Benoeming-en, enz. STATEN-GENERAAL. Buitenland. België. Frankrijk. Engeland. de werkster mishandeld en met den dood bedreigd. Een der indringers is naar boven gegaan en heeft daar eene kast opengebroken en al wat waarde had er uitgehaald. Door bedreiging heeft men de vrouw ook naar boven doen gaan om al haar waarde af te geven. Op het geroep van een daarbuiten staanden medepligtige van verraad, hebben de drie inbrekers de vlugt genomen en het goed achtergelaten. Te Haarlemmermeer werden dezer dagen de Wheeler's dorschmachines en Corbett's wanmolens met uitstekend resul taat beproefd. Er waren twee stelsels van dorschmachines ter plaatse en beiden toonden in de werking geheel aan het doel te beantwoorden. De eene leverde het graan dadelijk „marktbaar" schoonde andere gaf het stroo geheel weder, en wel zoo, dat het onderscheid tusschen deze wijze van bewerking en de gewone dorsching met de kneppel, bij het stroo niet merkbaar was. De dagelijks te dorschen hoeveelheid koren bedraagt meer, althans niet minder met deze machines, dan met die van oudere constructie, terwijl belangrijke verbeteringen aan den treemolen eene aanzien lijke besparing van werkkracht geven. Eenige verontwaardigde Rotterdammers loven ook nog 50 uit aan dengene die den schrijver of inzender van de verdachte geboorte-advertentie in de N. Rott. Crt. kan aanwijzen. Het provinciaal geregtshof in Utrecht heeft gisteren uitspaak gedaan in de zaak van den moord te Heemstede. De eèrste en de derde beschuldigde zijn tot levenslange, de tweede is tot vijftien jaren tuchthuisstraf veroordeeld. De voorlezing van het vonnis duurde anderhalf uur, en daarna hield de voorzitter een treffende toespraak tot de veroordeelden. Als een bewijs, hoe krachtig de wind dezeff dagen was, deelt het U. D. mede dat een machinist van een der spoorwegen zijn ontslag gekregen heeft, omdat hij, volgens zijn verklaring, den trein niet met 120 pond in beweging kon brengen en daardoor het cijfer tot 140 had opgevoerd, hetgeen, omdat alsdan gevaar is voor de reizigers, met een onmiddellijk ontslag gestraft wordt. Jl. Zaturdag avond werd een boer uit Voorst, die met zijn verloofde op den weg naar Twello liep, opgewacht door iemand, die vroeger de hoop had gekoesterd, dat meisje eenmaal te zullen bezitten, en thans zijn gelukkiger mede minnaar met een mes ernstige sneden toebragt op rug en armen. De zaak is in handen der Justitie. (N.Arnh.Ct.) Uit Apeldoorn meldt men aan het Vaderland, dd. 9 dezer. De oudste zoon van den heer Rauwenhorst, een veelbe lovend jongeling van 20 jaar, in Oct. jl. met nog twee anderen benoemd om op rijkskosten te wordeu opgeleid tot controleur bij het boschwezen in Ned. Indië, vertrok 1 Nov. naar den omtrek van Neustadt (Pommeren) om daar 't eerste praktische onderrigt in de houtkuituur te ontvangen. Terwijl de jongelieden met dat doel onder behoorlijk geleide de bosschen doorkruisten, voorzien van jagttuig, ging onver wacht 't geweer van een hunner af, met het noodlottig gevolg dat het schot door den schouder van R. drong en gedeeltelijk door de borst weer uitkwam. Aanvankelijk was er nog hoop op herstel, en gepasseerde Zaturdag kwam er zelfs een zeer gunstig berigt, doch reeds Zondagochtend ontving zijne moeder deverpletterende tijding van zijn dood. De vader bevond zich in de laatste dagen in zijn nabijheid, doch heeft hem niet meer levend gezien. De Noach III, kapt. Hoefman, welk schip bij de Westereilanden averij bekomen hebbende, in de Noordzee de masten heeft verloren, is te Brouwershaven binnengebragt. Te Deventer is in den nacht van den 13 dezer een ontzaggelijke massa sneeuw gevallen. De aankomst en in den wegslependen conversatietoon, morgen in den stijl der krassende satyre. Maar hij kan ook toornen, de beroemde redenaar, al is het dan ook niet in den trant des donderenden Jupiters. Wij zagen hoe deze nietige David tegenover den grooten Goliath, die den naam Souher droeg, stond en hoe hij de jammerlijke politiek van het keizerrijk met vaste handen in puin smeet. De donder sterft langzaam weg in het gebergte, giftige naaldeprikken ver oorzaken den dood. Geen lettergreep die niet doodelijk trof, geene beweging met de hand die geen dolksteek was, en ten slotte, zonder dat de stem een comma steeg, dat vermorselende woord: 11 vl y a plus de fautes d commettre! (Er blijven geen fouten meer te begaan over!) Wij zagen hem later, op den gedenkwaardigen 15 Julij 1870. Niet slechts een minister, maar de geheele dronken troep van keizerlijke Mammelukken stond tegenover dezen enkelen man. Het was een afschuwelijk concert van voetgeschuifel, klepperen met vouwbeenen, een woest, gehoorverdoovend geraas, dat noch Arago, noch Gambetta met zijn bazuinstem konden overschreeuwen, doch dat Thiers met zijne doordringende, kinderachtige stem wist tot staan te brengen. Met bewonderenswaardige behendigheid pakte hij elk oogenblik, dat een stilte van enkele seconden bragt en slingerde een scherpzinnig woord, voor allen verstaanbaar, onder het waanzinnig parlementsgedruisch.... En onlangs in de nationale ver gadering: Changarnier interpelleert over de toespraak, gehouden door Gambetta op zijne reis in het zuiden; zenuwachtige trekken ver- toonen zich om den mond van den president en zijne vingers trommelen een krijgsmarsch op den houten lessenaar. Dat beteekent storm. Spoedig trippelt hij naar de tribune, onmiddelijk nadat de generaal geëindigd heeft, giet zich een glas water in de keel haalt den zakdoek te voorschijn, snuit den neus, als blies hij ten aanval, en nu gaat het voorwaarts met gevelde bajonet! 'De nederlaag des vijands ware vernietigd geweest, als Thiers het over zijn hart had kunnen brengen de zegepraal te voltooijen. Hij spreekt te veel, schreef Balzac, helaas, niet geheel zonder regt. Thiers heeft met zijn redenaarstalent, welks wedergade wij te vergeefs in de geschiedenis zoeken, niet alleen goede kamp strijden uitgevochten, maar ook menigen kwaadaardigen crisis bezworen. De wenseh om hem den mond te snoeren of er een slot voor te hangen, is zeer begrijpelijk, hoewel niet uitvoerbaar; „het woord" is het meest geliefde en het onontbeerlijkste wapen van Thiers, en zoo ais John Lemoinne onlangs zeide, hem het spreken te beletten, is Patti te engageren, om in de rol van de Stomme van Portici te dansen. Het is hier de plaats niet te beoordeelen, wat voor de Eransche republiek dienstiger is, dat Thiers spreekt of zwijgt, doch het schijnt ons niet zoo geheel onjuist, wat zekere Eranschman bij het uiteengaan eener parlementaire parlementszitting zeide: „Ziet ge, als regent is Thiers onmagtig, zonder vertrouwbare politieke grondstellingen, als minister is hij een vredeverstoorder, een onrustige geest, die overal op de eerste plaats aanspraak maakt, doch als parlementsman is hij.... onbetaalbaar." (Fr. Crt.) het vertrek der meeste middelen van vervoer is hierdoor zeer vertraagd. Sedert eenigen tijd worden de oude werkpaarden in de omstreken van Raalte door Hollandsche Agenten opge kocht. Zij zijn meestal voor de slagtbank bestemd en men besteedt van 30 tot 50. Zooals men indertijd in de dagbladen heeft kunnen lezen, had er in den avond van 28 Aug. jl .op de openbare straat in de nabijheid van het stadhuis te Enschedé, terwijl aldaar oproerige bewegingen onder de fabrieksarbieders waren, een volksoploop plaats, bestaande uit veel meer dan 20 schreeuwende en veelal met steenen gewapende personen. Onder dien volksoploop onderscheidde zich vooral zekere G. J. Elshof, oud 19 jaren, fabriekarbeider te Lonneker, door bij herhaling uit te schreeuwen; „al gaat het ons niet naar ons zin, dan donderen wij de glazen in." Te dier zake door een rijksveldwachter aangegrepen, verzette hij zich geweld dadig, rukte hij zich los en zette de verzamelde groep mensclien tot wederspannigheid aan, door hun toe te, roepen: „help mij volk, jongens pak aan, lioA vast!" tengevolge waarvan die volksmenigte op den rijksveldwachter aandrong, hem belette den aangehoudene weg te voeren, en toen dit eindelijk door 4 politiebedienden werd uitgevoerd, met een massa steenen begon te werpen, waarvan er een tegen liet hoofd van een der beambten kwam. Den 3 dezer stond Elshof deswege teregt voor het Prov. Geregtshof in Overijssel en rekwireerde adv. gen. de veroordeeling van den beschuldigde tot 2 jaren cellulaire gevangenisstraf. Het Hof, Dingsdag uitspraak doende, heeft hem veroordeeld tot één jaar cellu laire gevangenisstraf. De aanvoer en prijzen op de jl. Woensdag te Leeu warden gehouden buitengewone veemarkt waren als volgt 70 vette koeijen 175 tot 460; 1 stier 174; 4 vette kalveren 30 tot 80; 285 vette schapen 20 tot 54. De handel was traag. Als een bewijs hoe sommige menschen Fransche woorden verdraaijen en potsierlijke opschriften op brieven stellen, dienen de navolgende adressen, gerigt aan gevangenen, verblijf houdende in zekere cellulaire gevangenis, als Bellulard, Bellulangenis, Balbulare, Sikkelere, Celare, Collaure, Celluloure, Cellelijre, Velugevangenis, Sellenjarren, Cellulerire, Celluliare, Zikkenleven, Celluaure, Bellilasie, Cigulari, Cellulain, Celluloueerd, Sellulare, Bellulaerd, Bel- leclaerd, Zinogeleren, Celleculeiro, Siellalarine, Cescelaire, Cellelacie, Cellekolielaren, Zireleerre, Serkulare, Quelulaire, Bellilaiere, Cellelarid, Selejere, Ziolere, Castualiere, Zelujera, Sikklaaren, Selliclaré, Zingeleeren, Circulaire, Cellulavi, Chellulere, Zelloolanen, Zeeloore, Cigeleren, Celleiloiere, Siddelare, Cellularie, Cellulavie, .Segeleren, Cellaleilairie, Sikelaure, Sellulaired, Cilulure. Den eenzame sluiting het nieuwe gestich en WelEd. Heer Opper den Krichteur, etc. Te Berlijn zullen twaalf overdekte markten worden opgerigt. Het Italiaansche gouvernement zal eerstdaags twee stoomschepen naar Borneo zenden om een onderzoek in te stellen of in deze streken gelegenheid is tot vestiging eener Italiaansche strafkolonie, oin later, naar bevind van zaken, dienaangaande met de Nederlandsche regering in onder handeling te komen. De heer G. J. Michaëlis, geborea te Enkhuizen, werd gisteren te Leiden tot doctor in de wis- en natuurkunde bevorderd, na openbare verdediging van een academisch proefschrift over „de theorie der beweging van ligchamen en vloeistoffen." Tot broeder der orde van den Nederl. Leeuw is benoemd de heer J. van Dam, eervol ontslagen onderwijzer in de strafgevangenis le Woerden. Tweede Kamer. Zitting van Donderdag 12 December. Heden heeft de minister van Oorlóg zijn budget breedvoerig verdedigd en zijne plannen op militair gebied blootgelegd. De gewijzigde vestingwet is gereed en zal spoedig haar gewonen weg volgen. Het ontwerp tot afschaffing der plaatsvervanging en nummerverwisseling is bij den Baad van State in behandeling. Na de beslissing deswege volgt de gezamenlijke indiening der gewijzigde militie- en schutterijwetten. Daarop kunnen eerst volgen een gewijzigde legerorganisatie bij de wet, verbeterde indeeling van bet leger, onafhankelijk van de definitieve reorganisatie, wijders onderscheidene verbeteringen in sommige wetten en be palingen, met het krijgswezen direct of indirect in verband staande. De zaak Janssen beschouwde hij, voor zoover zijn kabinet betrof, als afgedaan. Het voorstel Kappeijue, om de 3 millioen buiten gewone uitgaven uit de begrooting te ligten, moest de minister uitdrukkelijk bestrijden. Hij durfde zoo iets niet op zijne verant woordelijkheid nemen. Hij eindigde met een beroep op de vader landsliefde der Kamer. De minister van Justitie heeft ook het woord gevoerd en de zaak der defensie als eene regeringszaak, als eene zaak van het geheele kabinet geschetst. Het gevoelen van de meerderheid der Kamer nopens de defensie zal eerst blijken, bij de wetten die zullen ingediend worden. Hiermede zijn de algemeene discussiën gesloten. Pij de artikelsgewijze behandeling is de discussie gevorderd tot afdeeling buitengewone uitgaven. Vooraf is een amendement van den heer de Lange om aan kapitein Janssen eene toelage voor 1873 van f1600 toe te kennen verworpen met 53 tegen 21 stemmen. Zitting van Vrijdag 13 December. Na een zeer uitvoerig debat is het amendement-Kappeyne, strekkende om de buitengewone uitgaven van oorlog en wel voor de verbetering der Utrechtsche linie te schrappen, met het oog op de indiening der vestingwet, verworpen met 47 tegen 31 stemmen. Het budget van Oorlog is -aangenomen met 46 tegen 32 stemmen. Te Luik is dezer dagen een van Parijs vertrokken speciale spoortrein doorgekomen, bestaande uit 8 prachtige salon- en andere gala-rijtuigen, vroeger het eigendom van Keizer Napolen III, en na de likwidatie zijner civile lijst in het bezit gekomen der directie van den spoorweg van Parijs naar Lyon en de Middellandsclie zee, door welke laatste zij onlangs aan den Keizer van Rusland zijn verkocht' Het volgende curieuse tooneel had jl. Maandag in den Parijschen Jardin des Plantes plaats. Een vischkoopers- jongen, met een grooten mand vol kreeften aan den arm, stond voor het apenpaleis te kijken. Misschien zon hij wel op een guitenstreek, misschien was zijn bedoeling geheel argelooshoe het ook zij, het denkbeeld kwam plotseling bij hem op om de grootste kreeft uit den mand te nemen en die den aap aan te bieden, die zijn hand door de traliën stak. De aap pakte de kreeft stevig beet en bragt haar aan den mond. Maar nu gebeurde er iets, waarop de aap zeker niet voorbereid was. De kreeft had haar bezinning teruggekregen en gebruik makende van het oogenblik, dat de aap haar met de grootste belangstelling bekeek, klampte zij zich met haar twee enorme scharen aan zijn neus vast. De aap, in de hoogste mate ontsteld over die onbeleefde en onverwachte omhelzing, stiet een kreet van hevige smart uit en slingerde zich langs een tonw naar den top van het paleis. De kreeft hield echter goed vast. De aap beproefde nu, haar met zijn pooten van zijn neus af te krijgen. Vergeefsche pogingen. Het wringen en trekken moede, liet de aap zich eindelijk aan den staart afhangen en begon hevig te slingeren, om de kreeft te doen vallen. Al zijn colega's, beneden hem in een kring op den grond gezeten, keken met de meeste belangstelling naar dat nieuwe schouwspel. Eensklaps zag men den aap onbewegelijk blijven hangen, met het hoofd naar beneden. Hij dacht zoo 't schijnt na en zijn overwegingen moeten al zeer naargeestig geweest zijn, daar zij hem tot zelfmoord dreven. Hij liet plotseling de staaf los, waaraan hij zich met den staart vasthield, en zich met het hoofd naar omlaag latende vallen, gaf hij zich aldus den dood. Zijn moordenaar had hem niet losgelaten. De vischkoopersjongen werd naar het politie-bureaugebragt. Daar soortgelijke baldadigheid in den laatsten tijd meer malen voorkwamen, maakt een Parijsch blad teregt de opmer king dat de maatschappij tot heschermiug der dieren wel zou doen, om zich in den tuin door een agent te laten vertegenwoordigen. Ter gelegenheid der verjaring van de afkondiging der Onbevlekte Ontvangenis van de Moedermaagd heeft den 8 dezer eene groote bedevaart der Bretagners naar de „bij Vannes, in Morbihan, gelegen heilige stad" Auray plaats gehad, ter vereering en aanbidding van de H. Anna (moeder der H. Maagd), in de voor die vermaarde kerk- heilige aldaar opgerigte kapel. Aan deze pelgrimage is door nagenoeg 50,000 geloovigen deelgenomen, meerendeels in de diocesen van Vannes, Nantes, Rennes en Quimperte huis behoorende, en daarvan hebben ongeveer 15,000 den togt naar de heilige kapel te voet afgelegd. De bisschoppen dier diocesen zijn bij de plegtigheid voorgegaan. Ongeveer 50 afgevaardigden, waaronder de minister van oorlog, de generaal de Cissey behoorde, hebben in een aan den bisschop van Vannes gerigt adres hun leedwezen er over te kennen gegeven, dat zij door hunne in deze oogenblikken vooral zeer gewigtige parlementaire taak van het bijwonen van het kerkelijke feest werden teruggehouden. Zij hebben zich daarbij echter door eene prachtige banier doen ver tegenwoordigen, die, met ongeveer 130 andere banieren en standaarden, aan de kapel ten geschenke is gegeven. Die der afgevaardigden heeft gedurende de plegtige diensten vóór het hoofdaltaar geprijkt. Onder de voorwerpen, die bij de op- togten rondgedragen zijn, bevond zich de eeredegen, welke door aanzienlijke vrouwen van Rennes en Nantes indertijd aan den zouaven-generaal de Charette is aangeboden en die door den generaal aan de hoede der H. Anna van Auray is toevertrouwd. Een degen, door den generaal de Cissey zes maanden geleden aan dezelfde heilige vereerd en in persoon naar Auray overgebragt, nam bij het feest in de kapel eene eereplaats in. Voor zooveel men weet, zijn ter gelegenheid dezer groote bedevaart geene ongeregeldheden voorgevallen. Te Rennes en op andere plaatsen hebben de demonstratien der anticlericalen zich bepaald tot het aanheffen bij het vertrekken der treinen van den kreet "Leve de Republiek!" De verjaring van de afkondiging der Onbevlekte Ontvan genis is o. a. te Lyon met groote plegtigheid en feestelijkheid gevierd. Een der clericale bladen van Lyon schat het aantal bedevaartgangers, welke dien dag in en nabij de heilige kapel der Lyonsche voorstad Fourvières vereenigd waren, op 60,000. Onder de voorname personen, die zich te voet derwaarts begeven hebben worden de generaal Bour- baki en zijne echtgenoote genoemd. Laat de openbare veiligheid in Londen te wenschen over, niet minder is dit het geval op het platteland. Wel gaat men nog niet zoo ver als in Italië en Griekenland, dat de roovers rijke personen gevangen nemen en tegen losgeld weder vrij geven, maar straatroof, dikwijls vergezeld van moord en inbraak in de buitenplaatsen der aristocratie is aan de orde van den dag. Ook, en dit is minder verklaar baar in dezen duren tijd, de kinderroof komt menigvuldig voor. Onlangs maakten wij melding van een moeder wier kind door een vermoedelijk aanzienlijke dame was gestolen; thans komt in Daily Telegraph de volgende annonce voor: „Kind." „De dame, die Donderdag 11. in Regentspark een kind zoolang op den arm nam, dat de kindermeid in de nabijheid een beschuit haalde, en bij haar terugkomst niet meer werd gevonden, wordt verzocht het kind te zenden aan 13 Queensquare." Dergelijke gevallen komen zoo menigvuldig voor, dat Pall Mail Gazette tot de overtuiging is gekomen, dat kinderen als parapluien, enz. vergeten en als handschoenen of een ander artikel van geringe waarde worden opgeraapt. Rouker, die eenige dagen te Londen heeft vertoefd, bezocht eiken dag Chislehurst.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche en Nieuwedieper Courant | 1872 | | pagina 2