Benoemingen, enz. STATËX-GKNERAAL. Buitenland. Frankrijk. Engeland. lukking en dat dan althans een spoorweg van Enkhuizen en Medemblik over Hoorn, misschien een spoorweg alleen van Hoorn naar Amsterdam tot stand zou komen. Voor dat laatste alleen bestaat er al bitter weinig hoop; waar toch vele andere gemeenten, die minder belang hebben, reeds krachtige medewerking betoonden, werd er door den gemeenteraad aldaar nog niets, door haar vermogende ingezetenen weinig, veel te weinig gedaan. Er bestaat daar energie en lust om zichzelf te helpen, bij dc kern dei- natie, de burgerij, maar zij ontbreekt, loffelijke uitzonderingen daargelaten, bij de mcervermogenden, die zoo grooten steun honden en als zij, de grondbezitters vooral, hun belang begrepen, zouden aanbrengen. (Het Vaderland.) Naar men verzekert zon door de gemeente Hoorn voor den spoorweg zijn ingeschreven de som van/250,000. Te Hoog- en Aartswoud heeft men voor de feest viering op 1 April 140,75' verzameld. Van dit geld zal 25 aan de hoofdcommissie te Brielle gezonden worden; het overige zal besteed worden om den 1 April voor do behoeftigen aldaar een feestdag te doen zijn. Ook te Winkel zal men op dien dag feest vieren. Gisteren middag werd in het stationsgebouw buiten de Willemspoort te Amsterdam door de directie der Holl. Spoorwegmaatschappij in het openbaar aanbesteedhet maken van de kunstwerken met de aansluitende gedeelten der aardenbaan en eenige andere werken, tusschen Amster dam- en Uitermeer (Ooster spoorweg). Aannemer de beer Osinga, te Middelburg, voor de som van 474,400. De heer G. W. Stemler, predikant bij de Herst. Evang. Lutli. gemeente te Amsterdam herdacht op den 11 dezer zijn 40jarig jubileum. Te 's Hage heeft in de Alexanders-kazerne een militair, al stoeijend, een zijner kameraads zoo ernstig verwond, dat deze terstond aan de gevolgen is bezweken. Een ontzettend ongeluk heeft in den nacht van Vrijdag op Zaturdag jl. te Rotterdam plaats gevonden. De Engelsche stoomboot Harlequin is, binnenkomende op de Maas, bij de Veerkade tegen een Duitsche aak aangevaren, waardoor laatstgenoemde zonk, en bij welk ongeval de vrouw van den.schipper, diens zoon en knechtzijn omgekomen. Eenige jaren geleden verliet een jeugdige weduwe met vier kinderen Tilburg en vestigde z^p.h als arbeidsvróuw in een Belgisch dorp, nabij de grenzen, waar haar schoon zuster woonde. Haar echtgenoot was aan den drank verslaafd geweest, waardoor zij aan de grootste armoede ten prooi was en dus dag en nacht moest werken om in het onder houd van haar en hare kinderen te voorzien. Weldra waren haar krachten uitgeput en maakte de dood een einde aan haar zoo treurig leven. Haar schoonzuster, die ook arm was, besteedde de kinderen bij landlieden in verschillende dorpen, en deze kinderen hoorden na verloop van tijd niet meer van elkander. Het jongste meisje kwam bij een landbouwer, tevens tapper en bakker, te Tirlemont. Het was toen nog slechts elf jaar oud; haar meester heette van Akker, en zij moest dienst doen als kindermeisje. Zij was goed, zacht, innemend en men noemde haar in den wandel Maria van Akker. Een veehandelaar uit Aalst, die dikwijls te Tir lemont en dan bij van Akker kwam, zag Maria, waarop hij verliefd werd; hij vroeg haar ten huwelijk. Hij ontving een toestemmend antwoord, terwijlook de bakker geen bezwaren tegen het huwelijk maakte. In het laatst van Jan. werd de dag van het huwelijk bepaald, en men oor deelde het noodig de papieren te laten komen. „Ik moet de mijne uit Tilburg ontbieden," zeide de veehandelaar. „Ik ook" antwoordde de verloofde, en de slotsom van het gesprek was, dat zij elkaar als broeder en zuster herkenden. Hunne vreugde was onbeschrijfelijk, zij omhelsden elkander liet de doctor nu aan zijne arbeiders over en hij bood aan ons het merkwaardigste in de kolonie te laten zien; over de zaak der levensverzekering zon hij ter gelegener tijd wel eens met den heer Körner spreken. De doctor, die nu zeer spraakzaam werd, had een zeer innemend uiterlijk; het was een man, die misschien 60 jaren oud was, met grijs haar, een hoog voorhoofd en verstandige trekken. Door en door gezond, van een groote gestalte, sterk en met een indrukwekkende houding, maakte hij den indruk als van iemand die geboren was om te heerschen. Er scheen hem veel aan gelegen te zijn, een goeden indruk op ons te maken. Echter bemerkte ik verscheidene malen, dat hij ons met een loerenden blik aanzag, even alsof hij zich moeite gaf onze gedachten te raden. De doctor hield bijna alleen het gesprek aan den gang en wij hadden er moeite mee de beteekenis van zijne woorden te begrijpen. Hij sprak op een zalvenden preektoon, meestal in algemeene zinnen en ontweek behendig alle direkte vragen. Als ik tien minuten naar hem geluisterd had, was ik bij het einde daarvan dikwijls niet veel wijzer dan bij het begin. Zijn spreektrant was zeer zonderling en hij bediende zich dikwijls, zooals onontwikkelde Duitsche Amerikanen gewoon zijn te doen, van half Engelsche, half Duitsche woorden. Terwijl wij door den tuin wandelden, over wiens schoonheid en doelinatigen aanleg ik mij verbaasde, hield de doctor een voorlezing over koloniseering, akkerbouw, moezerij, oofiteelt, enz., die hij met vroome aanmerkingen door spekte. Niet weinig trotsch was hij er op, hoe dit alles zijn werk was en verhaalde ons, hoe hij de wildernis in een tuin herschapen had. In het jaar 1-56 was hij met 40 volgers als afgezant van de coiuinunistische moedergenieente te Bethel, in den staat Missouri, naar Oregon gekomen om hier, in het toen ter tijd weinig bekende uiterste westen een kolonie te stichten. Nu was hijzoowel president van de gemeente te Bethel, als Koning van de kolonie Aurora. De eerste telde nu ongeveer 400, de laatste 410 zielen. Toen hij voor het eerst deze landstreek betrad, was al het land, dat de nu zoo bloeijende kolonie Aurora bezit, met moeras en bosch bedekt. In plaats van zich echter op de verder, naar het zuiden gelegene prairiën tusschen vreemde volkplanters neder te zetten, had hij met zijn Duitsche broeders er de voorkeur aan gegeven, zich een woonplaats in het woud te kiezen. Hier had hij, die toenmaals weinig bemiddeld was, genoeg vrije landerijen van de regering der Vereenigde Staten ten geschenke kunnen krijgen en hier had hij terzelfder tijd in het hout der boomen een kapitaal gevonden, dal men dadelijk tot geld kon omzetten. Vervolgens had hij een blokhuis gebouwd tegen de toen in deze streek vijandig gezinde Indianen; daarna had hij zaagmolens laten bouwen, timmerhout laten zagen en daarvan deels huizen voor zijne kolonisten gebouwd, deels een voordeeligen handel daarin met zijne Ainerikannsehe buren begonnen, die, terwijl zij op de prairiën woonden, zich spoedig om al het hout, dat zij voor hunne woningen en besloten elkander nooit weer te verlaten, maar voortaan te zamen te wonen. (Noordstar.) In de gemeente Ooststellingwerf overleed dezer dagen op 82jarigen leeftijd iemand, wiens nalatenschap op/300,000 geschat wordt. Het opmerkelijke hiervan is dat de grond slag van dit fortuin geweest is de som die de man op 20jarigen leeftijd als rempla<;ant in dienst trad. Dc aardbeving op den 6 dezer, die zich voornamelijk in Duitschland heeft doen gevoelen, is ook gevoeld door een geheel huisgezin te Dalen, provincie Drenthe. In het mail-overzigt van het Bat. Hand. leest men De kalmte in onze atmosfeer is sedert het vertrek dei- vorige mail niet weder gestoord; de hevige stortregens zijn afgenomen, en hetgeen wij nu genieten, zou men een fatsoenlijken westmoesson kunnen noemen. Jan. heeft het erg genoeg gemaakt, hetgeen wij nu zeer bepaald weten, sedert dr. Bergsma in de Javasche Crt. van 6 dezer kwam mededeelen, dat in genoemde maand, ongerekend de Zon dagen, wanneer het schijnt, dat loffeüjker gewoonte niet behoeft geobserveerd te worden, niet minder dan 903 milli meter regen gevallen is; dat is ruim een derde meer dan de hoeveelheid, die in Nederland gedurende een geheel jaar, met inbegrip van de Zondagen, valt. In de laatste zeven jaren bedroeg de gemiddelde hoeveelheid regen in de maand Jan. slechts 409 millimeter. Bij Antwerpen in de Schelde is dezer dagen een zee paling gevangen, lang 3 meters, dik 70 centimeters en wegende 100 kilo's. De Keizer en Keizerin van Brazilië zijn te Lissabon uitgezeild en naar Rio-Janeiro teruggekeerd. - Uilenspiegel berigt, dat de luitenant-adjudant Keyzer, na eervol ontslagen te zijn, als ambtenaar bij de brieven- posterij zal worden aangesteld. Het gebruik van df.n stok. Van den scepter des Konings tot den staf van den herder, is de stok het zinnebeeld van een aantal waardigheden, het werktuig van eene menigte beroepen en de onafscheidelijke gezel van bijna alle menschen. In de oude tijden had elk aanzienlijke, vorst, huisvader, regter, generaal, enz. als he'rkenningstcekeii een stok, in den vorm van een scepter. Bij de Babyloniers ging niemand uit zonder een fraai gevormden stok. De Lacedemoniers gaven aan de stokken der generaals den naam „skitale;" de stok van den ambassadeur heette „caduce" en had den vorm, dien men aan den staf van Mercurius toeschrijft. 11e voornaamste Romeiusche inagistaten droegen stokken van den consul was hij van ivoor, van den pretor van goud. De oude Frausche monarchen droegen voorheen den scepter in de eene en een stok in de andere hand. De stok, die manslengte had, was van eene spitse gouden punt voorzien, in welker plaats men in de veertiende eeuw de hand der geiegtigheid aahbragt. De stok van boven omgebogen droegen de herders, evenals de godheden van het land; ook de bisschoppen en abten namen dien vorm van stok aan, als herders over de geestelijke kudde aan hunne zorg toevertrouwd. De staf en de bedelzak waren de kenteckenen van de Grieksche en lloineinsche wijsgeeren. De stok was, evenals de zweep, een werktuig voor ligehainelijke straffen bij alle volken in gebruik. In China wordt de stok nog gebruikt, en tot voor korten tijd ook nog bij het leger in fruissen. Iu Turkije leeft hij nog in volle kracht. Onder Karei de Groote en Bodewijk de Goede was de stok het wapen bij tweegevechten. Lodewijk, hertog van Orleans, de vijand van Jan van Bourgondie (Jan-zonder-vrees) droeg als devies een knoestigen doornstok, ten teeken dat hij, waar hij sloeg, ook velde of moordde, en Jau-zonder-vrees nam daarom een schaaf in zijne banier, waarmede hij wilde aanduiden, dat hij den knoestigen stok zijns vijands onschadelijk zou maken. Er bestaan een aantal beroemde stokken, zooals van Peregritius Froteus, den Cynischen wijsgeer Diogenes, Fiederik de Groote, Rousseau, Yoltnire, de kromme stok van Lodewijk XIV, dc inuziekstok van Napoleon, die van den wilden perenboom van Franklin, welken hij aan Washington vermaakte, van Balzac, enz enz. noodig hadden, tot hem moesten wenden. Het van boomen ontdane land had hij in boomgaarden en akkers veranderd. De beste vruchten zond hij naar Portland of San Francisco. Uit de zure appelen daarentegen werd of azijn gemaakt, of zij werden aan de andere volksplanters verkocht, die er zich spoedig ziek aan hadden gegeten. Vervolgens was hij als doctor naar hen toegegaan en had hen tegen goede betaling weder van dc koorts genezen. Deze aardigheid verhaalde de beroemde doctor met bizonder welgevallen. Langzamerhand, vervolgde de doctor, vermeerderde het aantal kolonisten; daarop had hij met vermeerderde middelen en arbeidskrachten een leerlooijerij, een spinnerij, weeftoestellen en meelmolens opgerigt, meer woningen voor zijne kolonisten gebouwd, de wouden geveld en de moerassen drooggemaakt. Vervolgeus had hij zijn boomgaard vergroot, nieuwe boerderijen aangelegd, voor verfraaiingen gezorgd, een kerk en schoolhuizen gebouwd, de naburige Amerikanen voor spotprijzen hun land afgekocht, enz. Alles deed hij stelselmatig. Zijne kolonisten gebruikte hij steeds tot dat werk, waartoe zij hem geschikt toeschenen. Ieder kreeg een plaats, overeenkomende met zijne bruikbaarheid. Wie niet deed, wat hij wilde en zooals hij het beval, moest de kolonie weder verlaten. Tegenspraak duldde hij niet. Hij maakte het beste leer, had de beste kammen en teelde het beste ooft in Oregon. De bezittingen der kolonie, die hij, zoo veel hij kon, vergrootte, strekken zich reeds over 20 sccticu uit (dat is 20 vierkante Engelsche mijlen of ongeveer 27) vierkante Nederlandsche mijlen) en overal heerschte orde, de beste orde. Onder dergelijke gesprekken wandelden wij door den ongeveer 40 morgen grooten boomgaard. Van de acht duizend daarin staande boomen worden uu jaarlijks reeds ongeveer 5000 schepels uitgelezene appels en 8000 schepels van de beste peeren gewonnen en de opbrengst vermeerdert van jaar tot jaar. De doctor wees ons herhaaldelijk op de voortreffelijkheid van zijnen aanleg boven dien van andere dergelijkeu iu Amerika. Dezen lieten overal het onkruid onder de boomen voortwoekeren en van orde of eenige versiering was bij hen geen sprake. Hij daarentegen stelde niet minder prijs op reinheid en orde dan op schoonheid en sierlijkheid. En zoo was het bij hem in den boomgaard inderdaad. Goed schoon gehouden wegen doorsneden den boomgaard, frissche grasperken, bloembedden, bekoorlijke priëelen bevonden zich langs den weg, dien wij volgden. Groote bedden waren met prachtige boschjes van aalbessen-, kruisbessen-, frambozenstruiken, enz. beplant; geheele rijen met wijnstokken bezet, die beladen waren met sappige druiven. De vruchtbooinen waren allen naar de soort gerangschikt; hier waren vele akkers met appelboomen, daar andere met peeren- abrikozenboomen, enz., daaronder was het onkruid uitgeroeid en de grond netjes aangeharkt. Dc tuinman van een Duitsch vorst zou op zulk een netheid trotsch geweest zijn. (Slot volgt.) i De scheepsklerk M. J. Vitringa wordt met 1 April a. s. geplaatst aan boord van het wachtschip te Hellevoetsluis. OosT-lNBiii. Benoemd tot 2dcn machin. bij de gouv.-mariu'e I de op verzoek eervol ontslagen machin. 2de kl. bij de Kon. Ned. marine J. J. Breeman, thans met de waarneming dïer betrekking belast; tot machin.-leerl. 2de kl. A. J. A. van der Meulen en J. van Sietwen. Bevorderd tot machin.-leerl. 1ste kl. C. Stolk, thans 2dekl. Tweede Banier. Zitting van Zatnrdag 16 Maart. De beraadslaging over het voorstel tot wijziging van het Reglement van Orde wordt voort- gezet. Er was voorgesteld om het uur der bijeenkomst, in plaats van op 11 ure des voor-, op 1 ure des namiddags te bepalen, en om des Zaterdags een vrijen dag te hebben. Dit voorstel werd echter verworpen, tengevolge waarvan de bestaande bepaling van 11 ure behouden blijft. Bij het nemen van dit besluit werd ook gelet op dc gelegenheid, die daardoor wordt verschaft aan de dag bladen om het verslag der zittingen dienzelfden avond nog mede te doelen. De interpellatiën van de heeren van Ziunicq Bergmann en Nierstrasz worden bepaald te houden na het behandelen van het thans aan de orde zijnde voorstel en vau eenige conclusiën van- rapporten. Zitting van Maandag 18 Maart. In deze zitting is de her ziening van het reglement van orde ten einde gebragt. Voor de eindstemming is na langdurige discussiën, met 46 tegen 15 stemmen aangenomen 't beginsel, dat ook voorstellen, die bij sluiting der zitting onafgedaan zijn gebleven, in de volgende hervat worden. Ten slotte is het geheele reglement aangenomen met 33 tegen 29 stemmen, met bepaling (amendement v. d. Putte) dat het 15 April in werking treedt en vóór 1 Jauuarij 1874 wordt herzien. Tliiers heeft bij de behandeling der begrooting van Financiën o. a. liet volgende gezegd „Denkt niet, dat ik tnij bezwaard gevoel tegenover u, nu ik der Kamer zulk een hoog leger-budget voorleg. Integendeel, ik draag er roem op, want er behoort vader landsliefde en moed toe om van een land, dat onder zoo j zware lasten gebukt gaat als het onze, nog meer te vergen en dat wel voor een leger. We moeten een leger hebben, maar niet om oorlog te voeren, niet wegens de revanche, waarover door velen zoo onvoorzigtig wordt geschreven en gesproken. Ik verklaar hier tegenover Europa, gelijk ik het verklaard heb tegenover de vertegenwoordigers der verschillende mogendheden, dat wij wel veel geld uitgeven voor een leger, maar niet om oorlog te voeren. Ik verpand hieronder mijn woord van eer en dat van mijn land. 't Is niet voor den oorlog, maar 't is opdat Frankrijk wederom de plaats inneme, welke 't altijd in de wereld heeft inge- nomen. Wanneer Frankrijk een leger meent te hebben, moet dit leger geene illusie, maar eene waarachtige armee zijn." Bèhalve de groote sommen voor het leger, schijnt Thiers nog van plan te zijn een crediet van 200 millioen te vragen voor de versterking van Parijs. Er zouden 20 nieuwe forten worden opgerigt a 4 millioen het stuk en de rest zou worden besteed voor de versterking van de linie Longwy-Bclfort. De administratie der posterijen zal eerstdaags gezegelde of gefrankeerde enveloppen in omloop brengen, i Het totaal bedrag van de op den 14 Maart bij het centraal-comité bekende resultaten van de „vaderlands lievende inschrijving der vrouwen van Frankrijk" beloopt de kapitale som van 41,409,062 fr. 58 centimes. Er zijn gisteren te Versailles eenige militaire maat' regelen van voorzorg genomen met het oog op de toen invallenden verjaardag van het optreden der Commune. Men bespeurt echter nergens kenteekenen van gisting. Het stoffelijk overschot van Alexander Dumas zal eerstdaags van Neuville naar zijn geboorteplaats Villers- Cotterets worden overgebragt. Het officieele gouvernetnents-dagblad behelst in zijn jongste noinmer eene vertaling eener in Japan van rege ringswege uitgevaardigde bekendmaking, hoofdzakelijk in houdende dat een Britsche bierbrouwer zich over namaking van het merk van zijn fabrikaat in Japan heeft beklaagd; dat liet alleszins vrijstaat in Japan bier te vervaardigen, maar dat het handelsregt verbiedt fabriekmerken na te bootsen; dat alzoo de personen, die in Japan hun werk van bierbrouwen maken, eene vergunning daartoe van de regering moeten vragen, met overlegging eener schets va» een fabriekmerk, hetwelk niet ligt met andere fabriekmerken kan worden verward. De Engelsche bladen maken gewag van de toebe reidselen, welke de Internationale te Londen maakt om den 18 dezer, den verjaardag der Commune, in de Fransclie hoofdstad, waardig te vieren." In St. George-Hall zal een meeting gehouden wordende daar te nemen resolutie» zullen in het Engelscli en in het Fransch opgesteld worden en Carl Marx zal een redevoering houden. 1 Aan de weduwe van den beroemden Mark Lemon, redacteur van de Punch, is door de Koningin een pensioen van 100 p. st. 's jaars verleend, uit erkentenis van de letter kundige verdiensten des overledenen. 1 De Engelsche marine is en blijft ongelukkig. H. M.'s Aurora is op een klip gestooten, de Lord Clyde zit aan den grond, en de Ariadne verloor bij Gibraltar een sloep. Bij dit ongeval zijn 2 officieren en 9 matrozen omgekomen. Shere Ali, de moordenaar van den onderkoning van Britscli-Indië, is jl. Dingsdag ter dood gebragt. De aan- leggers der zamenzwering zijn nog niet ontdekt. Musurus-Bassa, de Turksche gezant aan het hofvai) St. James, is jl. Woensdag avond, bij het verlaten der receptie van den heer Gladstone, gestruikeld en van een

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche en Nieuwedieper Courant | 1872 | | pagina 2