1870. N°. 105.
28 Jaargang.
Vrijdag 2 September.
Uitgever
A. A. BAKKER Cz.
B IIV N_EN_LA IV D.
EN
HELDERSCHE
NIEUWEDIEPER COURANT,
W ij huldigen het goede."
Verschijnt Dingsdag-, Donderdag- en Zaturdag namiddag.
Abonnementsprijs per kwartaal1.30.
franco per post - 1.65.
Bureau:
MOLENPLEIN. N°. 163.
Prijs der AdvertentiënVan 14 regels 60 cent
elke regel meer 15 cent.
Groote letters of vignetten worden naar plaatsruimte berekend.
Dingsdag den 6 dezer vertrekt, per laatsten
trein van den Helder, de West-Indische uiail over
St. STazaire.
Per eersten trein van den Helder vertrekt
Woensdag den 7 dezer over Triëst en per laatsten
trein Donderdag den O dezer over MurseiUe de
mail naar Oost-Indië, China, Japan en Australië.
HELDER en NIEUWEDIEP, 1 September.
Hoogst belangrijk nieuws wordt ons van het tooneel des
oorlogs medegedeeld. Het leger van Mac Mahon, dat er
naar streefde om zich met dat van Bazaine te vereenigen,
is door de Pruissen, niet verre van de Belgische grenzen,
verslagen. In Parijs had men zich gedurende de laatste
dagen bestendig gevleid met de hoop, dat het plan der
vereeniging van beide legercorpsen gelukken zou. De
Pruissen daarentegen hebben hun togt naar Parijs opgeschort,
wachtende op eene ontmoeting met den zwervenden maar
schalk, die, vereenigd met zijnen wapenbroeder voor de
Duitsche troepen lastig, zoo niet gevaarlijk zou zijn geworden.
De voortzetting van den togt der Duitschers naar Parijs is
nu ,te voorzien en met die voortzetting klimt onze belang
stelling omtrent de berigten van het tooneel van den
krijg. Straatsburg en Metz door de Duitschers ingesloten,
Parijs weldra belegerd voorzeker stof genoeg voor
hoogst belangwekkende tijdingen.
Meer dan ons vaderland is België regtstreeks geroepen
zijne neutraliteit te handhaven. De onverwachte loop der
krijgsgebeurtenissen legt aan de Belgische regering de ver-
pligting op om een observatie-corps aan de zuidelijke grenzen
bijeen te trekken. De jongste nederlaag, door de Franschen
geleden, heeft die bezetting der grenzen zeker nog te meer
noodig gemaakt. De communicatie tusschen Parijs en Brussel
heeft thans opgehouden te bestaan. Eergisteren middag
werd de trein uit Frankrijk's hoofdstad in Brussel te ver
geefs gewacht. De laatste dagen zijn echter nog tal van
personen uit Frankrijk naar België overgekomen om daar
tijdelijk te verblijven. De dringende uitnoodiging dat allen,
die niet zouden kunnen medewerken om Parijs te verdedigen,
die stad zouden verlaten heeft zeker medegewerkt dat velen
een toevlugtsoord tegen de lasten en jammeren van den
krijg hebben opgezocht. In België gelooft men, dat de
Duitschers hun marsch naar Parijs hebben voorgewend om
de Franschen te verschalken; vóór dat Mac Mahon ver
slagen was, zouden zij niet van plan zijn geweest verder
voort te rukken.
Het noorden van Spanje wordt thans weder door de
woelingen der Carlisten verontrust. De gouverneur der
Baskische provinciën heeft de doodstraf voorgespiegeld aan
allen, die gewapend zullen aangehouden worden. De kosten
van het bedwingen des oproers zullen volgens zijne
verzekering door de oproerige steden gedragen worden.
Men verzekert, dat Z. M. de Koning in den loop der
volgende week een bezoek aan deze gemeente zal komen
geven.
Door den majoor-commandant der dd. Art.-Schutterij
alhier zijn benoemd: tot sergeant-majoor W. Brouwer, serg.;
tot sergeants A. Tegel, fourier, C. Boon, korporaal en J.
E. A. van den Heuveltot fourier P. C. Wouters, korporaal
tot korporaals R. Geus, C. de Groot, J. H. Sonstral en J.
Bethlehem, schutters.
Bij de 14de comp. van het 1ste reg. Vesting-Artillerie,
alhier in garnizoen, is geplaatst de kapitein der Artillerie
jrh. W. A. Alting von Geusau.
In een tijd als deze, waarin de vaderlandsche zin des
volks en zijne gehechtheid aan het geliefde Stamhuis van
Oranje, zich zoo sterk openbaart, verdient iedere poging
om dien nationalen zin en die gehechtheid te verlevendigen
te worden toegejuicht en ondersteund. Daarom maken wij,
onder verwijzing naar achterstaande advertentie, onze lezers
attent op het plan eener feestviering in Musis Sacrum,
waarbij de heer Bamberg heeft rekening gemaakt op talrijke
deelneming. Wij bevelen deze Seance gaarne in de belang
stelling van allen, die op a. s. Zondag den avond aan
genaam wenschen door te brengen, den avond van den
verjaardag van Z. K. H. den Prins van Oranje.
Heden ontvingen we ter bezigtiging een plaat,
voorstellende den «aftogt der Engelsche en Russchen van
de Helder in de maand November in 't jaar 1799." Wij
vinden er op voorgesteld de plek, waar te dier tijd de
inscheping plaats vond der troepen, die voor de magt der
Fransche en Nederlandsche wapenen in de nabijheid van
Oastricum hadden moeten zwichten. De Britsch-Russische
vloot bevindt zich nabij de kust, gereed om de landings
troepen weer aan boord op te nemen.
Het is wel bijzonder, dat deze plaat, indertijd algemeen
verkrijgbaar gesteld, niet meer algemeen wordt aangetroffen
in deze gemeente, de getuige van de aankomst en 't ver
trek der legers van de beide gealliëerde mogendheden.
Tot leeraar in de Engelsche taal en letterkunde en
de aardrijkskunde bij de hoogere burgerschool te Breda is
benoemd de heer K. F. Modderman, privaat-doeent te
Hoorn.
Tot kantonr. te Naarden is benoemd mr. B. D. Weyland,
thans kantonr. te Edam.
De Eerste Kamer der Staten-Generaal is bijeengeroepen
tegen Maandag 12 Sept. a. s.
Beroepen bij de Doopsgezinde Gemeente te Edam
de heer J. J. de Bussy, prop. bij de Algemeene Doops
gezinde Sociëteit.
Bedankt voor het beroep bij de Herv. gemeente te
Hilversum, door ds. J. Vermeer, pred. te Zwolle.
Welke reuzenschreden sommige Hervormden in de
juiste waardeering der dingen die bij den doop ter sprake
komen, na twee eeuwen gemaakt hebben, blijkt uit het
jammergeschrei over het niet bij reglement verpligtend uit
spreken der formule, terwijl bijv. Martinius, hoogleeraar te
Herborn, in den aanvang der vorige eeuw deze woorden
schreef: «Wij hebben eene formule in de instelling, maar
zijn aan het uitspreken van geene bepaalde woorden in de
bediening gebonden." (Utr. D.)
Voor de herkiezing van een lid voor de Tweede
Kamer der Staten-Generaal, jl. Dingsdag te Texel gehouden,
zijn ingekomen 160 stemdriefjes.
Men meldt ons van Vlieland, dd. 30 Aug.
i/Gisteren nacht is alhier gestrand het Noorsche barkschip
Odin en Catharina, kapt. Monig, komende van Gent, in
ballast naar Riga gedestineerdde equipage is gered. Het
schip is weg, de tuigage wordt geborgen."
Eene collecte, te St. Maarten gehouden, voor de
vereeniging het Roode Kruis, heeft opgebragt 300.
Te Schermerhorn is sinds een zestal dagen weêr het
zonderling verschijnsel waargenomen van voortdurenden slaap.
Een lief, vlijtig, 17jarig meisje, dat wel meer over hoofd
pijn klaagde, heeft plotseling na lange slapeloosheid, de
oogen gesloten, en dreigt ze niet meer te openen. In blijk
baar bewusteloozen toestand laaft men haar nu en dan;
doch de geneesheeren vreezen voor haar behoud. Ze is zóó
zwak, dat zij, wanneer men haar opzet, dadelijk weer neer
valt. Men weet zich van dit zonderling verschijnsel geene
verklaring te geven. (A. D. v. N.)
Te Zaandam heeft het hooge water de kermisverma
kelijkheden gestoord, het honden- en apenspel en verschillende
andere tenten stonden jl. Maandag avond rondom in het
water.
Volgens observatie te Utrecht was jl. Maandag nacht
de sterkste windstoot omstreeks 5| uur, die 94 kilogram
drukking op den vierkanten meter bedroeg.
De kollonel Engelvaart, gouverneur der Koninklijke
Militaire Academie te Breda, thans commandant der vesting
Helder, benevens de tot de Academie behoorende officieren,
die bij de verschillende wapens des legers waren ingedeeld,
hebben bevel bekomen, den 15 dezer aldaar terug te komen
daar de cursus der Academie den 17 dezer zal aanvangen.
De thans bij de corpsen gedetacheerde kadetten worden
den 17 dezer aldaar terug verwacht. De nieuw benoemde
cadets worden den 19 dezer bij de Academie in dienst
gesteld.
N. N. verzoekt in de Eindhovensche Ct. tot behoud
van onze neutraliteit op de a. s. Stratumsche kermis geen
Fran9aises en ook geen Duitsche polka's te dansen.
Een Amsterdammer, die het verlaten stadje Kehl
heeft bezocht, zegt daaromtrent het volgende: «De halve
stad is verbrand, bommen of granaten hebben zich door
de dikste gewelven een weg gebaand, overal liggen puin-
hoopen, verbrijzeld huisraad en uit elkander gebarsten
projectielen. Mijn geleider (een Badensch officier) noo-
digde mij uit met hem op den zolder van een verlaten
huis te gaan, doch op te passen dat men mij niet kon
zien. Heel erg op mijn gemak was ik na deze waarschu
wing niet, maar ik moest mij als Hollander toch goed
houden, en bragt een benaauwd kwartier door, in afwach
ting dat het schieten ieder oogenblik weêr zou beginnen.
Plotseling deed een ontzettende slag de ruiten van ons
venster springen; een vuurzuil steeg op, de lucht trilde
en dikke rookwolken kleurden de vlammen van het bran
dende Straatsburg bloedrood. O God, die arme Straats
burgers! ontsnapte mij onwillekeurig. De officier glimlachte
en zeide, dat het eene verrassing was die hij mij bereid
had en dat hij wist dat men ten 4 ure een mijn, door de
belegeraars aangelegd, zou laten springen, 's Avonds be
gon men weêr te schieten, en ik stelde mijn geleider voor
ons naar een veiliger plekje te begeven dan hier, waar
ons de stukken kalk om de ooren vlogen en het stof, door
de in den grond woelende bommen veroorzaakt, ons schier
deed stikken. Het kanongebulder was vreeselijk en duurde
tot 's morgens 4 ure. Ik telde in 5 minuten tijds 97 scho
ten, dan nog eens 85 en 78; daarnaar kunt gij u een
begrip maken van het ontzaggelijk geweld. Straatsburg zag
er uit als door bengaalsch vuur verlicht; het brandde op 6
plaatsen te gelijk. Ik zag de granaten opstijgen en hoorde
den donderenden knal als zij sprongen, waalbij dan telkens
brand ontstond. Te midden van dien rooden vuurgloed ver
hief zich als een bittere ironie het meesterstuk van de
kunst: de aan God gewijde dom.»
Mevrouw de Gasparin heeft tot de vrouwen van
Frankrijk en Duitschland eene welsprekende oproeping
gerigt. Zij meent dat haar sekse meer kan doen dan de
slagtoffers van den oorlog te verzorgen, en wil dat alle
vrouwen zullen opstaan om zich met haar hart en hare
gebeden» tusschen de volken te werpen die elkaêr vernielen.
,/Heidensche vrouwen,» zegt mevr. de Gasparin, «hebben
in de oudheid door het uitstrekken harer armen de strijdenden
gescheiden, een Christen vrouw mag niet minder doen.
Vrouwen van alle landen!» zoo besluit de schrijfster, «laat
ons elkaêr de hand reiken over alle grenzen heen; dwingen
we de natiën, die elkander dooden, maar die elkaêr niet
haten, tot onderlinge liefde. Wanneer wij, moeders, echt-
genooten, meisjes, zusters in Frankrijk en Duitschland, den
vrede willen, dan zal er vrede zijn. Staan wij dan op in den
naam des Heeren. Winnen we dezen strijd, dan zal het de
schoonste overwinning zijn van 1870.»
Van het kleingeweervuur sprekende, zegt een corres
pondent, die een der laatste veldslagen heeft bijgewoond:
«Men spreekt altijd van het knetteren van het infanterie-
vuur, doch dit geijkte woord is een zeer slecht gekozen
woord. Hij die op het slagveld zelf aanwezig is, kan het
geluid niet beter vergelijken dan bij het onophoudelijk
voortratelen van een zwaar beladen wagen, die in vliegende
vaart wordt voortgereden, of met een in het oneindige met
dezelfde kracht voortrollenden hevigen donderslag. Men
stelle zich dit geluid voor als de basso continua van het
slagveld, afgebroken door het ratelend gekraak der mitrail-
leuses, en door de hevige donderslagen van het artillerievuur
gescheurd, terwijl het springen van granaten, de kreten van
woede of smart, de commando's enz. door alles heenklinkt
men denke zich de zee van rook en vuur, die alles tot in
eene korte nabijheid verbergt, en dan geloove men nog te
itaan in de laatste helft der negentiende eeuw, die zich
de eeuw der beschaving, der menschlievendheid, de eeuw
der zedelijke meerderheid noemt, en op de middel-eeuwen
als tijden van barbaarschheid terugziet.»
Een pond goud verkrijgt door bewerking eene waarde
van 6800.Uit een pond ijzer maakt men 7000 kleine
spiraalveeren, waarvan elk 1.20 per stuk kosten.
Een pond ijzer kost hoogstens eenige stuivers en brengt
na bovengenoemde bewerking circa 9000.op.
Bij gelegenheid dat zeker inspecteur voor het lager
onderwijs, die de pedante gewoonte had, nu en dan een
Latijnsch woord te bezigen, eene inspectie-reis deed, kwam
bij ook in het dorpje N., waar hij den schoolmonarch
aansprak met de woorden: ,/zoo, ouwe, nog altijd coeleps?»
De arme man, die deze uitdrukking voor ongehuwd
niet verstond, wist zich niet beter uit de verlegenheid te
redden dan door daarop te antwoorden«Neen, slechts
bij tusschenpoozen
Een huis door een persoon gebouwd. De
South London Press deelt het volgende staaltje van vol
harding mede. Voor ongeveer twee jaren, kocht een
zonderling een klein stukje land, aan de oostzijde van het
Nunhead kerkhof. Hij besloot, om hier een 3teenen gebouw,
met 6 kamers van goede grootte, met eigen handen te
bouwen. Hij begon dadelijk en heeft tot ieders verwon
dering zijne taak juist afgewerkt. Hij was zijn eigen
bouwmeester, metselaar, sjouwer, timmerman, loodgieter en
schilder en het vreemdste van deze zaak is, dat hij de
woning bouwde zonder steigers en dat hij de steenen zelf
bij een arm vol te gelijk aandroeg. Men zegt, dat het
werk vrij goed in elkander moet zitten en heni eer aandoet.
Gedurende den bouw, woonde hij in een klein steenen
hutje, dat ook door hem zelf was gemaakt, in gezelschap
van een zoontje en een praatzuchtige pagegaai. Hij dacht
zeker een tweede Crusoë te zijn op een onbewoond eiland
en gedroeg zich daarnaar.