1 April. 1872. N°. 39. Zondag 31 Maart en Maandag 1 April. 30 Jaargang. Uitgever A. A. BAKKER Cz. Binnenland. IIELDERSCHE EV NIEUWEDIEPER COURANT „Wij huldigen het goede." Verschijnt Dingsdaq-, Donderdag- en Zaturdag namiddag. Abonnementsprijs per ltwartaal1.30. franco per post - 1.65. Bureau: M O L E IV 1» L E I N, K°. 103. Prijs der Advertentiën: Van 14 regels 60 cent, elke regel meer 15 cent. Groote letters of vignetten worden naar plaatsruimte berekend. Ontplooi uw banen, Neêrlands vlag! Waai vrolijk van den stag De vrijheid voerde u uit de zee En bracht u op de Brielsclie reê, Van waar de felle kamp begon, Die Spanje overwon. Elk hijsch' nu Hollands driekleur op, 't Oranje in den top! De kleur van 't Huis, dat zich verbond, Aan Hollands zaak, hoe veeg ze ook stond, Dat, deelend in 's volks lief en leed, Steeds aan de spitse streed. Getuig het, wat het heeft gekost Eer Neerland was verlost. Uw rood spreekt van der vadren moed, Van 't in den krijg vergoten bloed, En meldt de vreugd van onzen geest Op 't Brielsche jubelfeest. Uw wit verkondt der vadren eer, Die vlekloos, immer meer, Ons uit 't geschiedboek tegenstraalt. Wee, wie ontzind door 't slijk haar haalt, Of driest op u de voeten zet, En uwe reinheid smet! Uw blauw der vadren trouw vermeldt In raadzaal of op 't veld, In allen nood, tot op 't schavot, Gehoorzaam 't allermeest aan God. Terwijl 't aan heel de wereld toont, Dat trouw nog in ons woont. Sprei, fiere vlag! Uw plooien uit, En roep tot noord en zuid, Dat, onder uwe kleurenpracht, De zware strijd eens is volbracht Van 't kleine volk, dat, wars van druk, Verbrak zijn slavenjuk. Spreek van de vrijheid, hier geplant In 't dierbaar Nederland Wel duur gekocht, maar ook gevierd Als 't eêlste kleinood dat ons siert. Tuig, dat ons volk die erfenis Nog heden waardig is; Dat vrijheidszucht het nog bezielt, 't Voor menschenmacht niet knielt, Naijvrig voor zijn rechten waakt, Weerstaat wie roekloos daaraan raakt, En voor den vreemdling zich niet kromt. Verhaal dat, waar ge ook komt. Ja, 't galme door uw wappren heen Hoe, volk en Koning één, Herdenken hoe het morgenrood Der vrijheid, uit der watren schoot, Drie honderd jaar geleên verrees, Op blijde toekomst wees. Waai vrolijk op deez' vreugdedag, Geliefde, schoone vlag! Op 't hooggetij van Eén April, Den grooten dag, toen Alva's bril Hem eensklaps, door den Watergeus, Gekaapt werd van den neus. Speel lustig met uw kleurendans Om mast en torentrans! Als 't dankbaar volk zijn vrijheid roemt, Zich meer dan één gelukkig noemt, En feesten aan 't verleden wijdt, Zij de eerplaats i De BURGEMEESTER der gemeente HELDER brengt ter kennisse van de ingezetenen, dat in verband met art. 15 der verordening van 5 April 1861, het afsteken van vuurwerken en het schieten met vuurwapenen, zonder schriftelijke vergunning is verboden. Dat zij die vuurwerken op den 1 April aanstaande wensehen af te steken, zich ter verkrijging van schriftelijke vergunning moeten aanmelden ter secretarie der gemeente, vóór des middags ten 12 ure, op 1 April. Het afsteken van zoogenaamd Bengaalsch licht is niet onder vuurwerk begrepen. Helder, De Burgemeester voornoemd, 30 Maart 1872. STAKMAN BOSSE. HELDER en NIEUWEDIEP, 30 Maart. Kortelijk sprekende over 't heuglijk feest, dat Neder land eerstdaags vieren zal zegt de conservatieve Globe, een in Engeland verschijnend blad, o. a. liet volgende „De geschiedenis der Nederlanden, van het tijdstip waarop de opstand onder Willem van Oranje begon, tot den dag dat de onafhankelijkheid der Vereenigde Gewesten erkend werd, is een bladzijde in de wereld historie, op welke iedere natie trotsch mag zijnElk vrij land zal mèt Holland op 1 April zich verheugen." Het état-major aan boord van het schroefstoomschip Kijkduin, alhier gereed liggende om Maandag a. s. naar Cura9ao te vertrekken, bestaat uitluit. ter zee 1ste kl. W. F. H. Cramer, kommandant; luits. ter zee 2de kl. H. Schotborgh, 1ste officier, J. Lagaay en J. J. de Bruyne; adelb. 1ste kl. H. J. Ferguson; off. van gez. 2de kl. W. Schutte; off. van adm. 3de kl. H. C. D. van der Ven. De Goede Vrijdag werd gisteren door de Hervormde gemeente alhier weder als een kerkelijken feestdag gevierd. Des voormiddags werden in de Westerkerk en in die te Huisduinen nieuwe lidmaten bevestigd, terwijl in eerst genoemde kerk een bejaarde werd gedoopt, 's Avonds werd in verschillende kerken avondmaal gevierd. Gisteren namiddag werd het stoffelijk overschot van den Wel Eerw. heer J. II. Sonstral, predikant der Herst. Evang. Luth. gemeente alhier, op plegtige wijze ter aarde besteld. Vooraf werd door ds. J. W. Margadant, van Huisduinen, eene toepasselijke rede uitgesproken voor een zeer talrijk gehoor. Naar aanleiding van Openb. XIV 133. Zalig zijn de dooden, die in den Heer sterven, van nu aan; zegt de Geest, opdat zij rusten mogen van hunnen arbeid; en hunne werken volgen met hen. Hij schetste den overledene 'n zijn nuttig, werkzaam leven en wekte de gemeente op om de leer en het voorbeeld des ontslapenen in herinnering te houden. Door het gezang der gemeente, van de zang- vereeniging de Eensgezindheid en van de leerlingen der Zondagschool werd deze rede afgewisseld. Vervolgens werd Eet lijk ter aarde besteld, begeleid, behalve door familie betrekkingen en vrienden, door een aantal kerkeraads- en gemeenteleden. Aan het graf werd nog weder een toe passelijk lied gezongen. Wegens ongenoegzame deelneming zal de voorgenomen verlichting der Laan aan de Hoofdgracht niet doorgaan. Jl. Woensdag avond werd door de te Hoorn in garnizoen zijnde onder-officieren een tooneelvoorstelling gege ven, met liet doel om ook een steen aan de zoo hoog te waarderen inrigting voor het Asyl voor zeelieden te Brielle aan te brengen. Na aftrek van eenige onvermijdelijke kosten van kostuum, patent, enz. heeft de voorstelling f 60 opgebragt. De statuten der Vereeniging ter Verbreiding der Waarheid, gevestigd te Purmerende, zijn goedgekeurd bij koninklijk besluit van 7 Maart 1872 No. 11. Naar men verzekert zullen de sigarenmakers Maandag a. s. bij den optogt te Amsterdam met zich voeren een monstersigaar van negen voet. In den gecostumeerden optogt, die den 1 April a. s., bij liet gedenkfeest der verovering van den Brie], te Haarlem zal gehouden worden, zullen worden voorgesteld de volgende historische personen, meerendeels te paard, alsMarnix, heer van Mont-Sint Aldegonde, Souburg en Touwink; Hendrik, graaf van Brederode; Lamoraal, graaf van Egmond; Philips van Montmorency, graaf van Hoorne; Johan van Glimes, markgraaf van Bergen op den ZoomFloris van Montmorency, baanderheer van Montigny; Willem Bloys van Treslong; Barthold Entes van MenthedaJacob Simons- zoon de Rijk; Jan Pieterszoon Koppestok; Roclius Meeuws- zoön; Cornelis Geerolfszoon RoobolDirk Duyvel; Wigbolt Ripperda van Winsum, bevelhebber van Haarlem; Johan van Duyvenvoorde, bevelhebber der Haarlemsche schutterij; Willem van Bronkliorst, lieer van Batenburgburgemeester van Vliet; secretaris van der Laan; Pieter Dirkzoon Hasselaer, dragende de banier van HaarlemWillem, Prins van Oranje, Graaf van Nassau, enz., enz.; Jan, graaf van NassauLodewijk, graaf van NassauHendrik, graaf van Nassau; Adolf, graaf van Nassau; Willem Lodewijk, graaf van Nassau; Jan van Marnix, heer van Tholouse; rit meester Paulus Bax; ritmeester Marcellis Bax; Jeronimus Taeraerts, stalmeester van Prins Willem. Voorts zullen deel van den stoet uitmakende muziekkorpsen van de schutterij en van het 3de regiment huzarenalsmede pelotons der Haarlemsche schutterij, der weerbaarheid der infanterie, van de musketiers en speerruiters uit den Spaan- schen tijd; ridders der Militaire Willemsorde; personen, versierd met het Metalen Kruisde rederijkers der XVIde en die der XIXde eeuwHaarlems Flora (op een wagen), de liedertafel Zang en Vriendschap; de typografische ver eeniging (met twee wagens); het katoendrukkersgildede liedertafel Oefening in Zangkunst; het katoenweversgilde de fabriek Beynes de liedertafel Zanggenotde werklieden der Hollandscho IJzeren Spoorweg-Maatschappij (met een wagen)liet bakkersgildeliet slagersgildehet kleer makersgilde. Uit het gisteren verschenen nummer van de Werk mansvriend verneemt men, dat te Amsterdam op 18 Maart jl. een keurbende Internationalisten den eersten dag der Parijsche Commune feestelijk heeft herdacht, bij welke viering aan een persoon, die onder de Commune een be langrijke rol vervulde en zich juist in Nederland bevond, daarbij een eereplaats innam. In de toasten, bij het feest uitgebragt, werden de mis dadigers uit den Communetijd, die thans hun gruwelen in den kerker boeten, „onze dierbare broeders" genoemd, en van 't feest in het algemeen wordt gezegd, dat het op nieuw bewezen heeft hoe, als de ure des volks-ontvoog- ding geslagen heeft, Nederland niet te vergeefs naar mannen zal omzien, die aan den moed hunner overtuiging ook den moed zullen paren om te handelen. De Werkmansvriend geeft, naar aanleiding dezer mede- deelingen, eenige zeer behartigenswaardige beschouwingen ten beste, daarbij o. a. doende opmerken, dat als de partij, die op 18 Maart heeft feest gevierd, werkelijk eens de bovenhand verkreeg, inderdaad wel alle dijken en dammen van wet en orde omvergeworpen zouden worden en niets meer heilig of eerbiedwaardig zou zijn. Ook wij hebben gemeend op het feit de aandacht te moeten vestigen. Men zegt: ons volk is te verstandig om naar de stem der Internationalisten te luisteren. In alge- meenen zin is dit gelukkig nog waar. Maar men zie toe dat dit waar blijve. Men ziet nu toch dat de verdorven kern reeds bestaat. Ook in Engeland, ook in België, ook in Frankrijk was er eerst slechts een zoo kleine kern aan wezig. Maar zij breidde zich uit, men weet met welke gevolgen. Moge men dus bij tijds zorgen, dat het hier niet eveneens ga. (Dagblad v. 's Gravenhage.) De arrondissements-regtbank te 's Hage heeft jl. Donderdag H. W. L. Baud, schuldig verklaard aan de feiten hem ten laste gelegd en veroordeeld tot één jaar eenzame opsluiting. Drietal te Rotterdam: ds. J. W. Felix, te Utrecht; J. Vermeer, te Zwolle; C. J. Bryce, te 's Hage. Wanneer zal 1 April een merkwaardigen dag blijven in onze geschiedenis? vraagt de Amersf. Crt. Zij noemt talrijke weldaden op, waarin ons vaderland zich mag ver heugen; maar toch, zegt zij, knaagt er iets aan het volks leven toch is er iets, dat een schaduw werpt over de vrolijke schilderij, dien wij ophingen. Dat is, helaas I de kerkelij ke oneenigheid. In de kerk dient hier ieder God naar de inspraak van zijn hart, en daar buiten twisten broeders, zonen en dochteren van hetzelfde vaderland over de gods dienst, wier hoofdgebod liefde is. Dat veroorzaakt wantrouwen, dat geeft verwijdering, dat bederft het huiselijk en maatschappelijk leven, dat grijpt zelfs storend in de gansche staatsmachine en belemmert haar geregelden gang. Zie, dat moest anders wezen, dat moet anders worden! Hij, die alles schiep, laat Zijn zon vrolijk en koesterend opgaan over alle kinderen der menschen, overlaadt dagelij ke goeden en minder goeden met weldaden,

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche en Nieuwedieper Courant | 1872 | | pagina 1