1871. N°. 4.
Zondag' 8 Januarij.
29 Jaargang.
Oudejaarsavond-mijmeringen,
Uitgever A. A. BAKKER Cz.
Bureau: MOLENPLEIN, N°. 10:1.
n.
B 1 N i\ E N L A iV D.
HELDERSCHE
iel
M iIËli WËUIEPËll 01 RAX
„W ij huldigen het goedV'
ssaïg
Verschijnt Dingsdag-, Donderdag- en Zaturdag namiddag.
Abonnementsprijs per kwartaalf 1.30.
franco per post - 1.05.
Prijs der Adverteutiën: Van 14 'regels GO cent,
elke regel meer 15 cent.
Groote letters of vignetten norden naar plaatsruimte berekend.
"Woensdag: den 11
Oost -Indische mail via Triest, per eersten trein.
Vrijdag den 13 Jan. vertrekt van iiïcr de Oost-
Indische mail via Sïrïndïss, per eersten trein.
bondag den 15 Jan. vertrekt van hier de West-
Indische mail over Southainpton, per laatst en trein,
De VOORZITTER van den RAAD der gemeente HELDER
brengt ter openbare kennis, dat DE RAAD ZAL VERGADEREN
op Dingsdag den 10 Januarij 1S71, des avonds ten
ZEVEN ure.
Helder, De Voorzitter voornoemd,
den 7 Januarij 1871. STAKMAN BOSSE.
PUNTEN TEK BEHANDELING:
1. Brief vau de Gedeputeerde Staten over de belastingen.
2. Idem over de begrooting voor 1871.
3. Adres van bewoners in het Land,
4. Mededeeling vau ingekomene stukken,
Spanje, liet land der hoogmoedige hidalgo's en der bedel
monniken;. Spanje, het erfdeel der autocratie en der
priester-regering, »\vo die Citronen blüh'n", waar de Mooren
huisden, en hunne historie schreven in de muren der
vervallene paleizen en de tuinen van het Alhambra;
Spanje, liet land, waar de poëzie eendragtig te zarnen
woont met de armoede, vervallene grootheid huist in
verlatene paleizen, waar ieder de eerste wil zijn en bevelen,
en niemand de laatste wil zijn en gehoorzamen, dat
republikeinsch zoude willen wezen, en toch Europa in
vlam zet door die wonderlijke koningsjagt, waarvan wij
getuigen waren; Spanje, wat bragt u het jaar, dat eindigde
met den moord van uwen grootsten staatsman? Als wij,
kalme bewoners van het Noorden, aan Spanje denken,
maken wij ons, »ls de bloedige herinneringen uit onzen
tachtigjarigen worstelstrijd 't ons niet verhinderen, eene
voorstelling van een paradijs van zonlicht en kleuren, een
land, waar 't leven lust is en niet, zoo als hier, een
onafgebroken strijd om het bestaan! Spanje is het ideaal
onzer droomen, zoo als Amerika dat van ons verstand is.
En menigeen zoude u, op uwe vragen, glimlagcliend
bekennen, dat hij zich een Spanjaard niet anders voorstelt,
dan in schilderachtig kostuum de guitarre ter fauclaugo
tokkelend, of in bonte Andalusische kleederdragt den stier
bevechtend in het zonnige renperk.
Als de courant ons de vurige republikeinsclic redevoeringen
van eenen Castelar doet lezen, dan zijn wij half verwonderd,
dat zij, die den gouden zonneschijn hebben en het diep
blaauwe water, en boven wier hoofden zich een nooit
bewolkte hemel welft, ook nog prijs stellen op zulke
abstracte dingen, als vrijheid en burgerregten.
Dat Isabella werd weggejaagd, was volkomen in orde;
hare woeste levenswijze, hare klooster-politiek stoorde den
poëtischen indruk van het gelukkige schiereiland, maar we
verwachtten, wij eischten bijna van den indolenten Spanjaard,
dat hij zich na deze gewelddadige uitbarstiug weêr neder
zoude leggen onder de schaduwen van den breedgetakten
plataan, om de rest van zijn leven te verdroomen. Wij
waren zoo gewend, de opstanden in Spanje te beschouwen
als iets van voorbijgaanden aard, en de Spanjaarden
warén het daarmede zoo geheel eens, dat ze zelfs de
revolutie hadden verdoopt, en haar den minder wild
klinkenden naamverklaring (pronunciamento) hadden
gegeven, dat wij niet regt weten, wat wij van hot
Spanje van heden, dat standvastig blijft, moeten denken.
Vroeger //verklaarde" zich een generaal, een kolonel,
een militair in elk geval, voor de Carlisten of de Christinos,
later voor de moderado's of de republikeinen, een straat
gevecht en öf eene verandering van ministerie, of eene
verbanning, maar in elk geval eene promotie bij het leger
volgde, en daarmede was de zaak afgedaan.
In het afgeloopen jaar echter gaf Spanje een duidelijk
bewijs, dat het deel wenschte te nemen aan den vooruitgang
in Europa, het kreeg na veel teleurstelling een koning;
aan constitutiën had het Spanje niet ontbroken, wel aan
constitutioneele vorsten. De prins, die het thans tot hoofd
heeft verkozen, is uit een geslacht, dat al zijne grootheid
dankt aan het constitutionalisme, en men mag verwachten,
dat hij zijn oorsprong getrouw zal blijven. Zal het nu
Spanje gaan, zoo als het den man zoo dikwerf gaat, die
°p rijper jaren zijn leven wil verbeteren, die in zijne beste
voornemens wordt gestoord door de herinneringen en de
gevolgen van het verledene, die gevoelt dat hem do voor
zijn taak r.oodige krachten ontbreken, omdat hij -zijne
vermogens heeft verwaarloosd en verkwist, toen hij ze had
belmoren te ontwikkelen? Daarvoor bestaat gegronde
vrees. Want, de ondervinding leert het, de vrijherd, die
het levens-element is voor den man, en de harmonisch
ontwikkelde natie, is een gevaar voor het kind en het
onmondige volk. En juist die harmonie kent de Spaansche
natie, waar de middelstand ontbreekt, niet. Een volk van
groote heeren en bedelaars werd het eens, niet ten onregte,
genoemd. De lioogere standen, voor zoo verre zij zich uit
eigenbelang niet verzetten tegen het doordringen der
vrijheid, zijn voor den constitutioneelen staatsvorm volkomen
rijp. Zij nemen deel aan het leven en den ontwikkelings
gang van het overige Europa, zij zijn beschaafd, soms
zelfs overbeschaafd, maar daarachter volgt onmiddellijk
zonder overgang de groote massa, voor wien de staat en
de belastinggaarder een en hetzelfde begrip is, onverschillig
voor alles en allen, behalve voor zijne onmiddellijke
omgeving en den priester, die hem troost als hij ziek is,
die hem moet voorgaan als hij vechten zal, en die hem, ja,
meer dan do staat laat betalen, maar daartoe aangenamer
vorm weet te vinden. Bijna zouden wij zeggen, dat de
magt der geestelijkheid in Spanje grooter is, dan zij in
Rome was, waar eene uitgebreide publiciteit door de
Siciliaansche drukpers zelfs over de grenzen van den
Pauselijken Staat invloed uitoefende. Wat van Spanje
worden zal, hangt dus af van de vraag, wat de kerk van
den Spanjaard maken wil. En deze zal zich alleen door
haar belang doen leiden. De zwaarwigtige taak, die den
jeugdigen Koning wacht, komt dus liier op neêr: de vrijheid
cischende aspiratiën van het ontwikkelde deel der natie in
overeenstemming te brengen met de belangen der kerk.
En als men zich herinnert, wat de eersten eischen en wat
de laatste vraagt, dan voelt men zich genoopt des nieuwen
vorsten reuzenarbeid te rangschikken onder dezelfde klasse
als die, welke de ongelukkige dochters van Koning Danaüs
was opgelegd.
Moeijelijker kan men grooter overgang denken, dan van
Spanje op Engeland, van het edelmoedigste en onpractische
volk der wereld naar het meest berekenende, en nuchterste.
Toch mogen wij Engeland niet vergeten, dat in het afge-
loopene jaar een kraclitigen aanvang heeft gemaakt met
een werk, dat noodig was voor den vrede van het eiland-
rijk. Van de rol van groote mogendheid schijnt Engeland
afstand te hebben gedaan. Russische aanmatiging en
Pruissische bëleedigingen verdraagt het met eene kalmte,
die meer voordeelig dan benijdenswaardig is. Wij, Neder
landers, die, waar sprake is van onze onafhankelijkheid,
zoo gaarne onze oogen vestigen op Engeland, zullen thans
wel van onze illusiën genezen zijn. Het Engeland dei-
messen en stoommachines, het Engeland van katoen en
aardewerk bloeit en bestaat, maar het Engeland van Nelson
en Wellington ligt begraven in Westminster bij zijne helden
uit vroegere jaren, toen Engeland's stem met eerbied aan
gehoord werd in Europa.
Maar op het gebied van inwendig bestuur en organisatie
worden aan de overzijde van het Kanaal krachtig de
handen aan het werk geslagen. Eli veel is er te doen.
De chaos van wetgeving, waaronder Engelsch rest ligt
O O' O
verscholen, moet vroeger of later worden opgeruimd, en
hoe gehecht de Engelschman moge zijn aan oude gewoonten
en gebruiken, er zijn wetten zoo slecht, dat men er niet
onder leven kan. Zoo was de toestand van Ierland, dat
onder eene ellendige landbouw-wetgeving bezweek, en dat
zich wreekte door den opstand der Penians. Met hun
helderen blik in zaken, hebben parlement en regering in
het verloopen jaar eene belangrijke schrede gedaan op den
weg, die tot bevrediging van Ierland voert. Aan de
huurders, en bijna de gehecle bodem van Ierland behoort
in eigendom aan non-residejits (in Engeland wonende
grondbezitters), is onder bepaalde voorwaarden zekerheid
van pacht toegekend, en" de groote grieve, die de Catholieke
Ieren dwong tot het opbrengen van schatten voor de
Angücaansche eeredienst, die in hunne oogen ellendige
ketterij is, uit den weg geruimd.
Waarlijk, als Engeland zich onthoudt van inmenging in
de zaken van het vaste land, dan behoeft het daarom nog
niet in het komende jaar met over elkaar gekruiste armen
de toekomst af te wachten. Er is veel, zeer veel te doen 1
De slechte wetgeving op het huwelijk, het onbillijke erfregt,
het dreigend pauperisme, de onvoldoende legerorganisatic,
ziedaar eeuigen uit de lange reeks van onderwerpen, die
de Engelsche staatslieden nog jaren lang bezig zullen
houden.
HELDER en NIEUWEDIEP, 7 Januarij.
Voprdragt in het gebouw aan de Vischmarkt, Dingsdag
avond 7 ure, door den godsdienstonderwijzer J. Rinner.
Onderwerp: ./De gevallen scheidsmuren."
In de vergadering van het Departement Helder der
Maatschappij tot Nut van 't Algemeen, op gisteren avond
gehouden, trad als spreker op do heer P. Uurbanus. In
eene flinke rede leverde hij eene beschouwing van al het
goede, dat onzen tijd kenmerkt, en van den vooruitgang,
die in zoovele dingen te bespeuren is; maar tevens wees
hij op de schaduwzijde, waardoor hij tot de conclusie kwam,
dat er bij al het goede en voortreffelijke nog veel te ver
beteren valt.
De heer v. d. Dussen leverde als eerste bijdrage eene
improvisatie. Spreker vergeleek op geestige wijze eene
ijsbaan met do baan des levens. Eindelijk trad de heer
A. van Voornveld op, die een stukje in proza las. Het
was getiteld: Oudejaars-avond-mijineringen van een toren
wachter, door Gerard Keiler. Ofschoon dit opstel zeker
van de meeste hoorders een oude kennis was, verpligtto
spreker het auditorium door eeno eenvoudige, maar nette
voordragt. Eindelijk sloot de voorzitter met dank aan
sprekers en toehoorders.
Volgens rapport van kapt. Bakker, gisteren alhier
binnengekomen, was op 2 mijlen Z.O. van de Hinder door
hem gezien een voor anker liggend schip, waarvan het
voorschip onder water en op het achterschip te lezen
stond: Activ Lioerpool. Men vermoedt, dat genoemd schip
door het ijs in ernstige ongelegenheid is geraakt.
Bij het departement van Koloniën is den 4 Januarij,
des namiddags ongeveer 3 ure, ontvangen een telegram
van den gouverneur-generaal van Ned.-Indië, gedagteekend
Buitenzorg 4 Januarij 1871 en van daar verzonden des
voormiddags ten 11 ure 45 min. (Staatscourant.)
Eene regtstreeksche telegraaflijn naar Java i3 thans
gereed en in dienst gesteld. Het tarief voor een enkelvoudig
telegram van 20 woorden bedraagt: naar Batavia f 73,25;
naar de kantoren bewesten Samarang/74; naar de kantoren
beoosten Samarang f 75,25. (Staatscourant.)
De liberale bladen geven allen, bijna zonder uitzondering,
hunne ingenomenheid tu kennen met de optreding van het
ministerie Thorbccke. De keuze van mannen als Booms,
Jolles en Blussu wordt over het algemeen zeer geprezen
en als men tot maatstaf neemt de heftigheid, waarmede
het Dagblad van Zuidholland en 's Gravenhage dit kabinet
al aanstonds bestrijdt, dan mag men aannemen, dat wij
een goed ministerie hebben. In de kiesdistricten Assen
en Dordrecht moeten verkiezingen plaats hebben, daar de
heeren Thorbecke en Blussé hun mandaat als volksver
tegenwoordigers hebben nedergélegd. In het tweede der
genoemde districten zal de verkiezingstrijd denkelijk nog
al met warmte worden gevoerd, want do conservatieve
partij telt daar vele aanhangers.
Te 'sGravenhage is jl Donderdag aanbesteed: het
leveren van ballast, het leggen der sporen en het maken
der werken voor den spoorweg MiddelburgWestsouburg
en van de voorzieningen der lcanaalboorden tusschen
Middelburgsen Vlissingen. Minste inschrijver, de heer van
Sigmund, te Werkendam, voor 250,000
De in den loop vau het vorige jaar gehoudene ver
loting ten behoeve van het Hulpfonds der Levensverzekering-
Maatschappij van het Nederl. Onderwijzers-Genootschap
heeft eene zuivere bate gehad van 4728.86. Er werden
5C90 loten a 1 geplaatst.
Men schrijft ons van Texel, dd. 6 Januarij:
/Heden had, door fraai winterweer begunstigd, aan de
Waal eene hardrijderij op schaatsen plaats.
Lang en met volharding werd om prijs en premie gekampt,
die eindelijk ten deel vielen aan M. Kalf, van den Burg
en N. Schellinger, van Oude Schild."
./Het ijs, dat heden morgen met de eb kwam aandrijven,
had zooveel vaart, dat het op verscheidene plaatsen van
den Zeedijk over den kruin des dijks is geschoven.
Ook de mond der haven geraakte geheel met ijs gevuld
en zoo opgehoopt, dat cr als het ware een dijk voor ligt."
Gedurende 1870 zijn te Alkmaar geboren 236 jongens
en 198 meisjes, waaronder 5 jongens en 7 meisjes buiten
huwelijk. Levenloos werden aangegeven 14 jongens en 9
meisjes, waaronder 1 meisje buiten huwelijk werd geboren.'
6 tweelingen werden geboren. Overleden zijn 113 onge
huwde mannen, 119 ongehuwde vrouwen, 38 gehuwde
mannen, en 38 gehuwde vrouwen, 14 weduwnaars, en 24
weduwen, te zamen 165 mannen, en 181 vrouwen. De
sterfte bedroeg 3 Pet. of 1 op 33|. De geboorte bedroeg
3| of 1 op 26L Er werden 109 huwelijken voltrokken
als 67 tusschen jongmans en jongedochters; 7 tusschen
jongmans en weduwen; 21 tusschen weduwnaars en jonge
dochters; 14 tusschen weduwnaars en weduwen. Et-
vestigden zich hier 846 personen en verlieten deze gemeente
705 personen. De bevolking die op 31 Dec. 1869 11,411
personen bedroeg, werd vermeerderd met 143 personen en
telde alzoo op 31 Dec. 1870 11,554 personen.