BUITENLAND.
zij kwamen op een gevaarlijke plaats, zakten allen door
het ijs, met het ongelukkig gevolg, dat het meisje onder
het ijs geraakte en het leven verloor. Broeder en vriend
zijn gered.
De Arrondissements-Eegtbank van 's Hage heeft in
zijne zitting van gisteren o. a. vonnis gewezen in zake den
schutter, welke op 17 Nov. jl. in beschonken toestand zijn
luitenant had beleedigd. Overeenkomstig den eisch van
het Openbaar Ministerie, is de beklaagde veroordeeld tot
eene gevangenisstraf voor den tijd van 6 dagen, wegens
//beleediging met woorden, gebaren en dreigementen tegen
een bevelhebber van de gewapende magt, in de waarne
ming zijner bediening.*/ (Dagblad.)
Jl. Zondag middag hadden zestien personen aan den
Kinderdijk zich op den Binnenboezem op het ijs begeven,
om zich met schaatsenrijden te vermaken. Eensklaps brak
het ijs en vielen zij allen er door. Een persoon, die ter
hulp sneldeis het slagtoifer zijner menschlievende pogingen
geworden.
Ook te Bemmel is een twaalfjarig knaapje, dat zich op
het brooze ijs gewaagd had, verdronken.
Te Lekkerkerk is een twaalfjarig dochtertje van
zekeren Van Vuren door het ijs gezakt en verdronken.
Ook te Zegveld heeft het ijs menschenoffers geëischt.
Twee boerinnetjes, gezusters, zijn door het ijs gezakt en
verdronken, zonder dat iemand bij het ongeval tegenwoordig
was. Toen men de lijken vond, zag men, dat de beide
zusters, elkander bij de hand houdende, den dood gevonden
hadden.
Uit Alphen wordt gemeld, dat dezer dagen twee
kinderen, een van 9 en een van 7 jaar, van den water
molenaar T. Mol, te Korteraar, die naar de school gaande
zich op het ijs hadden begeven, er zijn doorgezakt en
verdronken.
Te Utrecht hebben droevige brandongelukken plaats
gehad. Jl. Zaturdag had bij de familie B. een kindie van
1| jaar, in de wieg liggende, een doos lucifers in handen
gekregen. Toen men boven kwam, vond men de gordijnen
in vlam en het kindje reeds gedeeltelijk verbrand.
Jl. Vrijdag ontstond brand in eene kleine woning op
den Amsterdamschen straatweg. Een oude zieke vrouw,
die juist dien dag naar het ziekenhuis vervoerd zou worden,
werd mede een prooi der vlammen.
Jl. Zondag werd de Hervormde gemeente te Zeist
verrast met eene handhaving van de kerkelijke tucht,
waarvan sedert geruimen tijd in ons vaderland niet meer
werd gehoord. Drie dienstmaagden werden wegens onze
delijk gedrag onder censuur gesteld, en in de mededeeling
van dit kerkelijk vonnis werden zij met naam en toenaam
vermeld. Men is nieuwsgierig of de kerkeraad dezen
maatregel ook zou toepassen op een der tot de gemeente
belioorende aanzienlijken, een der leden van den Stichtsclien
adel bijvoorbeeld, wanneer hij zich //kwam te misgaan."
Treurig is het, dat dergelijke bepalingen nog voorstanders
vinden bij onze hierarchen, hoewel de ervaring van twee
eeuwen bewezen heeft, dat zij de misdadigers niet ver
beteren en, even als alle afschrikwekkende straffen, op
anderen geen invloed uitoefenen. (N. R. Crt.)
Te 's Hertogenbosch is jl. Donderdag een vreeselijk
ongeluk gebeurd. De vrouw van den timmerman H. zou
met den laatsten trein naar Boxtel vertrekken, om den
volgenden morgen eene begrafenis bij hare familie bij te
wonen. Onder geleide van haren zwager nam men den
weg langs den nieuwen weg naar het station, welke weg
slechts half voltooid is, en over de stadsgracht zijn van
pijler tot pijler slechts losse planken gelegd, die eene soort
van noodbrug vormen. Door de slechte verlichting en door
het buitengewoon donkere van den avond is de ongelukkige
vrouw van de brug gevallen en .verdronken. Redden was
onmogelijk. Des morgens is het lijk opgehaald en naar de
woning teruggevoerd. De diepbedroefde vader blijft met
vijf zeer jeugdige kinderen zitten.
Yoor het Provinciaal Geregtshof van Gelderland
stond jl. Donderdag teregt P. Funfer, beschuldigd van aan
randing der [eerbaarheid, gepleegd op een meisje beneden
de 15 jaren, nadat hij reeds in 1859 door het genoemde
Geregtshof wegens een dergelijk misdrijf was veroordeeld
tot 10 jaren tuchthuisstraf. De beschuldigde ontkende thans
alle schuld aan het hem ten laste gelegde. De verklaringen
zoowel van zijn slagtoffer als van eenige andere getuigen,
w kwamen echter den advocaat-generaal zóó voldoende voor,
dat hij een tuchthuisstraf van vijftien jaren requireerde.
Jhr. mr. L. van Nispen, den beschuldigden als verdediger
toegevoegd; trachtte aan te toonen, dat de verschillende
afgelegde getuigenissen het misdrijf niet wettig en over
tuigend hadden bewezen, en concludeerde mitsdien tot
vrijspraak. Na beraadslaging heeft het hof den beschuldigde
tot een tuchthuisstraf van twaalf achtereenvolgende jaren
veroordeeld.
De gemeenteraad te Arnhem heeft met 11 tegen 6
stemmen besloten tot het oprigten van eene school met
öjarigen cursus voor middelbaar onderwijs voor meisjes,
naar de voorstellen der hh. Boissevain c. s.
Na Haarlem heeft Arnhem de eerste willen wezen, om
eene middelbare school voor meisjes naar de eischen van
onzen tijd op te rigten.
Yoor eenigen tijd werd als bewijs van onveiligheid
te Arnhem gemeld, dat men den jas van den koetsier des
burgemeesters uit diens rijtuig had ontvreemd. Als tegen
hanger kan dienen dat uit de hoofdwacht aan liet stadhuis
te Rotterdam twee geweren der mariniers zijn medegenomen,
en dat, terwijl er een schildwacht op post stond!
Men verneemt, dat de burgemeester van Zalt-Bommel
aldaar voor de regtbank gedagvaard is, uithoofde van
weigering van pensioen aan een wegens ligchaamsgebreken
eervol ontslagen gemeente-ambtenaar, die op dat pensioen,
volgens de verordening van het pensioenfonds voor gemeente
ambtenaren en bedienden aldaar, het volste regt meende
te hebben, en nu al reeds ruim drie jaren dit, naar zijn
oordeel, had moeten genieten. (Arnh. Ct.)
Te Dalfsen is eene boerenmeid, zekere M. G., terwijl
zij zich met schaatsenrijden op het kanaal vermaakte, door
het ijs gezakt en eer dat hulp kwam opdagen gaf zij reeds
den geest. Het is te meer raadzaam hiervan melding te
maken om tot voorbeeld van anderen te strekken, daar het
ijs met zulk afwisselend weêr als dit jaar het geval is,
minder vertrouwd is er zich op te wagen, vooral wanneer
geen sporen van vorige rijders aanwezig zijn.
Te Groningen is de vraag naar paardenvleesch zoo
groot, dat aldaar eene tweede paardenslagterij zal worden
opgerigt.
Bij gelegenheid eener den 24 Januarij tusschen Borne,
Delden en Almelo gehouden vossenjagt, is een oude vos
geschoten met drie hazenstrikken om den hals, een bewijs,
dat deze hazenverslinders ook als jagtopzieners werkzaam
zijn, door het jagtveld van wilstrikken te zuiveren.
Wie weet of de Reintjes, onder het commando van eenen
fermen brigadier-majoor, niet spoedig even goed voor dat
werk zouden geschikt gemaakt worden, als menige der heden-
daagsche jagtopzieners
Aangekomen schepen te Batavia vóór 6 Januarij:
Cornelis Wernard Eduard en Macassar. Vertrokken:
Ada, Jeddo, Johanna Maria, Kandanghauer, Kitty, Laurens
Coster, Leopold graaf van Limburg Stirum, Louis Meijer,
Nederland Oranje en Susanne.
De Oude Heer Smits (dr. Lindo) is, naar men zegt,
in een ernstig proces gewikkeldHij heeft een verbod
overtreden door in een rijtuig 1ste klasse van den Rijn
spoorweg te rooken. Van dit delict is proces-verbaal opge
maakt en onze humorist in ruste is gedagvaard voor den
kantonregter te Zevenaar. (N. R. C.)
Dezer dagen trok het de aandacht van zekere mevr.
te A..., dat een der dienstboden, zoo dikwerf deze maar
gelegenheid had, zich naar haar bovenkamertje spoedde, en
daar eenige oogenblikken vertoefde. Men wilde de reden
daarvan weten; en toen de dienstmaagd eens afwezig was,
begaf mevrouw zich naar de bewuste plaats, zag rond en
bemerkte niets dan eene ladetafel, waarvan een der laden,
een weinig open geschoven was. Zij haalde die verder uit,
en ontdekte een blozend en welvarend kind, van omtrent
zes weken oud, waarvan de meid heimelijk was bevallen,
en dat van tijd tot tijd door haar met de moedermelk werd
gelaafd. Zonder den misstap der dienstbode te vergoêlijken,
heeft toch die mevrouw de goede zorg niet vergeten, die
de ongehuwde moeder aan haar zuigeling bewees, en als
belooning daarvoor het kind elders besteed en de moeder in
hare dienst gehouden. (A. W.)
Waarom, zou men zeggen, bestaat zulk een aandrang
bij personen, die in een spoorwagen reizen, om er uit te
stappen vóór dat de trein stilhoudt? In den goeden ouden
tijd van diligences kreeg toch niemand het in het hoofd
uit de koets of van den bok te springen vóór de paarden
stilstonden. Verleden week kwam weder een geval voor,
waarbij een man, door het te vroeg uitstappen, onder den
trein viel en daardoor het leven verloor. De spoorweg-
lieden verzuimen nogtans niet onophoudelijk te roepen:
//wacht tot dat de trein stilstaat!" doch te vergeefs. De
trein bereikt naauwelijks het station of de reizigers, die in
Engeland zichzelven in- en uitlaten, hetgeen niet wel anders
doenlijk is bij het aantal treinen, openen de deuren, en
vooral bij jongelieden, is het een gebruik, dadelijk er uit
te springen, alsof zij van een ondragelijken dwang verlost
werden. Misschien heeft de indruk weder zijn eigen meester
te zijn, in plaats van hulpeloos te worden vervoerd, iets
met dien last gemeen.
België.
Te Gent zijn vier spoorwegbedienden, twee conducteurs
en twee uitdeelers van plaatskaartjes bij den Belgischen
Staatsspoorweg in hechtenis genomen, die onderling over
eengekomen waren om reeds afgeloopen plaatsbilletten
weder in omloop te brengen. De conducteurs vernietigden
de briefjes niet, maar stelden ze aan de bureaulisten ter
hand, die ze op nieuw uitgaven. De winsten werden
gemeenschappelijk gedeeld.
F r a u k r ij k.
De stemmen, in de jongst verloopen dagen bij ver
nieuwing tegen het behoud der doodstraf opgegaan, hebben
le Monde gedrongen zich op nieuw en nadrukkelijk tegen
hare afschaffing te verklaren. //Er wordt," zegt de heer
de Fontaines, «onder onze boosdoeners eene talrijke cate
gorie aangetroffen, die kerker en galleijen tarten, maar voor
de guillotine terugbeven. Heft de doodstraf op, en gij zult
terstond het rot der moordenaars versterken. De euvelmoed
der boosdoeners neemt toe naar mate van de verzwakking
der wet en van het verslappen der repressie. Een ieder,
die moordt, bezit thans 25 kansen tegen één, dat hij zijn
hoofd zal redden. Van 18611869 zijn er ten onzent
slechts 134 doodvonnissen uitgesproken, en niet meer dan
94 uitgevoerd, alzoo nog minder dan 12 per jaar, op eene
bevolking van 38,000,000 zielen. Waarom betwist men
der maatschappij het regt tot hare wettige zelfverdediging
Wordt zij niet uitgetart, getroffen, verguisd, wanneer een
harer leden onder de slagen van een moordenaar valt?
Wil men dan dat de maatschappij tegenover een Tropmann,
een Latour, een Dumolard en zoo vele anderen lijdelijk
blijve?"
De voltrekking der doodvonnissen in het openbaar, vindt
in den lieer Maxime du Camp een levendigen bestrijder.
Die publicist betoogt in de Débats na te hebben doen
uitkomen, dat het vereenigen gedurende den nacht van
eene tallooze menigte van beiderlei sekse in de straten en
op de pleinen, welke de gevangenissen omringen, tot groote
zedeloosheid aanleiding geeft dat de openbare straf
oefeningen niet van het bedrijven van misdaden afschrikken;
getuige Lemaire, zegt hij, die op zijn negentiende jaar de
gruwzaamste misdrijven pleegde, omdat het sterven in het
openbaar, omringd door wachten en het zaamgedrongen volk
hem den meest benijdenswaardigen dood toescheen; dat
het argument, volgens hetwelk het publiek zich er van
moet kunnen overtuigen, dat de justitie werkelijk haren loop
heeft, niet opgaat, daar men dan ook de veroordeelden die
naar de galleijen vertrekken, evenals voorheen geketend
door de straten zou moeten voerenterwijl bovendien door
het voltrekken der vonnissen in het bijzijn eener jury en
zelfs van een klein aantal nieuwsgierigen het beoogde doel
zou kunnen worden bereikt. De heer du Camp dringt
voorts op het opheffen van verscheidene omstandigheden
aan, welke het lijden van ter dood veroordeelden in hunne
laatste oogenblikken noodeloos verzwaren; het afleggen van
een langen en moeijelijken weg door de gevangenis van
la Roquette (die door het maken eener deur voorgekomen
zou kunnen worden); het opklimmen van de tien trappen
van het schavot, hetgeen, daar de beenen van den mis
dadiger gebonden en zijne handen aaneengekluisterd zijn,
zelfs aan iemand, die in een gewonen toestand verkeert,
zeer moeijelijk zou moeten vallen; eindelijk de onnoodige
kwellingen, die den veroordeelde bij het zoogenaamde
//toilet» worden aangedaan, en waaronder ook het afsnijden
van het haar behoort; iets wat, naar de meening van den
schrijver, ten eenenmale overbodig is, daar de nitwerking
der van eene aanmerkelijke hoogte nedervallende, dui
zenden ponden zware en zeer scherpe bijl zelfs door geen
bos paardenhaar, laat staan door eenige halsharan van den
veroordeelde, tegengehouden of verzwakt zou kunnen
worden.
De Marseillaise is nog altijd even hevig, ofschoon de
redactie niet een revolutie zal durven wagen, want ze is
overtuigd, dat men daarin niet slagen zal. Bij de ver
oordeeling van den heer Rochefort bevatte dat blad de
volgende ontboezemingen, die wij als een staaltje van de
woordenrijkheid dezer roode republikeinen mededeelen:
«Ja, het is gebeurd het is beslist! Geen terugtreding
is meer mogelijk, Rochefort is aan de regtbank van Emile
Ollivier overgeleverd. Zijne onschendbaarheid als afgevaar
digde is van hem genomen.
Wien moeten wij beklagen? Ollivier. Hij heeft zich
misdadig, laag gedragen tegenover het volk, dat ook zijne
regters heeft, wier vonnissen vroeger of later voltrokken
worden.
Na zulk een «coup d'autorité," na zulk een daad van
geweld, het stemregt aangedaan, met toestemming van
226 afgevaardigden, begrijpt geheel Frankrijk dat het niet
vertegenwoordigd wordt, dat het geen Parlement erkennen
kan, hetwelk een minister, die het volk vertrapt, toejuicht
en dient, zoo als een rijke parvenu door kleploopers wordt
opgehemeld.
Elk eerlijk man, die de laatste zittingen heeft bijgewoond,
moet verklaren, dat zijn hart gebroken is.
Hoe meer die ellendige tribunen het volk in beweging
zien komen, zoo veel te meer hechten zij zich aan den
meester.
Achttien jaren lang heeft het Fransche volk zich gekromd
onder den hiel van een gendarme met het zwaard op
de keel.
Achttien jaren hebben wij als galeislaven het kanon van
den Keizer op ons gerigt gezien, gereed om bij de minste 1
onafhankelijke beweging de kinderen des volks te doen
sneuvelen.
Toen telden wij ons zeiven, en wij zagen dat wij verre
de meerderheid, de groote meerderheid hadden.
Wij vragen slechts één ding dat wij dit Wetgevend
Ligchaam, dat alle misdaden van het keizerrijk mede bedreef,
mogen behouden. Dat Ligchaam, hetwelk amen gezegd
heeft op alles wat de ministers zeiden, van de Morny
(bloediger gedachtenis) af tot Emile Ollivier, den sluwen
en ondernemenden renegaat. Wij vragen dat ze hunne
rollen mogen voortspelen, Emile Ollivier, die het keizer
lijke rattenkruid in den parlementairen honig mengt, en de
afgevaardigden, die de vrijheid zullen worgen met den zijden
koord, wanneer de pacha slechts het teeken geeft. Zij dooden
zichzelven en werken de revolutie meer in de hand dan
de revolutionairen.
Laat hem begaan «par gracc» Hoe laag ge ook zonkt,
ge kondt nooit tot hunne laagheid afdalen.»
Jl. Donderdag nacht heeft het eerste bal in de Tuileriën
plaats gevonden, door 1000 personen bijgewoond. De Keizer,
de Keizerin en de Keizerlijke Prins, verschenen er te 10 ure
en bleven er tot één uur. De Keizer zag er tamelijk wel
uit; het gaan eehter viel hem eenigzins zwaar.
Elk bal op de Tuileriën kost, volgens de Gaulois, het
volgende: 900flesschenchampagne, 400bordeaux, 50madera,
1200 kan limonade, 200 kan café glacé, 200 kan chocolade,
2000 porties ijs, 1200 kan punch, 200 kan thee, 5000 koekjes,
150 pasteijen, 600 kilogr. vleeseh, 100 groote «patés de
foie gras," 200 kippen, 50 fazanten, 100 patrijzen,
12 hammen, 300 leeuwerikken, 20 ossenhazen, 3000
broodjes, enz.
Uit Narbonne (depart. Aude) wordt van 25 Jan.
aan den Messager de Midi het volgende geschreven: «Wij
zijn in Siberië. De geheele streek, begrepen tusschen Réziers,
Perpignan, Carcassonne en de zee is bedolven onder de
sneeuwde witte beeren zullen zich weldra vertoonen. Dit
natuurverschijnsel begon Vrijdag 21 dezer met een ijskouden
en zeer hevigen noordwesten wind, die drie dagen achter
een aanhield. De thermometer daalde echter slechts tot
5 gr. in de stad en waarschijnlijk iets meer op het land. Er
is stellig meer sneeuw gevallen dan in 1864, volgens
sommige personen tweemaal zooveel. Gedurende 36 uren
was op vele punten der stad het verkeer onmogelijk. In
eenige naauwe straten en op de daken aan de oostzijde
ligt de sneeuw meer dan 2 meter hoog.