omtrent de gevolgen der aftreding van de beide ministers
Buffet en Daru. Beider aftreding houdt men voor genoeg
zaam zeker, hoezeer ook hun verlaten van het kabinet
door het grootste deel der leden van het Wetgevend Lig-
chaam wordt betreurd.
Lopez heeft zijn bloedige loopbaan geëindigd. In het
laatste gevecht, dat zijn laatste magt vernietigde, is hij
gesneuveld. In den aanvang waren veler sympathieën met
dezen Dictator zoo dapper, volhardend en onuitputtelijk in
middelen van aanval en verdediging, en met dat kleine
volk van Paraguay, met zoo onwankelbare trouw, onder
de zwaarste beproevingen, aan hunnen erfelijken President
gehecht. Dat volk blijft de sympathie verdienen, maar
hoe meer er van betrouwbare getuigen bekend geworden
is, omtrent het woeste, wreede, tyrannische karakter van
Lopez, hoe dieper hij in aller schatting is gezonken. Men
staart hem thans, als Keizer Theodorus, met eene nieuws
gierige verbazing aan.
Het raderstoomschip de Valk, den 13 dezer te Cadix
aangekomen, zou vandaar naar Ferrol stevenen.
Door het hoofdcomité tot het verleenen van hulp aan
zieke en gewonde krijgslieden is goedkeuring verleend aan
een reglement, ingezonden door de hh. H. L. Oudenhoven
en dr. W. Krol en 44 andere leden vati een comité alhier,
en is mitsdien dit comité erkend als eene afdeeling der
Nederlandsche Yereeniging, ingesteld bii 's Konings besluit
van 19 Jnlij 1867, n°. 60 (Staatsblad 1870, n°. 210).
De Goede Vrijdag werd gisteren bij de Hervormde
Gemeente alhier als een kerkelijken feestdag gevierd. In
de voormiddag-godsdienstoefening in de Westerkerk, geleid
door ds. L. V. Ledeboer Az., werden ruim 100 nieuwe
lidmaten bevestigd en twee bejaarden gedoopt. Zeer talrijk
werd deze plegtigheid door de gemeente bijgewoond.
Op Dingsdag den 3den Mei e. k., des morgens ten
9 ure, zal weder, even als ten vorigen jare, alhier de in
deeling plaats hebben van miliciens der ligting van dit
jaar. In den morgen van dien dag zal dan ook weder
een extra-trein rijden tnsschen Haarlem en hier, om die
miliciens over te brengen.
Wij maken belangstellenden opmerkzaam op de hier
achter voorkomende advertentie, waarbij eene Matinee
Musicale in het lokaal Musis Sacrum alhier wordt aan
gekondigd. Naar men ons mededeelt, bestaat het plan om,
bij genoegzame ondersteuning, met het houden van Matinée's
des Zondags namiddags voort te gaan, van tijd tot tijd
opgeluisterd door de medewerking van artisten uit andere
plaatsen.
- Naar men ons mededeelt, zal op AVoensdag den 27
dezer weder eene voorstelling worde.n gegeven door het
Nationaal tooneelgezelschap van Antwerpen, met mede-
werking van mej. Beersmans.
Tot ridder der orde van den Nederl. Leeuw is
benoemd mr. G. J. C. Schneither, laatstelijk vice-president
van het prov. geregtshof in Gelderland.
Voor de vacature in het Prov. geregtshof van Gel
derland staat op de lijst ter aanbeveling: do heer P. van
Bemmelen, thans regter in de arrond. regtbank te Alkmaar
en als zoodanig benoemd in die te Nijmegen.
De commissie tot het afnemen van het examen voor
den rang van 2den luit. van de kadets van het derde
studiejaar bij het korps Mariniers in dit jaar zal bestaan
uit: den comm. en insp. van het korps Mariniers, als voor
zitter; den kapt.-luit. ter zee G. H. Bakker en den kapt.
lste kl. bij voorschreven korps J. Gautier, als leden.
Beroepen te Oostzaan, ds. Doedes te Hemmen.
Benoemd tot hoofdonderwijzer aan de openbare tusschen-
school te Enkhuizen, de heer B. L. van Es, van Brielle.
De inspecteur van het middelbaar onderwijs dr. D. I.
Steyn Parvé is benoemd tot eere-lid van het departement
Noordholland der Vereeniging van leeraren aan inrigtingen
voor middelbaar onderwijs.
De totale opbrengst van den Noordhollandschen
staatsspoorweg HelderUitgeestZaandam was in: Januarij
16.135,90| en in Februarij 20.923,94|.
Bij herhaling is er in ons land geklaagd over de
ongeoorloofde overstelping met Brabantsche centen, waar
door de natie voor 5 a 6 pCt. bestolen wordt. Immers, de
10,000 2-centimes-stukken hebben eene waarde van niet
meer dan 94 of 95 gulden. Het Nieuws van den Dag
neemt die klagt te regt over en wijst er op, dat aan de
grenzen door de winstzucht van enkele speculeerende
fabrieksheeren," die circulatie wel wat al te druk wordt
bevorderd. Zouden daartegen van regeringswege geen
afdoende maatregelen zijn te nemen? Zou men, vragen wij,
hier niet kunnen doen wat de Fransche regering deed ten
aanzien der pauselijke munt? Het komt ons dringend nood
zakelijk voor. En daarenboven: één ding hopen wij, nl.
dat de minister van financiën, als hij de vreemdelingen naar
hun land terug gezonden heeft, het laatste Belgische twee
centimes-stuk in zijne haad houde, en legge naast een
Nederlandschen cent.
Dat hij zich dan afvrage:
Of dat Belgische «spul" toch niet beter onderhouden
is dan onze Nederlandsche, veelal onkenbaar geworden
centen
of, met het oog op dien fleren, sierlijken Belgischen
leeuw, bewakende de constitutie van 1831, onze centen
niet zeer onsierlijk en smakeloos gestempeld zijn; ol met
name die bij uitstek nuchtere W niet wat schooner vorm
kon hebben;
en eindelijk
of het niet jammer is dat de oude, kostelijke spreuk onzer
vaderen nu geheel en al van onze munten verdwenen is, om
verfranscht, bij onze huren voort te leven Eendraglit. maekt
immers nog altijd maakt maght?"
De raad van Beverwijk heeft besloten pogingen aan
te wenden om de voor jaren opgeheven weekmarkt te her
stellen, waartoe in het midden der gemeente, op de Bree-
straat, een doeltreffend terrein is beschikbaar gesteld.
Indien dit plan flink wordt ondersteund, zal het, ook door
eene goede communicatie van alle zijden, zeker slagen.
Te 's Hage heeft zich een bejaard man door ophan
ging van liet leven beroofd. Het Dagblad berigt naar
aanleiding van dit ongeval hoe er in de eeuw der verlich
ting zelfs nog in die stad even dwaze als in de gevolgen
noodlottige volksvooroordeelen bestaan.
Men verzekert toch, dat, ware de man dadelijk geholpen
toen zijn misdadig opzet werd ontdekt, de levensgeesten
nog zouden zijn teruggekeerd maar dit deed men niet.
Zij, die voornemens waren dit te doen, luisterden helaas
naar een man, die hen, ter goeder trouw, er attent op
maakte, dat niets mogt worden gedaan vóór de policie
aanwezig was. Toen deze ter plaatse kwam, was het
echter te laat.
Wij meenen wel te doen, naar aanleiding van het ge
beurde, op dit volksvooroordeel te wijzen, dat vooral ook
bij drenkelingen zoo vaak doet verloren gaan, wat anders
nog te redden was.
Te Kuinre heeft zich het geval voorgedaan, dat een
vader zijn kind, den 27 Maart jl. geboren, tien dagen te
laat bij den burgerlijken stand heeft aangegeven. Door de
bevoegde magt is de inschrijving geweigerd en procesver
baal opgemaakt.
De jeugdige lidmaten te Sneek hebben nog altijd te
worstelen met den kerkeraad aldaar. Deze heeft geweigerd
de attestatiën aan te nemen, en besloten zich deswege tot
het classicaal bestuur te wendenintusschen werd in de
avond-godsdienstoefening van jl. Zondag van den kansel
mededeeling gedaan van eene missive uit Ysbrechtum,
waarin berigt wordt, dat bedoelde lidmaten aldaar als zoo
danig waren bevestigd. Met belangstelling ziet men den
afloop dezer in elk geval betreurenswaardige zaak te
gemoet.
De hoofdonderwijzer Weber, te Wolvega, heeft een
cursus geopend «voor meer bejaarden" in het metrieke
stelsel. Het werkt goed en de Wolvegasclie winkeliers
praten al druk van kilogrammen, deciliters en centimeters.
Te Groningen bestaat het voornemen, dit jaar geen
kermis te houden als voorzorgsmaatregel tegen eventueelé
epidemiën.
Dat door de invoering van vuurwapenen de oorlogen
minder bloedig zijn geworden, dan zij vóór dezen tijd waren,
wordt wel gezegd, maar weinig geloofd, en toch is het zoo.
Ziehier de verhouding van het aantal gesneuvelden in de
voornaamste veldslagen.
Bij Austerlitz verloren de Franschen 14 pCt., de Russen
30 pCt. en de Oostenrijkers 46 pCt.bij VVagram de
Franschen 13. en de Oostenrijkers 14 pCt; bij Waterloo
de F.uinschen 36 en de gealliëerden 31 pCt.bij Magenta
de Franschen 7 en de Oostenrijkers 8 pCt.; bij Solferino
de Franschen en Sardiniers 10, de Oostenrijkers 8 pCt.
De Amerikaansche generaal Rosenkrantz, geeft als resultaat
van zijn onderzoek, betreffende den veldslag bij Murfrees-
borough op, dat om één man te dooden- noodig zijn
27 kanonschoten of 155 van het geweer, wordende er
gemiddeld ruim 400 kilo ijzer gebruikt om een vijand te
doen vallen.
De meesten verliezen hun leven, zegt hij, door ziekte,
tengevolge van bivouac, koude nachten, halten te midden
der sneeuw, het marcheren in de brandende zon, enz.
Trouwens, dezelfde resultaten zijn ondervonden door de
geallieerden in den Ki'im-oorlog. (Alg. D. v. Ned.)
Wraak van een Notarisklerk. Een gierige
notaris had zijn klerk steeds doorzijn schrokkigheid geërgerd
en de klerk had zich voorgenomen om, zoodra hij eene
andere betrekking had, zijn heer notaris eens een poets
te spelen.
De tijd kwam. De klerk liet den notaris op zijn kamer
komen; hij lag op zijne legerstede uitgestrekt en verklaarde
dat hij zijn einde voelde naderen en zijn testament zou
maken.
//Uw testament?" vroeg de notaris.
//Ja voor allen, die mij lief waren heb ik
iets nage la ten."
//Spoedig dan," zei de notaris, en hij zette zich aan de
schrijftafel. //Gij vermaakt:"
//Aan vriend Karei Huigelman 30,000 gulden
aan den bureau-knecht 10 duizend gulden,
aan den jongsten klerk"
//Welnu dan?"
z/5000 gulden en aan"
/.Welnu," riep de notaris, doodsbleek //welnu
aan mij?"
«De vereerende taak om dat - alles te
betalen."
"Zoo, zoo!" riep de gierigaard, van spijt berstende, maar
nog steeds in verwachting voegde hij er bij//en waar is
nu dat geld?"
//Als ik dat wist," sprak de quasi-stervende klerk, «dan
ging ik niet dood."
In het Vaandel wordt medegedeeld, dat de derde nationale
schietwedstrijd dit jaar in de eerste helft van de maand Augustus
op de Wieselsche heide, achter het Loo, zal worden gehouden.
Jlet programma van den wedstrijd is als volgt:
A. Wedstrijd tusschen verschillende korpsen van
dezelfde wapens:
Weerbaarheid (tot den Nederlandschen Weerbaarheids-Bond
behooreud), schutterij, zee- en landmagt; waarbij elke weerbaarheids-
vereeniging als afzonderlijk korps wordt aangemerkt; afstand voor
het geweer 200, voor hei pistool 25 passen.
1°. Weerbaarheids-Vereenigingen, ieder vertegenwoordigd door
5 werkende leden.
2°. Dienstdoende en rustende schutterijen, ieder korps, of -
uit meer dan één bataillonieder bataillou vertegenwoordigd door
7 leden, waaronder 1 officier.
3°. Artillerie-korpsen bij schutterijen, ieder vertegenwoordigd
door 7 leden, waaronder 1 officier, inet het pistool.
4°. Koninklijk Instituut voor de Marine, Koninklijke militaire
Academie, regimenten infanterie, instructie-bataillon, bataillon
mineurs en sappeurs, korps mariniers, werf-depót, normaal-schietschool
en korps maréchaussé's, ieder vertegenwoordigd door 2 officieren
en 12 onderofficieren en manschappen.
5°. Regimenten artillerie en kavallarie, ieder vertegenwoordigd
door 1 officier en 6 onderofficieren en manschappen, met het
pistool.
B. Persoonlijke wedstrijd:
1°. Met het geweer, afstand 300 en 600 passen, tusschen alle
mededingers.
2°. Met den revolver, afstand 25 passen, voor officieren van het
leger die niet met het geweer mededingen.
3°. Met den revolver bij de manschappen op Zr. Ms. oorlogs
schepen in gebruik, afstand 25 passen, voor officieren en manschappen
der marine.
C. Wedstrijd tusschen alle leden van Weerbaarheids-
Vereenigingen
Hetzij tot den Nederl. Weerbaarheids-Bond behoorende of niet;
afstand 300 passen.
D. Wedstrijd als de voorgaande:
1°. Afstand 100, 300 en 600 passen.
2°. Afstand 200 passen, met alle hierna in art. 5 toegelaten
geweren, onder bijvoeging van het Remington-geweer.
Eene Duitsche naaldenfabriek werd onlangs met een bezoek van
den Koning van Pruissen vereerd. De Koning beschouwde de
haarfijne naalden, die men hem daar liet zien, met opmerkzaamheid,
en gaf zijn verbazing te kennen over het feit, dat men in een zoo
dun stukje staal nog een gat kon maken. Een werkman vroeg toen
een hoofdhaar van den Koning te mogen hebben, aan welk verzoek
de Koning glimlagchend voldeed. De man plaatste het haar een
oogenblik onder een machine, en wie beschrijft de verwondering
van den Koning, toen hij den man daarna een dunnen draad door
zijn haar zag steken, en de uieuwerwet9chc naald hem met een
buiging overhandigd werd.
Uit het Dagboek van miss Macphebson. In de straten van
Londen zwerven honderden, ja duizenden van kinderen om, die aan
niemand toebekooren. Men noemt ze in den dagelijkschen omgang
„Arabs," dat is Arabieren. Van allen verlaten, van velen vertrapt
en veracht, hebben deze arme kinderen een zeer ellendig leven, en
zijn ze van hun eerste jeugd af candidaten voor ellende, gebrek
en misdaad. In Daily Telegraph lezen wij verslagen over die
Londensche Arabieren door den bijzonderen verslaggever van dat blad.
Na eene beschouwing gegeven te hebben van de Westersche stammen
dezer Bedouïnen, die meest omzwerven in de woestijn der //Zeven
zonnewijzers," geeft hij in liet nummer van 5 April een verslag
van de Oostërsehe stammen, die in de wildernis van Bethnal-Green
leven. Van een zekere miss Macpherson, die reeds lang werkzaam
is onder deze jeugdige Heidenen, ontving hij een dagboek, waarin
onderscheidene portretjes van de kennissen dezer dame voorkomen.
Uit een paar honderd worden enkele medegedeeld
1°. T. S., oud 10 jaar (5 Maart 1869). Een wees. Moeder
gestorven in het werkhuis St. George. Vader gestorven tengevolge
van besmetting in een slagterij. Verkoopt doosjes langs de straat.
Heeft sedert Kerstijd niet in een bed geslapen, maar slaapt in hooi-
karren, achter een schutting, enz. Zegt het gebedje op, dat zijne
moede!' hem leerde.
2°. J. H., oud 13 jaar (5 Maart). Geen huis dan de straat.
Vader gedood door eene machine, waarbij hij werkzaam was. Moeder
gestorven aan een gebroken hart. Ging in het werkhuis, maar liep
om de slechte behandeling iu December weg. Slaapt in een bouw
val bij de Eastern-Railway. Weet niet meer den tijd te noemen,
toen hij op bed sliep.
Miss Macpherson heeft meer dan 200 dezer kinderen opgenomen
in een gebouw, dat een toevlugtsoord is voor allen, die ouderloos
en zonder ondersteuning zijn.
Één kind, geen kind. Het is mij of ik weenen moet, wan
neer ouders zeggen ons eenig kind. Ik word bedroefd, als ik op
een eenigen zoon zie. Maar wij hebben allen toch ook een zekere
neiging tot dien eenigehij heeft meer vaders en moeders dan
vele kinderen.
Één kind, geen kind. Meent niet, ouders! nakomelingen te
hebben, en verlaat u niet op kinderzegen. Stelt u niet, aan, alsof
ge met kinderen voorzien waart. Morgen hebt gij misschien geen
kinderen meer. Een ruwe wind woei gisteren, en heden zijt ge
beroofd van uw kroost. Weest altijd bereid uwen Benjamin over
te geven. Den eenigen Izaak wou Abraham Gode ten offer bren
gen, en vaak worden nog zulke dierbare gaven, ternggeëischt.
Één kind is als geen kind, geen vast eigendom, waarvan men
zich volkomen verzekerd kan houden. Waar slechts één kind is,
daar is 't, alsof de liefde der beide ouders het met een kracht
omklemde, waartegen het niet bestand is. Vader en moeder! gij
moet bij uw ééne kind nog een ander aannemen, een weeskind.
Dat zal het uwe een steun en zegen zijn. Wie zijne vrouw nog
nooit als moeder van meer kinderen zag, heeft haar nog niet regt.
leeren kennen.
Één kind, geen kina; het wordt zoo gemakkelijk een wezen,
dat niets kinderlijks meer aan zich heeft. Het is een heer zoon,
en de dochter heet dame. Daar is niet het bescheidene, het buig
bare, het toegevende, wat een kind zoo lieftallig, zoo beminnelijk
maakt. Ouders! neemt u in acht, dat gij niet met schrik de
waarheid van onze spreuk ondervindt. Hoe ligt wordt het ééne
kind verwefitl, vertroeteldHet is weldra niet meer het kind,
maar 't heerscht in huis en tiranniseert. Het is geen kind, maar
een dwingeland. Men heeft het daaraan gewend, meester te wor
den, en alles moet zich aan zijn wil onderwerpen, zijne luimen
moet ieder opvolgen. Men vreest de ontevredenheid, men siddert voor
den toorn van den kleinen gebieder. En in elk zijner lusten ver
krijgt het een nieuwe magt, die hem tot overwinning leidt, en
weldra heeft het ook de zwakheden zijner ouders bespied, en is -
geen kind meer. Één kind, geen kind een afgod misschien,
dien de ouders aanbidden, alles ten offer brengen, voor wien ze
op hunne knieën liggen. O, dat God hem wegnam! Een treurig
woord: één kind, geen kind.
Maar neen, het kan en moet een schoon woord zijn, wanneer
gij wilt, ouderswanneer uwe eenige kinderen willen en gevoelen,
wat dure verpligting op hen rust. Het eenige kind behoort zijn
vader, zijne moeder, het gemis van meerder kinderen te vergoeden,
van liefde te branden voor de oorsprongen zijns levens, hun vreugd
te bereiden zooveel het kan, hun een staf en troost te zijn bij 't
klimmen hunner jaren. O, dat alle eenige kinderen het bedachten,
hoe zij alleen voor hunne ouders moeten wezen wat drie, of vijf
of meer nog te zamen zouden geweest zijn, hun grootste schat op
aarde. (Naar eene Duitsche vertaling. Volksblad.)