STATFX-GEiVERAAL. Benoeming-en, enz. B IJ 5 T E L A i\ R. To Hindeloopen hebben 19 mahilëli en 17 vrouwen verzocht toegelaten te worden op tle avondschool, om nog lezen te leeren. Een kind van den daglooner B. Yisker, te Farnsum, een aanvallig meisje van ongeveer 3 jaar, is in het vuur gevallen en zoodanig verbrand, dat het gezigt bijna niet meer te herkennen was; het is kort daarna onder de hevigste pijnen overleden. De moeder lag in hetzelfde vertrek ernstig ziek en kon, daar er op dat oogenblik niemand meer in de kamer was, niets tot de redding van haar lieveling doen. De naaste buurvrouw onder hetzelfde dak in een ander gedeelte van het huis wonende, ontdekte het. ongeluk eerst, toen het kind reeds vreeselijk verminkt en aan de brand wonden overleden was. Door de Friesche Maatschappij van Landbouw en Veeteelt was als prijsvraag uitgeschreven een planteekening van een stalling, geschikt voor zomer-stalroedering, waarin minstens 20 stuks vee kunnen worden geplaatst. De com missie van beoordeeling heeft don prijs van ƒ40 toegekend aan den heer J. Prakken, architect te Olterterp. Jl. Donderdag stond voor de arrondissements- regtbank te Groningen teregt J. W., machinist bij de staatsspoorwegen, op de lijn Zwolle-Groningen, beschuldigd van op den 22 Aug. jl. met den trein die te circa 3 uren te Groningen arriveert, veel sneller dan zijn reglement hem voorschrijft te hebben gereden en van het dientengevolge doen derailleercn van den trein, zoodat de locomotief daarbij geheel uit de rails werd geworpen en eonige personen ligte kwetsuren hebben bekomen. In deze zaak werden 24 getuigen gehoord. liet O. M., aannemende dat het ten laste gelegde wel overtuigend, maar niet wettig was bewezen, requireerde vrijspraak van den beschuldigde. Op 't kantoor van een zeer voornaam handelaar werd voor eenige dagen een wissel van belangrijk bedrag gepresenteerd en uitbetaald. In den namiddag werd de kas opgemaakt en bevonden, dat 1000 ontbrak; men ver moedde, dat een bankje van 1000 te veel was betaald aan dengeen, die den wissel had gepresenteerd en de patroon begaf zich naar het kantoor, waar het geld was ontvangen. De bediende, die het geld geïnd had, betuigde, dat hij het rigtig had ontvangen en aan zijn patroons had gegeven, en zeide geene andere inlichtingen te kunnen geven. Daarmede scheen de koopman niet tevreden en had de onvoorzigheid den bediende eenige harde woorden toe te voegen. Eenige dagen later werd ten kantore van den koopman een naauwkeurig onderzoek gedaan en bevonden, dat men zich had vergist; het abusivelijk optellen van een kolom of iets dergelijks was oorzaak van 't misverstand. Den volgenden morgen begaf de koopman zich naar het kassierskantoor, verzocht den bediende te spreken, vroeg hem in tegenwoordigheid van alle aanwezigen om ver schooning en noodigde hem met zijne echtgenoote ten zijnent. Daar werd den man op nieuw verschooning ge vraagd en als souvenir een bankbillet van 1000 overhandigd We hebben het regt niet, zegt het blad, waaraan dit verhaal is ontleend, den naam des koopmans bekend te maken, maar betuigen hem onze achting voor de edele wijze, waarop hij zijne begane onbillijkheid heeft hersteld. Eene waarschuwing voor dienstboden. Voor eenige dagen wist de vrijer van eene dienstmaagd bij iemand op den Kloveniersburgwal te Amsterdam zich, bij afwezigheid van den huisheer, toegang te verschaffen tot de keuken, waar zijn princes troonde. Mijnheer en mevrouw, aan geen uur gebonden, kwamen echter vroeger terug dan menschelijke berekening aan 't kozend paar had geleerd. En ziet, als een waar huisvader doet mijnheer de nacht ronde, vindt alles in orde en sluit de deur op 't nachtslot, terwijl de sleutel een plaats op 't nachttafeltje krijgt. De vrees voor ontdekking is aanvankelijk geweken, maar er moet raad geschaft worden om den opgeslotene naar buiten te brengen. Na overleg wordt uit het zolderraam een touw gevierd en zweeft de minnaar weldra tusschen hemel en aarde. Met een pak van 't hart en nog niet regt hersteld van den schrik, leggen de dienstmeid en haar kameraad zich te slapen. Zoo hooren zij het kermen niet van den jongen man, die, daar het touw te kort was, zich bij den val op de stoep vrij ernstig bezeerde. Men verzekert, dat zijn toestand niet meer zorgelijk is. Een batatm.e dhr jeugd. Dezer dagen is op het St. Pietersplein te Parijs een ware veldslag geleverd tusschen jongens, die soldaatje speelden, gewapend met toogeknoopte zakdoeken, gelijk in sterkte, in twee kampen verdeeld en met het dool om de hoogten te vermeesteren. Op het laatst word de strijd warmmen wier]) de geknoopte zakdoeken weg en nam er stokken en steenen voor in sic plaats. Een jongen werd niet een steen getroffenhij; was aan het hoofd gewond, liet leger van den gekwetste wilde dezen wreken en een regen van steenen bestormden den vijand; een andere knaap werd dqow qiasteen voor de maag getroffen en viel onmagtig poffer. Een voorbijganger ging de wacht waarschuwen, di'c de legerscharen niet uiteen vermogt te drijven dan met de bajonet, waarbij één der jongentjes, Claude Harmion, werd gedood. (D.) Een dames duel. In den Caucasus werden twee élèves van een jonge jufvrouwen-kostschool op een jongeling verliefd en besloten de zaak, nadat reeds vrnehtelooze pogingen waren aangewend om een minnelijke schikking te treffen, langs den ridderlijken weg uit to maken. Beiden verschenen tegen hot bepaalde uur op de voor het twee gevecht bestemde plaats. Do eene schoot de pistool op baar tegenstandster af, trof haar en liep dadelijk naar de gewonde om haar bijstand te verleenen; deze was echter naauwelijks weer tot bewustzijn gekomen, of zij greep haar medeminnares bij de haren, waaruit een verwoede worsteling en een algemeen haaruitplukken en kleerscheuren ontstond. Het geheele schandaal eindigde met een achter gesloten deuren behandeld crimineel proces. Omtrent den heer Googg, den stichter van het congres van vrede en vrijheid, hetwelk thans weder te Lausanne bijeenkwam, verhaalt de National het volgende In 1848 trad Goegg, die medegewerkt had tot do om wenteling in Baden, zijn geboorteland, als minister van Finant.iën op. Toen de Pruissen de orde kwamen herstellen, verliet hij Baden en nam de wijk naar Italië. Daar doolde hij eenigen tijd rond. Te Genua eene menagerie voorbij gaande, trad hij daar binnen, vooral om de levende Gorilla te zien, die, volgens het uithangbord, door dr. Livingstone was aangebragt. Gocgg was alleen en na vlugtig de andere dieren bezigtigd te hebben, ging hij naar liet hok van den Gorilla. Naauwelijks staat hij er voor of deze roept hem toe Hans-Armand, bist du da 'I Men zou meenen dat Goegg verbaasd was? volstrekt niet. Men een hoog gevoel van eigenwaarde riep hij uit: „of ik beroemd ben! zelfs de apen herkennen mij." De Gorilla was een ongelukkige balling, landgenoot van Goegg, die do ellende genoopt had om zich als Gorilla te vermommen en te laten kijken. (Arnli. Crt.) Er werd dezer dagen van een dagblad gesproken, dat maar geen clientèle kon vinden. Dat is toch vreemd, zeide iemand, het nummer van gisteren, bevatte zaken, die ik in geen ander blad gevonden heb. Hé, wat dan? Wel een worst en een stuk spek, die de meid bij den spekslager was gaan halen. In do laatste Harper's Weeklv worden de leden der bekende New-Yorker dievenbende afgebeeld als een viertal gieren, zaamgeschoold op een kale rots en zittende op oen menscbelijk ligchaam eene personificatie van New-York, dat zo bijna geheel hebben afgeknaagd. Doodskoppen en beenderen met verschillende opschriften vrijheid, eer, achting, rijkdom, enz. liggen hier en daar op de rots verspreid en het geschikt oogenblik afwachtend waarop ze zullen kunnen wegvliegen, spreekt de oudste gier (Hall) tot de drie anderen: Let us prey! Tweede liiuncr. Zitting van Maandag 9 Oetober. Bij <3e discussiën over liet voorstel 's Jacob, betreffende de stoomvaart van Vlissingen op Neiv- York, hebben de heeren Blom, Bergman en Bredius, op onderscheidene gronden daartegen het woord gevoerdde heeren Heemskerk Az., van Wassenaar Catwijk hebben zich zeer ten gunste van het beginsel verklaard, maar den wcnsch geuit, dat nadere inlichtingen zouden worden verstrekt; de heer Lenting is onvoorwaardelijk voor het voorstel. Heden voortzetting der beraadslaging. De off. van gez. 2de kl. J. J. Borst en A. VV. van Renterghem, bchoorende tot de rol van bet wachtschip te Willemsoord, worden met den 14 dezer op non-activiteit gesteld; de off. van gez. 2de kl. H. J. Nieuwkerk en D. Dronkers worden met den 16 dezer respec- tivelijk geplaatst op den monitor Krokodil en het transportschip met stoomvermogen Java. De off. van gez. 8de kl. bij de zeemagt S. F. Kruijt, is bevor derd tot off. van gez. 2de kl., met bepaling dat hij rang zal nemen tusschen de off. van gez. 2de kl. A. W. van Renterghem en K. G. F. Sloos. België." Do bevoegde overheid gaat met toenemende strengheid te werk tegen liet vervalschen van levensmiddelen. Eene circulaire van den gouverneur van Brabant geeft aan de gemeentebesturen den last, do bestaande controle zooveel mogelijk te verscherpen. In het bijzonder wordt in die circulaire geklaagd over den verkoop van ziek vleescli en over bet vervalschen van bet brood door middel van china clay en andere voor do gezondheid schadelijke bestanddeelen. Ook is bet gebleken, dat de melk en de boter op schan delijke wijze worden vcrvalscht. De burgemeester van Brussel heeft door aanplak- billetten ter algemecne kennis gebragt, dat de lantaarnop stekers een werkstaking hebben begonnen, maar dat hij maatregelen beeft genomen om de stad te verlichten. Volgens do Escaut, zal Antwerpen eindelijk in het bezit worden gesteld van eene geregelde stoombootvaart op Amerika. F r a n k r ij k. Het doodvonnis, door oenen krijgsraad te Versailles uit gesproken tegen Hossel, gewezen bevelhebber van het krijgsvolk der Parijsche Commune, is verleden Zaturdag door eenen anderen krijgsraad in revisie bevestigd, en wel op grond dat overloopen tot opstandelingen onmiskenbare en strafbare desertie is, evenzeer als het overloopen tot den vijandigen buitenlander. Do Constitution wil weten, dat de aan Rocliefort opgelegde vestingstraf in die van verbanning zal worden veranderd. Do minister van Binncnlandsche Zaken Lambrecht, is te Versailles jl. Zondag morgen onder bet aankleeden plotseling overleden. Bij eene ministeriëele aanschrijving van 28 Sept. jl. is de lloogduitsche taal opgenomen onder de onderwerpen van onderwijs bij de Fransche landmagt. De heer Coindart, directeur van de Compagnie de 1'Ouest, heeft eene belooning van 100,000 francs gekregen, wegens bet redden van de kas der maatschappij onder de heerschappij der Commune. Dezer dagen nam een heer, dien men reeds sedert eenige dagen op de boulevards te Parijs had gezien en die in het oog liep door een hemelsblaauwen hoed met oen veer, voor een der drukst bezochte koffijhuizen plaats. Toen do knecht hem een glas absinth bragt, waarin een vlieg lag, wierp bij hem met de woorden, ik zal u leeren een Prins van mijnen rang te bedienen, den inbond van liet glas in 't gezigt. Er volgde eene vechtpartij; een gardier de la paix kwam tusschen beiden, want de Prins bleek nu inderdaad te zijn Antonio Tuli, Prins di Saard, oud—secretaris van Paschal Grousset onder de Commune en een der heftigste vijanden Versailles. In bet dagblad d'Ordre komt de volgende brief voor van de voormalige Keizerin van Frankrijk aan den Russischen Czaatr, na de ramp van Sédan. „Ilastings, 13 September 1871. Sire „Van mijn vaderland verwijderd, schrijf ik aan Un j, Majesteit. Zoo ik voor slechts weinige dagen, toen bet li was van Frankrijk nog in handen was van het gezag door de r 'al Keizer gevestigd, dezen stap had gedaan, zou ik misschie in de oogen van Uwe Majesteit en van Frankrijk dejen schijn op mij hebben geladen, dat ik twijfelde aan d krachten van mijn land. De laatste gebeurtenissen ^ve at mij mijne vrijheid weder en ik mag mij tot het hart var^ Uwe Majesteit rigten. Zoo ik de rapporten van onze^ gezant, generaal Fleury, wel begrepen heb, zon Uwe Majeste wl( a priori tegen bet denkbeeld van eene verminking ra Frankrijk zijn gekant. „Sire, liet lot is tegen ons geweest. De Keizer is krijgsi(j gevangen en belasterdeen ander gouvernement heeft d taak aanvaard, die wij bet tot onzen pligt rekenen te vei jM, vullen. Ik kom van Uwe Majesteit smeoken om van hai^g invloed gebruik te maken, opdat een eervolle en bestendig vrede worde gesloten, als bet oogenblik daartoe gekomo Q'ur is. Dat Frankrijk bij Uwe Majesteit, wat ook zijn gouvei |yel nement zij, dezelfde gevoelens vinde, die zij ons betoon j heeft bij deze zware beproevingen. Dit is de bede, die i |cr tot baar rigt. Ik bid dus Uwe Majesteit dezen stap gelieii te houden, welke gewis zijn edel hart zal begrijpen e waartoe ik gebragt wordt door de herinnering aan Uwi Majesteits verblijf te Parijs." Begrijpen wij dezen brief goed, dan is hij verdicht c j moet hij alleen strekken om te doen uitkomen, hoe d voormalige Keizerin zelfs voor de republiek zich in de bri fe]0 stelde, mot andere woorden, voor hare vijanden bad. Engeland. e Met 't oog op de telkens voorkomende werkstakingei e.si meent de Times, dat 't nuttig zou wezen den arbeidende jéo stand eenigzins bekend te maken met de beginselen d( lat staathuishoudkunde niet door middel van boeken e un geschriften, die de werkman toch niet leest en die hij, zo ,an hij zo leest, niet begrijpt, omdat ze meestal in al te weten act schappelijken vorm gegoten zijn - maar door populairi rerd voor elk bevattelijke voordragten, gelijk de lieer Brasse latb ze onlangs te Birkenhead heeft gehouden. Van tijd tot tiji Jom zegt het City-blad, mag de werkman in billijkheid eeni H< verhooging van loon vorderen, doch hij behoort dit niet t Jnis doen wanneer 't liem goeddunkt; hij moet leeren zijiescl tijd af te wachten, en met zijn regt voor den dag te tredei ;erk wanneer de omstandigheden liem dit regt schenken. Daaiyerl om is 't noodig, dat hij de oorzaken doorgronde, die d marktprijzen en 't bedrag der loonen regelt. Zekere lieer Gough, schrijvende over het nut va: E< Internationale en andere tentoonstellingen, meent dat, wille en die inrigtingen aan haar doel beantwoorden, al het moge'1'411 lijke gedaan moet worden om den werkman er heen lBrn lokken. „Ik bezocht* zegt hij „de jongste tentoonlen; stelling te Kensington verscheidene malen, en zag er slecht zeldzaam werklieden. Twee derden van de toeschouwer irat schenen de expositie te beschouwen als een sclioone gelegen 'err beid tot slenteren. Juist die klasse, die er het meest hatëroc kunnen leeren, ontbrak er." In eene zamenkomst van gelastigden der werkliede 'tt'1 van mijnen in Monmouthshire en Zuid-Wallis is jl. Zaturdaj'lge besloten geld bijeen te brengen om de verkiezing van eet® werkman tot lid van liet Lagerhuis en diens verblijf ii werj Londen te bekostigen. De leden van bet Lagerhuis ont'err vangen, gelijk bekend is, geene bezoldiging nog schadeloos 'un' stelling, en zij moeten zeiven de kosten van de verkiezinjloml dragen. Dit is een bezwaar tegen liet intreden van min tn(b gegoeden in liet Parlement. sn D u i t c li 1 st n d. ÏUtJ' ■wek Bij Nurnberg is een kudde schapen van 80 stuks °lWlam den spoorweg geraakt en overreden. Al de schapen werdei Jlgn gedood, en de trein ondervond niet het minste oponthoud ]e(. Dezer dagen is te Bruclisal (groothertogdom Baden j j( door een veroordeelde de cellulaire gevangenis, een de j, grootste van Duitscliland, in brand gestoken. Al de gevangene: j zijn in veiligheid gebragt, belialve de dader, die juist to 30 jaren gevangenisstraf wss veroordeeld. Men zag ben liet laatst op liet dak, alwaar men op liem lieeft geschoten Later beeft men liem ontdekt met een ernstige wond ii liet been. Voor liet grootste gedeelte is hot gebouw geliee afgebrand. De vereeniging voor industriescholen voor meisjes 11 Oostenrijk beeft in de vier jaar van haar bestaan opgerigt eene naaischool, tot opleiding in de modevakken, een; handelsschool, waar bet boekhouden, de correspondentie en' andere kantoorzaken geleerd worden, eene lierhalingsclioo en een teekenschool. Haar cursus voor de telegraphil wordt ook druk bezocht. Thans rigt zij een gymnasium voor meisjes op. Onlangs is in de Leopoldstraat te Pesth eene bejaardt dame gestorven, die in de laatste maanden wel ongesteld, maar niet zoo ziek was, of zij kon zelfs tot haren laatster ademtogt zekere wensclien uiten, die de naastbestaanden juis niet altijd zeer aangenaam waren. Drie weken voor haar over lijden moest men de patiënt een wagen zand in het bec brengen, waarin zij zich dan nederlegde, terwijl zij teven: haar ligchaam met zand liet overdekken, om zich, gelijk zij zich uitdrukte, door voorloopige oefening aan het ligger in het graf te gewennen; ook lag zij niet niet het lioofc op een gewoon kussen, maar op een met krullen en zaagsel gevuld kussen, gelijk men daar te lande in de lijkkisten heeft. In den laatsten tijd lispelde zij gedurig met eene zwakke, stem tot haren man: „Niet waar, Julius, ik krijg oen doodshemd van zijde?" „Neen," antwoordde haal gemaal, „zijde is te duur." „Maar ik wil een zijden doodshemd," repliceerde dan gewoonlijk de zieke met veel krachtiger stem. „Nou, goed," riep dan de teerhartige echtgenoot, „als je anders niet rustig sterven kunt, dan zul je er een van zijde hebben." Op zekeren dag riep zij nog: „Zijde wil ik hebben" en naauwelijks had zij dit gezegd, of zij blies den adem uit. De overledene had eene zoo genaamde „mooije" begrafenis en misschien ook wel het zoo krachtig verlangde zijden doodshemd. tan erl ber< niet Hor burg mist ng lijn >est O 187 kind Onti Uit] llon Muz V Tin! zich

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche en Nieuwedieper Courant | 1871 | | pagina 2