartuig //Java" 57.41; van N. N. 5; van X. 2.50 en van P. H. M. 1. Totaal (65.91. Deze som is door mij aan den heer Burgemeester van Terschelling toegezonden, met verzoek die aan de Weduwen uit te reiken. A. A. BAKKER Cz. De VOORZITTER van den RAAD der gemeente HELDER brengt ter openbare kennis, dat DE RAAD ZAL VERGADEREN op Dingsdag den 21 December a. s., des avonds ten HALF ZEVEN ure. Helder, De Voorzitter voornoemd, den 18 December 1869. STAKMAN BOSSE. ONDERWERP Concept antwoord over de belastingen. HELDER en NIEUWEDIEP, 18 December. Het is bekend, dat de Keizer van Rusland, toen hij dezer dagen, ter gelegenheid van het St. George-feest, het woord voerde, den wensch uitte, dat de vrede der wereld mogt bewaard blijven, maar dat, als de oorlog eens uitbrak, i Rusland's wapenen dan de eer des lands zouden handhaven. Men heeft het zeer vreemd gevonden, dat Keizer Alexander zoo over de mogelijkheid van oorlog heeft gesproken en de kans op eene welhaast te wachten verstoring des vredes is er natuurlijk uit afgeleid. Redenen voor het ontstaan van oorlog liggen er niet voor de hand op dit oogenblikmaar of de Keizer soms bij het spreken dier woorden gedacht -1 heeft aan de revolutionaire beweging in Frankrijk, aan Napoleon's hooge jaren en zwakke gezondheidstoestand, of aan het streven in onderscheidene landen van Europa naar P uitbreiding van volksregten, dit is moeijelijk te beslissen. Zeker heeft hem Europa's toestand en het gevaar voor de toekomst voor den geest gezweefd. Italië heeft weder eene ministeriëele crisis beleefd. Na g eenige dagen van voorbereiding, is een nieuw ministerie p opgetreden met den heer Lanza aan het hoofd. In het Wetgevend Ligchaam te Parijs zijn jl. Dingsdag t. twee belangrijke interpellatiën aangekondigd. De eene betreft DOOR s JOH». DYSERINCK. Het is een zeer opmerkelijk verschijnsel, dat de mensch, bij het gebruik van de taal om zijne gedachten uit te drukken, zich ieder oogenblik van beelden bedient; en die beelden, ze zijn gewoonlijk ontleend aan hetgeen hij rondom zich waarneemt, en ze zullen een onderscheiden karakter dragen naar gelang van de verschillende betrekkingen, waarin de mensehen werkzaam zijn. Of zou er wel een vak uitgeoefend worden, dat geen rijke stof oplevert om een min of meer afgetrokkene gedachte, of om gedachten, aan het wer kelijke leven ontleend, met een beeld terug te geven; en zijn er niet vele voorwerpen en verschijnselen in de natuur, waarvan men een ruim gebruik kan maken, om als plastisch voor te stellen wat men denkt en gevoelt? Jammer intusschen, dat het bewuste ge bruik van beelden zoo tot gewoonte is geworden, dat vele menschen schier werktuigelijk hetgeen zij hooren overnemen, zonder er zich rekenschap van te geven, of de gedachte in beeld zuiver terug te gevenjammer, dat niet alleen in gesprekken maar ook in geschrif ten, zelfs bij mannen van naam, de beelden vaak zoo dooreenge- mengd worden, dat bijv.: een eigenschap, die men alleen bij een vloeistof vindt, overgebracht wordt op het gewas; dat een eigen schap van een gebouw genomen wordt voor hetgeen op lucht en damp van toepassing is. Zoo komt men noodzakelijk tot verwarring van denkbeelden. Niemand achte dan ook het oordeel te streng, dat onjuistheid van gedachten en gemis aan helderheid van voor stelling de oorzaak van een misbruik van beelden zijn, dat zeer stuitend is voor het gezond verstand. En wat van een denkbeeld op zich zelf geldt, is natuurlijk nog meer vaD toepassing op geheele figuurlijke gezegden. Tot verduidelijking worde een en ander met voorbeelden toe gelicht. Opmerkelijk, dat ik daar als onwillekeurig reeds een voorbeeld noem. Immers van werkelijk licht - om iets voor het oog zichtbaar te maken - kan hier geen sprake zijn. Wat de zon aan den hemel, wat olievlam of gaspit in de huiskamer doet, dat brengt men op het gebied van min of meer afgetrokkene waarheden over, om die voor ieder helder te maken. Zoo spreekt men van stormen des levens, van het zagen op een viool, van een warhoofd, enz. Niet één dezer spreekwijzen, welke een letterlijke opvatting toelaat. het instellen eener parlementaire enquête naar de gevolgen der handelstractaten, onder erkenning van het regt der kamer om haren invloed te doen gelden. De tweede heeft betrek king op het handelstractaat tusschen Frankrijk en Engeland en de noodzakelijkheid om dat tractaat met het verstrijken van den termijn op 4 Februarij 1870 op te geven. Na het onderzoek der geloofsbrieven van de afgevaar digden zullen deze interpellatiën aan de orde gesteld worden. Te midden der discussiën in deze zitting werd door een der leden de vraag tot den minister gerigt, of de regering vrijen toegang zal verleenen aan buitenlandsche dagbladen om in Frankrijk te komen. De minister Forcade antwoordde, dat die vraag zeer omvangrijk is, onmogelijk met een eenvoudig ja of neen te beantwoorden; daar de buiten landsche bladen niet in dezelfde lasten als de Fransche deelen, kon ook aan hen niet dezelfde vrijheid worden toegekend. Het lid dat de vraag aan de regering gedaan had, gaf hierop te kennen, dat het gouvernement, ondanks hare liberale woorden, nog geen schrede voorwaarts had gedaan. Het groote nieuws van den dag is de optreding van een nieuw ministerie in Frankrijk. Reeds was herhaalde lijk het gerucht verbreid van de zamenstelling van een nieuw bewind; eindelijk is dat gerucht een feit geworden. De heer Ollivier, de man wiens naam in den jongsten tijd zoo vaak werd genoemd te midden der politieke verwikke lingen in den keizerstaat, maakt thans, als minister van buitenlandsche zaken, deel van dit kabinet uit. Wat zal nu het gevolg zijn van deze kabinets-verandering? De tijd zal leeren, of het doel bereikt worde, dat met deze optre ding wordt beoogd, zamensmelting van het regter- en linker centrum in het Wetgevend Ligchaam. Met zekerheid wordt berigt, dat de Koning van Italië zijne toestemming weigert aan den Hertog van Genua om de kroon van Italië te aanvaarden. Men schrijft dit besluit van Victor Emmanuel aan Frankrijks invloed toe. Aarts hertog Lodewijk Victor, jongste broeder van den Keizer van Oostenrijk heeft ook voor de candidatuur van Spanje's troon bedankt. De zaak der Spaansche kroonjuweelen krijgt meer open baarheid, dan voor een goeden naam der ex-koninginnen van Spanje, Christina en Isabella, wel wenschelijk is. De minister Figuerola heeft nader zijne bewering volgehouden en ze ondersteund door documenten uit het rijks-archief. Die mededeelingen hebben tengevolge gehad, dat de Cortès met 130 tegen 5 stemmen tot de benoeming eener commis sie van enquête hebben besloten. Koningin Christina heeft door baren secretaris de beweringen van den Spaan- schen minister, die haar beschuldigt, voor ongegrond ver klaard, en zij tart den minister om deze zaak in handen te geven van de regterlijke magt. Al aanstonds merkt men op, hoe het beeld van de door den krachtigen wind beroerde en onstuimig voortgedrevene wateren der zee toegepast wordt op de tegenspoeden en de rampen des levenshoe het zagen van den musicus ontleend is aan den timmerman, die bij een ge lijkmatige beweging met zooveel kracht de tanden van ijzer en staal door het hout drijft, dat balk of plank in tweeën gaandermate schijnt ook de violist soms te zwoegen op zijn instrument om de flinke harde toonen te voorschijn te brengen. Hoe een warhoofd aan iemand doet denken, die alles door elkander haspelt, wiens gedachten een kluwen garen of een strengetje zijde gelijkenwèl te verstaan niet zóó, dat zij geleidelijk en vlug zich laten af- en opwinden, maar zóó, dat door het ongeduld van den knaap, die eens ;,zon ophouden voor zen zusje", de zijde met tal van knoopjes is ineengedraaid, of door het speelzieke poesje de katoen gansch in de war is gebracht. Wat het verkeerd gebruik van beeldspraak betreft bij de door- eenhaspeling van eigenschappen van verschillende voorwerpendit komt menigvuldig bij dichters en prozaschijvers voor. Om iets uit de jongste literatuur, op bet gebied der Rijmpjes, te noemen„Een prettige ontmoeting." Daar treft gij een zekeren Frits aan, echt genoot en raadsheer, die, vergeleken met hetgeen hij als knaap was, geheel veranderd is, en nu zelfs zijn ouden vriend niet meer kennen wil Men raakt soms in zoovele jaren Zijn schoonste en liefste deugden kwijt; „Wel, lieve deugd!" mompelde ik, en nu de toepassing? Ontmoet gij ooit die soort van Fritsen, Dan een van tweeën, dit staat vast, Dan denkt gij aanstonds: dwaze kwast; Of wel, gij voelt een doorn van smarte, Die diep door uwen boezem krast. Regels als: „dan een van tweeën, dit staat vast", noemt men in de poësie stoplappenwel een streelende gedachte om, bij het weven van het reine, witte kleed der muze, zich te moeten behelpen met stukken van versleten goed. „Een doorn van smarte" dit achter voegsel verlamt voor het minst de kracht der uitdrukkingde doorn zelf brengt ons al wat pijnlijk is naar lichaam of ziel voor den geest. Paulus drukte zijn gansche innerlijk lijden uit met dat eene, welsprekende woord: „mij is gegeven een doorn in het vleesch." Maar ik zou vergeten, dat er nog gerijmd moet worden op „dat Een hevige storm woedde in den nacht tusschen Donder dag en Vrijdag jl. aan onze kust. Schoorsteenen werden van hunne hooge plaatsen naar beneden geworpental van dakpannen werden vernederdverscheidene schuttingen omvergerukt, telegraafpalen omgeworpen en schepen in onze havens, losgerukt en driftig geraakt, bekwamen meerdere of mindere schade. De grootste winddruk werd aan het Provinciaal Observatorium alhier waargenomen ten 4 ure 15 min. in den vroegen morgen, 127 kilogram per vierk. el. Voordragt in het gebouw aan de Vischmarkt, Dingsdag avond 7 j ure, door den godsdienst-onderwijzer J. Rinner. Onderwerp//Wat dunkt u van den Chris tus, u Matth. XXII: 42a. Gisteren heeft aan het Raadhuis alhier plaats gehad de openbare aanbesteding van de levering van schoolboeken en schoolbehoeften aan de openbare lagere scholen in deze gemeente voor 1870. Er waren twee inschrijvers, de heeren W. P. Kooij voor 680 en L. A. Laurey voor 649. Het Departement Helder der Maatschappij tot Nut van 't Algemeen, hield gisteren avond eene buitengewone wintervergadering in het lokaal Tivoli. De heer dr. W. Krol trad als redenaar op en deed in zijne rede uitkomen het voortreffelijk doel van hen, die zich vereenigd hebben om in tijd van oorlog hulp te ver leenen aan zieken en gekwetsten op de slagvelden. Naar aanleiding van een blik, geworpen op den slag van Solferino en op den toestand van den militair te midden van of na den veldslag, kwam spreker tot de conclusie, dat de soldaat na het gevecht in een veel ongunstiger toestand is, dan tijdens den slag. Op grond hiervan wees spreker op het uitnemend doel van de vereeniging //Het Roode Kruis," waaromtrent hij de wenschelijkheid uitsprak, dat ook in deze gemente eene afdeeling zou worden tot stand gebragt. De heer J. C. Leich leverde de eerste bijdrage in de voordragt van een prozastukje, getiteld//Licht en schaduw zijden uit het huiselijk leven" van Levi Beursman, (vrij naar het Hoogduitsch). De tweede bijdrage werd geleverd door den heer G. E. Kloosterhuis in de voordragt van //Eliza's vlugt", van B. ter Haar. Met dankzegging aan de verschillende sprekers van dezen avond, sloot de voorzitter, de heer Johs. Dyserinck, deze vergadering. Omtrent het concert, eergisteren avond door Helders Mannenkoor gegeven, verwijzen wij naar het ingezonden artikel, hierachter voorkomende. Dezer dagen werd ons ter bezigtiging aangeboden een zilveren gedenkpenning, aan de eene zijde het randschrift staat vast", en „dwaze kwast"; welnu, van dien doorn heet het: „die diep door uwen boezem krast!" Nu zij het iemand in tienen gezet met een doorn te krassen dóór een boezem; krassen doet een jongen met een grift op de lei; krassen doet een schaatsenrijder in het ijs; krassen doet een clown op zijn vedelmaar de doorn wondt uw hart of schramt u de vingeren. Zoo schreef in denzelfden geest een hoogleeraar in de Hollandscbe taal in zijne oratie, getiteld: „de nieuwe richting", van twee talen, die als tot een nieuwe loot zijn samenge smolten. Maar hoe kan de eene wortel of tak met de andere wortel of tak samensmelten! Dit laatste is ontleend aan een vloeistof, terwijl op de taal als loot gedacht alleen het beeld van ontkiemen, uitbotten, groeien en bloeien van toepassing is. Behoorde zoodanig gebruik van beelden tot de nieuwe richting, dan bleef ik roor 's hands een oudgast. Zoo hoort men vaak zeggen, om uit te drukken dat het een of ander als geheel één met iemands persoon lijkheid is geworden: „dat is zoo in mijn bloed ingeweven." Ver beeldt uhet bloed vergeleken bij een getouwik zeg maar, dat zulk draderig bloed wel tot het nieuws onder de zon behoort. Na dit woord van inleiding over beeldspraak in het algemeen, wensch ik een en andere opmerking te maken over beeldspraak in het bijzonder, toegepast op SCHEEPSBOUW en ZEEVAART. Geen volk is hieraan zoo rijk als het Nederlandsohe. De oorzaak van dit verschijnsel ligt voor de hand, bij de herinnering dat beide genoemde takken van handel eenmaal de grootheid onzer natie waren. Om met de algemeenste vraag ter wereld te beginnen: de vraag naar den toestand van iemands gezondheid, drukken wij dagelijks in beeldspraak uit: „hoe vaart gij?" Nu moge het waar zijn, dat men, eenmaal een beeld gebruikende, zich zooveel mogelijk daaraan moet houden, toch zou op de genoemde vraag het antwoord al te vreemd klinken: „voor of tegen wind, slecht water, holle zee." Wij zeggen eenvoudig: „goed" of „niet goed", als bij uitzondering „zoo'n gangetje." Om meer te noemen: spreken wij niet dagelijks van op stapel zetten, afloopen, ballasten, optuigen, in zee steken, met den stroom en voor den wind gaan, op sleeptouw nemen, verzetten van de bakens als het getij verloopt, laveeren, bakzeil halen, voor anker gaan, aan lager wal geraken, schipbreuk lijden, enz.? \Wordt vervolgd.)

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche en Nieuwedieper Courant | 1869 | | pagina 1