B I N IVEflLA N D. des Voorzitters. Hij dringt er op aan, dat minstens een der leden van het Dag. Bestuur tot de commissie behoore. De heer de Breuk wijst op de moeijelijke positie, waarin de Voorzitter zich in deze zaak gebragt ziet, door zijne verhouding tot de regering. Hij vreest overigens, dat de zending der commissie thans evenmin zal helpen als de vorige keer. De Voorzitter laat het gesprokene van den heer de Breuk niet onbeantwoord. Hij houdt vol, dat hij ook in dezen geheel onafhankelijk is en zich door niets laat binden. Zijne vrijheid van handelen als raadslid wil hij steeds blijven handhaven. Na nog eenige discussie, wordt overgegaan tot de volgende beslissingen. Het voorstel des Voorzitters tot benoeming eener commissie, die de bewuste aangelegenheid mondeling met'den minister van Binnenlandsche Zaken behandelen zal, wordt aan genomen met 13 tegen 4 stemmen. Tegen stemden de heeren Werendlijn Smit, Berghuijs, de Breuk en Zur Mühlen. Er wordt besloten, dat de Secretaris aan deze commissie zal zijn toegevoegd. Er wordt bepaald, dat de commissie met het geven van nadere toelichting den wensch zal herhalen tot behoud der verbruiksbelastingen; dat zij zal aandringen op het tot stand komen eener uitzonderingswet, of op zoodanige bepaling, dat de gemeente uit de bestaande moeijelijkheid gered wordt. De vraag, of de commissie, hij het toestaan van het verzoek om bestendiging der verbruiksbelastingen, de heffing van schoolgeld zal kunnen toegeven, lokt eene vrij langdurige discussie uit, waaraan d00r onderscheidene leden wordt deelgenomen. De heeren Jelgersma, Berghuijs, Haagsma en Zur Mühlen motiveren hunne stem tegen schoolgeld heffing. De heer de Breuk dringt aan op beslissing over zijne voorstellen, reeds in den aanvang der vergadering gedaan. De heer Hidde Bok dringt almede aan op behandeling van zijn voorstel. De Voorzitter verdedigt zich, met het oog op het reglement van orde. Ten slotte wordt goedgevonden de voorstellen van de heeren de Breuk en Hidde Bok gelijkelijk in stemming te brengen; het voorstel van den heer Hidde Bok wordt beschouwd als een amendement og dat van den heer de Breuk, door toevoeging der conditionele bepaling van schoolgeldheffing. De Raad heeft alsnu te beslissen tusschen pertinente weigering van hetgeen de minister verlangt (voorstel de Breuk), of het stellen der conditie, dat, als de minister zich gezind betoond om de gemeente ter wille te zijn in het bestendigen der verbruiksbelastingen, de Raad dan geneigd is aan den eisch tot schoolgeldheffing toe te geven (voorstel Hidde Bok). Het voorstel Hidde Bok wordt aangenomen met 9 tegen 8 stemmentegen stemden de heeren Boomsma, Zur Mühlen, Janzen, Hugenholtz, Haagsma en Berghuijs Tot leden der commissie worden benoemd: de heeren Stakman Bosse, Boomsma en de Breuk en tot hunne plaatsvervangers: de heeren Hidde Bok, Braaksma en Berghuijs. Door den Voorzitter wordt medegedeeld, dat bij de op 31 Januarij 11. gehoudene verificatie van de hoeken en de kas van den gemeente-ontvanger een en ander is in orde bevonden, terwijl zich in kas bevond de som van 27,350.41. Aangenomen voor kennisgeving. Niemand der leden vraagt meer het woord; de vergadering wordt door den voorzitter voor gesloten verklaard. Na den afloop der stemming verklaarde de heer Hugenholtz, dat hij, meenende dat de prioriteit van het voorstel van den heer de Breuk moest worden beslist, zijne stem vóór het voorstel de Breuk had uitgebragt. Hij verklaarde zich echter vóór schoolgeldheffing en dus vóór het voorstel Hidde Bok. HELDER en NIEUWEDIEP, 10 Februarij. De gevangenneming van Rochefort te Parijs en de opening van het Britsche Parlement zijn de twee hoofdgebeurtenissen der laatste dagen op politiek gebied. Eerstgenoemde gebeurtenis is het sein geweest voor min of meer ernstige opschuddingen in Frankrijk's hoofdstad, die echter door de policie en de gewapende magt zijn bedwongen. De Koningin van Engeland heeft niet zelve het Parlement geopend; eene ligte ongesteldheid verhinderde haar. Uit haren naam is in de troonrede gezegd, dat de wetten op landbezit in Ierland aan de beoordeeling van het Parlement zullen worden onderworpen en dat het 't streven der regering is om eene betere verhouding in het leven te roepen -tusschen de verschillende klassen, die betrokken zijn bij den landbouw op dat eiland. De regering vertrouwt, dat door de maatregelen, daarbij voorgesteld, betere gevoelens dan tot nu toe bij de bevolking van Ierland zullen rijpen. Verder wordt gewezen op de agrarische misdaden in Ierland en wordt het betreurd, dat er onwilligheid bestaat in het afleggen van getuigenissen, hetwelk de toepassing van het regt ernstig verhindert. De zee leverde gisteren en heden van den dijk gezien een heerlijk schouwspel op, door het digt opeengedreven ijs. Onderscheidene ingezetenen bragten een bezoek aan den zeedijk, ondanks de felle koude, die het daar juist niet zeer uitlokkend maakte. Toen voor eenigen tijd het water was bevloerd, vernam men van elders tal van ongelukken op het ijs gebeurd. Onderscheidene personen moesten met hun leven boeten het genot, om al te spoedig het nog jeugdig ijs te betreden. Toen wij in de jongste dagen hier al spoedig tal van knapen zich op het ijs zagen hegeven, werden we overtuigd, dat de wekstemmen tot bedachtzaamheid, uit de verte vernomen, nog maar weinig indruk hadden gemaakt. Nu we kunnen vermelden, dat hier ter plaatse reeds een paar jongelieden door het ijs gezakt zijn, die er nog met een nat pak zijn afgekomen, is het onze wensch, dat hun voorbeeld velen voor het gevaar van meer ernstige rampen moge waarschuwen. Jl. Dingsdag avond kwam een loodskotteruit het Engelsch Kanaal naar deze haven terug. Door het menigvuldige drijfijs was het niet mogelijk den wal te naderen en bleef het vaartuig bij Kijkduin ten anker. Den volgenden dag geraakte het, naar binnenkomende, zoodanig door het ijs bekneld, dat er een sein gegeven werd voor de sleep- stoomboot. Ten 2 ure 's namiddags stoomde de Archimedes, kapitein de Liefde, de haven uit, doch de poging om met den kotter het Nieuwediep te bereiken, mislukte weder door de massa zware ijsschotsen. Gedurende den afgeloopen nacht hebben de stoomboot en de kotter nabij Kijkduin voor anker gelegen en heden tracht de sleepboot weder met het loods- vaartuig op sleeptouw in de haven te komen. Men verwacht dat die poging thans wel zal gelukken. Naar men verneemt bevindt zich een Engelsch schip buitengaats; door het ijs is het dit vaartuig nog niet mogelijk binnen te loopen. Men schrijft van de Kust van Guinea het volgende aan de Arnh. Courant. Het dorp Anatjinum is den 9 December jl. door de matrozen van de Amstel en de Afrikanen stormerderhand ingenomen en verbrand. «Het was daar, waar de luit. ter zee 2de kl. Veeckens gevangen genomen en een matroos het hoofd werd afge sneden. Het verlies der onzen was, dat een Europeesch matroos en zes Afrikanen gekwest werden de vijand had p. m. 30 dooden. De Ashantijnsche gezanten zijn te Elmina aangekomenmen zegt, dat de gouverneur hen niet heeft ontvangen, wegens de moorden, die zij onderweg op Hollandschen grond hebben gepleegd. Het zijn vreeselijke menschen. Op Saccondee hebben zij een Engelsche zendeling den hals willen afsnijden; hij is met zijne vrouw en vijf kinderen in het fort gevlugt en met groote moeite door de equipage van de Amstel gered. Bovendien zijn daar nog twee menschen op een verschrikkelijke wijze vermoord, en ik ijs er van om u dit te beschrijven. Zij werden aan een boom gebonden en hun twee messen door de wangen gestoken om bun het schreeuwen te belettendaarna zijn neus, lippen, ooren en andere deelen afgesneden; een stuk vleesch werd hun uit den rug gesneden #n hun voorgehouden, zeggende: //gij hebt nog nooit je rug gezien" de oogen uitgestoken, buskruidin de open wonden gelegd en aangestoken en eindelijk, na eene marteling van 6 uren, werd hun het hoofd afgesneden. //De Koning van Ashantee krijgt ieder jaar een geschenk van het gouvernement, ter waarde van 2000. //De gouverneur heeft eene proclamatie uitgevaardigd, waarin hij verzoekt, alle daden der Ashantijnsche vrienden ter zijner kennis te brengen. Op Elmina zullen zij het niet ondernemen, daar bezitten wij ook de magt. Het volk, dat vroeger daar door de Fantijnen verjaagd is en welks dorpen zijn verbrand, is van de Bovenkust teruggekomen, om de oude plaatsen wederom te betrekken en het land te bebouwen. Als nu de Fantijnen het hun niet lastig maken, dan zijn er vooruitzigten op een goeden oogst. //Er zijn hier aangebragt Norton-pijpen heerlijk denk beeld! want hier is altijd gebrek aan goed water, en als men slaagt dat te vinden, dan mag men den afzender wel een eerezuil oprigten. Met het nieuwe jaar is hier ieder dronken afzigtelijk om te zien dat feest duurt 10 dagen; het is tevens een herinneringsfeest voor hunne afgestorvenen. Zij kunnen zoo kunstmatig weenen, dat men wezenlijk aan hunne droefheid geloof zou hechten, ware het niet, dat men wist, dat het een sedert 20 en meer jaren afgestorvene betrof. Z. K. H. Prins Alexander der Nederlanden wordt tegen April van HD. huitenlandsche reis te 's Gravenhage terugverwacht. De Hooge Raad der Nederlanden heeft verworpen het beroep van W. Balder tegen het arrest van het hof van Noordholland, waarbij hij wegens poging tot moord op zijne vrouw tot zes jaren tuchthuisstraf is veroordeeld. Tot lid van de Tweede Kamer is te Amsterdam gekozen de heer mr. G. C. J. van Reenen met 1039 stem men. De heer mr. T. M. C. Asser kreeg 939 stemmen. Bedankt voor het beroep naar Enkhuizen door ds. J. Eigeman, pred. te Delftshaven. De redactie van het Vaandel berigt, dat zij als orgaan van de weerbaarheids-vereenigingen zal optreden. Zij zal de mededeelingen omtrent deze zaak door afzonderlijke paginering zoo plaatsen, dat na eiken jaargang een op zich zelf staand recueil daarvan kan worden gemaakt. Het Vaderland verneemt, dat de inspecteur van den waterstaat J. A. Beyerinck zijn ontslag uit die betrekking zou hebben gevraagd. Men schrijft ons van Texel, dd. 9 Februarij //Voor een paar dagen is een der verpleegden van het weldadigheidsgesticht, een man lijdende aan verstandsver bijstering, op jammerlijke wijze omgekomen. Verlof bekomen hebbende om een broeder, op een der andere dorpen woonachtig, te bezoeken, schijnt hij door de hevige koude te zijn bevangen en van den weg in de sloot geraakt, waar hij waarschijnlijk ook tengevolge der strenge vorst, een treurig einde heeft gevonden. Het bleek aan de nagelaten sporen, dat de ongelukkige ettelijke pogingen had aangewend om weêr op den weg te komen." //Gisteren, bij laag water, was de waterstand in onze haven 225 centimeter beneden volzee; men herinnert zich bijna niet, het water ooit zoo laag te hebben gezien, als nu in de laatste dagen het geval was." //Nu door de strenge vorst de gansche zee voor ons eiland in een ijszee is herschapen, en daardoor alle middelen van communicatie zijn belemmerd, gevoelt men hier eerst regt het gemis eener telegrafische verbinding. Bijna twee dagen toch, wachten hier berigten op eene gunstige gele genheid, dat de post kan overkomen, om bij arrivement te Nieuwediep verder te worden geëxpedieerd." Dr. J. C. Zaalberg hield jl. Dingsdag te Schagen in de zaal van den heer Knikker, voor een talrijk publiek, dezelfde lezing welke hij onlangs alhier gehouden heeft, namelijk over het Concilie, enz. De begaafde spreker ont ving de uitbundigste toejuichingen. De heer F. W. Flens, van het Zand, hield jl. Don derdag te Noord-Scharwoude eene voordragt over de Zee, en deelde na het vertoonen van een aantal schoone en merkwaardige producten vele wetenswaardige bijzonderheden, daarop betrekking hebbende, mede. Met belangstelling werd spreker door een vrij talrijk publiek aangehoord. Jl. Maandag avond vergaderde te Enkhuizen de afdeeling van het Nederl. schoolverbond, thans tot 137 leden aangegroeid. Behalve de keus van afgevaardigden naar de algemeene vergadering te Utrecht, werden o. a. vijf leden als bestuurders der afdeeling benoemd, en het ontwerp van een algemeen reglement van het Ned. school verbond zonder eenige belangrijke wijziging goedgekeurd. In de laatstgehouden vergadering van het School verbond te Zaandam, is besloten, zich voorloopig aan te sluiten bij het algemeen Nederl. Schoolverbond te Utrecht. Den 2 dezer is te Zaandam eene vereeniging opge- rigt, die zich ten doel stelt door het verdedigen en bestrijden van betwistbare stellingen het verstand te scherpen, en zich te oefenen in het voeren van een geregeld debat. Reeds zijn een veertigtal personen toegetreden. De bekende treurige botsing van twee treinen der Nederlandsche Rijnspoorweg-maatschappij op 2 Junij 1868, waardoor de heer J. H. Wijnne, van Groningen, het leven verloor, gaf aanleiding tot een belangrijk proces, hetwelk jl. Dingsdag voor de Arrond.-Regtbank te Amsterdam is bepleit. Gemelde maatschappij heeft namelijk bij minne lijke schikking een som van 40,000 aan de wed. Wijnne uitbetaald, wegens door den dood van haar echtgenoot geleden schade. Nu had intusschen de aldaar gevestigde vennootschap Nederland eene som van 4000 op het leven van dien heer Wijnne verzekerd en na diens dood werkelijk aan zijne weduwe uitbetaald. Deze vennootschap nu vorderde dat bedrag terug van de Rijnspoorweg-maatschappij, die echter weigerde een andere schade te vergoeden, dan die, welke onmiddelijk voortvloeide uit de onregtmatige daad, waarvoor zij naar burgerlijk regt aansprakelijk is. Het geldt nu in deze de vraag, of de levensverzekering-maat schappij vergoeding der schade kan vorderen, voor haar bestaande in het verlies der kansen op een langer leven van den heer Wijnne? De advocaat H. M. 's Jacob, beant woordde die vraag voor de eischende vennootschap in bevestigenden, de advocaat A. Philips voor de gedaagde maatschappij in ontkennenden zin. De regtbank zal in deze hier te lande nog niet besliste belangrijke regtsvraag vonnis wijzen op Dingsdag 22 Febr. e. k. Moesten het jl. Dingsdag bij de regtbank te 's Hage misgelden de twee personen, die teregtstonden wegens arglistige ontvreemding van de vijf duiven, waaronder twee roode raadsheertjes, waarvan wij in de vorige week berigt gaven, door de veroordeeling tot drie maanden gevangenis straf; gelukkiger was de afloop voor de gebroeders de Leeuw, die door den koffijhuishouder Mügge waren aan geklaagd wegens de zware mishandelingen, waaraan deze zou zijn blootgesteld geweest in den nacht van 10 Jan.jl. Bij de worsteling die tusschen de twee leeuwen en de mug had plaats gehad (om nog even de beeldspraak van een der beklaagden te gebruiken) liet de regtbank eigenlijk onbeslist, wie overwinnaar was in den heeten strijd, al liet het zich ook mogelijk verwachten, dat de leeuwen wel zouden triompheren, zelfs in de regtskundige waardering van het voorgevallene, want de regtbank, oordeelende dat het feit, aan de beklaagden ten laste gelegd, niet wettig en overtuigend is bewezen, bepaald of zij in vereeniging den kastelein hadden verwond en ook aannemende de mogelijkheid, dat de laatste een der beklaagden had ver wond, sprak de beklaagden van het feit vrij, met veroordeeling van den staat in de kosten. (Het Vad.) De Dordrechtsche Courant heeft dezer dagen, als gerucht, medegedeeld, dat een hulponderwijzer aan de 1ste openbare armenschool te Dordrecht een der leerlingen derwijze had geslagen, dat deze aan de gevolgen was .overleden. Thans meldt de genoemde courant, dat Zaturdag avond eene lijkschouwing van den overleden jongen heeft plaats gehad en dat de bedoelde hulponderwijzer in hech tenis genomen en in het huis van arrest aldaar gebragt is. Yoor rekening van mejufvrouw de wed. C. den Ouden te Zevenbergen, werd verleden week in Duitschland een hengst aangekocht voor 2000 en herwaarts gevoerd. In eene jl. Zaturdag te Harlingen gehoudene bijeen komst van deelhebbers in de Överijsselscbe-Friesche stoombootmaatschappij is besloten, dat aan de dienst van Harlingen op Kampen en Zwolle, die zal blijven volhouden, eene dubbele dienst van Harlingen op het Nieuwediep zal worden toegevoegd en wel op Woensdag en Zaturdag. De spreeuwen, die ons dezen winter schier niet ver lieten, en misschien trotsch waren op hunne vetheid, worden te Dokkum gekocht voor 20 cents het stuk. Jl. Zaturdag hoorde een landbouwer in de gemeente Ootmarsum een buitengewoon leven in zijn varkenshok, en ontdekte, toen hij daarbij kwam, dat zijne twee varkens dol waren geworden. In hunne woede verscheurden die dieren alles wat onder hun bereik viel, zoodat men, ten einde alle ongelukken te voorkomen, besloot, ze dood te schieten, waaraan onmiddelijk gevolg is gegeven. Naar men verneemt, moeten zij voor ruim drie weken door eene dollen hond zijn gebeten. Als iets zeldzaams wordt van Oost-Dongeradeel berigt, dat in het dorp Ee eene kalfkoe is verkocht voor de enorme som van 400. Wanneer deze koe een kalf van het vrouwelijk geslacht mogt voortbrengen is ook dit ver kocht, dadelijk na de geboorte af te leveren voor de buiten-

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche en Nieuwedieper Courant | 1870 | | pagina 2