STATEN-GENERAAL. BUITENLAND. SCHAGER MARKT van HEDEN. Correspondentie. Weerkundige Waarnemingen te Helder, Aangekomen schepen te Batavia, vóór den 27 Mei: Jonge Jan. - Vertrokken: Australië, Gerard Pieter Ser- vatius en Nicolette. In de vorige week zag een reiziger op een stoom bootje in Noordholland een pakje, waarop als adres stond geschreven Te Niewedup aan. Klaas smitdrijven. Den batenrijnep. Teunis bakagt. Vermoedelijk Te Nieuwediep, aan Klaas Smit, drijvende batterij Neptunus, bak 8. De langdurige droogte, die hier te lande heerscht, wordt evenzoo in de naburige landen waargenomen. Tan alle kanten hoort men klagten over het groot gebrek aan water en men vreest, dat dit veel nadeel zal toebrengen aan den oogst der graangewassen; zooals altijd wordt deze vrees echter overdreven. In 1775 heeft eveneens een langdurige droogte geheerscht en verscheidene putten waren toen geheel uitgedroogd. Eindelijk kwam er op het einde van Junij regen en er was toch nog een groote overvloed van alle graansoorten. In 1785 mislukte de graanoogst geheel en al, maar de droogte was toen ook meer dan buitengewoon cn gedurende de maanden April, Mei en Junij was er geen droppel water gevallen; bij wijze van schadeloosstelling was de wijnoogst dat jaar buitengewoon overvloedig en de wijn van uitmuntende kwaliteit. De zomers, bekend om hun langdurige warmte toonen, dat men om een geheel mislukten oogst te kunnen voorspellen, een aan houdende droogte van omstreeks drie maanden moet hebben. Gelukkig is het nu nog zoover niet gekomen. Door de Parijsche bladen wordt gemeld, dat de Fransche Société des Agriculteurs, gemeenschappelijk met de landbouw-maatschappijen der departementen Seineen Oise, in dezen zomer een internationale wedstrijd van korenmaaisters zal houden. In de eerste helft van Julij zal die wedstrijd plaats hebben te Evry-sur-Seine, op de hoeve „Petit-Bourg," van den heer Decauville, en in de eerste helft van Augustus te Senlis, op de hoeven „Chamant" en „Mont-Lévêque," van de heeren Sagny en Stanislas Moquet. De mededingsters zullen zoo wel tot de proeve te Evry, als tot die te Senlis moeten mede werken. De aangifte moet voor den 1 Julij bij den secretaris der bovengenoemde maatschappij (Rue du Bac, 43,te Parijs) geschieden. De maatschappij der Agriculteurs heeft voor dezen wedstrijd een prijs van 1000 fr. en de twee genoemde maatschappijen van landbouw hebben ieder een prijs van 500 fr. uitgeloofd. Een andere prijs van 500 fr. zal door de jury verdeeld worden onder de werklieden, die zich het meest zullen onderscheiden bij een wedstrijd in het maken en binden van korenschoven, welke te gelijker tijd en op hetzelfde proefveld, waarop de maaisters arbeiden, zal worden gehouden. Een Zondebling. Te Fiintkirchen stierf den 11 Mei 11. een man, welke als zonderling geleefd en als zonderling gestorven is. Zijn naam was Caspar Schneider; vroeger was hij professor aan het gymnasium, titulair-domheer, voerde de rekening voor het eapittel, en was eigenaar van 38 huizen. Men zag hem steeds bij het schoonste weêr met een roode parapluie onder den arm wandelen. Eenige dagen voor zijn dood legde hij rekenschap aan het eapittel af over de hem aanvertrouwde sommen, en toen bij die gelegenheid hem gevraagd werd wat hij aan de kerk vermaakte, antwoordde hij „Sedert twaalf jaren ben ik titulair-domheer, zonder een penning geld voor mijne bemoeijingen te hebben ontvangen, wat mij toch van regtswege toekwam. Dit geld wat ik niet bekomen heb vermaak ik aan de kerk." Hij stelde tot universeel erfgenaam een neef aan, welke hem sedert zeven jaren verpleegd had. Nadat hij in tegen woordigheid van getuigen zijn testament had gemaakt, liet hij de doodgraver en de beeldhouwer komen, van de laatste verlangende den steen te zien welke op zijn graf gezet zonde worden, accor deerde met beiden, liet zich een kwitantie geven en betaalde, opdat na zijn dood geen schulden meer voorhanden zouden zijn. Als phi- losooph had hij geleefd en als philosooph is hij gestorven. Tweede Hamer. Zitting van Dingsdag 14 Junij. De beraadslagingen over het wetsontwerp tot herziening der wetten op de brievenposterij worden voortgezet en ten einde gebragt. Door den heer Fokker werd een nieuw artikel voorgesteld, van dezen inhoud: „Wij behouden Ons voor, postkantoren te belasten met het in bewaring nemen en de terugbetaling van spaarpenningen der minvermogenden, naar de regelen, dooi Ons, bij maatregel van algemeen bqjtuur te stellen. Deze spaarpenningen worden door Onzen minister van Financiën, of van zijnentwege, beheerd en in inschrijving op de Grootboeken der Nationale Schuld belegd." Dit araendement, door den voorsteller breedvoerig toegelicht, werd door andere leden ondersteund, maar ook op ver schillende gronden bestreden, inzonderheid door den minister van Financiën. Een der leden wees, ter ondersteuning van het amendement, op het voorbeeld van Engeland, waar deze zaak ook is ingevoerd en zeer uitmuntend werkt, in het belang der mindere klasse. Het eerste gedeelte van het amendement (het tweede gedeelte was door den voorsteller gedurende de discussie reeds ingetrokken) werd in stem ming gebragt en verworpen met 46 tegen 23 stemmen. Eindelijk is het wetsontwerp in zijn geheel aangenomen met 61 tegen 8 stemmen. De minister van Marine heeft geantwoord op het afdee- lings-verslag der Kamer, nopens het wetsontwerp tot regeling van de bevordering, het ontslag en het op pensioen stellen der militairen officieren bij de zeemagt. In weerwil van den algemeenen tegenstand, dien de poging om de bepalingen omtrent den verpligten actie ven diensttijd te doen vervallen, ondervonden heeft, moet de minister blijven volharden bij zijne meening, dat die verpligtingen als waarborg voor geschiktheid onbetee- kenend zijn. Bij deze memorie van antwoord is een gewijzigd ontwerp van wet gevoegd, dat echter, gelijk uit den aanhef der memorie blijkt, geenszins iu de hoofdbeginselen van het ontwerp verandering brengt. BENOEMINGEN EN VERPLAATSINGEN BIJ MARINE EN LEGER. De 1ste luit. bij het korps Mariniers, F. A. van Braam Houck- geest, thans commanderende het detachement Mariniers, ingescheept op het schroefstoomschip Vice-Admiraal Koopman, wordt met den 20 dezer weder ter beschikking gesteld van den commandant en inspecteur van het korps. België. De uitslag van de verkiezingen in België is, dat de clericalen en liberalen iu de nieuwe kamer zullen gelijk staan. Men ziet dus een ministeriële crisis of eene ont binding der kamer te gemoet. Aan den Précurseur wordt verzekerd, dat de heer Jacobs voor de burgerlijke regtbank te Antwerpen gedaagd is wegens de schilderij Ecce Homo, die hij voor 120 fr. gekocht en voor 30,000 fr. verkocht heeft. Marie Cools, de arme oude vrouw, aan wie de schilderij vroeger toe behoorde, vraagt vernietiging van den verkoop en de teruggave van het kunststuk. F r a n k r ij k. De Figaro heeft een nieuw middel bedacht om obs- coene literatuur te verspreiden, zonder de kieschheid zijner lezers te kwetsen. Een zijner laatste nommers verscheen met een groot wit vak; de redactie deelde mede dat degene, die niet schroomde om een indecenten-brief te lezen, dit stuk tusschen twee bladen vloeipapier moest leggen en er met een warm strijk ijzer over henen gaan. Zoo doende ontkwam het blad aan de censuur, terwijl het dapper hielp om eenige banaliteiten te colporteren. De eer dier vinding komt toe aan den heer de Villemessant. De Gaulois bevat het berigt, dat de troon-candidaat dien maarschalk Prim binnen drie maanden aan het congres te Madrid zal voordragen, is Willem Alexander van Oranje, jongste zoon van Z. M. den Koning der Nederlanden. Dat het Nederlandsche hof van dit plan kennis draagt, wordt niet gemeld. De Engelschen hebben bij de groote wedrennen in het Bois de Boulogne op nieuw de nederlaag geleden. Voor den wedstrijd om den grooten prijs waren 207 paarden ingeschreven, waarvan echter slechts twaalf in het renperk zijn gekomen, t. w. vier Engelsche en acht Fransche. Het paard Sornette won den prijs tot een bedrag van 143,700 fr. Er waren door sommige liefhebbers weddingschappen aan gegaan van 50,000, 40,000 en 30,000 fr. De Keizer woonde de wedrennen bij. Engeland. Het lijk v^n Charles Dickens is jl. Dingsdag ochtend in de abdij van Westminster, overeenkomstig den wensch van de bloedverwanten des overledenen op eenvoudige wijze ter aarde besteld. De lijkstoet bestond uit 4 koetsen en, daar men verwacht had dat de plegtigheid heden morgen plaats zou hebben, woonden slechts weinige personen dezelve bij. Mevrouw Crawlray bekend om haren menschlievenden arbeid onder de werklieden van haren echtgenoot, wenscht der vrouw daarom het stemregt toegekend te zien, omdat haar karakter meer adeldom en vastheid verkrijgen en door haar invloed het peil der publieke zedelijkheid rijzen zal. Vraagt zij thans eene harer zusters naar hare opinie, het antwoord luidt: „Wij hebben geen opinie wat zouden wij er mee doen wij hebben toch nergens stem." Die verontschuldiging moet wegvallen. „Men voert ons tegemoet dat vrouwen reeds genoeg te doen hebben Maar kan men de figuur, die velen van haar van zich zelve maken aanzien, den vorm van haar chignons, de gedaante van hare paniers, de hoogte van hare hakken, heden en straks weêr den verbazenden omvang of enorme lengte harer rokken zonder tot de overtuiging te komen, dat zij onbegrijpelijk veel ledigen tijd moeten hebben? Ik acht, dat die ledige tijd beter besteed ware aan de overweging, hoe de zonde en ellende in de wereld kan genezen worden, dan hoe men best in zijn eigen persoon het goddelijke schoon van het menschen-ligchaam zal misvormen. Gaan alle dingen zoo goed, dat wij ons kunnen veroorloven om ten minste de helft van het gezond verstand onder de menschen onge bruikt ter zijde te zetten, als der moeite van het bezit niet waard?" Eene der Engelsche weekbladen heeft een uitmuntend geschreven artikel over het opnemen van indecente adver- tentiën in de dagbladen, daaronder gerekend alle aanbeve lingen van en het aankondigen van werkjes over geheime ziekten. Met naam en toenaam worden de bladen genoemd, die de affaire van kwakzalvers begunstigen door de opname hnnner advertentien, en hoogelijk wordt de opname van alles wat slechts in de verste verte betrekking heeft op zaken, die niet door iedereen kunnen worden gelezen, afgekeurd. Jammer dat daarbij tevens niet geklaagd wordt over de openbaarmaking in zake het proces der verkleede heeren. Het is veel minder stootend om in een dagblad een genees middel onder allerlei vreemdklinkende namen geadverteerd te zien, dan om in van de redactie uitgaande stukken in alle bijzonderheden de détails van een regtszaak te zien weêrgegeven, die zeer zeker nog menig regt schandaal zullen openbaar maken. Me» schijnt hier niet met eene aardigheid te doen te hebben, maar met eene bepaalde industrie, die alleen op zoodanige wijze kon geëxploiteerd worden. De groote medaille, ingesteld door wijlen Z. K. H. Prins Albert, tot belooning van gewigtige diensten voor kunsten, nijverheid en handel, is dit jaar toegewezen aan den heer de Lesseps, wegens de doorgraving der landengte van Suez. De politie-rapporten van Londen over het jaar 1869 vermelden eene bijzonderheid, die wel tot bewijs kan strekken, dat de wereldstad geheel een wereld op zichzelve genoemd kan worden. Immers, sedert drie jaren, worden gemiddeld ieder jaar meer dan 5000 personen als verloren of vermist opgegeven, waar de politie nooit eenig spoor van terug vindt. Een groot gedeelte bestaat natuurlijk uit huisvaders die hunne familien hebben laten zitten, en liever alleen in de vrije wereld ronddolen, meisjes, die hunne verkeerde minnaars zijn ontloopen, om met den man naar hunne keus het geluk te beproeven, of personen, die zonder opgave van naam, in de hospitalen sterven, maar toch is het een feit, dat jaarlijks twee-en-half regiment menschen kunnen ver dwijnen, spoorloos kunnen verdwijnen in dien draaikolk, dien poel, die ontzaggelijke ruimte, dat geheele rijk, dat men onder de collectieve benaming Londen, een stad gelieft te noemen. Welk een taak moet de politie te vervullen hebben om het andere getal vermiste en verloren menschen terug te brengen, die niet worden gerangschikt onder de 5000 nooit teruggekomenen? Duitschland. Op de cadetten-school te Berlijn is de typbus uitge broken en wel in zoo hevige mate, dat de inrigting gesloten is en de cadetten, ten getale van ongeveer 700, naar huis gezonden zijn. Men denkt aan de verplaatsing of vergrooting van het instituut. Pruissische soldaten, in garnizoen te Königstein, maakten een wandelrit en kwamen per ongeluk teregt op een Oostenrijksch dorp. De N. Alg. Zt. verontschuldigt den bevelvoerenden officier, die met zijn troepen verdwaald was. In '66 wisten de Pruissen beter den weg. Zooveel vreemdelingen als dit saizoen de schoone Rijnstreken bezoeken heeft men te Coblenz zelden nog gezien. Van alle kanten komen ze, zoowel met de stoom- booten als met de spoortreinen. Russen, Hollanders, Fran- schen en Engelschen. Te Gros-Giran, hetwelk in den laatsten tijd zoo dik wijls door aardbevingen, welke daar plaats hadden, in de couranten genoemd is, heerscht tegenwoordig een groot gebrek aan voedsel voor de beestenhet kilo hooi kost 7 a 8. T n r k ij e. De oudste zoon van den Onderkoning van Egypte is te Konstantinopel aangekomen, om de feestelijkheden bij te wonen, welke ter gelegenheid van de besnijdenis van den oudsten zoon des Sultans, den nagenoeg dertienjarigen Prins Yuffuf-Izzeddin in de tweede helft dezer maand zullen plaats hebben. -Nadere berigten uit Konstantinopel melden, dat bijna drie vijfde gedeelte van de stad in de asch is gelegd. Ongeveer 5 a 6000 huizen, meest alleen van steen gebouwd, zijn verwoest en 30,000 menschen zijn van dak beroofd. Nooit had men bij een brand het verlies van zoo veel menschen- levens te betreuren; het getal wordt zonder eenige over drijving op 1200 begroot. Uit een huis haalde men dezer dagen nog levend 5 personen te voorschijn, die échter alle kort daarop bezweken. Het Duitsche hospitaal brandde af en de meeste zieken kwamen in den gloed om, zoo mede verscheidene zusters van liefdadigheid. Amerika. Volgens eenige Amerikaansche bladen zou de ex-president der Vereenigde Staten, Johnson, van plan zijn, zijn vroeger handwerk, dat van kleermaker, weer op te vatten. Men beweert, dat hij reeds een huis in Greenville (Tenessee) heeft aangekocht om het te laten inrigten tot eene groote kleederenfabriek. f 45 a - 60 a 70 -120 a220 -140 a250 1 Paarden Veulens Ossen Stieren Gelde-Koeijen Kalf-Koeijen Vaarsen a Gras-Kalveren - a 11 Nuchtere dito - 4Ja 11 Kammen a 150 Schapen - 10 a 28 450 Lammeren - 6 a 12 3 Bokk. en Geiten - lia 11 8 Magere Varkens f 16 a 25 Vette ditoa 85 Biggen - 8 a 10 30 Konijnen c. 15 a 75 10 Kippen - 35 alOO Eenden - a Duiven - a Ganzen - a Zwanen - a Boter per K.G. - 80 a 85 Kaas n - 30 a42J Kip-Eijeren per 100 -280 a285 Eend-Eijeren -275 a290 Door plaatsgebrek zijn wij genoopt de schepenstaat achterwege te laten. We ontleenen aan die opgave, dat zijn uitgezeild: Hol- landia, Gezusters, Elisabeth Jacoba en Java. Met de Hollandia vertrok als passagier de heer B. Mohrmann en met de Elisabeth Jacoba de heer J. Tak. Binnengekomen ziju om in de Binnen haven te lossen: Elisabeth, Middlesbro en Fanny. (Landskeet). a 3 1-3 Uren. Windrigting en Kracht. Barometer mm. Thermometer C. Yochtighj procent, j Toestand van de zee. Stand. Afw. Stand. Afw. 1B 12 ono. 0.3k. 766.83 f 5.50 17.5 t 0.4 0.81 Stil. 16 8 zwtz. 0.3„ 765.01 t 3.72 17.0 t 1 0.80 Effen. 16 12 wzw. 2.0„ 764.97 t 2.68 18.0 0.0 0.77 u Weersgesteldheid: 15 Junij 12 u. Ligtbewolkt, beneveld, schoonweer. 16 Junij 8 u. Helder, beneveld, schoonweer. 16 Junij 12 u. Helder, beneveld, schoonweer.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche en Nieuwedieper Courant | 1870 | | pagina 3