1870. N°. 65. Woensdag 1 Junij. 28 Jaargang. Uitgever A. A. BAKKER Cz. De COMMISSARIS DES KONINGS BEKENDMAKING. BINNENLAND. EN HELDERSCHE NIEUWEDIEPER „Wij huldigen het goede." Verschijnt Dingsdag-, Donderdag- en Zatürdag namiddag. bonaementsprijs per kwartaal1.30. franco per.post - 1.65. Bureau: MOLENPLEIN, N°. 163. Prijs der Advertentiëh: Van 14 regels 60 eent, elke regel meer 15 cent. Groote letters of vignetten worden naar plaatsruimte berekend. Per laatsten trein van den Helder vertrekt Woensdag den 1 Junij over Triest en Honderdag den 2 Junij over Harseille de Mail naar Oost-Indië, China en Japan. maandag den 6 Junij vertrekt, per laatsten trein van den Helder, de West-Indische mail over Ut. IVazaire. in de provincie NOORDHOLLAND brengt ter kennis van belanghebbenden, dat den 1 Junij aanstaande de binnen-vloeddeuren van de Zijper-schutsluis, in het Noordhollandsch kanaal, zullen worden verwisseld; waardoor het mogelijk is dat de scheepvaart eenige belemmering zal ondervindep. Haarlem, 27 Mei 1870. De Commissaris des Konings voornoemd, E O E L L. De BURGEMEESTER der gemeente HELDER maakt, ter voor koming van ongelukken, aan de ingezetenen bekend, dat de practiscbe SCHIETOEFENINGEN OP DE HORS met het geschut van Zr. Ms. oefeningsvaartuig VULKAAN weder zullen plaats hebben op Maandag, Dingsdag, Woensdag, Donderdag en Vrijdag van iedere week, aanvangende den 1 Junij eerstkomende. Bij de gewone schietoefeningen wordt eene roode vlag aan den voortop van genoemd vaartuig geheschen en zal het strand op de Hors op een afstand van 4500 meters, in de rigting van den Stuif- dijk, onveilig zijn. Bij het schieten met getrokken geschut worden aan de beide toppen van genoemd vaartuig roode vlaggen geheschen en zal het strand op de Hors op een afstand van ruim 5000 meters in de rigting van den Stuifdijk, onveilig zijn. Genoemd gedeelte van de Hors zal worden afgepaald door paaltjes met bordjes, waarop geschilderd is: //Zr. Ms. oefenings vaartuig Vulkaan. Aan het einde der rooilijn wordt eene blaauwe en op de ambts nollen eene Nederlandsche vlag geplaatst. Ofschoon men zich buiten de boven omschreven grenzen veilig zou kunnen achten, dient men in acht te nemen, dat, wanneer er met springgranaten geschoten wordt, de stukken dezer projectielen tot over de grenzen kunnen worden geworpen, en het alzoo raad zaam is, zich in dit geval ook niet aan de binnenzijde des Stuif- dijks in de mok op te houden. Verder wordt in herinnering gebragt, dat het verboden is de projectielen en verdere materialen, welke op genoemde plaats liggen, op te zoeken en zich toe te eigenen, zullende deze handelwijze worden beschouwd als ontvreemding van 's Rijks goederen en degenen, die zich onverhoopt hieraan mogten schuldig maken, als zoodanig worden vervolgd. Helder, De Burgemeester voornoemd, 31 Mei 1870. STAKMAN BOSSE. HELDER en NIEUWEDIEP, 31 Mei. Z. K. H. Prins Alexander der Nederlanden bragt gisteren een bezoek aan Zr. Ms. raderstoomschip de Valk, alhier in de haven liggende. De Prins betuigde aan HH. officieren en onderofficieren HDs. erkentelijkheid voor de uitmuntende wijze, waarop ieder zich beijverd bad om 's Prinsen verblijf aan boord gedurende den togt in de Middellandsche Zee, te veraangenamen. Als blijk daarvan werden door Z. K. H. onderscheidene geschenken uitgereikt, 's Namiddags ten 6 ure 25 min. vertrok de Prins weder van hier, nadat hij ten huize van den heer schout-bij-nacht het diner had gebruikt. Naar men ons verzekert, zijn bij de orde van de Eikenkroon de volgende officieren van het raderstoomschip de Valk benoemd: tot kommandeur, de kapt.-luit. ter zee N. M. J. Kroef, kommandant; tot officier, de luit. ter zee lste kl. J. A. E. Dinaux, 1ste officier; tot ridders de luit. ter zee lste kl. A. J. Willekens, de luit. ter zee 2de kl. P. J. Vegilin van Claerbergen en de off. van gez. 2de kl. L. L. Reeder. Ter waarschuwing aan jeugdige knapen, die vaak hoog, zeer hoog klimmen om een vogelnest magtig te worden, diene deze vermelding. Een knaap klom jl. Zondag in den vroegen morgen op het dak der R. C. Bewaarschool alhier en had het ongeluk van eene betrekkelijk aanzien lijke hoogte naar heneden te vallenzwaar gekneust kwam hij beneden en in dien toestand werd hij naar het ouderlijk huis gebragt. De miliciens der ligting van 1869, die hij de ver schillende regimenten infanterie nog in activiteit zijn, zullen den 15 Julij a. s. in het genot van onbepaald verlof worden gesteld. Benoemd zijn: tot off. van just. bij de arrond.-regtb. te Middelburg, mr. J. W. T. S waters van Scliaumburg, thans off. van just. bij de arrond.-regtbank te Gorinchem en tot off. van just. bij de arrond.-regtbank te Gorinchem, mr. S. J. T. H. Nedermeijer ridder van Rosenthal, thans, off. van just. bij de arrond.-regtbank te Sneek. Beroepen tot predikant bij de Doopsgezinde gemeente te Edam ds. A. Snellen, thans te Winterswijk. Tot pastoor der Laurentius kerk te Rotterdam, in plaats van wijlen den pastoor J. P. v. d. Berg, is benoemd de heer N. F. Taverne, pastoor te Asseudelft. Jl. Vrijdag heeft te Anna Paulowna-Polder de aan besteding plaats gehad van het bouwen eener R. K. kerk en pastorie, naar het plan van den architect Th. Asseler. Van de 10 inschrijvers was de heer C. N. Vlaming, te Schagen, de minste, aan wien het werk voor de som van 19,648 is gegund. Dezer dagen werd te Hoorn met de boot gevankelijk aangebragt zekere J. C. Konlangs eerst als deur waarder ontslagen te Medemblik, die zich te Hoorn heeft schuldig gemaakt, bij den dag, aan diefstal van gouden voorwerpen. Jhr. Salvador is onvermoeid werkzaam in de zaak EldersWiersma, ofschoon geen der partijen zijn mede werking schijnt op prijs te stellen. Thans plaatst hij ook in het Handelsblad eene advertentie, waarin hij er over klaagt, dat in die regtszaak alle vuile bijzonderheden worden opgehaald, die ter zake niets afdoen; hij vraagt, of daartoe de geregtszaal mag worden gebezigd. En dat alles, «om verklaarbaar te maken, dat een ongelukkige gek, reeds te Meerenberg verpleegd en nooit gekureerd, op nieuw krankzinnig is bevonden?» De heer Salvador zegt, de partij op te nemen voor de Nederlandsche vrouw, die, als eene Oostersche slavin bejegend, naar de grillen van een krankzinnige wordt opgesloten, onder voorgeven van de maritale magt te handhaven. Bij de velerlei regterlijke dwalingen, meent de heer S., dat een beeldstormerij noodig: is van afgoden, niet door revolutionairen, maar door gezonde, eerlijke hervormers. In de jaarvergadering van aandeelhouders in de Amstel-Hötel-maatschappijjl. Zaturdag te Amsterdam gehoudeu, is gebleken dat het jaar 1869 eene winst van ruim 18,950 had opgeleverd, hetwelk echter nog niet voldoende geweest was om de verliezen van 1867 en 1868 te dekken, zoodat de exploitatie-rekening op uit. December 1869 met een saldo-verlies van ruim 1690 sloot. Aan een brief uit Haarlem, betreffende de Haarlemmer Hout, voorkomende in het Utrechtsch Dagblad, ontleenen wij de volgende regelen: «In vele jaren viel het kerkelijke feest der opstanding niet met dat der ontwaking en opstanding der natuur zoo te zamen als dit jaar. Als in een oogwenk was de graauwe en sombere tint, die over bosch en veld lag uitgespreid, in een zacht fluweelachtig groen herschapen, en van heinde en verre kwamen de gevleugelde zangers, om ook met hunne stemmen bij te dragen, opdat zoo krachtig mogelijk het hooglied van het groote oratorium «het eeuwige en oneindige in de natuur» mogt weergalmen. De pen van den mensch is te zwak om, ware het mogelijk in losse trekken, eene beschrijving van dat ontwaken en herleven van de natuur te geven, en al moge, onder de vele millioenen, die zich in de natuur bewegen, het heilige vuur der kunst een enkelen sterveling bezield hebben, om in toon of lied, dat grootsche majestueuse feest te beziDgen, toch zijn het zwakke toonen in vergelijking van het heerlijke lentelied van de leeuwerik, die al jubelend hooger en hooger en met steeds helderder stem den grooten Almagtige zijn loflied zingt. En niet de leeuwerik alleen, neenalles wat ademt en leeft, stemt mede in dat heerlijke opstandingslied, boomen en struiken, bloemen en kruiden, de beek, die er murmelt, de wolk, die er droppelt, alles! alles! werkt zamen om dat beeld zoo heerlijk, zoo goddelijk mogelijk te maken. Wie dat liefelijke beeld in zijne volle schoonheid en glans wil aanschouwen, die kome in Haarlems dreven; daar heeft natuur zich een tempel gebouwd, zoo heerlijk en prachtig, zoo éénig mogelijken wat de mensch in zijn zwakheid nog kon bijbrengen om die majesteit te ver meerderen, dat heeft hij hier gedaan. Met de eerste kinderen van Flora tooit hij die heilige plek, met een rijkdom van bloemen, die niet te beschrijven is, omgeeft hij die, en met de heerlijkste, opwekkendste en liefelijkste geuren bewierookt hij die. De schrijver besluit zijn brief met de volgende regelen: «Ik wil echter gaarne bekennen, dat mijne pen te zwak is, om een beeld van dat heerlijke plekje van den Nederl. grond te geven. Het geniale penseel van een Ruysdael, een Koekoek konden dit, want menig schilderstuk laat ons uitgezochte plekjes van den Hout herkennen. Het levendige, frissche groen der beuken naast het stemmiger groen der eiken, de trotsche iep naast de zachte linde, de stijve, regtzinnige den, naast de majesteusen eik, de golvende met mos als met een tapijt bedekte bodem, de duizende vogelkeeltjes, die hier zoo vrij het leven genieten en hun loflied zingen, die heldere, zonnige, lichte plekjes, de nachtegaal die zijn avondlied kweelt, de suisende zeewind, die de toppen der boomen beweegt, dit alles te zamen genomen, overweldigt en dwingt tot bewondering. De indruk vau het geheel is niet te beschrijvenmen moet het zien en dan ben ik ver zekerd, dat men mij niet" van overdrijving en dweepen zal beschuldigen. De koude natuur-onderzoeker bewijst on tegenzeggelijk, dat er in de natuur geen kleur bestaat, maar slechts ethergolven van verschillende lengten, dat er geen toon bestaat, maar slechts luchttrillingen, die lang zamer of rasscher op elkander volgen en toch bekoort dienzelfden kouden rekenkundige de kleurspeling van den regenboogtoch wekt het liefelijke gezang van den nachte gaal een geheimzinnig verlangen in hem optoch kan hij zich niet losrukken van die onbeziende massa's, die als een landschap voor hem uitgespreid liggen; toch kan hij zich niet afwenden van dien gouden glans der avondzon, die zoo liefelijk tot zijn hart spreekt en door zijne verhevenheid zijne ziel tot buiten de grenzen dezer voor hem zigtbare ruimte medesleept; waarheen? dat weet hij niet, doch zijp gevoel zegt hem: er moet ook iets buiten die wiskunstige waarheden en axioma's bestaan, iets verheveners, iets edelers. Onder dat groene dak waant men zich in een Gothischen tempel; met krachtigen arm steunen de omhoog strevende takken den bladeren koepel en torschen den geheelen bouw met een gevoeliger, meer tot aanbidding en bewondering geneigd gemoed, doorwandelt men dan dezen gewijden grond. En niet het minst ondervindt men dien indruk in de aan het einde van den Hout liggende Spanjaardslaan, eene breede, driedubbele laan van prachtige, statig omhoog gegroeide linden; ik zag zelden grootere en schoonere linden. Aan het einde en ter zijde van deze laan verrijst het eene schooné buitenverblijf naast het andere. Aan den westelijken kant heeft men een heerlijk gezigt op de groote en weelderige bosschen van Els wout en de duinen; de ondergaande zon verguldt nog de tegen het duin donker afstekende toren van O verveen, de avond daalt op den verwarmden bodem neder, vochtige daauwnevels rijzen ver kwikkend uit den bodem op. Daar trilt door de vochtige avondlucht een zachte klank! De duinen weerkaatsen dien de klok roept den moeden arbeider toe, dat de tijd der ruste gekomen is, en ook wij keeren van onze wandeling in den heerlijken, stillen, vrede en kalmte verkondigenden Hout, naar de bedrijvige en woelige ménschheid terug. Jl. Zondag avond omstreeks 9 ure heeft te Haarlem bij den heer L., op den Singel, een poging tot diefstal plaats gehad. Te huis komende vond de heer L. zijne dienstbode in de keuken liggen met de handen op den rug gebonden. Er was, zoo verhaalde zij, aangebeld en bij het openen had men haar een kleedingstuk over het hoofd geworpen. Zij had den binnenkomende dus niet gezien. Zij was daarna gebonden en in de keuken gebragt. Waar schijnlijk is de dief op het vernemen van eenig gerucht doorgegaan, zonder zich iets toe te eigenen. Althans er wordt niets vermist. De justitie doet onderzoek. In de sociëteit «Kunstmin» te Dordrecht is jl. Vrijdag de heer H. Quispel, luitenant ter zee 2de klasse aan boord van de Vice-Admiraal Koopman, met het «Volkslied» begroet. (U. D.) De paardenmarkt, die gisteren te Utrecht gehouden werd, was levendig in paarden voor Fransche handel; matige handel in werkpaarden. Het aantal aangevoerde paarden bedroeg 579. In de vorige week zouden te Ruisbroeek een paar kinderen, die door hunne ouders verlaten waren, door de gemeente tot zich genomen worden. De veldwachter werd gezonden om hen te halen, maar naauwelijks zagen zij deze aankomen, of, zich vergissende in zijne bedoeling, namen zij de vlugt. De veldwachter volgde henmaar bij het kanaal gekomen sprong het 12jarige meisje in het water, bijna onmiddellijk gevolgd door haar Sjarig broertje. De burgemeester, die op eenigen afstand den veldwachter was gevolgd, zag dit en zonder zich een oogenblik te bedenken, sprong hij de kinderen na, en had het het geluk hen achter elkander op den oever te brengen. Te Tilburg zijn 3 metselaars met een stelling, waarop zij werkten, naar beneden gevallen. Een hunner is zoo zwaar gekwetst, dat men vreest, dat het hem het leven zal kosten.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche en Nieuwedieper Courant | 1870 | | pagina 1