1872. N°. 111. Zondag 15 September. 30 Jaargang. De Hoogsten en de Laagsten, Uitgever A. A. BAKKER Cz. 75'i 70} 8« Binnenland. 1*1, vetk prijs, Dg il stus in ei agcrt Var- 4 ffl ilbaft evili. HELDERS! IIE IVIEUWEDIEPER COURANT. Wy huldigen het goede." Verschijnt Dingsdag-, Donderdag- en Zaturdag namiddag. Abonnementsprijs per kwartaal1.30. franco per post - 1.65. Bureau: MOLENPLEIN, N°. 163. Prijs der AdvertentiënVan 14 regels 60 cent. elke regel meer 15 cent. Groote letters of vignetten worden naar plaatsruimte berekend. VERTREKDAGEN DER BRIEVENMAILS I Naar Oost-lndië: via Triest 17 Sept. 's avonds 6 u. 25 m. Marseille 26 Sept. 's avonds 6 u. 25 m. i, Brindisi 19 Sept. 's avonds 6u. 25 m. West-lndië: viaSouthampton 15 Sept., 's morg. 6 u. 25 m. Suriname via St. Nazaire 4 Oct., 's avonds 6 u. 25 m. Kaap de Goede Hoop: 23 Sept., 's morg. 6 u. 25 m. via Triest 22 Sept., 's m. 6 u. 25 m. PiUl orijzd i w. igrra, De VOORZITTER van den BAAD der gemeente HELDER brengt ter openbare kennis, dat DE RAAD ZAL VERGADEREN op DINGSDAG don 17 SEPTEMBER 1872, des AVONDS ten ZEVEN ure. Helder, De Voorzitter voornoemd, den 14 September 1872. STAKMAN BOSSE. PENT TER BEHANDELING: 1' Aanbieding der begrootingen voor 18 73. a. Gemeente. b. Burgerlijk Armbestuur. c. Algemeen Weeshuis. d. Schutterij. 2. Voordragt voor een Directeur-Apotheker. 3. Mededeeling van ingekomen stukken. 0 pa 10,- i. De gewichtigste gebeurtenissen der laatste dagen waren zeker wel de gelijktijdige bijeenkomsten der drie machtigste potentaten van Europa in de Duitsche Keizersstad, en der zich noemende vertegenwoordigers van de arbeidende klas sen der geheele wereld in het, volgens de Times, met gras begroeide 's Gravenhage. Hier de heerscbers over miljoenen, omringd van alle denkbare praal, dddr de proletariërs, de liet—bezitters, morrende tegen hun lot en bedacht om innen toestand, des noods door aanwending van geweld, ,r Ie verbeteren, hier de vormen der verfijnde beschaving, pij iar de onbedekte uiting der hartstochten, door onwetend- •oulib 'eid op het dwaalspoor geleid. 3 ma Wat geeft het vriendschappelijk samenzijn der drie Keizers gete an het naar rust verlangend Europa te hopen of te vreezen? 'map leraamden de erfgenamen der verdeelers van Polen een e'slieuwen aanslag tegen de zelfstandigheid van eenigen itaat, een nieuw gemeenschappelijk verzet tegen de voort- ichrijding der vrijzinnige begrippen, of waren zij, brandende r v™ ran ijver voor het welzijn hunner volken, slechts bedacht vork handhaving van den algemeenen vrede De organen ;s m nnner regeeringen verzekerden het laatste en de Europee- jetret dagbladpers nam met graagte deze verzekeringen over. lok met onbepaald geloof? Och! al zijn er, die in de iriendschappelijke ontmoeting der drie Keizers aanleiding iaden om zich te verblijden, dat het tusschen hen althans oor het oogenblik zonneschijn is, men weet bij onder- iScp1 inding te goed, hoe spoedig de beste verstandhouding der ekroonde hoofden in bittere vijandschap verkeeren kan, jjjj" oor hoe felle oorlogen hunne raadplegingen meermalen j evolgd zijn. Men houde ons, herinneren wij aan die 26tf 26tf 19 41» 98} 86Ü 75i 93H 491 ■28J 120} 604 60{i irvaring, daarom niet voor ongeluksprofeten. Geloovende 'at wij hopen, zien wij nergens aanleiding voor eenen rijg; maar wij zien op de gebeurtenissen als op den baro- leter, die eigenlijk niet meer doet kennen dan den druk Ier lucht op het oogenblik der waarneming, en slechts 'oor eenige volgende uren den waarschijnlijken toestand 'an het weder doet gissen, die een orkaan soms maar t°rt te voren aankondigt. Meenen wij dus reden tot geruststelling te vinden, 't loet zijn met het voorbehoud, 'twelk de Vorsten in de Wste plaats doen geboren worden door hunne voorliefde 'oor alles wat het krijgswezen betreft. De Spectator heeft plaat gegeven „de drie magi," de drie Keizers voor- zich komende buigen voor en geschenken bren- 91 [frade aan.... een Krüpp—]s.aa\on. Geven de feesten te slijn wel een anderen indruk? Berlijn moge zich met vlaggen getooid en in een zee «j, Tan licht gebaad hebben, het gekletter der wapenen over- «temde minzame heo-rnetincren. (rpj 11 lip! pn nn 1 vipl.- lipt 69} Sltï liep' minzame begroetingen, gejubel en muziek, het "koonste schouwspel, dat de keizerlijke gastheer zijnen ®zerlijken gasten kon aanbieden, was eene „schitterende" Ievue, militair vertoon, ontwikkeling zijner kolossale en gedresseerde krijgsmacht, bron van trots voor den ■"et zege gekroonden gebieder, middel van waarschuwing °°r zijne tegenwoordige vrienden! En let eens op met 0eveel belangstelling van dat schouwspel genoten werd, oe> terwijl de Czaar feesten en receptiën bijwoonde, zijn weder alles gadesloeg en onderzocht wat met de inrich- van het Duitsche krijgswezen in verband staat, en vroeg in den morgen bij de oefeningen der troepen Wwezig was; hoe aan den keizerlijken feestdisch de hooge ;es in hunne toasten, behalve elkander, niets te gedenken hadden dan „het dappere Pruisische leger;" hoe de Duitsche Kroonprins zijne twee zoontjes, beukers nog, in luitenants-tenue in het front der paradeerende troepen schaarde. Maar is er dan voor koningskinderen geene andere op leiding mogelijk dan tot geene roeping voortreffelijker dan dien van soldaat, zoodat zij reeds in de wieg met den korporaalsrang begiftigd worden? Verdient dan het krijgs wezen meer dan andere aangelegenheden de aandacht der Vorsten, en moet de wetenschap hun slechts zoover dier baar zijn, als zij dienen kan om de wapenen te scherper te maken en den oorlog des te vinniger te voeren? Hebben de beheerscliers der volken zich niet met gewichtiger dingen bezig te houden dan met de exercitiën, of met gedurige uniforms-veranderingen der soldaten? Een monarch behoort gewis ook kennis te hebben van de krijgszaken en, waar de nood des vaderlands het eischt, zien wij hem gaarne aan het hoofd zijner dapperen den vijand tegensnellen en in hunne gevaren deelenmaar in dagen van vrede wachten de volkeren ook nog iets anders van hunne Vorsten. Het denkbeeld, dat het opperhoofd de moedige, sterke aanvoerder, vóór alles krijgsman, moest zijn, behoort in lang vervlogen ruwe en barbaarsche tijden te huis, waarin de verdediging des lands tegen roofzuchtige naburen dage- lijksch werk was. Het tegenwoordig geslacht acht het noodzakelijk noch gewenscht, dat de gewone kleeding van zijne Koningen een uniformrok is. Het oordeelt een leger onmisbaar, maar vooral niet als speelgoed zijner lieerschers. De voorliefde der Vorsten voor militair vertoon is een bron van onrust voor de volken en voedt gestadig hunne vrees, dat de bezitters van het fraaie en hooggewaardeerde werktuig, dat „leger" heet, het ook eens in ernst zullen willen beproeven en gebruiken. HELDER en NIEUWEDIEP, 14 September. Volgens telegram uit Aden is de mailboot Prins Hendrik, kapt. Hendriks, van Batavia naar hier, den 12 dezer aldaar gepasseerd. Schip en machine in goede orde, passa giers en equipage welvarende. De mailboot Conrad heeft den 11 Sept. de reis van Suez naar Batavia voortgezet. Gisteren namiddag heeft het Amerikaansche oorlog- stoomfregat Brooklijn, kommandant Brysson, dat hier een paar weken had vertoefd, de reede verlaten. Bij de gisteren plaats gehad hebbende aanbesteding van het doen van eenige werkzaamheden aan gebouwen, behoorende tot het maritime etablissement alhier, waren 8 inschrijvingsbilletten ingekomen. Minste inschrijvers waren de lieeren Gebr. Janzen, voor 7477. Het 3de bataillon van het 7de regiment infanterie, dat gedurende eene maand te Millingen heeft gekampeerd, is heden in zijne garnizoensplaats alhier ternggekomen. De miliciens der ligtingen 1868 en 1869, daarbij ingedeeld, zullen in het begin der volgende week met groot verlof huiswaarts gaan, terwijl ook de comp. van het 4de reg. infanterie, tijdelijk alhier gedetacheerd, weer naar Leiden zal vertrekken. In de gisteren avond gehouden vergadering van het departement Helder der Maatschappij tot Nut van 't Algemeen is aan het bestuur een crediet van hoogstens 300 toe gestaan' voor de viering van het 50jarig bestaan van dit departement, op 6 December e. k. Tevens is bepaald, dat in den aanstaanden winter zal worden voortgegaan met het houden van volksvoordragten, op dezelfde wijze als dit in het vorige wintersaizoen heeft plaats gegrepen. De commissie van bestuur, die daarvoor is werkzaam geweest, is herbenoemd. Het besluit tot bestendiging dezer voordragten is genomen met het oog op het druk gebruik dat daarvan in den vorigen winter is gemaakt, en in de verwachting, dat ook in het vervolg die gelegenheden tot aangename en nuttige ont spanning door het publiek, voor wie ze bestemd zijn, zullen worden gewaardeerd. Tot voorzitter van het departement is herkozen de heer J. G. R. Vos, en tot lid van het bestuur verkozen de heer J. H. Kremer. Naar men verneemt, zijn dezer dagen alhier en te Wieringerwaard valsche bankbilletten van 25 aangehouden, waaraan o. a. het watermerk ontbreekt. -Z. M. de Koning is gisteren namiddag ten 6 nur uit Zwitserland te 's Hage teruggekomen. Z. M. werd aan het spoorwegstation verwelkomd door HH. KK. HH. den Prins van Oranje, Prins Alexander en Prins Hendrik. De heer H. Loos, aartsbisschop van de oud-Roomsch- Catholieke clerezy van Utrecht, zal zich met dr. van Vloten, kanunnik van het kapittel te Amersfoort, den 26 dezer naar liet congres van oud-Catholieken te Weenen begeven. (U. D.) Jl. Donderdag namiddag ten 3 ure is te Egmond aan Zee brand uitgebarsten in het logement van den heer Belleman. Bij den stevigen westenwind liet het zich ernstig aanzien en werd door den hoofdonderwijzer van het dorp (de hoogere autoriteiten waren bij den burgemeester eener naburige gemeente ter feest) naar Alkmaar om hulp geseind. Door middel van twee spuiten van daar en eene van Egmond aan den Hoef, heeft men het onheil tot dat eene huis en stal kunnen bepalen. (Amst. Crt.) De raad van Amsterdam heeft afwijzend beschikt op een ingekomen adres om de kermis met eenige dagen te verlengen. Men zal zich herinneren, zegt de KI. Crt., hoe de goede verstandhouding tusschen leger, schutterij en weer baarheid te 's Bosch plotseling op schier onverklaarbare wijze gestoord werd, kort voor de komst van H. M. de Koningin aldaar. Omtrent dit incident, dat algemeene belangstelling wekt, vernemen wij uit goede bron het volgende „„De generaal van der Schrieck wilde alleen pleizier hebben,"" hoorde ik een officier (geen van schutterij of weerbaarheid) zeggen, toen hij vernam wat er gebeurd was.... En wat is er gebeurd?.... De generaal bevond zich aan 't station; de heer de Jonge van Zwijnsbergen, majoor- kommandant der Bossche schutterij, werd bij hem ontboden toen deze 't station naderdehij onderhield hem in 't bijzijn van ondergeschikten op eene onwaardige wijze; verbood het spelen der schutterij-muziek en de aanwezigheid der officieren van de schutterij en weerbaarheid, daar gekomen om Hare Majesteit hunne hulde te brengen. Om alle op schudding te vermijden kort voor de komst van H. M., verwijderden de officieren van de schutterij en weerbaarheid zich. De generaal had nog de bijzondere welwillendheid den majoor-kommandant het blijven toe te staan, mits hij zich ontdoen wou van sjerp en ander distinctief." Indien deze feiten waar zijn en wij hebben geen reden om dit te betwijfelen dan zou het hoog tijd zijn dien generaal opmerkzaam te maken, dat hij zich in onzen landaard vergist. Het systeem van das Militair moet hij elders zoeken. De Tijd levert, naar aanleiding van het indienen door den Haagschen Vredebond van het bekende adres aan de drie Keizers, eenige beschouwingen welker einde luidt als volgt: „Verbeeld u eens dat de Keizers het (adres) in handen kregen, na het dessert bijvoorbeeld als zij te zamen gezellig de koffij gebruikten en een sigaar rookten! Wij stellen ons, in dit geval, voor, dat het intusschen van hand tot hand was gegaan, en het volgende gesprek werd gehouden: Eerste Keizer. Wat een denkbeeld, om ons te melden dat de vrede een kostelijk ding is! Tweede Keizer. Zij hadden even goed kunnen schrijven: na regen komt zonneschijn. Derde Keizer. Ofslechte zamenspraken bederven goede zeden. Eerste Keizer. Of: al is de logen nog zoo snel, de waarheid achterhaalt ze wel. Tweede Keizer. Zouden zij om een betrekking als hofnar solliciteren Derde Keizer. Uit welk land zijn zij? Eerste Keizer. Uit Nederland; beroemd om de kalmte en het gezond verstand zijner inwoners. Tweede Keizer. Werklieden ongetwijfeld; dien lieden praat men tegenwoordig overal het hoofd dwaas. Derde Keizer. Professoren, afgevaardigden, regtsgeleerden. Eerste Keizer. Als ook in dien stand, en bij die natie, de lieden met molentjes gaan loopen, waar moet het dan, in vredesnaam, met de wereld heen! Tweede Keizer. Wij beleven een benaauwden tijd, monsieur mon frere. Derde Keizer. Een zeer benaauwden tijd! De drie Keizers ondervinden eene storing in hunne digestie, zien de zaken somber in, zeggen, dat het zoo niet langer duren kan, worden korzelig, krijgen twist en verklaren elkander den oorlog." De Leidsche regtbank heeft den geneesheer aldaar, die tegen een collega op den publieken weg handtastelijk heden bedreef, tot drie dagen cellulaire gevangenisstraf veroordeeld. De jl. Donderdag te Valkenburg gehouden paarden markt werd druk bezocht. Belangstellenden grootendeels voor de kermis en kooplieden voor den handel lieten zich ruimschoots vinden. Omstreeks 550 paarden werden er aangebragt en daaronder een aantal jonge, 4 a 5jarige paarden, die voor Fransche rekening inzonderheid, maar ook voor Engelsche en Duitsche, werden opgekocht tegen 500 a 600. Werkpaarden, schoon met minder geest drift dan jonge paarden en tot een klein getal in aanmer king komende, vonden koopers tot hooge prijzen. Door de arrond.-regtbank te 's Hage werd eergisteren morgen de dienstbode H., overeenkomstig het rekwisitoir

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche en Nieuwedieper Courant | 1872 | | pagina 1