Benoemingen, enz.
B U T E i\ L A i\ D.
voorposten Parijs binnengekropen en ditmaal zal bet de
12 keer zijn, dat hij Parijs binnenkomt.
Deze persoon vertrok met zijn ballon in een kistje gepakt,
de schippers van Urk hebben dien. te Harderwijk gebragt
en een goede belooning daarvoor gekregen.
De Aëronauten hebben een uniform, groene jas met
goud geborduurd, dito pet en een schapenvacht om.
Deze ballon behoort het gouvernement en daarmede
gaan geene particuliere brieven. De luchtreizigers zeiden,
dat er te Parijs nog veel paardenvleesch is en de burgers
vol moed zijn; overigens hetzelfde wat wij uit de bladen
dagelijksch lezen.
Aan een brief uit Harderwijk ontleent de Kamper Ct.
nopens den Parijscben luchtballon nog het volgende:
//Gisteren hadden wij een raar avontuur. Een boer te
Hierden, Hop genaamd, was met zijn knecht aan zee en
daar kwam eensklaps een luchtballon uit de lucht, zoodat
de arme Hop niet wist waar zich te bergen. Hij durfde
er eerst niet heen gaan, maar riep in de verte staande:
//Holland." De heeren luchtreizigers wierpen met alle magt
een kist van 150 a 200 kilo zwaarte uit het schuitje en
sprongen er toen zelve uit, waarbij de een zijne knie en
de ander zijne voet wondde. Een tweede kist moesten zij
echter achter laten, omdat de ballon dadelijk door den
stevigen wind over het ijs werd gesleept. Hop nam hen
mede naar huis, zette hun brood en Uoffij voor en ging
toen zijn wagen inspannen, om ze naar Harderwijk te
brengen. Daar gekomen gingen ze dadelijk naar den
burgemeester, die toevallig op het stadhuis was, en toen
bleek het, dat de luchtballon uit Parijs kwam. De eene
luchtreiziger was een luitenant der mobile garde, de andere
was luchtreiziger van beroep, in dienst van het Fransche
gouvernement, gekleed in de uniform van marine-officier.
De burgemeester schonk hun een glas madera.
Het is ligt te begrijpen, dat het stadhuis dadelijk opgevuld
was met nieuwsgierigen. De Franschen waren zeer ver
heugd, dat ze in Holland waren; ze hadden gevreesd dooi
den wind naar Hannover gedreven te worden, zij had
den twee kisten met papieren, brieven, enz. bij zich,
en in eene portefeuille een geheime dépêche van Trochu
aan Gambetta, die portefeuille was. echter in den ballon
gebleven.
Zij gingen, na een poos met den burgemeester gepraat
te hebben, naar een hotel, waar men den officier der mobile
garde de Indépendance liet zien. De arme man werd zoo
bleek als een doek en kon geen woord zeggen, bij het
lezen der laatste nederlagen der Franschen.
Zij waren 's morgens om 7 uur uit Parijs gegaan, met
het doel naar Calais te gaan en zich in te schepen naar
Bordeaux. Zij hadden onder zich de Pruissen gezien, die
op hen schoten, maar zij hadden hun zand in de oogen
gegooid. Toen zij boven Harderwijk waren hadden zij de
zee gezien en gedacht in België bij de Noordzee te zijn.
Zij hadden zich dus in 5 minuten van eene hoogte van
5 a 6000 meter laten neêrdalen. De togt van 78 uur
gaans hadden zij dus in 3i uur afgelegd, dat is ongeveer
24 uur in 1 uur. De grootste snelheid die een ballon tot
nogtoe afgelegd had bedroeg 15 uur.
Op de vraag, hoe liet in Parijs was, kreeg men ten
antwoord //Parijs is opgeruimd; men kent er geen verdriet."
Zij zeiden verder dat alle mannen van 15—20 jaar uniform
droegen, dat de bommen der Pruissen bijna geen kwaad
deden en dat men in Parijs nog wel wijn voor 8 jaar, en
koorn en vleesch voor eenige maanden had.
Op de sociëteit teekenden zij in het introductieboek.
Zes visschers hebben den ballon gevonden en terug-
gebragt en hebben daarvoor 150 bekomen. De luchtreizigers
waren geducht gewapend.
Woensdag jl. is weder een ballon uit Parijs in ons
land nedergekomen, in Limburg. Volgens het, eene berigt
was hij te half elf des voormiddags uit Parijs vertrokken,
en kwam hij te half vier des namiddags neder. Volgens
een ander berigt werd de reis tusschen 3 uur ;s nachts
en 9 uur 's morgens gedaan. De personen, die de ballon
bevoeren, schijnen te zijn de heeren Eugène Cléary,
adjunct-maire van het 3de arrondissement van Parijs,
Edouard Cavailhon, behoorende tot de vrijwilligers-ver-
kenners te paard en Edmond Tarbiaux, werktuigkundige.
Zij zijn terstond over Maastricht naar Idavre gegaan
om de dépêches naar Gambetta te Bordeaux over te bren
gen. De ballon kwam neder onder Horst of Venray, bij
de Pruissische grenzen. Waren zij eenige minuten later
nedergedaald, zoo zouden zij een vergeefsche reis gemaakt
hebben. De ballon bevond zich Donderdag aan het goe
deren-bureau van het station te. Maastricht, waar hij
natuurlijk veel bekijks had. Het geheele gewigt van ballon
en bagage, waaronder 150 kilo brieven en dépêches, was
600 kilo. Aan den burgemeester van Venray hebben de
luchtreizigers, na bij den rector van Merzelo onthaald te
zijn, 1000 francs voor de armen ter hand gesteld. (V.)
In de jl. Woensdag te Amsterdam gehouden ver
gadering van den Gemeenteraad is o. a. aangenomen het
voorstel van den heer Jager, strekkende, om door B. en W.
een onderzoek te doen instellen omtrent de vraag: of de
kermis ook door betere volksvermakelijkheden kan worden
vervangen. Van het hoofdbestuur der Maatschappij tot
Nut van 't Algemeen was een adres ingekomen tot onder
steuning van het voorstel des heeren Jager.
Te Velzen heeft door het derailleren van een trein
een ongeluk plaats gehad. Een jongmensch, een Engelschman,
werd gedood, een landgenoot bekwam eenige kwetsuren.
Te Rotterdam heersclien de pokken en typhus in
erge mate. Men heeft een derde ziekenhuis opengesteld.
Uit Brielle wordt vau 19 Jan. gemeldDe loods
Schenk werd jl. Maandag toen hij van Hellevoetsluis
herwaarts ging om zijn ontvangen maandgeld aan zijne
vrouw ter hand te stellen, op den straatweg even buiten
Hellevoetsluis door vijf mannen staande gehouden. Een
hunner vroeg hem, of hij tabak bij zich had. S., niets
kwaads vermoedende, zeiwil je wat tabak, die kan ik je
wel geven. Terstond daarop werd hem gevraagd heb je
geld bij je? S. antwoordde, dat hij een man was, die voor
zijn dagelijksch brood moest werken en geen geld had;
waarop hij op de grond geworpen, bij zijn hoofdhaar getrokken
werd en een snede in het gelaat kreeg. Terwijl S. zijn
eene hand op den zak hield waarin hij zijn geld had, ver
dedigde hij zich met zijne andere hand, zooveel hem mogelijk
was, totdat de aanvallers, een rijtuig hoorende komen, op
de vlugt gingen. S. werd door de personen, die in het
rijtuig zaten, opgenomen en vertelde de medegedeelde
bijzonderheden. Kort na zijne tehuiskomst is hij bewusteloos
geworden, zoodat hij door de justitie, die zich de zaak
terstond aangetrokken en veldwachters uitgezonden heeft
om de aanvallers op te sporen, nog niet is kunnen worden
ondervraagd. (N. R. Crt.)
In verscheidene gemeenten van Znid-Holland heerscht
thans de longziekte onder het rundvee.
-Te Utrecht breidt zich de pokken-epidemie nog steeds
zeer uit. Dagelijks worden ongeveer 30 personen aangetast.
Eenigen tijd geleden is van Breda een onderofficier
gedeserteerd, die zich naar Frankrijk heeft begeven en
dienst genomen heeft bij de franc-tireurs. Er is een
schrijven van hem te Breda gekomen, gerigt aan een
zijner kameraden, waarin hij zijn wedervaren mededeelt.
Te Rijssel had hij zich geëngageerd en was hij voorzien
geworden van de aan zijn equipement ontbrekende stukken.
Dagelijks ontving hij een franc soldij en een kilogram
brood; de rest moest hij zichzelven verschaffen, men be-
grijpt ligt op welke wijze. Met zijne compagnie, uit 150
man bestaande, waarvan eeri honderdtal Belgen, is hij in
den omtrek van Arras, en menigmaal heeft hij reeds ge
streden tegen hen, die hij zijne aartsvijanden noemt, de
Pruissen. In geen maand heeft hij in een goed bed
geslapen, steeds bivakkeerde hij of sliep onder een tent,
die hij deelt met drie kameraden, met welke hij een vriend
schapsverbond sloot. Hij heeft zulk een liefhebberij ge
kregen in het vechten, dat hij besloten heeft, om mogt
hij het leven er afbrengen, wat hij wel eens betwijfelt,
aangezien hij en zijne kameraden er van bewust zijn welk
lot hen wacht als zij gevangen genomen worden, en dat
zij een strijd op leven en dood voeren na den vrede naar
Algiers te gaan, of waar ook maar gevochten wordt zijn
diensten aan te bieden.
Te Haren zijn dezer dagen niet minder dan tusschen
de 30 en 40 schapen op eene moorddadige wijze om het
leven gebragt of geheel verminkt. De moord had telkens
bij nacht plaats en men denkt, dat een paar honden deze
slagting hebben verrigt. 't Is te hopen, dat het der policie
gelukt de daders van dezen moord op te sporen.
Te Grave is tot lid der Prov. Staten van Noord
brabant gekozen, de lieer Verheys van Estvelt, te Boxmeer.
- Te Sneek is tot lid der Provinciale Staten van
Friesland gekozen de heer PI. F. Pasma.
Uit Zevenwolden meldt men, dd. 17 Jan.: //In ouze
wouden hebben zich hier en daar reeds spreeuwen laten
zien. De weêrprofeten warén natuurlijk dadelijk gereed,
om daaruit te voorspellen, dat de tegenwoordige winter
niet heel streng meer zal wezen. Zoo als het zich thans
laat aanzien, zou die profecy wel bewaarheid kunnen worden.
Sedert 10 Jan. jl. zit te Bovenknijpe reeds een gewone
duif te broeijen op twee eijéren. Vele liefhebbers van
schaatsenrijden hebben reeds nu de ijsschotsen geducht in
de keel. Bij de hardrijderij, te Wolvega gehouden, bewo
gen zich onder de talrijke toeschouwers ook twee 87jarige
mannen op het ijs. Ze keuvelden, al rijdende, druk met
elkaar en zouden, naar een ooggetuige verhaald heeft,
elkander nu en dan eens op den schouder hebben geklopt;
voorzeker een blijk van het genot, dat ze smaakten."
Dezer dagen zijn bij het garnizoen te Maastricht, na
eene afwezigheid van eenige weken, teruggekeerd twee
onderofficieren, die vermeend hadden bij het korps franc-
tireurs met open armen te zullen worden ontvangen, doch
zich hierin bedrogen zagen en thans hun onbezonnen daad
met 14 dagen provoost moeten boeten. Ondanks dit af
schrikkend voorbeeld, hebben wederom twee onderofficieren
hun regiment verlaten, om bij gemeld korps zich te doen
opnemen.
In den laatsten tijd zijn weder verscheidene gevallen
van veetyphus in de provincie Luxemburg voorgekomen.
De heer J. J. van Muiken is eervol ontheven van de waarneming
der zaken van het departement van Buitenl. Zaken, onder dank
betuiging voor de door hem in die betrekking bewezen diensten.
Tot voorzitters en burgerlijke leden en hunne plaatsvervangers in
de onderscheidene militieraden in de provincie Noord-Holland voor
de ligting der nationale militie van 1871 zijn benoemd: in het
lste militiedistrikt: tot voorzitter mr. A. de Vries, tot zijnen plaats
vervanger rar. L. A. A. van Wensen, beiden lid der Provinciale
Statentot lid mi. E. Boas, tot zijnen plaatsvervanger mr. J. C.
de Koning, beiden lid van den gemeenteraad van Amsterdam;
in het 2de militiedistricttot voorzitter mr. J. F. T. van Valkenburg,
tot zijnen plaatsvervanger J. L. van der Buvch, beiden lid dei-
Provinciale Staten; tot lid J. de Breuk Jr., tot zijn plaatsvervanger
F. L. Kist, beiden lid van den gemeenteraad van Haarlemin
het 3de militiedistrict: tot voorzitter jhr. P. Opperdoes Alewijn,
tot zijnen plaatsvervanger jhr. mr. D. van Akerlaken, beiden lid
der Provinciale Staten tot lid A. J. Faber, tot zijnen plaatsvervanger
mr. E. Booy, beiden lid van den gemeenteraad van Hoorn.
België.
Eene dor tweelingen, dochters van den graaf en de
gravin van Vlaanderen, is jl. Woensdag overleden.
Te Brussel wordt een arm- en beenloos Fransch
soldaat door drie Duitsche verminkten voortgekard.
Op de overdekte markt te Brussel, zoo meldt men
van daar, waar dagelijks eetwaren van allerlei aard te koop
worden aangeboden, heeft men dezer dagen een bezendii;
van 650 hazen ontvangen uit Kassei, voorzien van
etiquette van het huis des Keizers. Zij waren naar Brussi
geëxpedieerd door den keizerlijken opperjagermeester
de opbrengst van den verkoop werd onmiddelijk naar dei
Keizer opgezonden.
Ziedaar een Cesar, met wien het er inderdaad zet
berooid moet uitzienTen minste, wanneer men ziel
verpligt ziet om hazen op de markt te doen verkoopen.
F r a n k r ij k.
Gambetta, die generaal d'Aurelles de Paladine, toe
hij den slag bij Örleans verloor, zoo uitgescholden ha}
heeft hem thans weer een kommandement aang
Men kent het antwoord van den generaal nog niet.
In de Kersweek is in het hotel van het departemei
vau Openbaar Onderwijs te Parijs eene fancy-fair tt
voordeele der slagtoffers van den oorlog gehouden, die eet
aanzienlijke som heeft opgehragt. Eene gouden schaal i
beker met drijfwerk van Froment Meurice en ande>
prachtige kunstvoorwerpen prijkten in de zoogenaant
kramen naast blikken bussen met gemarineerd ossenvleescl
bossen uijen, enz. Monsters aardappelen werden verkoel
in zilveren korfjes, waarvoor een veel geringer prijs gevraag
werd dan voor hunnen inhoud. Eene op een satijnen, m
fluweel afgezet, kussen liggende kalkoensche hen is vol
200 francs verkocht. De minister van Openbare Werkt
Dorian heeft een kistje sigaren, waarvoor mevr. Jules Simt
hem 100 fr. vroeg, met een bankbiljet van 1000 fram
betaald. Eene teekening van Gustave Doré, .een jon
soldaat voorstellende, die afscheid van zijne verloof}
neemt, heeft 270 fr. opgehragt; voor een exemplaar vt
den brief van Victor Hugo aan het Duitsche volk,
voor een sou verkocht wordt, is 120 fr. betaald, omè
hij van de handteekening des schrijvers voorzien w
Champagne-wijn, uit de kelders van het paleis der Tuilerit
afkomstig, is voor 5 fr. het glas, eene bos selderij vot
70 fr., een bosje radijs voor 10 fr. verkocht. De gehee
opbrengst dezer fancv-fair heeft nagenoeg 100,000 frati
bedragen.
Van de 500 huizen, die do Fransche vesting Mézièj
vóór het bombardement dier plaats bezat, zijn 347 gel»
vernield, en van de 150 of 160, die staande zijn gebleve
zijn slechts een 20tal onbeschadigd. Ongeveer 1500 persoi*
zijn tengevolge daarvan zonder huisvesting.
Engeland.
De Daily Telegraph vindt het zeer natuurlijk,
het voorloopig gouvernement tegeu het bombarden»;
protesteert, maar ze kan niet in alle opzigten de besck
digingen regtvaardigen, die den Duitschers worden vot
geworpen. Het is zeker verschrikkelijk, dat hospitale
ambulances, kerken, scholen en gevangenissen blootgeslt
zijn aan het vuur van de bommen en menige onschuld)
vrouw en ettelijke kinderen komen om, en als het waat
dat de Duitschers hun bombardement op de stad zé
niet hebben aangekondigd, dan hebben zij in zoover
vormen van het volkenregt overtreden. Maar Jules Pat
is wat te rhetorisch als hij zegt: //de oorlog mag ui
zoover gaan dat er op private gebouwen en vreedzai
burgers wordt geschoten." Dit is alleen waar als
gebouwen op geheel afgelegen plaatsen gelegen zijn, ofd
vreedzame burgers zich op afgescheiden punten bevindt
De ruwste kommandant zal niet eens laten schieten opa
hospitaal, gelegen in een open vlak; maar aan den ander;
kant zal zelfs de humaanste soldaat bommen werpen;
een midden in de stad en in het centrum van het oorlof
terrein staand gebouw en als het daarbij tot verdedig»
van den vijand kan dienen, zooals dat in Waterloo 1
geval was. Dit is ook de reden waarom het bombar!
dement van Parijs geoorloofd is. Zoodra een stad i
versterkt, dan doet ze dit voor het geval dat ze beschot
mogt worden.
Het neemt echter niet weg, dat de toestand van Pat;
rampzalig is. Toen in 1841 besloten werd Parijs meer
versterken, voorspelde Heine eene ongelukkige toekom
De vestingwerken, zeide hij, zijn het doodskleed, dat de rt:
onder zwarte voorteekenen aantrekt.
Werkelijk, zoo vervolgt de Telegraph, het bombarden»
is verschrikkelijk. Alles wordt met meêdoogenlooze vt
nieling bedreigd: De kathedraal van Nótre Dame, i
Ilótel de Ville, het college de Sorbonne, het liótel i
Invalides en eene reeks van andere gebouwen, die eer,i
zoo te zeggen, tot het menschdoin dan aan Parijs behoor!
Verleden week vielen in weinige uren twintig hommen
het Luxembourg. Alle kunstschatten knnnen eene pro
der vlammen worden. Binnen kort kan Parijs een pui:
hoop zijn. En intusschen vallen onschuldige dooden. Vrouw;
vinden op straat of in haar bed den dood; kinderen i
dood gevonden in de armen hunner moeders. Vier kindeti
werden gedood en vijf gewond door een enkel project»
Moet Parijs zoo gekastijd worden, dat dit Fransche Athti
binnen kort zal gaan bedelen?
Aan Daily Telegraph wordt uit le Mans van A
10 dezer door een harer correspondenten een schets
geven van den bloedigen slag, die in dien omtrek liet
plaats gehad tusschen het leger van den groothertog tl
Mecklenburg en dat van den generaal Chanzy. Di;
strijd achtte hij aanvankelijk, tenzij Chanzy zich
eene revanche mogt voorbereiden, van beslissenden aa«
het Loire-leger was geslagen, en le Mans, het voornaams
middenpunt der spoorwegen in Frankrijk, na Parijs, dol
de Pruissen bemagtigd.
Nimmer zag de correspondent een strijd en opschudt!»
als bij le Mans. De bevolking bevond zich bijna gel»
op de daken en wegen, om de bewegingen te volgt
Het Pruissische leger had eene positie ingenomen, s
voordeelig als maar denkbaar is. Achter de linie f
bataille stond de proviand; voorop de goed van ammutiil
voorziene artillerie. Vlak tegenover de Pruissen strek
zich in een half-cirkelvormige linie het Fransche leger w