eene commissie gevormd heeft uit de leden der Utrechtsche Vereeniging voor Fabriek-en Handwerknijverheid, met het doel om den arbeidenden stand in staat te stellen, door afzondering van kleine termijnsgewijze bijdragen zich op eene gemakkelijke wijze tegen den winter te voorzien van de meest noodzakelijke levensbehoeften en brand stoffen. Naar het Utr. Dbl. verneemt, zal de directie van den Bij n-spoorweg met den aanvang der zomerdiensten en ter- gelegenheid der opening van de lijn 's HageGouda een nieuwen maatregel, ook in het belang van het publiek, doen in werking treden, nl. om behalve zooals tot heden retour- billetten, geldig voor één dag, met 50 pCt. verlaging uit te geven, ook daarenboven verkrijgbaar te stellen retour- billetten geldig voor 3 dagen met 75 pCt verlaging, geldig op sneltreinen zonder suppletie. Naar men verneemt, zal ter gelegenheid van den derden nationalen Scherpschutters-wedstrijd, in de maand Augustus e. k. te houden nabij het koninklijk lustslot het Loo onder de gemeente Apeldoorn, eene volksgaarkeuken op zeer groote schaal worden ingerigt, ten einde de scherpschutters voor weinig geld een flinke voeding te verschaffen. De welbekende stichter der Nederlandsche volksgaar keukens, de heer Boer, van Botterdam, heeft belangeloos de directie dezer zaak op zich genomen, wat zeer tot waar borg strekt, dat deze onderneming volkomen aan het doel zal beantwoorden, niet minder dan de daarneven op te rigten restauratie, eveneens op zeer groote schaal, ten dienste der meer gegoeden en der bezoekers. De prijzen der spijzen en dranken zijn uiterst, billijk gesteld, zoo dat te verwachten is, dat de toevloed zoowel der deelnemers aan den wedstrijd als der bezoekers buitengewoon zal zijn. uitgelokt door het ongeëvenaarde fraaije van het park van het koninklijk lustslot en de reeds geëngageerde muziek van het regement veld-artillerie, terwijl nog tal van dege lijke amusementen worden voorbereid. Wij zijn overtuigd dat de toevloed der deelnemers ongemeen groot zal zijn, en spoedig velen op de roepstem der regelings-commissie zullen antwoorden; wij twijfelen evenmin, of het publiek, uitgelokt door het regt nationale der feestelijkheid, zal niet in gebreke blijven blijk te geven van zijn ingenomen heid met dit jaarlijks wederkeerende wedijveren zijner medeburgers, in vaardigheid in het schieten, waarbij het eenmaal met vertrouwen de verdediging te gemóet ziet van den vaderlandschen bodem. Zijn wij wel ingelicht, dan is het terrein, waarop de wedstrijd zal gehouden worden, reeds in orde gebragt en zijn daarop veertien schietbanen aangelegd. (N. Kott.-Crt.) Te 's Hertogenbosch is door de gezondheids-commissie de aandacht van het gemeentebestuur gevestigd op het reukeloos ruimen der secreet-putten. De onaangename en voor de gezondheid schadelijke wijze waarop het ruimen der secreetmest te dier stede plaats heeft, gaf reeds vroeger aan deze commissie aanleiding om het gemeentebestuur daarop te wijzen, doch thans, nu er sprake is van de uit breiding der cholera naar het westen van Europa, heeft zij nogmaals het gemeentebestuur in overweging gegeven het daarheen te leiden, dat het reukeloos ruimen der putten algemeen en verpligtend worde gesteld. Wanneer het te Capelle (Langstraat) bekende oude spreekwoord: //koren kort (laag bij den grond) aan de Mei, geeft veel in den zak", doorgaat, dan heeft men daar ook een goeden oogst te wachten, daar het winterkoren dit jaar zeer kort is. Intusschen heeft het eene mooije kleur en de akkers staan over het algemeen digt bezet. De aardappelen zijn nagenoeg allen te veld en de vroege soort begint hier en daar voor den dag te komen. Te Kuilenburg is men dezer dagen op een wolven- jagt uitgetogen. In de gemeente Beusichem was de Wolf gezien en de jagers hebben zich spoedig vereenigd, om het dier magtig te worden. Ooggetuigen beweren, dat het dier de Lek is overgezwommen en naar den kant van Utrecht de wijk heeft genomen. Als 'het roofdier niet meer in de verbeelding van eenige personen dan in werkelijkheid hestaat, is het de vraag, hoe het dan in deze streken is verzeild geraakt. Van tijd tot tijd hebben te Lonneker hanengevechten plaats, eene navolging in miniatuur van die hatelijke Engelsche en Indische gewoonte. Zoo ook Paasch-Maandag, bij welke gelegenheid de prijs voor den winner uit 36 bestond. Wenschelijk ware het, dat de raad dier gemeente eene verordening vaststelde, bij welke dergelijke gevechten verboden en strafbaar gesteld werden. Niet alleen is het boosaardig en wreed, eene den menscli onteerende hande- ling, twee onschuldige dieren elkander te laten doodmartelen, maar er wordt ook bij dergelijke gelegenheden menige stuiver' verwed en verdronken, die zeer goed te pas zou komen in de huishouding van dergelijke liefhebbers, die in den regel tot den minderen stand behooren. De gemeenteraad van Harlingen heeft in zijne laatst- gehoudene zitting eene gezondheidscommissie benoemd, bestaande uit 9 leden, waaronder een 3tal doctoren, 2 apothekers, 1 architect en 3 particulieren. Een bakker te Warns, die bij zijn huis een hoop takkebossen had liggen, merkte al spoedig, dat ze daar niet veilig lagen, want voor en na miste hij er een klein gedeelte van. Hij kreeg wel vermoeden op zekeren persoon, doch zekerheid had hij nog niet. Nu kwam hij op den volgenden inval: Hij boorde in de dikste takken eenige gaatjes, vulde die met buskruid, stopte ze netjes digt en legde dit verraderlijke hout weêr neêr, alsof er niets meê gebeurd was. En wat geschiedde nu? Den volgenden nacht, toen onze bakker pas was ingeslapen, werd hij verschrikt wakker tengevolge eener geweldige ontploffing, die hem en ook de andere buren het bed uitdreef en naai de plaats des onlieils deed spoeden. En wat ontdekte men Dat bij een buurman plotseling met een vervaarlijk geraas de kagchel uit elkaêr was gevlogen, doch gelukkig zonder brand te veroorzaken. Men stond versteld, wat dit toch wezen mogt! Daar had zeker de duivel in gezeten, dacht men algemeen. Maar de bakker, die, ofschoon wel wat roekeloos, zoo vernuftig van buskruid gebruik had gemaakt, om den dief te ontdekken, wist nu met zekerheid waar zijn hout gebleven was. Als eene bijzonderheid wordt uit Idaard gemeld, dat J. de II. jl. Vrijdag morgen om 3 uur op het buiten van den heer mr. Bergsma den nachtegaal heeft hooren slaan en een mannetje en wijfje heeft gezien. Het is daarom zoo bijzonder, omdat er in geheel Friesland, en misschien Nederland, nog geen nachtegaal is te bekennen en nog meer, dat die dadelijk bij aankomst zouden slaan. De Prov. Friesche Crt. bevat de volgende vragen: ,/Met welk regt dwingt men onze soldaten tot kerkgaan?» //Waarom houdt men onze soldaten gewapend buiten dienst?" //Waarom belemmert men de huwelijken van officieren, onder voorwendsel dat hun //Stand" in eere moet gehouden worden?" //Waarom laat men onze miliciens op post staan en koude lijden, om dingen te bewaken, die niemand stelen zal?" //Waarom gaat de militaire adat in vele zaken boven de wet, boven de grondwet zelfs?" Wij zijn nieuwsgierig te vernemen, in welke eeuw men de antwoorden leveren zal. X. zegt in de Meppeler Courant: //Het tuchthuis boven de school. In de Drents. Crt. van jl. Donderdag, wordt eene gevangen-bewaarster gevraagd tegen een tractement van 350. De salarissen van hulponderwijzers in Drenthe klimmen van 150 tot 300. Wie van de hulponderwijzers hier ten platten lande 275 verdient, mag niet klagen De betrekking van bewaarster in het tuchthuis moet dus vrij wat gewigtiger zijn dan die van hulponderwijzer, want ik vooronderstel, dat in het goede en regtvaardige Nederland ieder loon naai werken krijgt." Aangekomen schepen te Batavia vóór 5 April Noac.h I en Susanna Jobanna. Vertrokken: Candati en Waterloo. Een echte schuiftrompet ziet men tegenwoordig bijna niet meer. Men mag een enkele maal bij een troep straat- of lierberg-muziekanten zulk een instrument nog in gebruik zien, maar een orkest van eenig gehalte heeft tegenwoordig in plaats van zoo'n ding een trompet met kleppen in dienst, welk instrument gemakkelijker en minder vermoeijend is te bespelen. En nu is het dan ook onmogelijk dat zich een voorval herhaalt, in den tijd der ouderwetsche schuif trompetten geschied. Toen moet het gebeurd zijn dat een boer, die in een kleinen schouwburg een voorstelling bij woonde en zijn plaats had digt bij de blaasinstrumenten, het volgende bewijs gaf van eenvoud met goedhartigheid vermenigvuldigd. Hij had den man met de schuiftrompet de twee stukken van zijn instrument al zoo lang uit en in zien schuiven, dat hij eindelijk medelijden met hem kreeg; toen boog hij zich over het schot, dat het orkest van het publiek scheidde, en greep de trompet uit de handen van den op niets verdachten muzikant, terwijl hij tot hem zeide: //Och, laat ik je maar eens helpen." Met een forschen ruk trok nu ons boertje de twee stukken van de trompet uit elkaêr, en gaf ze daarop aan haar verbijs terden eigenaar terug met een blik als of hij zeggen wou z/'t is jou niet kwalijk te nemen, arme hongerlijder!" Alzdó moet het verklaard worden, dat ook deze schuif trompetter eindelijk tot de aanschaffing van een instrument met kleppen is overgegaan. Gedurende de strenge koude in den afgeloopen winter kwam een reiziger aan een station in een coupé van den spoortrein, die door een hevig dampenden zoon van Albiou duchtig met rook was gevuld. ,/Ik zal eens spuijen," zeide de nieuw aangekomene, en wilde het raampje van het por tier neêrlaten. //Meneer! wat begint ge?" riep echter de Engelschman, //een raam open bij zulk eene koude!" De dus aangesprokene liet zijn voornemen varen, zette zich neder, kreeg een sigaar uit den zak en verzocht den Engelschman een weinig vuur. Maar deze weigerde, zeggende //Mijn vriend, ziet ge niet, dat, als gij ook aan het rooken gaat, wij zullen stikken?» STATEA-GENERAAL. Tweede Hamer. De regering heeft geantwoord op de bedenkingen, in de afdeelingen der Kamer gemaakt, over de ontwerpen tot regeling: 1. van het veeartsenijkundig staatstoezigt en de veeartsenijkundige politie, en 2. van de uitoefening der veeartsenijkunst. Verscheidene der gemaakte opmerkingen hebben geleid tot wijziging van enkele artikelen, welke in een nota van wijzigingen aan de Kamer worden aangeboden. Wat aangaat de bezwaren, die door sommige leden tegen deze wetsontwerpen zijn aangevoerd, zegt de minister: Terwijl anderen met de strekking daarvan waren ingeno men, waren zij van oordeel, dat het in te stellen staats toezigt tot aanzienlijke uitgaven zou noodzaken, zonder dat evenredig nut daarvan te wachten was. Deze stelling zou alleen dan te verdedigen zijn, wanneer öf de welstand van den veestapel niet als een nationaal belang wierd beschouwd, öf de middelen, in deze wetsontwerpen aange wezen om den veestapel tegen belangrijke verliezen te beveiligen, niet doeltreffend wierden gerekend. Hot eerste kan bezwaarlijk worden tegengesproken, over het laatste kan verschil van gevoelen bestaan: de Staten-Generaal zullen daarover hebben te beslissen. Maar wanneer de welstand van den veestapel als een nationaal belang wordt erkend, en deze wetsontwerpen geacht worden den vee stapel op voldoende wijze te beschermen, dan zijn de uit gaven, die men zich ter bereiking van dit doel zal moeten getroosten, inderdaad niet te aanzienlijk. Door een goed geregeld staatstoezigt kunnen gevaarlijke epizoötiën worden voorkomen of althans in den aanvang bestreden. Alleen door een voortdurend toezigt van verantwoordelijke ambte naren kan op voldoende wijze in dezen belangrijken tak van de dienst voorzien worden. Het getal ambtenaren, dat onmiddellijk na de invoering der wet zou benoemd worden, zal niet groot zijn; het ligt in de bedoeling van den minister hiermede een bescheiden begin te maken door benoeming van eenige weinige districts-veeartsen, en eerst dan hun getal te vermeerderen, wanneer de ondervinding overtuigend mogt aantoonen, dat daaraan dringende be hoefte bestaat! Is het nadeel klein, het is bovendien slechts tijdelijk. Ook hierin zal wel de regel gelden, dat het aan bod zich regelt naar de vraag. Volgens eene opgave, door den minister overgelegd, beliep het getal geëxamineerde veeartsen in 1869 119, en het getal empirici in 1868 634. SE^OEf^INGEN ïfi VERPLAATSINGEN BIJ MARINE EN LEGER. Z. K. H. Prins Alexander is benoemd tot kapt. a la suite bij de bataillons jagers van het reg. gren. en jagers; tot kapt. o l. s. bij het reg. rijd. artillerie; tot ritm. a l. s. bij het 4de reg. huza ren, en tot luit. ter zee 1ste kl. a l. s. De adelborst 1ste kl. H. C. E. van IJsselsteijn, dienende bij het escader in Oost-Indië, is, op zijn verzoek, eervol uit de zeedienst ontslagen. BUTEXLAXD. België. Door de voor- ei) tegenstanders van de toepassing der doodstraf in België is een levendige strijd gevoerd over de vraag, of ten aanzien van den wegens het bedrijven eener reeks van moorden ter dood veroordeelden Dessous- le-Moustier al dan niet van den veelal daar te lande gevolgden regel tot het verleenen van gratie behoorde te worden afgeweken. Dit pleit is, indien het Journal de Liége goed is ingelicht, thans beslist. Door dat blad wordt nl. gemeld, dat de Koning bij besluit van den 19 dezer het door het hof van assises van Henegouwen uitgesproken doodvonnis, waarvan Dessous-le-Moustier geene cassatie heeft doen aanteekenen, in levenslange tuchthuisstraf heeft veranderd. F r a n k r ij k. Keizer Napoleon heeft jl. Maandag de eerste wedrennen in het Bois de Boulogne bijgewoond. Hij heeft eenigen tijd voor de tribunes heen en weêr gewandeld, op den arm van zijn adjudant, den generaal de Biéville, leunende. De brief van Napoleon III aan de tien millioen Franschen, die geroepen zullen worden om ja of neen te zeggen op de hun voor te leggen vraag of zij de constitutie van 1870 goedkeuren en mitsdien die van 1852 vervallen verklaren, is nog niet verschenen en toch is een der te Parijs gevestigde dagbladcorrespondenten, gelijk hij zegt, in staat den hoofdinhoud van bedoelden brief bekend te maken. De berigtgever verklaart uit zeer goede bron geput te hebben, en de verantwoordelijkheid natuurlijk voor hem overlatende, deelen wij op zijn gezag het volgende mede: //De brief van den souverein is eigenlijk niet aan het Fransche volk ,/gerigt», bovenaan staat eenvoudig het woord //Franschen!» In eenvoudige, maar waardige taal slaat de Keizer een terugblik op de twee plebisciten, waarbij de natie hem in 1851 en 1852 het hoogste gezag verleende. Hij brengt in herinnering de omstandigheden onder welke dit geschiedde, schetst al hetgeen gedurende zijne achttienjarige regering is verrigt en tot stand ge komen en somt op al wat hij in dat tijdperk voor Frankrijks grootheid en welvaart heeft bewerkt. De Keizer wil volstrekt niet met zijn verleden breken. Ook bij hem staat het vast dat de keizerlijke ideeën moeten voortgezet worden. Daarom vestigt hij de aandacht op den politieken vooruitgang der natie; een vooruitgang in dê eerste plaats verkregen door het keizerlijke bewind en die hem in staat stelde thans de hervormingen ten uitvoer te brengen, naar welke hij bij geheel zijn regeringstelsel sedert den aanvang tot nu toe gestreefd heeft. De keizerlijke briefschrijver ver mijdt evenwel in zijnen brief de uitdrukking //parlementair keizerrijk», doch laat doorschemeren dat het tegenwoordige plebiscitum betreffende de verandering van regeringsstelsel hoofdzakelijk bestemd is om //de overdragt van de heer schappij aan den zoon en troonopvolger gemakkelijk te maken.» Hierop legt de Keizer den meesten nadruk en hoe de stemming ook uitvalle, het is zeker dat deze volzin de beslissende zal zijn, in welke voor de volksmassa het gewigt van de stemming ligt opgesloten. De brief draagt, wat vorm en stijl betreft, duidelijk den stempel dat hij Napoleons eigen schepping is.» (Amst. Crt.) Het manifest, door de meerderheid der linkerzijde opgesteld, is dezer dagen bekend geworden. Het is, hoe men over de strekking denken moge, fraai van vorm, krachtig en niet hevig, het noemt de republiek niet, of schoon het een door en door republikeinschen geest ademt. Ziehier enkele zinsneden //Medeburgers! Den 2 December heeft Frankrijk gekromd onder de magt van één man. Thans is het persoonlijk gezag geoordeeld door zijne werken. De ervaring veroor deelt het, de natie verwerpt het. Bij de jongste verkie zingen heeft het Fransche volk luide zijn oppermagtigen wil verklaard; het verlangt de persoonlijke regering te doen vervangen door de regering van het land door het land. Verwezenlijkt de nieuwe constitutie, waaromtrent gij geroepen zijt u te verklaren, den nationalen wensch? Neen. De nieuwe constitutie vestigt niet de regering van het land door het land. Zij geeft daarvan alleen den schijn. //Het persoonlijk gezag is niet vernietigd; zijn geduchtste prerogatieven blijven ongeschonden. //Dat is de constitutie, welke men u voorstelt. Men vraagt u om afstand te doen. Wilt gij dien onderteekenen?

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche en Nieuwedieper Courant | 1870 | | pagina 2