Zaak van Dr. F. S. Elders.
Weerkundige Waarnemingen te Helder,
Marktberigten.
272ste STAATS-LOTERIJ.
Correspondentie.
APVERTEIMTIËN.
werden 80 huizen door het geweld van een orkaan en de
kracht van het water van hunne grondvesten gerukt en
vernielddie ramp kostte aan 60 personen het leven,
behalve het verlies aan vee en goederen, dat niet te
berekenen is. Ook andere plaatsen werden ongeveer gelijk
tijdig door deze vreeselijke ramp bezocbt.
Volgens de verzekering van den Atheenschen corres
pondent van de Augsb. Allg. Zeitung, woog de afgeslagen
kop van den Griekschen roover Spathias niet minder dan
9 kilogram.
Te Hannover is dezer dagen eene vereeniging tot
stand gekomen zeker eenig in haar soort. De ondernemers
van reizende tooneel-gezelschappen, kunstenaars, acrobaten
en dergelijken, de eigenaars van carroussels en schietsalons
hebben zich aldaar vereenigd tot het houden van een
congres. Drie dagen lang hebben de beraadslagingen
op dit congres geduurd en het resultaat daarvan is
geweest het stichten eener Vereeniging tot bescherming
der belangen van het publiek," onder dien titel is de nieuwe
vereeniging in het leven getreden. De wijze waarop zij,
tot bescherming der belangen van het algemeen zal optreden,
is als volgt: er is eene commissie benoemd, die zonder
appèl zal beslissen of een adspirant tot het geven van ver
tooningen zal worden toegelaten of niet.
Kerkelijke Staat.
Er is in de laatste dagen meermalen sprake geweest
van eene nieuwe depêche betreffende het concilie, welke
door de Fransche regering aan haren gezant te Eome zou
gezonden zijn. Aan de Augsb. Allg. Zeitung wordt aan
gaande dit staatsstuk het volgende, onder dagteekening van
26 Mei, uit Eome gemeld:
,/Eene nota, welke de heer de Banneville voor een paar
weken uit Parijs ontving om ze aan den kardinaal Antonelli
mede te deelen, of eigenlijk slechts voor tè lezen, behelst
hoofdzakelijk het volgende: /Frankrijk ziet voortaan af
van alle verdere bemoeijenis met de Eomeinsche aangelegen
heden en vergenoegt zich van nu af met van de besluiten
van den Paus en het concilie kennis te nemen. Als be
vriende Catholieke mogendheid heeft de Fransche regering
haren pligt vervuld en getracht het Eoomsche hof den
verderfelijken weg te doen verlaten, die het heeft ingeslagen.
Dit is vrnchteloos geweest. De heilige stoel schijnt besloten
te hebben zich zelf in het verderf te storten: Frankrijk
zal zich daarbij als lijdelijk toeschouwer gedragen, maar
neemt den door Eome's oorlogsverklaring veranderden toe
stand aan. Met den dag der vaststelling van het leerstuk
der onfeilbaarheid verliest het concordaat zijne kracht en
houdt de tot dus ver tusschen staat en kerk bestaande
betrekking op. De staat scheidt zich van de kerk af en
de Fransche troepen verlaten den Kerkelijken Staat."
Officieel is tot dusverre niet van het bestaan noch van
den iuhoud der nieuwe nota gebleken.
Ook een bij de Indépendance Beige ontvangen schrijven
uit Eome zegt, dat het Fransche gouvernement aldaar de
vaststelling der onfeilbaarheidsleer zoekt tegen te houden
door te dreigen met terugroeping zijner troepen en met
scheiding tusschen kerk en staat. Dit is in het oog van dat
blad een onwaarschijnlijk berigt, hoewel het volkomen strookt
met de begrippen die de heer Ollivier openlijk voorstond
vóór dat hij minister werd.
Italië.
Er heerscht hier sinds drie weken een tropische hitte,
waardoor het graan op de velden voor goed is verdord.
R n s 1 a 11 d.
In den omtrek van Warschau leeft een grijsaard van
112 jaar, Lazarus Fuchs, die nog met allen ijver en tot
tevredenheid van iedereen zijne betrekking van koster eener
synagoge vervult. Eerst drie jaar geleden kreeg hij grijs
haar en op het oogenblik is hij nog zoo krachtig, dat hij
meermalen 's weeks van zijn dorp naar Warschau en terug
loopt. Overigens is de krachtige oude man nog jeugdig,
vergeleken met zijn vader en grootvader, die den ouderdom
van 120 en 126 jaar bereikten. De laatste had hem
mee rmalen verteld hoe de dappere Johan Sobiesky, de
geesel van de Turken, er uit zag.
In de zitting van het Provinciaal Geregtshof, jl. Donderdag-
gehouden, werd het woord verleend aan den verdediger van den
beschuldigde, Mr. Levy.
Hij aanvaart zijn taak met huivering, want waarheen zich de
blikken rigten, hetzij naar de bank der beschuldigden, hetzij naar
die der getuigen, overal vindt men gewigtige en moeijelijke vraag
stukken op te lossen. Er speelt hier een verschrikkelijk drama.
In de eerste plaats wordt hij getroffen door den beschuldigde, die
op onteerende wijze uit zijn werkkring is gerukt en reeds eéne
langdurige preventieve gevangenschap heeft ondergaan. Was deze
vervolging noodig en, vraagt hij, was het noodig dat de beschul
diging zich van den beginne af plaatste op tweeërlei gebied. En
wanneer hij dit zegt, heeft hij daarbij niet het oog op dezen amb
tenaar van het O. M., die op zulk eene humane en kiesche wijze
zijn pligt heeft vervuld. Ook vereenigt hij zich ten volle met de
hulde, reeds in de dagbladen aan den voorzitter gebragt, over de
kiesche wijze waarop hij het getuigenverhoor heeft geleid, maar hij
kan niet goedkeuren, dat de acte van beschuldiging terstond is
publiek gemaakt, het geheele land is doorgegaan en daardoor in
handen is gegeven van iedere vrouw en jonge dochter. En toch
heeft hij jl. Woensdag het woord delicatesse in deze raadszaal
hooren uitspreken.
Hij komt nu tot zijn eerste middel van verdediging. Er bestaat
hier geen strafbaar certificaat in den zin der wet. De wet maakt
het materieel onmogelijk, dat door een doctor worde afgegeven een
„lettre de cachet", en daardoor is het niet noodig een waarschu
wend arrest te provoceren. Pleiter dacht, dat men tot hiertoe
alleen straffende arresten had. Een „lettre de cachet" is alleen
mogelijk als de officier zijn pligt niet doet. Wij hebben het
gehoord van getuige Haakman, dat dikwijls certificaten worden
teruggegeven, die niet in den vorm zijn, en was dit certificaat in
den vorm, als er duidelijk in de wet staat, dat het moet inhouden
de omstandigheden.
Pleiter noemt de gevangenneming onwettig, want men heeft tot
hem op het parket gezegd: „verantwoord u nu", en was het
wonder dat hij dit toen niet kon. En nu staat er nog in een der
stukken, dat die gevangenneming heeft plaats gehad „zonder ge
weld" maar men heeft toch den beschuldigde bij den arm genomen.
Er is hier geen corpus delicti. Men heeft aanhoudend gesproken
van een certificaat, maar dat bestaat hier niet. Het zou hoogst
komisch zijn, als het niet zoo tragisch was. Men heeft hier niets
dan eene individueele opinie van een medicus, die niet strafreg-
terlijk verantwoordelijk is voor zijne overtuiging. En dat is niet
alleen de medicus, maar dat is ieder wetenschappelijk man, wan
neer hij blijft binnen de grenzen zijner bevoegdheid. Dit beginsel
geldt eveneens voor den leermeester, den advocaat, den bouwkundige.
En dit beginsel is daarom zoo gewigtig, omdat het hier geldt de
vrijheid van het uitspreken eener overtuiging. Wordt dit niet
aangenomen, dan kan men straffen eene verkeerde diagnose, eene
dwaling. Eene wetenschappelijke verklaring kan zijn onjuist, dom
zelfsvalsch in den zin der wet kan zij niet wezen, en wij hebben
het gehoord van prof. van der Lith, dat er door dit proces eene
paniek is ontstaan onder de doctoren in Utrecht. Op het gebied
der wetenschap baten geene gendarmes, en pleiter denkt daarbij
onwillekeurig aan Galileï, die genoodzaakt werd zijn stelsel te
herroepen en zijn „toch beweegt zij zich."
Pleiter kwam verder op tegen de zijns inziens ongeloofwaardige
getuigenissen van Cornelia Nieuwenhuis en ontkende, dat mevrouw
Wiersma was opgezweept om te komen getuigen; zij had geheel
vrijwillig daartoe besloten, nadat zij herhaaldelijk, ook door pleiter,
op hare zware taak gewezen was. Pleiter verzette zich nadrukkelijk
tegen de opmerking van het O. M., als zou de kalmte van den
heer Wiersma een bewijs zijn voor zijn verstand. „Als dit de type
is van een verstandig man", zei spreker, „dan zullen er zeker zeer
velen zijn die tot de gekken behooren."
Pleiter wees vervolgens in het breede op de mededeelingen dei-
deskundigen v. d. Lith, Huët en Ramaer tegenover het rapport
der heeren v. d. Willigen en van Eeijsen.
Eindelijk de beweerde ongeoorloofde verstandhouding van den
beschuldigde en mevrouw W. besprekende, beriep pleiter zich o. a.
op de verklaring, openlijk door den heer Wiersma afgelegd, dat
hij nog steeds aan de goede trouw zijner echtgenoot gelooft en
haar nog steeds dezelfde liefde toedraagt. Met welk regt zoo
vraagt pleiter plaatste zich dan het O. M. tusschen dien man
en die vrouw?
Na zich in den loop zijner rede nog beklaagd te hebben over
sommige voorstellingen van den getuige Haakman, en na verklaard
te hebben, dat hij de bemoeijingen van den heer Salvador in deze
zaak had betreurd, maar met genoegen gezien had, dat de goede
trouw van dien heer was geconstateerd, zeide pleiter ten slotte,
een ongeschokt vertrouwen te stellen in 's Hofs uitspraak, en alzoo
de vrijspraak van den beschuldigde te verwachten.
In de zitting van het Provinciaal Geregtshof van gisteren heeft
de advocaat-generaal gerepliceerd op de pleitrede, eergisteren door
den verdediger van dr. Elders gehouden.
Spreker legt bij den aanvang zijner rede de verklaring af, dat
hij door het pleidooi van gisteren geenszins in zijn gevoelen ge
schokt is met betrekking tot de schuld van dezen beschuldigde.
De drie criteria van het misdrijf worden nader geadstrueerd.
1°. Verkorting der waarheid. Het O. M. blijft er bij; hij
heeft slechts te bewijzen, dat op 17 Febr. de heer W. niet in
zoodanigen toestand verkeerde, dat zijne onmiddelijke plaatsing
noodzakelijk was. Dit en niets anders had spreker te bewijzen en
heeft hij bewezen bij zijn requisitoir, en tevens gedurende een
breed tijdvak den toestand van den heer W. onderzocht. Nu heeft
de verdediger gezegd, de heer W. is slechts „genoegzaam hersteld"
ontslagen, doch dat is een term der wet en wil zeggen, dat de
patiënt tot zijne norma is teruggekeerd. En van die norma is de
heer W. sedert niet afgeweken. En de zes deskundigen, vooral
dr. Ramaer, hebben blijken gegeven van groote inconsequentie;
hunne verklaringen hebben daarom z. i. weinig waarde. Zij zeggen
allen, eerst na langdurig onderzoek kan men over de al of niet
krankzinnigheid oordeelen, en hoe konden zij dan hier in casu,
zonder persoonlijk onderzoek, zoo'n pertinente verklaring afleggen?
Veel meer waarde hebben dan ook de verklaringen van dr. van
Krijsen en dr. van der Willigen, die hebben ten minste den heer
W. persoonlijk gesproken ja de laatste heeft in Maart 11. den
heer W. menigmaal bezocht.
Men heeft het verder doen voorkomen, alsof getuige Haakman
bij het onderzoek tegenwoordig was, om als het ware den heer W.
te waarschuwen en zoodoende de schuld van dr. Elders gemakke
lijker te doen uitkomen. Spreker noemt die aantijging van dc
verdediging illoyaal en perfide.
(De verdediger ontkent door gebaren zulks gezegd te hebben).
En nu de hoogmoed. Is de heer W. hoogmoedig? de man,
die gedurende de behandeling dezer zaak dagelijks, in één rijtuig
met zijne dienstboden, heen en weêr reed van Amsterdam naar
Haarlem.
Eindelijk gewaagde de advocaat-generaal nog van de voorloopige
aanhouding, ten onregte in het Weekblad van het Regt afgekeurd;
er was „flagrant délit", er waren verdenking en vermoedens in
grooten getale. Ook door vrees voor ontvlugting was de aanhouding
geregtvaardigd.
Na de pauze heeft de verdediger van den beschuldigde op nieuw
het woord gevoerd. Hij deed uitkomen, dat het O. M. op onver
antwoordelijke wijze het regt en de moraliteit door elkander heeft
gemengd in dit proces. Vervolgens heeft hij zijne middelen van
verdediging nader ontwikkeld cn de tegenwerpingen van het O. M.
beantwoord. Wat het rijden van den heer W. met zijne dienstboden
betreft, dit mogt, volgens pleiter, een tegenbewijs zijn van hoog
moed, 't is z. i. geen bewijs van groot verstand en fijn gevoel.
Pleiter handhaafde de verklaringen, afgelegd door niet minder
dan zes deskundigen en deed nog uitkomen, dat de door den heer
W. gewenschte plaatsing zijner vrouw op Meerenberg ook volgens
prof. v. d. Lith een gevaarlijk verschijnsel was en 't oordeel van
den beschuldigde dus regtvaardigde.
Pleiter kwam nog eens op tegen de, ook in zijne eerste rede
besprokene, onwettige aanhouding van den beschuldigde en noemde
deze zaak een nieuw bewijs van de onwaardige practijken, bij
preventive gevangenis maar al te dikwijls voorkomende.
De eerstvolgende zitting is bepaald op a. s. Dingsdag..
(Landskeet).
Windrigting
en
Kracht.
Stand. Afw.
wnw. 0.2k.
ntw. 0.4„
nw. 0.5„
Barometer
766.25 5.31
771.38fl0.38
771.79flO.79
Thermometer
C.
.SP a
Stand. Afw.
11.6
11.2
12.3
- 4.5
- 3.2
- 4.1
0.75
0.87
0.82
Toestand
van
de
zee.
Vlak.
Weersgesteldheid: 3 Junij 12 u. Helder, bijna stil, schoonweer.
4 Junij 8 u. Digtbewolkt, bijna stil, mooi.
4 Junij 12 n. Digtbewolkt, bijna stil, mooi.
AMSTERDAM, 2 Junij.
Rogge. Per 2100 kilogr. op levering lager afgegeven; Julij f194,
f 193; Oct. f 200, 199.
3 Junij.
Tarwe. Zonder handel.
Rogge. Per 2100 kilogr. prijshoudend; Pruissis. f 205; Galatz
f 200 c. z. k.; Petersb. f194 c. z. k. bij partij. Op levering hooger
verkocht; Julij f 195; Oct. f 206, 201, 202, 203, 204.
Koolzaad. Vast doch zonder handel; op 9 hectol. Olie in Oct.
bieden, 78 laten.
SCHAGEN, 2 Junij.
Vee. 2 Paarden f 30 a 45, Ossen f 120 a 156, Stieren f 100
a f 160, Gelde Koeijen f 100 a 120, Kalf-Koeijen f 120 a 180,
8 nuchtere Kalveren f 4,50 a 12, magere Schapen f16 a 24. vette
Schapen f 28 a 33, 2236 Lammeren f 6 a 14,50, 5 Bokken en
Geiten f 1,25 a 8, 6 magere Varkens f 16 a 26, 60 Biggen f 8,50
a f 11, Konijnen 10 a 75 c., Kippen 60 a 75 c. Boten f 1 a
f 1,131 en Kaas 30 a 42f c. per kilogr. Kip-Eijeren f 2.60 a
f 2,70 en Eend-Eijeren f 2,75 a 3 per 100 stuks.
ALKMAAR, 3 Junij.
Kaas. AangeVoerd 630 stapels. Prijs der Kleine f 30,25, Com
missie f 30,Middelbare f 32„laagste prijs f 14,
HOORN, 2 Junij.
Kaas. Aangevoerd 204 stapels. Hoogste prijs f 30.
ENKHUIZEN, 1 Junij.
Kaas. Aangevoerd 44 stapels. Hoogste prijs f 23,a 30,
Gerst f 5 a 5,75, Haver f 4 a 4,75,. Mosterdzaad f 21 a 22,
Bruine Boonen f 12,60 a 14, Graauwe Erwten f 15 a 16, Vale dito
f 9 a 13, alles per hectoliter. Karweizaad f 18,25 per 50 kilogram.
MEDEMBLIK, 1 Junij.
Kaas. Aangevoerd 106 stapels. Hoogste prijs f 30,
Boter tl.per kilogr. - Kip-Eijeren f 3,en Eend-Eijeren f -,
WORMERVEER, 1 Junij.
Kaas. Aangevoerd 30 stapels. Hoogste prijs f 29,
BROEK IN WATERLAND, 2 Junij.
Kaas. Aangevoerd 21 stapels. Hoogste prijs f 29,50.
ZAANDAM, 2 Junij.
Kaas. Aangevoerd 43 stapels. Hoogste prijs f 29,
DELFT, 2 Junij.
Boter f 50 a 58 naar kwaliteit.
DORDRECHT, 2 Junij.
Granen. De aanvoer van Tarwe uit Zeel., Vlaand. en het Overm.
was redelijk; dezelve ging in de beste soorten tot vorige prijzen
goed van de hand. Mindere kon 10 a 20 c. meerder opbrengen.
Jarige en Zomer- onveranderd. Jarige Zw., VI. en Overm. f 10,80
a f 11,80; nieuwe dito f' 8,40 a 9; dito goede en mindere f7,50
a f 8; dito Zomer- f 8 a 8,70. Voor extra puike Zeeuws, wordt
f 9,20 a 9,50 besteed. Rogge weinig ter markt; de beste kon
20 c. meerder opbrengen. Zws. en Vis. f 6,60 a 7,20; Overm.
f 6,50 a 7. Jar. VI. is tot f 225, dito Geld. f 228 te koopen.
Boekweit zonder handel. De aangebragte Zws., Vis. en Overm.
Gerst vond tot vorige prijzen goeden kooplust. Verkocht: gestorte
Winter- f 5,50 a 6, dito Zomer- f 5,50 a 5,80. Zw. VI. en Overm.
Winter- f 5 a 5,50; dito Zomer- f 5,40 a 5,60. Spelt onver
anderd, f 3,30 a 4 naar kwal. Haver heeft aan benoodigden
10 c. hooger opgebragt. Inl. Voeder f 3,60 a 4,20; dito dikke
f 4 a 5. In Koolzaad is niets omgegaan. Op 9 hectol. Olie in
Oct en Nov. te leveren noteren hetzelve 77 nominaal.
SCHIEDAM, 3 Junij.
Jeneverfl8.Amst. proef f 19,25; Moutwijnf 12,50 per N. vat.
CAPELLE (IANGSTRAAT), 2 Junij.
Hooi. Het nog voorhanden zijnde is sedert 14 dagen merkelijk
in prijs gestegen, zoodat thans reeds f 30 a 31 per 1000 kilogr.
besteed wordt. De oorzaak daarvan wordt gezocht in de min gunstige
verwachting die men van het nieuwe gewas heeft.
DOKKUM, 1 Juuij.
Vlas. Door den kleinen aanvoer en het verbeterde vertrouwen
in den handel zijn de prijzeu 10 c. per bundel van drie en een vijfde
kilogram gerezen, en vertrouwt men dat deze prijzen zich zullen
mainteneeren. Ook de voorraad begint zeer te verminderen.
ANTWERPEN. 1 Junij.
Wol. Kalm, tot vaste prijzen.
BELFAST, 30 Mei.
Vlas. De aanvoer bedroeg deze week op de verschillende markten
110 ton, waarvan 94 machinaal en 16 uit de hand gezwingeld. Op
een aantal markten was de aanvoer beperkt en de kwal. inferieur,
terwijl de prijzen onveranderd bleven. Te Omagh was goeden aan
voer maar weinig vraag en de prijzen daalden 3 d. per steen. Te
Ballymena was de aanvoer zeer klein, maar de prijzen ondergingen
weinig verandering. Te Rathfriland werd alles opgekocht tot vorige
prijzen. Te Strabane was de aanvoer nagenoeg gelijk aan die der
vorige week en de prijzen ruim 1/- a 1/6 per cwt. hooger dan de
vorige week; zeer ordinair en ordinair 42/6 a 50/-, middel kwal.
52/6 o 57/6, goed en puik 60/- a 72/6.
VIJFDE KDA.SSE.
Prijzen van 100 en daarboven.
vierde lijst: No. 6764, 16670 en 19035 ieder ƒ1000;
No. 7749, 9745, 13651 en 15137 ieder 400; No. 9330,
10574, 12585, 13432, 14508, 15199, 15741,16887, 18020,
18500, 19380 en 19806 ieder 100.
Om de gewone reden blijven de staten der binnengekomen sche
pen, enz. ditmaal achterwege. We ontleenen daaraan deze mede
deelingen: Zeilklaar liggen de schepen Vice-Admiraal May en
Prof. v. d. Boon Mesch; vertrokken zijn: Dordrecht II, Elisabeth,
Soerabaija Packet, Aurora, Gouv. de Rouville en Hollands Trouw;
binnengekomen: het schip L'Obbligo, van Sulina, en om alhier te
lossen de schepen Aberdeenshire, Flinn, Frankfort en Sceptre, ge
laden met steenkolen en Amphitrite, Phönix en Hansens Minde,
geladen met hout.
Het ter plaatsing gezondene van G. S. in het volgende nummer.
Ondertrouwd
Js. HOEK
en
G. VAN DER WOUDE.
Helder, 3 Junij 1870.
Algemeene kennisgeving.
Getrouwd
New-York, 12 Mei 1870.
CORNELUS VAN HERWERDEN,
van den Helder,
met
ANNIE JANSEN.