1870. N°. 132. 28 Jaargang. Vrijdag 4 November. Uitgever A. A. BAKKER Cz. BINNENLAND. STATEN-GENERAAL. Provinciale Staten van Noordholland, BUITENLAND. EN HELDERSCHE MEIWEDIEPER COURANT, ,,W ij huldigen hot go ode." Verschijnt Dingsdag-, Donderdag- en Zaturdag namiddag. Abonnementsprijs per kwartaal1.30. franco per post - 1.65. Bureau: MOLENPLEIN, N°. 163. Prijs der AdvertentiënVan 14 regels 60 cent elke regel meer 15 cent. Groote letters of vignetten worden naar plaatsmimte berekend Zaturdag den 5 IVov. vertrekt, per laatsten trein van den Helder, de West-Indische mail over St. Vazairi'. Per eersten trein van den Helder vertrekt Woensdag den 9 dezer over Harseille de mail naar Oost-Indlë, China en Japan. Het GEMEENTEBESTUUR van DEN HELDER brengt, ter voldoening aan een ontvangene circulaire van den Heer Commis saris des Konings in deze provincie, ter kennis van de verlofgangers der militie, dat wanneer zij vrijwillig aan de oefeningen eener Vereeniging tot bevordering van 's lands weerbaarheid willen deelnemen, dit aan hen wordt vrijgelatendoch dat voor hen geenerlei verpligting tot deelneming aan de oefeningen van Veree- nigingen tot bevordering van 's lands weerbaarheid bestaat. Helder, den 3 November 1870. Het Gemeentebestuur voornoemd, J. GKAAT, Wethouder, bij afwezen van den Burgemeester. L. VEBHEY, Secretaris. HELDER en NIEÜWEDIEP, 3 November. De zeemiliciens der ligting van 1870, die sedert Mei 11. in werkelijke dienst zijn geweest, zullen den 15den dezer met groot verlof naar hunne haardsteden wederkeeren. Zr. Ms. stoomschip Soestdijk wordt eerstdaags alhier van Hellevoetsluis verwacht. Het koloniaal vaartuig Argus is jl. Dingsdag avond van Ylissingen vertrokken ter opvolging zijner bestemming. Zaturdag jl. is door de commissie tot het examineren van varenslieden te Rotterdam als derde stuurman toe gelaten de heer M. de Wijn, leerling aan de school voor de zeevaartkunde van den onderwijzer A. J. Leijer alhier. Bij Koninklijk besluit van 29 Oct. 11. is de behan deling der zaken betreffende de onderscheidene eerediensten aldus geregeld: de zaken die in betrekking staan tot de handhaving der wettelijke bepalingen worden opgedragen aan den minister van Justitie; die betreffende geldelijke aangelegenheden aan den minister van Financiënen die betreffende de eerediensten in de overzeesche bezittingen aan den minister van Koloniën. Dit besluit treedt in werking den 1 Januarij 1871. Het gerucht, dat de heeren Roest van Limburg, van Lilaar, de Waal en van Muiken hun ontslag aan Z. M. den Koning hebben ingediend als ministers van Buitenl. Zaken, Justitie, Koloniën en Oorlog, wordt bevestigd. De Koning heeft de ministers van Bosse en Fock belast met de aanvulling van het Kabinet. (Het Vaderland.) Tot regter in de arrond. regtbank te Leeuwarden is benoemd mr. E. Bergsma, thans regter in de arrond. regtbank te Sneek. Op zijn verzoek is eervol ontslag verleend aan E. G. J. Stnart, als kapt. der dd. schutterij te Vlissingen. Door den gouverneur-generaal van Ned.-Indië is de ingenieur der 2de klasse bij het marine-etablissement te Soerabaija J. L. von Leschen gedetacheerd bij de bosch exploitatie te Parengan, en is de 2de stuurman bij het vaste corps dek- en onder-officieren der Marine P. Schram belast met de waarneming der betrekking van 2den gezag voerder bij de dienst der kustverlichting in Ned.-Indië, om dienst te doen als schipper van het drijflichtvaartuig ter reede van Makassar. Aan het Departement van Marine werd gisteren voor de Directie der Marine te Amsterdam aanbesteed: de levering van Teak of Djattihouten balken. Er waren 6 billetten van inschrijving ingekomen. Minste inschrijver was de heer G. F. Mehelbaum te Amsterdam, voor 129.85 per kubieke meter. (Dagblad.) De Nederduitsche vertaling van Lothair, den belang rijken en veel besproken roman van Disraëli, waarop wij in der tijd bij de uitgaaf der eerste aflevering de aandacht vestigden, is thans in twee deelen compleet verschenen. Gisteren is op het strand achter den polder Eijerland te Texel, aangespoeld het lijk van een vrouwspersoon, geheel naakt, met een zakdoek om den hals geknoopt en een goud ringetje aan de regterhand, in zeer vergevorderden staat van ontbinding verkeerende. Men schrijft ons van Anna Paulowua, dd. 1 Nov.; »In de op heden gehouden vergadering van den Raad der nieuw gevormde gemeente Anna Paulowna hebben de leden van dien Raad in handen van den burgemeester de gevorderde eeden afgelegd, Tot wethouders zijn daarna benoemd de heeren J. van Gijtenbeek en Th. J. Waller. Tot secretaris werd gekozen de heer J. J. Daniëls, tot dusverre secretaris der gemeente Goor. Aan den burgemeester is de betrekking van ambtenaar van den burgerlijken stand opgedragen." Met belangstelling ziet men den uitslag te gemoet van een kerkelijk proces, waarin de Hervormde gemeente te Oude Niedorp is gewikkeld met die van het naburige Veenhuizen. Den 4den Februarij 1737 gingen de /regenten" van beide gemeenten een contract aan in zake de beroeping van een predikant. Veenhuizen nam de verpligting op zich ƒ160 's jaars te betalen voor het omschreven dienstwerk van den te beroepene, doch heeft bij menschen- heugenis niet meer dan ƒ60 en later 76 voldaan. De kerkeraad van Oude Niedorp eischt thans, terwijl de predikantsplaats vacant is, stipte handhaving van het contract, om ook langs dien weg het tractement te ver- hoogen, en anders van den last der combinatie ontheven te worden. De naaste aanleiding tot het stellen van dien eisch gaf de ontevredenheid der Veenhuizers, die meer predikbeurten verlangden dan waarop zij, volgens het contract, regt hadden. Het geschil is gebragt voor het classicaal bestuur van Alkmaar. (N. R. Crt.) De stedelijke begrooting van Hoorn is dezer dagen in ontvangst en uitgaaf vastgesteld op de som van 129.939,57. De bevolking is ruim 9000 zielen. Door het vertrek van ds. H. Ernst Jr. pred. bij de Hersteld Evang. Luth. gemeente te Medemblik is eene nominatie geformeerd, waarop geplaatst zijn de heeren: J. L. Bleeker, G. Limperg en C. F. Stelwag, proponenten bij het Evang. Luth. Kerkgenootschap. De bekende hof- en kamerzanger W. P. de Chavonnes Vrugt, thans 72 jaar ond en wonende te Haarlem, heeft zich dezer dagen bij een val ernstig bezeerd. De Gemeenteraad van Sommelsdijk heeft besloten den Koning te verzoeken den gemeente-secretaris (mr. J. Noltenius van Elsbroek, tevens burgemeester) te ontslaan. Een pas uit Leeuwarden ontslagen gevangene heeft te Groningen met een steen een glasruit in eene tapperij ingeslagen en een flesch gekaapt; toen de flesch ledig bleek, sloeg hij met haar een glasruit in een horologie- makerij in en stal een klokjetoen niemand het klokje koopen wilde, wierp hij 't in het water, en werd daarna gearresteerd. - Het Friesche vee is voor Duitschland thans zeer gezocht. Kalfdragende koeijen en graskalveren worden tot buiten gewoon hooge prijzen opgekocht en derwaarts per spoor verzonden. Aangekomen schepen te Batavia vóór 15 Oct.: Baron van Pallandt van Rosendaal, Huijdecoper, Isaac da Costa, Mr. Jacob van Lennep, Louise, Mina, Ridderkerk. Vrachtzoeker en Willem Poolman. Vertrokken: Anne en Sophia, Aria en Betsy, Christina, Constance, Ferdinand en Louis, Insulinde, Mary Goddard, Nestor, Nieuwe Water weg, Vijf Vrienden en Flevo. Het N. v. d. D. heeft veel sympathie voor het Roode Kruis. Het wil de vraag ter zijde stellen, of bij allen zuivere menschenmin de drijfveer was; maar het beweert, dat wanneer in de uit adellijke pennen gevloeide verslagen, de wet der soberheid bij 't prijzen soms te wei nig werd betracht, dit niet altijd onvermengd genoegen gaf; het treedt echter vooral op tegen het gedenkteeken der ijdelheid, dat door dr. Verwey wordt op stapel gezet; een boek, waarin namen en portretten zullen worden op genomen der vrouwen, die in 1870 door liefdedaden voor de gekwetsten bijzondere vermelding waard zijn. Dit plan wordt opgemaakt als onder de vleugelen van het hoofd bestuur. //Die ijdelheid van menschelijke roemzucht", roept het N. v. d. D. uit, //zal moeten worden bedreven door och! laat ons mogen zeggen: te vergeefs opgedrongen aan - hen, die tot symbool kozen een... kruis. Wie helpt ons deze droefheid aan alle weidenkenden, deze smaad aan het vaderland besparen?" De schade, in Straatsburg door het bombardement veroorzaakt, bedraagt, volgens bij den maire ingewonnen opgaven, 100 millioen francs; sommigen hebben echter geweigerd hun schade op te geven, omdat zij het Pruissisch bestuur niet willen erkennen. Van het Fransche leger zijn thans gevangen genomen 4 maarschalken, 140 generaals, 10,000 officieren en 323,000 soldatenhet aantal Duitsche gevangenen bedraagt 2100. Dezer dagen is gemeld, dat twee Grieken van den aanzienlijken stand door roovers waren weggevoerd; thans verneemt men uit Athene van 22 Oct. dat beiden tegen betaling van losgeld op vrije voeten zijn gesteldvoor den heer Thilon, lid der kamer van afgevaardigden, moesten 40,000 drachmen, voor zijnen lotgenoot 10,000 drachmen betaald worden. Eerste Kamer. Zitting van Woensdag 2 November. De Kamer heeft heden hare werkzaamheden hervat. Onder de medegedeelde ingekomen stukken behoort het door den heer Taets van Amerongen, wegens redeneii van ongesteldheid, ingediend ontslag. De afdeelingen zijn zamengesteld en daarna is de vergadering uiteengegaan. Zitting van Dingsdag 1 November. De heeren Kooyman en van Tienen, resp. gekozen in de districten Enkhuizen en Weesp nemen, na eedsaflegging, zitting. Onder meer andere zaken zijneen voorstel tot wegverbetering in de gemeente St. Pancras, een ontwerp-reglement voor den polder Ursem, en eene missive van Gedep. Staten met een memorie van den heer Opperdoes Alewijn, en eenige ingekomen adressen betreffende de zaak van de Noord- hollandsch-Frieschen spoorweg in handen van commissiën gesteld. BENOEMINGEN EN VERPLAATSINGEN BIJ MARiftE EN LEGER. De kolonel M. W. Seelig, eomm. van het kol. werfdepot, daarbij gedetacheerd van het 1ste reg. inf., is op zijne aanvrage op pensioen gesteld. Tot comm. van het kol. werfdepot is benoemd de majoor J. H. Wichers, van het 8ste reg. inf. België. Te Brussel had eene Hongaarsche gravin kamers gehuurd bij mevrouw Gilsoul, modiste, Montagne de la Cour. De gravin, nog eene jonge, beminnenswaardige vrouw, ontving de visites van een markies, een forsch gebouwd 45jarig man. Jl. Zondag gebruikten de beide gelieven het middagmaal in eene restauratie. Ongeveer ten 9 ure keerden zij in de woning van de gravin terug. Kort daarna hoorde men eenige pistoolschoten. Toen men het vertrek binnentrad, vond men beiden in hun bloed badende. Het bleek dat de markies in een aanval van blinde jalousie de gravin met een pistoolschot neergeveld bad, en zich toen zelf den dood had trachten te geven. De gravin is betrekkelijk slechts ligt gewond, maar de markies is zóó zwaar gekwetst, dat er geen hoop bestaat hem in het leven te behouden. F r a n k r ij k. Er heeft zich een dames-comité gevormd onder de leiding van de eehtgenooten van Thiers, Cremieux en Tourichon, om de Fransche soldaten van de noodige winterkleeding te voorzien. Engeland. Dag aan dag wordt de correspondent van Daily News een bezadigd man, die door zijn gedwongen verblijf te Parijs de Parijzenaars uitstekend leert kennen meer overtuigd, dat een duurzame vrede alleen in Parijs kan geteekend worden. Als het beleg morgen opgeheven werd, zou over zes maanden niemand meer gelooven, dat Elzas en Lotharingen door een Duitsch leger bezet zijn geweest. In deze stad opgesloten, zegt hij, koester ik alle sym pathie voor hare bewoners, doch mijn verstand zegt mij, dat Bismarck gelijk heeft met er op aan te dringen om in Parijs vrede te sluiten. Laat hem, als hij maar eenig- zins kan, hier komen; laat hem Frankrijk zulk eene oorlogs schatting opleggen, dat elk man, vrouw en kind de eerste vijftig jaren lang de gevolgen van dezen dwazen oorlog gevoelen zal, maar laat hem zijne annexatieplannen opgeven, dan zal hij gehandeld hebben in het belang van Europa en in dat van Frankrijk zelf. Een latere brief van den correspondent stelt den inwen- digen toestand der stad als zeer gunstig voor. Geen twisten en dronkemanstooneelen hebben plaats, rooverijen vallen zelden voor; de maatschappelijke ondeugden zijn wel weer te voorschijn gekomen, doch niet op zulk een onbeschaamde wijze als onder de vaderlijke regering des Keizers. Parijs, eens zoo vrolijk en luidruchtig, is thans even dof geworden als een Duitsche stad. De bewoners worden door den schrijver vergeleken met een troep tooneelspelers, die nacht en dag in een schouwburg opgesloten zijn en aan hunne eigene kunstverrigtingen zijn overgelaten, zonder een publiek om hen toe te juichen. En niet toegejuicht te worden, is voor de Parijzenaars iets verschrikkelijks. Honderdmaal op een dag vragen zij den correspondent: i/Wat zoudt ge wel denken dat ze in Engeland van ons zeiden?" iets dat hij natuurlijk onmogelijk kan beantwoor den doch eigenlijk is geen antwoord noodigzij, die de vraag gedaan hebben, voegen 'er gewoonlijk bij, dat het

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche en Nieuwedieper Courant | 1870 | | pagina 1