1870. N". 145.
28 Jaargang.
Zondag' 4 December.
lelij
van
Cor-
elles
anes
ikes
nl,
EN
HELDERSCHE
iVIEl WEDIEPER COURANT.
,,W ij huldigen hot goede.'
Verschijnt Dingsdag-, Donderdag- en Zaturdag namiddag.
Abonnementsprijs per kwartaal1.30.
franco per post - 1.65.
Uitgever A. A. BAKKER Cz.
Bureau: MO L E K P E IN, N°. 163.
Prijs der AdvertentiënVan 14 regelB 60 cent
elke regel meer 15 cent.
Groote letters of vignetten worden naar plaatsruimte berekend
Maandag den 5 Sec. vertrekt van hier de West-
Indische mail over St. Sniaire, per laatsten trein.
Woensdag den 14 Uec. vertrekt van hier de
Oost-Indische mail via Triest, per eersten trein.
Vrijdag den 16 Dec. vertrekt van hier de Oost-
Indische mail via Brindisi, per eersten trein.
BINNENLAND.
HELDER en NIEUWEDIEP, 3 December.
Het jongste nieuws van het oorlogstooneel is weder
zeer belangrijk te noemen. De indruk, door de jongste
overwinning van het Loire-leger veroorzaakt, schijnt gun
stig te hebben gewerkt, de moed is verlevendigd en moede
loosheid heeft voor dapperen wederstand plaats gemaakt.
De toestand der Duitsche legerkorpsen nabij Parijs is
daardoor min of meer netelig, want worden zij tegelijk door
de troepen uit Parijs en die uit het zuiden en noorden aange
vallen, dan bevinden zij zich tusschen twee vuren en
zullen handen vol werk hebben om zich staande te houden
en om niet de voordeelen der behaalde zegepralen te zien
verloren gaan. In onze «laatste herigten" deelen wij
eenige vrij belangrijke bijzonderheden van de jongste ge
beurtenissen op het tooneel van den krijg mede.
Een verrassing, zoo sterk als wij welligt nooit hebben
of zullen ondervinden, verschafte ons de tijding, dat
Wilhelm en Napoleon met elkander vrede hebben gesloten,
waarbij Eugénie als regentes hare hulpe bood. Aangenaam
is echter die verrassing niet te noemen, want ongetwijfeld
zullen de gebeurtenissen, die er het gevolg van zullen zijn,
niet minder bloedig zijn, dan de verschrikkelijke slagtingen,
waardoor het begin van dezen oorlog is gekenmerkt
geweest. Dat de republikeinsche partij in Frankrijk de
herstelling van het vermolmde keizerrijk zoetzappig zal
gedoogen, is niet te verwachten. Bazaine zal, wanneer
hij aan het hoofd der thans in Duitschland verblijvende
Fransche troepen den keizerlijken troon weer zoekt op te
rigten, een taak te verrigten hebben, die hem stellig door
niet één krijgsman zal worden benijd. Die taak is te
minder benijdbaar, omdat de Fransche natie hem, en
welligt niet ten onregte, van verraad beschuldigt, met het
oog op de onverantwoordelijke capitulatie van Metz. Wie
zal, bij zulk een stand der zaken, zeggen, wat er in de
eerstvolgende dagen te gebeuren staat!
Een berigt uit Londen, dat van de overeenkomst tusschen
Napoleon en Wilhelm en den afstand van den Elzas en
Lotharingen gewaagt, verzekert dat de mededeeling hiervan
voorbarig is geweest, maar doet wel degelijk vermoeden,
dat zulk een plan bestaat. Het wijst ook op de reis van
Eugénie naar Wilhelmshöhe, als daarmede in verband
staande. Er valt dus bijna niet aan te twijfelen, de toeleg
bestaat; doch de voorbarigheid van den Londenschen
berigtgever kon wel eens oorzaak worden van het mislukken
daarvan. Immers ieder republikein zal zich, op het ver
nemen daarvan, des te meer sterken tegen de verwezenlijking
van een plan, door Thiers in zijne zamenkomst met von
Bismarck als onmogelijk voorgesteld.
Rusland zal zich waarschijnlijk mogen verheugen in een
gunstigén afloop zijner pogingen om zich te ontdoen van
de lastige bepalingen van het Parijsche vredestractaat.
Het voorstel tot het houden eener conferentie te Londen
vindt algemeen ingang; na rijp beraad schijnen de mogend
heden weinig gezind om oorlog te voeren en Rusland zal
dus, het is zoo goed als zeker, zijn zin wel krijgen.
Den lsten dezer is het koloniaal stoomvaartuig Argus
te Port-Saïd aangekomen en zou den volgenden dag van
daar vertrekken. Alles was wel aan boord.
Gisteren avond hield het Departement Helder der
Maatschappij tot Nut van 't Algemeen zijne tweede buiten
gewone vergadering in dit saizoen. Na de opening der
bijeenkomst door den president, den heer J. G. R. Vos,
beklom de heer L. V. Ledeboer Az. het spreekgestoelte
en hield eene rede over: //Illusie en Werkelijkheid,"
waarin hij zoowel de lichtzijde van het scheppen der
illusiën schetste, als het goede, daarin gelegen, dat die
illusiën door de werkelijkheid worden vernietigd.
In de vergadering waren, op uitnoodiging van het bestuur,
aanwezig een 14tal loodsen en sloeperlieden, met hunne
vrouwen; de president rigtte na den afloop der rede
voering tot die mannen het woord, en bragt hulde aau een
daad van zelfopofferende liefde, door hen op 18 October
des vorigen jaars verrigt. Op dien dag strandde op de
Noorderhaaks, nabij deze kust, de Spaansche brik Napoleon,
en verkeerden de opvarenden, tien in getal, in levensgevaar.
Onze wakkere zeelieden schroomden het gevaar niet, maar
begaven zich moedig naar de gevaarvolle plek en smaakten
de schoone zelfvoldoening, alle schipbreukelingen van een
anders wissen dood te redden. De Maatschappij tot Nut
van 't Algemeen betuigde zijne ingenomenheid met dit
menschlievend streven tot heil van den evenmensch en aan
ieder dier moedige mannen werd een getuigschrift, dat
hunne edele daad vermeldt, uitgereikt. Hunne namen zijn:
D. J. Heijkoop, S. Vos, P. van der Wiele, H. Visser,
P. Kikkert, J. Verberne, W. van der Wiele, C. L.
Delchambre, J. Visser, C. Visser, K. Meijer, J. T. Duinker,
K. Schol en P. A. Biersteker (aan laatstgenoemde vielen
reeds vroeger blijken van erkentenis voor menschlievende
bedrijven ten deel). De president besloot zijne toespraak
met de uitdrukking van den wensch, dat de onderscheidingen,
door de Maatschappij thans toegekend, ook anderen mogten
aansporen om in tijd van gevaar hnlp te verleenen aan
hen die in nood verkeeren.
De heer J. C. Leich leverde vervolgens eene bijdrage
in de voordragt van het dichtstuk: //Barend de Schutter,"
van mr. J. van Lennep.
Met dankzegging aan de sprekers van dezen avond, sloot
daarop de president deze vergadering.
Gisteren had, ten behoeve van het Marine-hospitaal,
bij de Directie der Marine alhier de aanbesteding plaats van
de levering van versch Vleesch, aannemer de heer A. L.
van Gelder, ad 58 per 100 kilogr. Witbrood, de heer
M. Witsenburg, ad f 20 50 per 100 kilogr. Aardappelen,
de heer P. van Twisk, ad 2.08 per 50 kilogr. Groenten,
de heer M. de Haas, (eenige inschrijver). Melk, de heer
L. Kroon. Bier, onbeslist gebleven. De Wasch, de heer
E. Kindt.
Ds. Margadant houdt, naar men ons mededeelt, op
morgen zijne afscheidsrede te Melissant, en zal op Zondag
11 dezer te Huisduinen bevestigd worden en zijne intree
rede houden.
Omtrent de ministeriële crisis is op dit oogenblik niets
naders hekend. Dat de beide heeren zamenstellers van een
nieuw kabinet nog niet zijn geslaagd is dus wel zeker,
ofschoon zij bij een aantal personen hebben aangeklopt.
Men meent te weten, dat de grootste moeijelijkheid door
hen ondervonden wordt in het zoeken van ministers van
Financiën en van Oorlog. De reden hiervan is, dat eerst
bedoelde met een flink ontwerp tot reorganisatie van het
belastingstelsel voor den dag moet komen en dat de andere
titularis aan deze twee, moeijelijk te vereenigen, vereischten
moet voldoen: een krachtige defensie daarstellen en zoo
zuinig mogelijk de uitgaven voor de landsverdediging
bepalen.
Door de conservatieve partij is vaak aan de leden der
liberale rigting voor de voeten geworpen het verwijt, dat
het deze bij hunne oppositie tegen een behoudend bewind
slechts te doen was om zich een plaats aan de groene tafel
te verwerven. De langdurige ministeriële crisis, die er
thans heerscht, verklaart die aantijging voor geheel en al
ongegrond.
Intusschen zullen de eischen der staatsdienst het welhaast
noodzakelijk maken, dat aan dezen toestand, hoe dan ook,
ten spoedigste een einde kome. De tijd, anders aan de
behandeling der staatsbegrooting voor het volgend jaar
besteed, is thans verspild aan mislukte pogingen om een
7tal vroede mannen te vinden, geschikt en gezind om de
staatshulk te besturen.
Door het Prov. Bestuur van Noordholland is eergisteren
o. a. aanbesteed: Het onderhoud, gedurende 1871, 1872 en
1873, van de duinen op het eiland Terschelling, behoorende
tot de zeewerken in Noordholland; minste inschrijver de
heer A. C. Swart, te Terschelling, voor 3280 per jaar.
Beroepen te Eenigenburg ds. Knuttel te Langerak
bezuiden de Lek, met wien op het drietal stonden de hh.
du Saar te St. Maarten c. a. en Schröder te Oosterland
c. a. op Wieringen; te Ransdorp c. a. de heer N. Tydeman,
th. dr. candidaat bij het Prov. Kerkb. van Overijsselbij
de Evang. Luth. gemeente te Doetinchem de prop. Stellweg;
bij de Christ. Geref. gemeente te Leeuwarden de heer
J. C. Nederhoed, te Middelstum.
Men schrijft ons van Texel, dd. 2 December:
«Gisteren geraakte een paard met kar, van den zeedijk
te Oude Schild, bij de steenglooijing neer te water. De
kar was beladen met 200 lijnkoeken, die allen verloren
zijn geraakt. Paard noch kar had veel letsel bekomen en
was met behulp van eenige personen weer spoedig op het
drooge. De voerman was intijds van de kar afgesprongen
en kwam alzoo met den schrik vrij."
«De vogelvangst met slagnetten, hier door eenige
Makkummers uitgeoefend, heeft belangrijk minder voor
deelen opgeleverd dan ten vorige jaren."
Ter vervulling der vacature te Zuid-Zijpe is aldaar
de volgende nominatie van hh. predikanten opgemaakt:
Muller te Etershem c. a., Wieringa te Hoorn op Texel,
Riet, th. dr. te Eijerland op Texel, du Saar te St. Maarten c. a.
Schröder te Oosterland c. a. op Wieringen, Pareau te
Anna Paulowna, Schuurman te Petten, Snellebrand th. dr.
te Twisk, Hagen te Wijdenes, Remy te Renswoude, Pikaar
te Hoog Blokland en van Setten te Purmerland. Nadat
de eerste zes op het zestal en de eerste drie op het drietal
waren geplaatst, werd de heer Muller beroepen.
Men schrijft ons uit Hoorn, dd. 2 dezer:
«Heden zijn ter markt aangevoerd 86 vette varkens, de
prijzen hiervan waren als volgt: van 75 tot 100 kilogram
46 48 c., van 100 tot 125, 48 a 50 c., van 125 tot 150,
50 a 53, van 150 en daar boven, 53 k 55 c., alles per
kilogr., met stugge handel.
Te Amsterdam is jl. Dingsdag de Geneeskundige
Raad voor Noordholland vergaderd geweest en heeft o. a.
besloten eene circulaire te doen uitgaan aan de gemeente
besturen en geneeskundigen, houdende wenken tot bestrij
ding der op sommige plaatsen in ons vaderland waargenomen
pokken-epidemie.
Het Dagblad meent te weten, dat H. M. de Koningin
het achter het Huis ten Bosch gelegen Kleine Loo ter
beschikking heeft gesteld van den geschiedschrijver Lothrop
Motley, die aldaar zou komen wonen.
Te 's Hage is gisteren het berigt ontvangen dat jhr.
mr. van Nispen van Pannerden, lid der Eerste Kamer, na
eene korte ongesteldheid is overleden.
Jl. Donderdag is te 's Hage aanbesteed het maken van
een verbreed kanaal voor de binnenhaven te Vlissingen,
met kademuren, benevens de voltooijing der stations-haven,
en emplacementen aldaar, enz. Minste inschrijver de heer
Sigmund te Werkendam, voor 1,596,000.
Twee Schiedamsche sjouwerlieden, schuldig verklaard
aan diefstal van vee uit de weide, zijn door het Provinciaal
Geregtshof van Zuid-Holland veroordeeld tot vijf jaren
tuchthuisstraf.
Een landbouwer te 's Grevelduin-Capelle is voor een
vette os geboden de enorme som van 475. De eigenaar
weigert echter zijn dier daarvoor af^te staan.
Men meldt uit Zwolle dat er vele kieviten overge
bleven zijn; zulks voorspelt een zachten winter.
Het getal inwoners der provincie Friesland is in 75
jaren verdubbeld.
Aan de Gron. Crt. wordt de volgende scène uit den
oorlog uit een particulier berigt medegedeeld
«Te Gisors, een stadje in Normandië, werd dezer dagen
een Pruissisch uhlaan, genaamd G., op verraderlijke wijze
gedood. Bij een patrouillerit werd van uit een venster een
schot op hem gelost, en doodelijk in het hoofd getroffen
stortte hij op de straat neder. Twee dagen later werd hij
op het kerkhof van Gisors metfmilitaire eer begraven.
Maai op dienzelfden dag werd door de Pruissen aan het
stadje ook een vreeselijke wraak geoefend. Men eischte den
schuldige op, en toen die niet uitgeleverd of aangewezen
kon worden, werd de geheele plaats door vuur verbrand
en (zooals het particulier berigt meldde) ook zelfs het
onschuldige kind in de wieg niet ontzien om het aan den
vuurdood prijs te geven. Wie zulk een gedrag met den
naam van krijgsregt vergoelijke, wij noemen het een krijgs-
gruwel, een daad van onmenschelijke barbaarschheid. Maar
dat is trouwens het gansche oorlogvoeren die menschen-
slagting!»
Aangekomen schepen te Batavia vóór 16 November:
Graafstroom, India, Jan Pieterszoon Koen, Juno, Leopold
Graaf van Limburg Stirum en Sophia Koningin der Neder
landen. Vertrokken: Dordrecht II, den Elshout, Hol
lands Trouw en Vrede.
Het N. v. d. D. vervolgt zijn onderwerp over belasting
en vraagt, wat is toch eigenlijk belasting? «Elke geldelijke
bijdrage die van den burger voor de schatkist van den
staat gevorderd wordt.» (prof Vissering). Het vraagt dan
ookIs het niet billijk, dat gij betaalt voor de diensten die
de staat u bewijst? Hoe zoudt gij rustig uw land kunnen
bebouwen, als de staat u niet vrijwaarde tegen den aanval
van een binnen- en buitenlandschen vijand? Hoe zoudt gij
uw vak of bedrijf kunnen uitoefenen als gij telkens bloot
stondt aan geweld en bedrog? En gij zoudt geen geld voor
die zorg over hebben?
«Een winterveldtogt», is het opschrift van een reeks
van zeer lezenswaardige hoofdartikelen in genoemd blad
De schrijver bespreekt het hoogst belangrijk onderwerp
de volksarmoedehij rigt menig behartigenswaardig woord
tot het volk in het algeméén, tot (le armen en de armver-
zorgers in het bijzonder. Hoe misdadig het is, wanneer
men een gezond ligchaam en frissche ledematen heeft, te
eten van anderer brood, dit teekent de schrijver in de
volgende schets:
«Zie dezen jongen kerel; slank en kloek gebouwd, min