STATEN-GENERAAL.
Marine te Amsterdam. Minste inschrijver deheerC. Berghuijs
alhier, voor 0.61T85 per hectoliter.
Naar men meldt is in het Friesche visschersdorp
Paesens voor de 19de maal een beroep uitgebragt, om te
voorzien in de vacature van predikant bij de Hervormde
gemeente aldaar.
Onder de geschriften voor kinderen, verdient de
HEFTOB, Raadgever voor de TVederlundsche Jeugd,
(D. MIJS, Tiel) zoowel om zijn degelijken inhoud als om
zijne goedkoopheid, gewis eene eerste plaats. Het verwondert
ons dan ook niet, dat de 3de jaargang reeds spoedig totaal
uitverkocht was. Ouders, die tot heden met den MENTOR
nog onbekend zijn, raden wij ten zeerste aan daarmede
kennis te maken. Het eerste nummer van den nieuwen
jaargang ligt in een grooter en fraaijer formaat dan zijne
voorgangers naast ons. Het bevat bijdragen van de Heeren
Koopmans van Boekeren, van Koetsveld, Bosman
en anderen, allen namen, die een waarborg zijn voor goede
lectuur.
Van harte wenschen wij den uitgever een ruim debiet.
(Zie advertentie.)
Het onder den naam van vingt-et-un of een-en-twintig
algemeen bekende en ook in beschaafde kringen veel ge
speelde kaartspel, maakte dezer dagen een onderwerp van
behandeling uit bij het provinciaal geregtshof te Amsterdam.
Het gold hier de behandeling in hooger beroep der zaak
van Pieter Mertz uit Haarlem, bij vonnis der arrond.-
regtbank te Haarlem, met toepassing van art. 410 van den
Code Pénal, veroordeeld tot een gevangenisstraf van drie
maanden, een geldboete van 100 en ontzetting voor den
tijd van 5 jaren van het kiesregt, het regt om openbare
bedieningen te bekleeden en voogd of curator te zijn van
vreemden, ter zake van het houden van een huis van hazard
spelen en het daarin vrijwillig toelaten van het publiek.
Ter teregtzitting bleek o. a. dat het bovengenoemde spel
was gespeeld openlijk in een gewone tapperij in een aan
grenzend daarvan door geene sluiting gescheiden vertrek.
Het hof oordeelde bij arrest van jl. Dingsdag, dat hier
geen sprake kon zijn van een huis van hazardspelen, doch
dat art. 475 en 477 van den C. P. op dit geval moesten
worden toegepast. Het vereenigde zich niet met de ziens
wijze van den advocaat-generaal jhr. mr. C. H. Backer,
die op grond van bovengemeld art. 410 tegen den beklaagde
de toepassing derzelfde straf had gerequireerd. Het ver
eenigde zich intusschen evenmin met de door den advocaat
mr. M. W. Jolles ontwikkelde zienswijze, dat dit spel,
wegens het daarbij gevorderde overleg, geen hazardspel
zou zijn. Het besliste namelijk, dat de uitslag afhangt van
het toeval, en het daarbij beweerde overleg daarop, wegens
het gering aantal van 21 punten in verband met de vele
in het spel aanwezige hooge kaarten een zeer geringen invloed
uitoefent. De beklaagde werd alsnu veroordeeld tot een
boete van 5 en verbeurtverklaring der zoogenaamde pot
gelden, ter zake van het houden van hazardspelen op een
openbare plaats. (Amst. Crt.)
Volgens het Vaderland zal Z. M. de Koning, tijdens
H. D. verblijf te Amsterdam, den eersten steen leggen voor
de Zuiderzeesluizen te Schellingwoude.
De raad van bestuur der stoomvaart-maatschappij
Nederland hield jl. Maandag onder het voorzitterschap van
Prins Hendrik der Nederlanden op het kommandantshuis
te Amsterdam eene vergadering, waarin besloten is de
gelegenheid ter inschrijving nog eenige dagen open te
stellen.
Volgens het A. D. v. N. zal de vergadering, waarin
de concept-statuten voor eene Nederlandsche Landbouw-
Vereeniging behandeld en zoo mogelijk vastgesteld zullen
worden, plaats hebben op Maandag 4 April e. k. in het
Amstel-Hötel te Amsterdam.
Het hoofdbestuur der Maatschappij tot Nut van 't
Algemeen heeft zich tot Z. M. den Koning gewend in
een adres, waarin het, in het belang van de toekomst
van het vaderland en tot uitvoering van een aan hetzelve
door de algemeene vergadering der Maatschappij verstrekten
last, eerbiedig verzoekt, dat het Z. M. behage, zoo spoedig
mogelijk aan de Staten-Generaal een ontwerp aan te bieden
tot wettelijke regeling van den arbeid van kinderen in
fabrieken.
Het vroeger door mr. Jacob van Lennep bewoonde
hnis op de Keizersgracht bij de Spiegelstraat te Amsterdam
komt de volgende maand in veiling. Op de aanplakbiljetten
vindt men de volgende clausule: //De kooper zal moeten
toestaan dat later, ten genoege van de daartoe bestaande
commissie, in den gevel eeü gedenksteen geplaatst worde.'»
In den loop der vorige week hebben verschillende
couranten berigten gegeven omtrent het ontslag van den
bediende des Konings, die allerlei bijzonderheden van de
vorstelijke familie aan een zeker blad zou hebben mede
gedeeld en zich op den prijs van de leverantiën aan het
paleis eeD niet onaardig profijt wist te verzekeren. Waar
schijnlijk hebben deze berigten hun ontstaan te danken,
aan een gebeurtenis die een paar weken geleden, naar men
in den Haag algemeen verzekert, is voorgevallen. Bichei
of Pichel was kamerdienaar des Konings, en bij zijn meester
zeer gezien. Z. M. kon veel van hem verdragen en liet
hem in sommige meer huiselijke aangelegenheden de vrije
hand. Vestigde zich een nieuwe leverancier van dingen,
die de Koning wel kocht, in den Haag, dan kreeg hij in
den regel van een twijfelachtigen vriend den raad: //breng
dien Bichei of Pichel op uw hand."
Voor een week of vier nu, is er aan zijn positie bij
Z. M. een einde gekomen, want de verwende lakkei had
zich ten laatste de vrijheid veroorloofd alle hofleveranciers
in 's Konings paleis op een soiree te noodigen en hen op
"s Konings Champagne te onthalen. Dit is natuurlijk uit
en den Koning ter oore gekomen en deze heeft den schelm
zijn eerloos ontslag verleend. (Het Noorden.)
De stadsomroeper te Vlaardingen heeft zijne betrek
king nedergelegd, omdat hij niet meer met zijn geweten
kon overeenbrengen, bekend te maken, dat des Zondags
muziekuitvoeringen of pleizierreisjes plaats zouden hebben.
Naar zijn oordeel was dit medewerken tot Sabbathschennis.
Jl. Vrijdag is voor het Prov. Geregtshof in Zeeland
de zaak behandeld van Dora Kuyl, geboren te Vlissingen,
welke zich daar op den 2 Jan. jl. had schuldig gemaakt
aan diefstal van een gesloten kistje (waarin ruim 300 in
gouden en zilveren specie was) door zich in een huis te
dringen, waar een harer vriendinnen als dienstmeid werk
zaam was. Nadat zij het huis met het door haar geroofde
had verlaten, heeft zij het kistje met een bijtel opengebroken,
het geld bij zich gestoken en het kistje, in de woning van
hare ouders, in den welput geworpen, waar het later is
gevonden; 140 in papier waren achter het spiegeltje
verborgen en niet opgemerkt en de bestolene kreeg die
alzoo gelukkig terug. De beschuldigde is slechts 19 jaar
oud en was sedert geruimen tijd aan zedeloosheid over
gegeven. Zij is tot 2 jaren gevangenisstraf veroordeeld.
Mr. Jan van Gravenweert, de nestor onzer vader-
landsche dichters, is dezer dagen in 80jarigen ouderdom
op zijn landgoed te Oosterbeek, nabij Arnhem, ontslapen.
Dezer dagen is in Blankenham eene boerderij, waarbij
voor slechts 6 stuks vee weide gevonden wordt, verhuurd
voor den ongehoorden prijs van ƒ901 's jaars, dat met de
onkosten ongeveer 960 bedraagt.
Als een bijzonderheid kan worden vermeld, dat er
zich te Gieterveen een witte baas ophoudt. Hij wordt
dagelijks door de ingezetenen aldaar gezien en het is
te vreezen, dat zijn wit kleed hem binnen kort den dood
op den hals zal halen.
- Als een nieuw bewijs van den voortdurend hoogen
prijs der landerijen moge dienen, dat jl. Zaturdag onder
Deersum eene zathe en landen is geveild (22 8228
hectaren groot) voor 59,185.66 en zulks buiten de kosten
ad 10 pCt. De hectare komt alzoo te staan op p. m.
2850.
Als eene bijzonderheid kan van Nijega (Friesland)
worden berigt, dat eene koe, toebelioorende aan de wed.
K. M. Bosma, vier voldragen kalveren ter wereld heeft gebragt.
Te Meppel heeft jl. Zondag een der gegoedste inge
zetenen, de heer P., handelaar in boter, enz., een man van
onbesproken gedrag, zich door ophanging van het leven
beroofd. De deelneming in het lot der vier nagelaten
kinderen is algemeen; men had van den ongelukkige,
sedert jaren reeds weduwnaar, nimmer iets vernomen, dat
tot zulk een stap aanleiding kon geven. De smart der
kinderen, die oppassend zijn en algemeen in achting staan,
is buitengewoon.
Hebt ge uwe vrouw geslagen? vroeg de president
eener regtbank aan een echtgenoot, die van dat wanbedrijf'
beschuldigd werd. Wel, mijnheer de president! hoe kan
men het zeggen? Een paar onschuldige klappen met mijn
zakdoek! Maar naauwelijks had hij die verklaring gegeven
of een schelle stem (die van de verongelijkte wederhelft)
riep uit: Hij zegt niet, mijnheer! dat hij zich den neus
met zijn hand snuit.
Zoogenaamde liefhebbers van statistiek maken dikwijls
berekeningen, die tot verbazingwekkende conclusiën leiden.
Men heeft berekend, hoe alleen door de eindjes sigaren te
verzamelen een land zijne staatsschuld zou kunnen delgen.
Aan de statistici wordt aanbevolen na te gaan, hoeveel
millioenen francs de doodslag van Prins Pierre Bonaparte
aan Frankrijk, ja, aan geheel Europa kost.
//Stel het aantal van hen," zegt de Arnh. Crt., //die in
Frankrijk de verslagen van het proces lezen, op 500,000
en laat in het overige Europa nagenoeg 50,0000 personen
dat geding volgen. Neem aan, dat zij in anderhalf unr
slechts het getuigenverhoor en de pleidooijen kunnen door
lezen, wat zeker niet te hoog gerekend is, dan worden
dagelijks 1,500,000 uren aan dat proces gewijd. Dit gedu
rende 6 dagen geeft 9,000,000 uren. Stel de verdienste
van een uur voor hen die lezen op één franc, dan heeft
alleen aan verloren arbeidskracht de doodslag van Prins
Pierre Bonaparte 9,000,000 francs gekost. Wij laten nu
nog buiten rekening den tijd der in het proces betrokken
personen, voorts der verslaggevers, zetters, drukkers, enz.
Wie het niet gelooft kan het narekenen!"
Jl. Donderdag werd op het St. Pietersplein te Gent
een persoon smoordronken uit den modder, waarin hij was
gevallen, door zijne vrouw opgeholpen met de volgende
woorden: //Hoe is het toch mogelijk zich zoo te bedrinken!"
//Vrouw-lief," stotterde de dronkaard, vin de herberg zeide
de baas, dat morgen de jenever opslaat; van daag gaf hij
ze nog tegen denzelfden prijs, en om dus profijt te doen,
heb ik 12 borreltjes naar 'binnen gelapt."
Men zal zich herinneren dat Keizer Napoleon, na
den moord door zijn neef op Yictor Noir gepleegd, zich
met een bitter woord over zijne familie beklaagde, die het
hem dikwijls zoo lastig maakte. In zooverre het leed van
anderen een troost in eigen ongeluk kan zijn, eene
ongelukkige meening, maar die bij velen echter nog altijd
geldend schijnt, kan Napoleon zich troosten, wanneer
hij het oog op andere vorstelijke familiën slaat. Hij, ten
minste, heeft nog //vrede in zijn huis." Frans van Assisi
daarentegen, de echtgenoot der ex-Koningin Isabella van
Spanje, wil beslag leggen op hare roerende en onroerende
goederen. Terwijl bii dit huiselijk drama de prefect van
politie, de heer Piétri, reeds door Isabella in den arm
genomen is; die den raad gaf haar man' onderhands te
laten waarschuwen, dat, zag hij niet van zijne eischen af,
hij gevaar liep ten lande uitgezet te worden, laat beider
dochter, de Hertogin van Girgenri, haren man, den stief
broeder des ex-Konings van Napels, onder curateele stellen,
dewijl hij haar vermogen doorbrengt, en schiet Montpensier
zijn neef de Bourbon dood.
Ziehier eene bijtende satyre van den ReveilWeet
ge hoe Prins Pierre Bonaparte zijn bedienden roept:
Niet? Welnu: voor Jan lost hij één schot, voor Piet twee
schoten en voor Frans drie.
En als ze niet komen?
Wel, dan maakt hij een peloton vuur met hagels!
Hoe er in Engeland op bijzondere armen-scholen geleerd
wordt, hoe zij er uitzien, hiervan levert de heer Fearon in zijn
rapport over den toestand van het bijzonder onderwijs in Manchester
en Liverpool, hetwelk hij aan het Parlement overlegde, merkwaardige
staaltjes. Zoo zegt hij omtrent eene school in Manchester:
„Toen ik deze iurigting voor onderwijs bezocht, bevond ik dat de
schoolmeester, die met het geven van onderwijs belast was, vertrokken
was en dat zijne plaats werd vervuld door een nieuweling. Deze
verzekerde mij, dat de vorige onderwijzer vertrokken was, omdat
men hem in arrest had genomen als een desserteur uit het
regement. De nieuwe onderwijzer was „copiehouder" op een drukkerij
geweest, maar was ontslagen, zooals hij zeide, omdat hij weigerde
op den tweeden kersdag te werkensedert had hij zoo wat van alles
bij de hand gehad. De man scheen nog al tamelijk bekwaam, maar
hij was met lompen bedekt. Hij verklaarde dat al zijne kleederen,
ja, alles wat hij had, in den lombard stond en dat hij daardoor
geen middel van bestaan had. Ik bezocht die school op Maandag
ochtend, en de onderwijzer verklaarde mij, dat hij sedert den vorigen
Zaturdag niet gegeten had. De school had vroeger gediend voor een
vraohtrijdersstal. .Men bereikte het gebouw door een naauwe, vuile
steeg, en langs eene halsbrekende ladder moesten de leerlingen naar
boven klimmen, aangezien de benedenverdieping zelfs niet geschikt
was voor huisvesting van dieren. Het schoollokaal was schier ten
eenemnale van ameublement ontbloot. Slechts een paar vervallen
banken en een half vergane matten stoel voor den meester was al
wat men vond. De grond was op verscheidene plaatsen geheel
versleten, zoodat het hoogst gevaarlijk was er over te loopen. De school
meester betaalde 1 shilling 6 pence per week huur voor dit lokaal.
Er waren 14 leerlingen 11 jongens en 3 meisjes;zij moesten
leeren uit 4 leesboeken, meer waren er niet aanwezig. De kinderen
moesten, als zij ter school kwamen, de spelden en "knikkers, in één
woord, al wat zij op straat gevonden hadden, op een plekje op den
grond deponeren; die het beste las mogt zich bij het uitgaan der
school alles toeëigenen.
In eene andere school, die er even haveloos uitzag, werd ter eere
van het bezoek van den heer Fearon een „der knapste scholieren"
ondervraagd door de schooljufvrouw, die zich zeer beklaagde, dat
„haar zaakje niet zoo goed ging als zij wel wenschte." Het examen
bestond uit de navolgende vragen en antwoorden. „Wie voer
ten hemel zonder te sterven?" antwoord „Caïn." „Wie scheepte
zich in aan boord van de ark?" antw. „Mozes." „Waar gaan de
menschen heen als zij sterven?" „Naar de kerk" „Wie was de eerste
man?" antw. „God." „Wie was de eerste vrouw?» antw. „Jezus
Christus."
Hiermede meende de schoolonderwijzeres, dat haar knapste pupil
voldoende blijken van bekwaamheid gegeven had. Er waren geen
leesboeken op de school aanwezig: de meeste kinderen waren van
zeer gehavende bijbels voorzien.
Een andere school werd gehouden in een ouden vochtigen kelder.
De schoolmeester, die, waarschijnlijk om de werking der miasmen
te veronzijdigen, veel spiritualia gebruikte, verklaarde den heer Fearon
dat. hij alleen bij magte was met mooi en droog weêr school te houden,
aangezien anders „de boel onder water stond."
SEN0ËAA1NGEN EN VERPLAATSINGEN BIJ MARINE EN LEGER.
Op zijn verzoek is aan den kapt. der inf. van het Oost-Indische
leger V. H. Verberne, met ingang van 1 April, een eervol ontslag
verleend uit de militaire dienst, met toekenning van pensioen.
De luit. ter zee 1ste kl. H. Dyserinck, dienende op het fregat
met stoomvermogen Admiraal van Wassenaer, wordt met den laatsten
dezer op non-act. gesteld en met 11 April daaraanv. op dien bodem
vervangen door den luit. ter zee 2de kl. A. Fokker. De luit. ter
zee 2de kl. H. A. Schippers wordt met laatstgemeld tijdstip geplaatst
op den monitor Heiligerlee.
Kerste Hamer.
Zitting van Woensdag 30 Maart. Na eenige discussie
is met 28 tegen 3 stemmen aangenomen liet wetsontwerp
houdende bepalingen omtrent de uitgifte van schatkist-
billetten. Vervolgens zijn met algemeene of bijna algemeene
stemmen aangenomen een zestal ontwerpen, o. a. dat
betreffende de indiening en behandeling van bezwaarschriften
tegen 's Rijks belastingen.
Tweede Hamer.
Zitting van Dingsdag 29 Maart. Met de behandeling
der artikelen van het wetsontwerp betreffende de grond
belasting is in deze zitting voortgegaan. Op art. 25,
houdende bepaling van vrijdommen, waren drie amende
menten voorgesteld: 1°. door den heer van Eek, dat ver
worpen werd met 43 tegen 27 stemmen, 2'. van den heer
Cremers, dat verworpen werd met 47 tegen 21 stemmen;
en 3°. van de heeren Cornelis en Pijls, dat door de voor
stellers werd ingetrokken, nadat de minister het bewuste
artikel gewijzigd had. Het gewijzigde artikel werd ten
slotte met 59 tegen 11 stemmen aangenomen. De beraad
slagingen zijn echter in deze zitting nog niet ten einde
gebragt.
Zitting van Woensdag 30 Maart. De behandeling
van het wetsontwerp betreffende de grondbelasting is in deze
zitting ten einde gebragt. Het is met 53 tegen 9 stemmen
aangenomen. Vervolgens is de Kamer overgegaan tot
de overweging van de wetsvoordragt tot regeling van het
onderwijs van Rijkswege in de beeldende kunsten. Art. 1
is aangenomen. Heden voortzetting.
Het wetsontwerp betreffende de haven-verbetering te
Ilarlingeu heeft een punt van onderzoek uitgemaakt in de
afdeelingen der Tweede Kamer. Het nut van de bedoelde
verbetering werd erkend, maar door onderscheidene leden
werd aanmerking gemaakt op den vorm der behandeling
door de regering. Die leden hadden eene zelfstandige
voordragt gewild, met plaatsing der kosten op de achter
eenvolgende begrootingen van Hoofdstuk V (Binnenl. Zaken).
Ook werd gewezen op de nog niet verkregen zekerheid
der aansluiting van den noorder-spoorweg met de Pruissische
ijzerbaan en wenschte men inlichting omtrent de uitvoer
baarheid der voorgestelde verbetering van de haven.
De minister van Binnenlandsche Zaken heeft dit verslag