Benoemingen, enz. B l i T O L A 1). te verbreiden, dat wij ons kunnen verdedigen en dat de daarvoor noodige otters zonder aarzelen moeten worden gebragt, en dat zij tot bereiking daarvan de verbreiding zal trachten door de pers, door mondelinge voordragten en door geschriften kennis te verspreiden van alles wat de verdediging van het vaderland raakt, en belangstelling daarvoor op te wekken. Aanprijzing tot bevordering van dit nuttige doel zal wel overbodig zijn. Een kleine jongen te Emmen heeft, in vereeniging met eenige andere bengels, een paar bijenkorven van ver schillende bijkers ontvreemd, er de bijen uitgedreven en den honig opgesnoept. De Djarige deugniet zal zich voor den regter te verantwoorden hebben. Met den 1 Nov. dezes jaars is de heer M. S. van Tussenbroek eigenaar geworden van het Weekblad voor het kanton Wijk bij Duurstede. Hij geeft hiervan aan het publiek kennis en verzoekt alle brieven enz. te zenden aan den heer M. S. van Tussensenbroek. Hem, die iets te zenden heeft aan het Weekblad voor het kanton Wijk bij Duurstede, blijft dus de keuze tusschen de heeren Tussen broek en Tussensenbroek. (Arnh. Crt.) Men maakt zich te Zwolle vrolijk met het lot van een slagter, die van een advocaat 60 cents schadevergoe ding ontving voor een stuk vleescli, hetwelk diens hond uit zijn winkel had weggekaapt, maar die aan denzelfden advocaat 1.80 moest betalen, omdat hij hem in de zaak advies had gevraagd. Op de jl. Dingsdag te Deventer gehouden veemarkt was de aanvoer van koeijen zeer groot (ruim 500 stuks) en de handel, vooral in jong en dragtig vee, zeer geani meerd. Voor de dragtige koeijen betaalde men van 140 tot 225; voor de melkkoeijen van 139 tot ƒ180; voor de vette koeijen van 58 tot 64 ets. per kilo, terwijl de guste koeijen voor 80 a 115 en de pinken voor 60 a 100 verhandeld werden. In het Deventer Weekblad adverteert de heer D. T. Bambcrg, dat hij het publiek tegen betaling van 291 cents per persoon op kiesclie wijze zal betooreren. Als een staaltje van welgeslaagde varkenmesterij verdient vermelding, dat de heeren M. de Boer van IJsel- ham en A. Groen van Oldenmarkt, verleden week, drie oude varkens hebben afgeleverd, welke een gezamentlijke zwaarte hadden van 1550 pond en in den tijd van 10 weken waren gemest. Het zoontje van den molenaar Stapelbroek, te Voorst, dat zwaar gewond was door het ongelukkige schot, waar door zijn broertje gedood werd, is herstellende en het levensgevaar te boven. Bij de landbouwers B. v. d. Graaf en R. Jonker, te Lippenhuizen, heeft men te zamen vier schapen bij nacht uit het hok ontvreemd. Niettegenstaande de politie streng onderzoek doet, is men de daders nog niet op het spoor. Een landbouwer te Gieterveen wilde zijn schaap uit de weide halen om het te verkoopen, maar vond niets meer dan het vel en den kop. Men hoort in Friesland vele klagten over het stelen van schapen. Van een wagen, die een gezelschap terugkeerende marktgangers bevatte, geraakten de paarden bij Assen op hol, met het ongelukkig gevolg, dat een der personen zoo ernstig gekwetst werd, dat hij onmiddellijk dood bleef. Op het bureau van den waterstaat te Soerabaija is 4000 ontvreemd uit de officiëele kas. Op eene dienstreis, onlangs door den directeur van justitie in het belang van het gevangeniswezen over de residentiën Pasoeroean, Soerabaija, Rembang, Japara, Sa- marang, Kadoe, Bagelen, Soerakarta, Djokjokarta, Banjoemas en Tagal afgelegd, is dien departements-chef op nieuw de onjuistheid gebleken van de herhaalde beweringen, dat de onveiligheid op Java van dag tot dag zou toenemen. (II.Crt.) Uit Padang wordt door den heer D. de Roever, gezagvoerder van het Nedorl. barkschip Jan van Brakel, le volgende ontmoeting medegedeeld. In de nabijheid van het St. Paulus-eiland gekomen, ontdekte hij op den 4 Aug. 11. eenige lichten en vuurpijlen op het eiland zelf en een helder vuur in de nabijheid van dit eiland. Toen daarop ook schieten werd gehoord, kwam men tot het besluit, dat zich aldaar schipbreukelingen be vonden. Weldra kwam een welbemande sloep het schip naderen. Die sloep behoorde tot het Engelsch transport schip Megaera, welk vaartuig op de zuidzijde des eilands gestrand was, tengevolge van een lek, ontstaan door het doorroesten van een ijzeren plaat nabij de kiel. De bemanning der sloep kwam hulp inroepen voor. de schipbreukelingen, 330 in getal, die met rantsoen brood en rantsoen van alle andere provisiën zeven weken op deze naakte rots hadden doorgebragt Men verzocht provisiën en scheeps- ruimte voor zooveel officieren en manschappen als mogelijk was. Aan brood en meel, zoo bleek uit de mcdedeelingen van den kommandant, had het meeste gebrek bestaan. Kapt. de Roever aarzelde niet van den voorraad, dien bij aan boord had, aan deze hulpbehoevenden af te staan. Terwijl tusschen den Engelschen kommandant en kapt. de Roever de noodige maatregelen werden beraamd, werd het weder ongunstig en stak de wind sterk op. Tengevolge hiervan konden niet meer dun 8 vaten meel worden afgescheept. Vier officieren en twee manschappen kwamen op de Jan van Brakel over. Gaarne had de gezagvoerder van dezen bodem meerderen dezer schipbreukelingen aan boord ge nomen, doch gebrek aan ruimte en aan water hield hem daarvan terug. De 6 passagiers werden behouden te Padang aangebragt. In een telegram uit Melbourne van 10 Oct.jl. wordt gemeld, dat de bemanning van het op de St. Paulus-rots verongelukte transportschip Megaera op 28 September in Hobson'sbaai is aangekomen. In het Makassaarsche Handelsblad komt de ondeistaande adver tentie voor LET WEL!!! In iniju toko heb ik altijd voorhanden Schoenen voor voeten en voor handen. Crinolines met Ham en Saucijs, Waarachtig niet duttr tegen billijken prijs. ltookvleesch, Soep, Groenten in blikken. Quinine en Petroleum niet prettig te slikken. Wijnen in soorten, Servies bij de vleet, Wollengoed, dat in de wandeling Broekslof heet, Maar dat ook geschikt is voor Kinderen te dragen, En als men naar tien prijs wil vragen, 't Is 75 ets. de el, dat is toch goedkoop. Als Vijgen, Agar agar, en Franjes en stroop Ook Goudwerk en Tuigen voor paarden; Pik, witte Blonde, en Jams van veel waarde, Dat kocht ik ter plaatse in 't groot maar zeer duur. Beschuit, Puike Port, Augurkjes in 't zuur, Papier, Macaroni, Worst en Linialen; Doch als ik deze annonce geheel wil betalen, Zoo dien ik te sluiten, en 't publiek te verzoeken, Dit ter dege te lezen om mij te bezoeken, C. J. van Waesberge. De luit. ter zee 2de kl. W. I. van Loenen, laatst behoord heb bende tot het escader in Oost-Indië, en vandaar den 27 Oct. jl. in Nederland teruggekomen, is met dien datum op non-activiteit gesteld. De off. van adm. 3de kl. J. C. Kluit, dienende op het wacht schip te Willemsoord, wordt- met den 13 Nov. op non-activiteit gesteld. Voorts worden met den 14- daaraanvolgende geplaatst op het transportschip met stoomvermogen Java: de luit. ter zee 1ste kl. J. M. Broers, C. H. liogaert, J. C. Holtzapffel en J. Loots; de luit. ter zee 2de kl. J. A. Vening, A. Werumeus Buning, M. C. van Doorn en R. C. van der Meulen; de adelborsten 1ste kl. jhr. S. B. Ortt en C. Moll; de off. van gez. 1ste kl. J. B. Coo- mans de Ruiter; de off. van gez. 2de kl. J. J. Dekkers en J. van Lith Ilarrebomce; de off. van adm. 2de kl. M. D. L. Hertzveld en J. A. H. Haart, en de off. van adm. 3de kl. P. J. Roest en A. Vermeulen; op het raderstoomschip de Valk: de luit. ter zee 2de kl. 1). C. Visser; op het ramschip de Buffel: de off. van adm. 2de kl. D. A. vau der Laan; in de rol van het wachtschip le Hellevoetsluis: de off. van adm. 2de kl. F. T. Courier dit Dubi- kart, en belast met de functie van administrateur bij de maritime ziekeninrigting aldaar; op het schroefstoomschip het Loo: de off. van adm. Pde kl W. K. Leiding'; op de monitor de Tijger: de off. van adm. 2de kl. A. de Leef; op liet wachtschip te Willems oord: de off. van adm. 3de kl. M. C. Hazenberg en M. M. J. van Meeuwenen op het schroefstoomschip Kijkduinde off. van adm. 3de kl. H. C. D. van de Ven. F r n n k r ij k. De commissie van enquête naar de capitulatiën der ves tingen, door den president der Fransche republiek benoemd, heeft reeds over eenige hoofdofficieren haar advies uitge- bragt. Een escadronchef der artillerie en een kapitein- plaatskommandant zijn zeer streng behandeld geworden en de commissie heeft beiden schuldig verklaard aan lafheid, daar zij goed geschut aan den vijand overgelaten en niet vernageld hebben. De kapitein is op non-activiteit gesteld. De klagten tegen maarschalk Bazaine worden steeds talrij ker en gewigtiger. Men wil, dat bij de regering nieuwe inlichtingen zijn ontvangen, die zeer bezwarend voor hem zijn, en zij dientengevolge bij de Duitsche regering afschrift heeft laten vragen van al de dagorders van het Duitsche leger; aan dit verzoek werd voldaan en het onderzoek van deze stukken veroorzaakt de vertraging, die de verschijning van den maarschalk voor de commissie ondervindt. Volgens te Parijs ontvangen berigt, zou Prins Napoleon op zijn landgoed Prangins, in Zwitsêrland, zijn aangekomen. Gedurig, en veeltijds met diepen ernst, wordt er de aandacht op gevestigd, dat de ontzettende rampen, welke laatstelijk Frankrijk hebben geteisterd, tot dusver weinig of niet hebben gestrekt tot bevordering van meer degelijk heid onder het gros der bevolking van de Fransche hoofd stad. Dat dit niet ten onregte geschiedt, meent men weder te mogen afleiden uit het schijnbaar onbeduidende feit, dat, naar luid der mode-journalen, thans te Parijs voor kunst bloemen op dames-hoeden zeer de smaak is gevallen op eene donkere kleur of nuance, aan welke de naam is gegeven van „Paris brüli." In de rue de Seine-Saint-Germain te Parijs, stierf, eenigen tijd geleden, een achtenswaardige oude heer, vader Michel genaamd, een der groote schilderijen-kooplieden van de hoofdstad, nalatende 4000 doeken, of meer dan twee maal de collecte van het Louvre. Omtrent het nieuwe stuk, le Rocarotte, hetwelk in liet Parijsche Théatre de la Gaité tegenwoordig wordt opgevoerd, lezen wij nog het volgende: De dames van het ballet komen er in voor in den vorm van allerlei planten. In een van de acten ziet men eene herberg met het uithangbord: «de Hongaarsche kok." De gelagkamer is vol studenten, die revolutionaire liederen zingen, en met hunne dames de levendigste dansen uitvoeren. Plotseling treedt de kok op, opent zijn oven en een leeuw springt er uit, die daarin bij zijne manen was opgehangen. Deze begint het corps de ballet op te eten. Het vreeselijke van den toestand wordt nog verhoogd door de verschijning van een kikvorsch, die, van zeer klein, reusachtig groot wordt, en al de danseressen verslindt, welke door den leeuw zijn gespaard. Hierna springt er een granaat te midden van het radeloos heen en weer dringende volk, en werpt hare splinters in alle rigtingen. De schermen ver branden en maken plaats voor het inwendige van een paleis, waar de toovcnaar Iviribibi zich den tijd verdrijft met een opstandeling in stukken te hakken, wiens hoofdjhij ontleedt ten aanschouwe van het publiekondanks die bewerking voert de opstandeling een zeer ingewikkelden dans uit.... Op deze wijze bekomt men te Parijs van de uitgestane ontberingen en smarten. De onlangs ingevoerde belasting op de rijtuigen heeft, zoo als de Parijsche dagbladen melden, tengevolge, dat honderdduizenden rijtuigen worden afgeschaft. De bedoelde belasting bedraagt 10 a 60 francs (naar gelang van het bevolkingscijfer der plaatsen) voor rijtuigen met vier wielen en 5 a 40 francs voor tweewielige rijtuigen. Het is 465 jaar geleden, dat liet eerste rijtuig op riemen in Parijs zich vertoonde. Het was dat, waarin Koningin Isabeau van Beijeren hare intrede deed in de hoofdstad in 1405. Men noemde ze toen daineskoetsjes. In 1533 reed Koningin Eleonora Marseille binnen in eene kar, waarop eene zitplaats was, die aan riemen hing. Onder Frans waren er vele dames, die zich de weelde van zulk eei karretje veroorloofden. De vierde koets op riemen, die in Frankrijk gemaak werd, behoorde aan Christofle de Thou, eersten presideni van het Parlement van Parijs. In 1586 kwamen de liove lingen van Hendrik III nog te paard naar het Louvre, evenals de dames bij de Koningin. De rijtuigen waren ten tijde van Hendrik IV nog zeet zeldzaam. De Koning had er slechts een voor zich en een voor de Koningin. De hertog d'Epernon kwam, ondei voorwendsel dat hij ongesteld was, het eerst in een rijtuig op het plein voor het Louvre in 1607. Onder de regerinj van Maria de Medicis werd die onderscheiding gegund aan de groot-officieren der Kroon. De glazen portieren zijn uit Italië ingevoerd door Bassompièrre. De uitvinding der rijtuigen op riemen, berlines genaamd, wordt toegeschreven aan een architect van den keurvors van Brandenburg Frederik Wilhelm. Het eerste rijtuig op riemen kwam te Weenen in 1515 en te Londen in 1530. In 1650 kreeg zekere Villarne het uitsluitend regt om groote en kleine rijtuigen in Parijs te doen rijden. Di rijtuigen voor het publiek waren in het begin der regering van Lodewijk XIV nog niet in gebruik. Zekere Sauvage die woonde in de rue Saint-Martin in het huis met he uithangborda l' image de Saint—Fiacre, was de eerste dii huurrijtuigen instelde, welke hun naam kregen naar hm uithangbord van den eigenaar en dezen nog dragen. Eers echter noemde men ze de vijfstuivers-rijtuigen (carosses citiq sous), omdat men slechts 5 sous (twaalf en een halvi cent) per course betaalde. Men ziet, dat de eischen rijtuigverhuurders met den tijd zeer gestegen zijn. De eerste fiacres te Londen dagteekenen van 1634. He gebruik van stalen veeren kwam in Frankrijk voor he do eerst in 1787 voor. In 1658 had men te Parijs 300 rij tuigen, in 1768 bijna 20,000, en in 1871 kan men getal schatten op 100,000. De Ordre bevat een brisf van Prins Napoleon aai zijne kiezers, gedagteekend van Bastia, dd. 28 Oct. Di hi Prins zegt, dat alleen een beroep op het volk een eindi kan maken aan de crisis, maar hij raadt, om intusschei het voorloopig gouvernement te eerbiedigen. De brief eindig er meê, dat het plebiscit uitspraak moet doen over de vo gende kwestiën: de republiek, het koningschap onder Bourbons, of de dynastie der Bonapartes. De Rappel is weêr verschenen met een vier kolomme lange inleiding van Victor Hugo. Victor Hugo vergelijk Frankrijk bij een fakkel die, uitgebluscht, weêr aangestoke moet worden. Hoe? Door vonken te slaan. Waaruit? Ui het hart des volks. Voor wien? Voor Frankrijk? Neei Voor de fakkel zelf? Neen. Voor de geheele wereld die i duisternis wandelt, voor hem die de fakkel heeft uitgebluschl Voor Duitschland, want Duitschland is een slaaf. Frankrijl zal hem de vrijheid teruggeven, enz. Victor Hugo vei klaart zich voor eene amnestie en voor ontbinding de Nationale Vergadering. Engeland. Op de Theemskade te Londen, zeer digt bij hf Parlementsgebouw, zal eerlang een standbeeld voor wijle wo inl: doi bei hei Be graaf Derby opgerigt worden. Het getal stoombooten, thans in aanbouw aan d Clyde in Schotland, wordt geschat op 200, en de bouv meesters hebben zooveel aanzoek, dat zij bepaald ongenege zijn contracten aan te gaan, waarbij een vaste leveringstijl bepaald wordt. De wereld heeft nooit zoo iets gezien al vei de scheepsbouw aan de Clyde, die voornamelijk is tot stan vei gebragt door bekwame werklieden, die in hunne jeugd oj lijk de scheepswerven zijn werkzaam geweest en getoond hebbe ste: bijzondere bekwaamheden te bezitten om bouwmeesters t; dei worden. En door die onovertreffelijke en taaije volharding den Schotten eigen, hebben zij de Theems, de Mersey e andere rivieren totaal weten te overvleugelen. Wel is waa hebben zij de noodige materialen, als kolen en ijzer, in liunn onmiddelijke nabijheid, doch deze bijzondere voordeelei zouden van geen nut geweest zijn zonder het genie oi schepen en booten te bouwen volgens nieuwe en verbeterd methoden. Kortom, zij hebben den nieuwen weg gebaaro om clipperstoombooten voor de groote vaart en oorlogsschep© te bouwen. Het maakt een grootschen indruk, wannee men een togt op de Clyde doet, de werven aanschouwt e het gehamer van vijftig duizend werklieden hoort. De premier, de heer Gladstone, heeft in zijne jl. Zaturdaj teS tot zijne kiezers te Greenwich gerigte redevoering eenigei tijd stil gestaan bij de „meening, welke (zeide hij) doo vele leden der arbeidende volksklasse gekoesterd wordl dat zij niet worden geregeerd zoo als behoorde hst gevi te wezen, en dat hunne belangen niet behoorlijk worde in aanmerking genomen." De redenaar heeft kortelijk aandacht gevestigd op hetgeen in de laatste 18 jaren voo alle standen der maatschappij, maar in het bijzonder en de eerste plaats voor den arbeidenden stand op het gebie van wetgeving is verrigt. Het stemregt, weldra de geheim stemming, en eene groote vermindering der belasting op (1 levensbehoeften had de werkman verkregen; een goed lage onderwijs was voor allen verkrijgbaar; het middelbaar ei hooger voor allen toegankelijk gesteld; de bronnen val woi sch kennis waren binnen zijn bereik gebragt en alle bedieninge: Ko in leger en Staat waren voor den verdienstelijkste, wie h ook zij, opengesteld. Een regeringsstelsel, hetwelk dit 18 jaren tot stand heeft gebragt, heeft, meende de rede sta: naar, ofschoon zeer zeker nog veel te doen overblijft, re» dat op toegeeflijkheid en geduld; die uitkomsten regtvaardige een de gehechtheid aan den troon en aan de wet, welke d adi gelukkige karaktertrekken zijn der Engelsche natie. „Mijn heeren(zoo vervolgde de heer Gladstone) ofschoon ik aai de regering en aan de wetgevende magt wensch opgedrage: te zien eiken last, welken zij, naar haren aard, behoor© te dragen, zoo noem ik, voor mij, dezulken niet uw( en pc toe dei Ik des iel lan Go teli en stu zijr ied hai en hel no de 11, do< Uit; wa De ord sto: zeg de in in too stic Je2 vol ord het zoo hee ver der haa het

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche en Nieuwedieper Courant | 1871 | | pagina 2