1872. N°. 29.
Vrijdag 8 Maart.
30 Jaargang.
1T
3ET.
BEKENDMAKING.
NATIONALE MILITIE.
KENNISGEVING.
73.
A. A. BAKKER
Cz.
AANGIFTE VOOR DE ZEEMILITIE.
Binnenland.
iur.
HELDERSCHE
E\ MËUWEDIEPER COURANT.
„W ij huldigen het goed e."
Verschijnt Dingsdag-, Donderdag- en Zaturdao namiddag.
Abonnementsprijs per l war taal 1.30.
M franco per post - 1.65.
Uitgever
Bureau:
M O L E X 1» L F. I X, X°. 103.
Prijs der Adverteutiën: Van 14 regels 60 cent,
elke regel meer 15 cent.
Grootc letters of vignetten worden naar plaatsruimte berekend.
arken!
VERTREKDAGEN DER BRIEVENMALEN
Naar Oosl-Indiê: via Triest 19 Maart, 's avonds 6 u. 25 m.
„nu Marseille 14 Maart's avonds 6 u. 25 m.
u Brindisi 21 Maart, 's avonds 6 u. 25 m.
u West-Indiè: viaSout/iamplon löMaart's morg. 6 u. 25 m.
Suriname via St. Nazaire 4 April, 's avonds 6 u. 25 m.
de Kxist van Guinea9 Maart 's morg. 6 u. 25 m.
s Kaap de Goede Hoop: 8 Maart 's morg. 6 u. 25 m.
via Triest 22 Maart 's m. 6 u. 25 m.
nmen,
f2!,
fit
.3,75,
5,5)
55
lend-
ïmer
indel
acijo
5,-j
rimi
taire
irijt
jkei
ïere
vat,
BURGEMEESTER en WETHOUDERS der gemeente HELDER
brengen ter openbare kennis, dat de Militieraad van het derde district
in Noordholland de eerste zitting zal honden te ALKMAAR,
en wel zoover deze gemeente betreft op DONDERDAG den
VEERTIENDEN MAART 1872, des voormiddags half tien ure.
In deze zitting wordt uitspraak gedaan omtrent:
Be versohenen Vrijwilligers voor de Militie
De Lotelingen die redenen tot vrijstelling hebben ingediend;
De Lotelingen in de artt. 55 en 58 der wet op de Nationale
Militie bedoeld;
Alle overige Lotelingen.
Volgens artikel 88, in verband met artikel 91 der bedoelde wet,
MOETEN voor die zitting verschijnen
1. De Vrijwilligers voor de Militie;
2. De Loteling die vrijstelling verlangt wegensïiekelijke gesteld
heid of gebreken, of gemis van de gevorderde lengte.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
Helder, STAKMAN BOSSE, Burgemeester,
den 27 Februarij 1872. L. VERIIEY, Secretaris.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS der gemeente HELDER
noodigen bij deze uit, de Lotelingen van de ligtiug van dit jaar,
die verlangen bij de Zeemilitie te dienen, om zich daartoe vóór den
eersten April aanstannde ter Secretarie dezer gemeente aan te
melden, op een werkdag, tusschen des voormiddags van 9 tot 1 ure.
De Zeemiliciens ontvangen vier jaren na den dag hunner inlijving
een bewijs van ontslag uit de dienst, en worden, wanneer zij een
behoorlijk paspoort hebben ontvangen, in tijd van vrede, van de
dienst bij de Schutterij vrijgesteld.
De Zeemilitie wordt bestemd tot bemanning van de verdedigings-
vnartuigen voor de binnenlandsche dienst en langs de kusten. Zij
wordt niet naar de Koloniën en Bezittingen van het ltijk in andere
werelddeclen gezonden, tenzij, ingeval van zeer buitengewone om
standigheden, eene nadere wet daartoe magtiging verleent.
Aan hen, die verlangen na volbragten pefeningstijd in werkelijke
dienst te blijven of te komen, zonder zich als vrijwilliger te ver
binden, wordt zulks vergund.
Aan hen, die zich met verlof bevinden, wordt in gewone tijden
vergunning tot uitoefening van de Buitenlandsche Zeevaart en Vis-
acherij verleend.
Aan Lotelingen die vóór hunne inlijving bij de Landmilitie, hun
beroep van de Buitenlandsche Zeevaart maakten, en zich voor de
Zeemilitie hebben aangeboden, doch daarbij niet hebben kunnen
worden aangenomen, wordt, wanneer zij zich met. verlof bevinden,
mede in gewone tijden vergunning tot uitoefening van de Buiten
landsche Zeevaart verleend.
In gewone tijden kunnen de manschappen der Zeemilitie vergun
ning bekomen tot het aangaan van een huwelijk, wanneer zij hun
derde dienstjaar hebben volbragt.
Voor Lotelingen die hun beroep van de Buitenlandsche Zeevaart
maken, is het alzoo van belang dat zij zich op den hoven bepaalden
tijd voor de Zeemilitie aanmelden, omdat zij anders bij de Militie
te land ingelijfd worden en gedurende hun diensttijd geene ver
gunning verkrijgen om hun beroep uit te oefenen.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
Helder, STAKMAN BOSSE, Burgemeester,
den 4 Maart 1872. L. VERIIEY, Secretaris.
gedragen, de zaak persoonlijk te onderzoeken. Een voorstel,
door een der leden van 't Lagerhuis ter tafel gebragt,
strekkende om 't contingent voor 1872 niet 20,000 man
te verminderen, lokte langdurige discussiën uit.
De minister van Financiën in Frankrijk, de lieer Pouyer-
Quertier heeft zijn ontslag genomen.
De beide wetgevende Kamers in Zwitserland hebben bij
meerderheid van stemmen bet ontwerp eener nieuwe grond
wet aangenomen. Eerlang zal dit ontwerp aan eene volks
stemming worden onderworpen.
HELDER en NIEUWEDIEP, 7 Maart.
In bet Britscbe Lagerhuis heeft lord Enfield, secretaris
generaal van Buitenlandsche Zaken, in antwoord op eene
luterpellatie van den lieer Davenport, uit naam der regering
gezegd, dat aan lord Lyons is opgedragen om bij de Fransche
regering ten nadrukkelijkste te protesteeren tegen het feit,
'lat zij oogluikend toelaat dat Eransche gevangenen naar
Engeland ontkomen. Op eene interpellatie van den heer
Vivian, deelde lord Enfield mede, dat op den 2 Julij een
Engelschman te San Juan, in Spanje, door den zoon van
den tweeden alcade is vermoord, en dat de moordenaar, 1
ondanks de deswege gehouden vertoogen, op vrije voeten
ls- Engeland heeft zijn vertegenwoordiger te Madrid op-
Met het oog op de vele toebereidselen die in de meeste
gemeenten van ons land gemaakt worden om op den 1
April e. k. feest te vieren, vinden wij het niet onaardig
eene opgave te leveren van het weder zooals het in de 27
laatste jaren op den eersten dag van Grasmaand is geweest.
We danken die mededeeling aan eene vriendelijke hand,
die ons waarborg is, dat de opgaven juist zijn.
1845
46
47
4S
49
1850
51
52
53
54
55
56
57
58
59
a e -zZ
a !r/=
r-5 e
0.0
0.0
0.0
0.0
0.0
0.0
2.5
0.0
0.0
0.0
0.0
0.0
0.3
4 4
5.0
2
o*
2 WEERSGESTELDHEID.
v
0.4
7.0
2.2
1.4
2.4
3.0
6.0
6.6
7.4
3.4
6.8
5.6
1.5
16.3
28.1
1S60 0.0 11.7
61 1S.1 3.5
62 2.2 12.0
5.5 Helder, mooiweer.
11 0 Bewolkt, helder weer.
5.2 Bewolkt, helder weer.
12.8 Helder, schoon weer.
10.7 Bewolkt, goedweer.
6.2 Bewolkt, goedweer.
6.4 Helder, mooiweer, een weinig regen.
5.5 Bewolkt, goedweer.
8.3 Betrokken, bewolkt en helder.
9.0 Helder, mooiweer.
3.9 Bewolkt, koclweer.
7.6 Helder, schoonweer.
6.9 Betrokken, goedweer, een weinig regen.
5.3 Regenbuijen, onstuimig, wind.
5.0 Helder, ligtbewolkt, goedweer. 's Nachts
storm, regen.
7.4 Wind, bewolkt, helder.
6.8 Regen, onweder, dikke mist.
8.2 Betrokken, helder, winderig, 's Avonds
regen.
63 0.0 0.8 6.6 Helder, schoonweer.
64 1.0 14.8 6.2 Helder, wind- en regenbuijen.
65 2.8 1.2 3.3 lligtbetrokken, zachte regen, mooiweer.
66 0.2 3.0 6.7 Bewolkt, goedweer, een weinig regrn.
67 0 2 9 4 6 3 Los bewolkt, goedweer, een weinig regen.
68 0.0 0.3 7.7 Helder, ligtbewolkt, schoonweer.
69 0.0 1.1 4.9 Bewolkt, helder, goedweer.
1870 0.0 0.2 4.9 Helder, mooiweer.
71, 1.3 14.2 8.6 Los bewolkt, wind, onstuimig, regen.
Uit bovenstaande opgave blijkt alzoo, dat het op elf
dagen geregend heeft, doch op een dag daarvan was dit
slechts belangrijk, op twee dagen was het bijna niet
noemenswaard.
Op zes eerste Aprildagen was de gemiddelde winddruk
boven de tien kilogram (matige wind). De meeste gemiddelde
winddruk was 28.1 kilogram.
De gemiddelde temperatuur van 1 April is 6M Celsius.
Op 13 dagen was het dus te koud. De gemiddelde temp.
was evenwel nimmer onder de 3°3.
De beschrijving van het weêr doet zien, dat „helder
mooiweer" verreweg de overhand heeft. Onstuimig kwam
tweemaal voor. Het heeft ééns gestormd, maar dit was
's nachts.
Zr. Ms. stoomfregat Admiraal van YVassenaer vertrok
gisteren van hier naar de Kust van Guinea.
Spoedig zal nu Zr. Ms. stoomschip Kijkduin, mede
derwaarts bestemd, volgen. Zijn wij wel ingelicht, dan zou
de vertrekdag van genoemden bodem bepaald zijn op
den 12 dezer.
Het kiescollegie der Hervormde gemeente alhier heeft
in zijne den 5 dezer gehondene vergadering uit het bestaande
twaalftal het navolgende alphabetisch gestelde zestal zamen-
gesteld: Bonman, te Kolhorn; Geerts, te de llijp; Jentink,
te Terwispel; Mackenstein, te Haastrecht; Oort, te Har-
lingenPool, te Oostzaan.
Aan een particulier schrijven wordt het berigt ont
leend, dat de heugelijke verjaardag des Konings ook op
het stoomschip Prins van Oranje, hetwelk naar Indië op
weg is, niet onopgemerkt voorbijging.
Dit nationale feest werd op bedoeld vaartuig met vreugde
gevierd door een prachtig feestmaal en een zeer geanimeerd
bal, dat tot laat in den nacht duurde. Men bevond zich
toen in het kanaal van Suez.
Tevens verneemt men, dat de togt zeer naar wenscli
gaat een spoedig hersteld gebrek aan de schroef uit
gezonderd - en dat de gezondheidstoestand der reizigers
niets te wenschen overliet. (Dagblad.)
Jl. Dingsdag werd aan het ministerie van Marine
aanbesteed: het bouwen van een lichtwachterswoning op
liet duin aan de zuidwestkust van Texel, alles met den
aankleven van dien. Vier billetten van inschrijving waren
I ingekomenlaagste inschrijver was de heer Plavier, van
Texel, voor 3970.
j In de gemeente Callantsoog heeft in de laatste drie
maanden geen enkel sterfgeval plaats gehad, terwijl tevens
in de maand Februarij, in de registers van geboorte geen
werd ingeschreven.
Een twintigtal jongelieden te Terschelling, zoowel
meisjes als jongens van 11 tot 16jarigen leeftijd, bestudeert
met den meesten ijver een paar tooneelstukken, met de
bedoeling om daar een voorstelling té geven ten voordeele
van de oprigting eener zeevaartkundige school. Een prijzens
waardig voorbeeld is het voorzeker, waar de prille jeugd
op die wijze medewerkt om de nog ontbrekende stichting
bevorderlijk te wezen, welke de levenskwestie uitmaakt
van 300 zeelieden van dat eiland.
Eerstdaags zal bij den uitgever C. F. Stemler, te
Amsterdam, verschijnen een werkje van den zoo gunstig
bekenden auteur P. van Diest, getiteld: „Een reistoytje
van Batavia naar Buitenzorg en omstreken." De uitgave
geschiedt ten voordeele van de noodlijdenden bij de jongste
overstroomingen op Java.
Men schrijft uit Breda aan de Amst. Crt.
„Chambord's verblijf is onbepaald verlengd. Men ver
haalt dat, als de bevolking te zijnen opzigte zich zoo
rustig blijft gedragen tot a. s. Dingsdag als zij tot dusver
deed, dat wil zeggen, weinig of geen notitie van hem
neemt, hij voornemens is een week of zes te vertoeven
in onze stad. Zijn geheele gevolg bestaat uit acht of
negen personen, van wie er soms een enkele zich voor een
paar dagen verwijdert, om dan terug te keeren. Met eiken
trein komen er vreemdelingen aan om hem te begroeten,
die dan 's avonds, na door hem ontvangen te zijn, weder
vertrekken of wel een nacht overblijven. Niemand onzer
stadgenooten, geen enkel Bredasche geestelijke, evenmin
als de bisschop of de zeer streng ltoomschgezinde pastoor
der St. Anthoniuskerk, waar Chambord dagelijks de mis
gaat bijwonen, heeft den graaf bezocht. Zijn secretaris is
alleen zijn opwachting gaan maken bij den burgemeester,
die deze beleefdheid beantwoord heeft met het zenden van
twee visite-kaartjes naar het liótel. Niet dan zelden gaat
Chambord uit, meestal in een rijtuig. Zoo bezocht hij
gisteren de omstrekenook heeft hij de Groote kerk, waar
liet praalgraf van Engelbert van Nassau prijkt, en de
nieuwe R. C. kerk op de Haven bezigtigd. Van tijd tot
tijd ziet men hoeren van zijn gevolg de stad doorwandelen
en hier en daar een winkel binnentreden om aankoopen
te doen."
Onder dagteekening van 5 dezer wordt nog aan genoemd
blad gemeld
De graaf van Chambord laat lederen avond zijn rekening
in liet hotel betalen om terstond, zonder door eenig beletsel
te worden weerhouden, als hij het noodig acht, te kunnen
vertrekken. Hij bezoekt nu geregeld de drie Catholieke
kerken, waarschijnlijk om geen jaloezy tusschen de parochiën
te verwekken. Aanhoudend stroomt het bezoekers bij hein.
Men ziet hier soins de meest vreemdsoortige toiletten. Zoo
waren er heden een paar monniken, in witte pijen, maar
blootshoofd, waarschijnlijk dominikaners, die hun opwachting
zijn komen maken. De logementen varen er wel bij en
dus indirect ook de stad. De aanzienlijke geldelijke otters,
die de graaf brengt in de kerk, waar hij de mis bijwoont,
worden loffelijk vermeld.
De graaf van Chambord ontving dezer dagen te Breda
een bezoek van een correspondent van de Liberté. Het
gesprek, dat deze inet het zich noemende hoofd der Bour
bons heeft gehouden, liep grootendeels over den laatsten
oorlog. De graaf deelde daarbij onder anderen mede,
dat hij te Antwerpen een bezoek had gehad van den kolonel
Charette, ex-bevelhebber der Pauselijke zouaven, dien hij
met warmte de hand had gedrukt; de kolonel is volgens
den graaf „een held."
De correspondent vroeg, of het waar was, dat de graaf
vertrok naar 's Hage, waarop deze antwoordde, dat hij nog
volstrekt geen plannen had gemaakt; dagelijks kwamen
er nog „vrienden" naar Breda, in weerwil van zijn ver
zoek om in Frankrijk te blijven. Een honderdtal afgevaar
digden hebben te Antwerpen den graaf een bezoek gebragt,
waaronder velen die niet tot 's graven partij behooren.
Toen de correspondent den graaf van zijn opvolger
sprak, antwoordde deze: „Gij kent mijn erfgenaam. Ik
heb geen keuze: 't is hij, dien de Voorzienigheid heelt
aangewezen, omdat deze heeft uitgemaakt, dat de oudere
tak der Bourbons met mij zal uitsterven. Bestaat de fusie
niet? De Prinsen van Orleans zijn mijn kinderen."
De graaf gaf de correspondent vrijheid dit onderhoud te
publiceeren, op voorwaarde dat hij niet zou handelen als
de correspondent van de Times, die hem dingen liet zeggen
die nooit over zijne lippen gekomen waren.