Benoeming-en, enz.
Engeland.
heeft plaats gehad dat de komeet bij een groote hoeveelheid
vloeibaar vuur, ook een aanmerkelijkheid vochtdeelen in
gasvormigen staat in haar kern moet ontwikkelen, en dat
dan welligt verklaard wordt de buitengewone hoeveelheid
regen, die gedurende den laatsten tijd over Europa en een groot
deel van Azië is gevallen. De heer B. verlangt dat er
meerder licht over de zaak verspreid worde, en zegt o. a.
„Hoedanig schrikbarend en verontrustend toch zouden de
gevolgen zijn, wanneer in waarheid een haar vreemde water
massa zich op de aarde had geworpen?.... Eeuwen zouden
moeten voorbijgaan voor en aleer ze tot haar normale positie
zijn wedergekeerd, gedurende welke periode een meer of
minder groot gedeelte van hare oppervlakte als onbewoonbaar
zou moeten worden verlaten."
Een zonderlinge zaak, die veel van een roman heeft,
deed zich dezer dagen te 's Bosch voor.
Een jongmensch, van ongeveer 30 jaren, wilde zich als
soldaat verbinden, doch hij kon zijn herkomst niet bewijzen,
wist niet waar hij geboren was, noch wie zijn ouders waren,
ook had hij geen vaste woonplaats hier te lande; hij kon
dus niet aangenomen worden. Hij beweerde echter, dat hij
hier geboren was, doch als kind van ruim één jaar aan
boord was gebragt van het schip, gevoerd door zekeren
schipper Berends, die de binnenrivieren bevoer en ook om
vrachten den Bijn opging. Yan zijn vroegste jeugd werd
hij steeds gestreng aan boord gehouden, en als het schip
ergens voor den wal lag, mogt hij niet boven komentoen
hij tot de mannelijke jaren kwam, en wist dat Berends, die
hem steeds streng behandelde, zijn vader niet was, vroeg
bij dezen herhaalde malen, wie zijn ouders warenhij kreeg
dan echter antwoord met een eindje touw. Eens sprong
hij zelfs in het water, om doorzwemmen het schip teontvlugten,
doch eer hij aan land kon komen werd hij met de boot
ingehaald; weer aan boord gekomen, kreeg hij een dragt
slagen en werd nog strenger bewaard. Toen hij .26 jaren
oud geworden was, lag Berends met zijn schip aan het
Nieuwediep en werd hij onder den naam van Antoon Janssen
aan boord van een zeilschip overgegeven, dat denzelfden
dag naar Oost-Indië zou vertrekkenmet dat schip maakte
hij twee reizen en werd toen ontslagen. Inmiddels was
Berends overleden.
De reden waarom hij juist te 's Hertogenbosch teregt
kwam. om naar zijn vader en moeder te zoeken, is, omdat
eenmaal wijlen Janssen, vroeger bezemmaker in die stad,
hem schreef dat zijn vrouw overleden was. Het zij echter
gezegd dat deze een oud man was, die uit zijn huwelijk
geen kinderen naliet en die na den dood zijner vrouw in
het oude mannenhuis werd opgenomen, waarin hij ook reeds
jaren geleden stierf. Alle mogelijke nasporingen zijn echter
gedaan, doch zonder vrucht wel is hij, afgaande op den
naam Janssen, die hem gegeven was en op zekere aanwij
zingen, bij iemand teregt gekomen, die hij dacht dat zijn
moeder was, en ook nog een anderen zoon had, die op hem
geleek, doch ook vruchteloos. Zonder papieren en zonder
geld, staat hem niets anders voor de deur dan als landlooper
aangehouden te worden; daartoe is echter zijn eergevoel
te groot; liever, zegt hij, zal ik mij vrijwillig den dood
geven. Jammer voor een zoo knappen, flinken, doch ongeluk -
kigen jongen(Pr. NBr. en 's B. Crt.)
Te Middelburg is tot lid van den gemeenteraad gekozen
de heer C. J. Damme, gepensioneerd kapt. ter zee.
Een Yankee heeft een matras uitgevonden, die het
onmogelijk maakt zich te verslapen. Die matras wordt
opgewonden als een pendule. Bij het naar bed gaan zet
men den wijzer op het uur waarop men wakker wil worden.
Op den bepaalden tijd loopt met een verschrikkelijk geraas
een wekker af; de matras wordt door den veer opgeligt,
legt den ontwakende zachtjes op den vloer neer en rolt
zich dan op, zoodat hem alle gelegenheid tot weder inslapen
belet wordt.
Nadere bijzonderheden omtrent den dubbelen moord
te 's Hage.
Een in dubbele mate sombere lijkstoet bewoog zich jl. Dingsdag
door de straten, zegt het Dagbl. van 's Gr.
De ongelukkige slagtoffere van den gruwelijken moord, welke
nog aller hoofd en hart vervult, werden grafwaarts gedragen. Op
den doodenakker Eik-en-Duinen, waar mevrouw de wed. van der
Kouwen een eigen grafkelder bezat, werd haar stoffelijk overschot
met dat der dienstbode, Helena Beelo, aan den schoot der aarde
toevertrouwd.
Zeer talrijk was de menigte, die zich, zoowel bij het sterfhuis
als langs den weg, welken de lijkstatie nam, schier verdrong om
getuigen te wezen van de uitvaart van twee vrouwen, die gevallen
waren door het moordtuig, door de hebzucht gewet.
De rouwstoet van mevrouw van der Kouwen door twee harer
neven en nog een inwoner der residentie werd haar de laatste eer
bewezen ging voorop en daarachter volgde onmiddelijk de lijk
stoet der dienstbare, door de treurende liefde haar beminde,
vader, broeders en andere bloedverwanten grafwaarts gevoerd.
Was er dus aan de plegtigheid, wat haar uitwendige vertooning
aangaat, niets bijzonders, toch gevoelde ieder, dat hier de stem des
doods een eigenaardige en zeldzame taal deed hooren en dat deze
ter aarde bestelling een karakter droeg, zóó ontzettend en aan
grijpend, als bij geen menschenheugenis eenige begrafenis in ons
midden nog had gehad.
Te meer was het daarom te betreuren, dat de politie het toeliet,
dat op zekere hoogte van de stad, terstond achter de lijkstatie een
drietal asch- en vuilniswagens volgdeneen onbetamelijkheid,
meermalen bij uitvaarten gezien, maar nu vooral in dubbele mate
ongepast. Wij hopen dat de politie daar voortaan op letten zal.
Aan de groeve scheen niemand geroepen het woord te nemen,
en toch, zoo ooit, dan zou daar een woord van ernst en vermaning
indruk hebbeu kunnen maken. Aller harten waren daartoe toch
meer dan anders geopend.
Doch ook zonder spreken met menschenstem, deed het feit zelf
een duidelijke sprake hooren van diepen zin. 't Getuigde toch van
een ontzettende misdaad, die om wraak roept, en van de broosheid
van 't menschelijk leven, dat ook door vreeselijke incidenten kan
worden afgebroken, 't Graf sloot zich over de lijken der ramp
zalige slagtoffere.. Moge» spoedig de moordenaar of moordenaars
worden ontdekt, die 't gruwzaam feit bedreven!
Tot op dit oogenblik is door de justitie nog geen zekerheid met
betrekking tot den dader of daders verkregen.
Dat zij ijverig werkzaam blijft, wij zullen het wel niet behoeven
te verzekeren.
Vermoedelijk zijn ontvreemd de volgende voorwerpeneen knip
en beursje van schakels, beiden van zilver; een juweelen broche van
zilver met 11 steentjes; een klein gouden ouderwelsch horlogie
met glas aan beide zijden; een rond verguld stuiversdoosje, van
binnen rood, een goudeu horlogiehaak met granatensteeneen
boeren-vrouwenketting van ducatengoud; een gouden lange dames
ketting met twee kwastjes en schuifje; een stel van twee oorknoppen
en broche, van zwart email met juweelen; een groote zilveren
juweelen broche met twee dito knoppen; een paar gouden belletjes
met juweelen; een gouden knip met dito beursje; acht gouden
juweelen ringen, waaronder twee met een kroon, een gouden ring
met amathisten steen, een dito met geëmailleerde speelkaartjes,
verschillende andere gouden ringen, eenige gouden naaiwerktuigen,
eenige paren zilveren lepels en vorken, groote keur, waarschijnlijk
gemerkt v. d. K., verschillende paren zilveren vorken en lepels,
kleine keur, een oude zilveren lepel, waarop gegraveerd een vrijheids
boom en de naam ten Oateeen groote broche van wit camee met
gouden rand, met het beeld van Mazeppa, een armband van haar
met gouden figuurtje, een gouden armband met juweelen slot, een
breede gouden armband met juweelen steentje, een gouden armband
met afhangende kwastjes, een zilveren trommeltje, een juweelen
schuifje met zilver aan een zwart halskoordje; een paar cornalijnen
oorhangers, een gouden dames-remontoir-horlogie, een zwart lederen
tasch, bevattende effecten, waaronder vermoedelijk Amerikaansohe
leening, Oostenrijksche zilveren Metalliek, Turksche en Nederlandsclie
Werkelijke Schuld, alsmede een portefeuille met bankpapier.
Waarschijnlijk zijn onder de gestolen Amerikaansohe effecten 3
zoogenaamde heele a 1000 en 7 halve a 500 dollars. Onder de
Oostenrijksche effecten moet er een het nummer 34235 dragen.
In den loop van jl. Woensdag werd, volgens het D., de woning
nogmaals door de justitie onderzocht, ten einde te beproeven welligt
nog de eene of andere aanwijzing te vinden, die op hét spoor
der misdadigers kan voeren.
Vele geruchten zijn in omloop aangaande het vinden van de
daders of verdachten. Zelfs verhaalt men van een opgevischt mans
persoon, bij wien men een dolk in den zak zou hebbeu ontdekt.
Al die sensatie-berigten zijn uit de lucht gegrepen. De justitie
gaat bedaard en met energie haar gang, doch mag zich nog in
geen stellige uitkomst van haar ijverig onderzoek verblijden, ook
al hoopt men enkele draden van het net der misdaad bespeurd te
hebben. Personeu zijn nog niet aangehouden of gearresteerd.
Aan jhr. mr. S. M. S. de Savornin Lohman is, op zijn verzoek,
eervol ontslag verleend als regter in de arrondissements-regtbank
te 's Gravenhage.
De off. van gez. 3de kl. W. Schoondermark, wordt den 1 Jan. a. s.
geplaatst bij het hospitaal der Marine te Willemsoord.
STATEl\-GENE!lMl.
Tweede Kamer.
Avondzitting van Maandag 16 December. Voortzetting der
beraadslaging over het consulair verdrag met Spanje. -Na breed
voerige verdediging door den minister van Justitie, wordt het wets
ontwerp tot goedkeuring der conventie aangenomen met 36 tegen
29 stemmen.
Zitting van Dingsdag 17 December In deze zitting is de discussie
over hoofdstuk Einanciën voortgezet. Onderscheidene sprekers hebben
voor den minister nog gesproken. Daarna hfeeft deze al de sprekers
beantwoord wat het finantieële betreft, daar hij de kwestie der
weglating van de nieuwe tractementen en de verhooging van stand
plaatsen wenschte uit te stellen tot bij de afdeeling Eerediensten
en de voorgestelde amendementen. De minister heeft zijne financiële
gedragslijn verdedigd, zoo ook de reden opgegeven waarom hij met
het oog op de middelen, medegewerkt heeft tot het hooge budget
van Oorlog. Tegenover den aandrang tot belasting-hervorming,
vroeg de minister of na verwerping van den incometax, iemand kon
verwachten dat hij dadelijk met nieuwe hervormingsplannen zou te
voorschijn komen. Hij wenscht tijd tot voorbereiding en zal geen
inkomsten-belasting voordragen, evenmin afschaffen, zonder equivalent.
Een ontwerp tot herziening der huurwaarde van gebouwde eigen
dommen komt na het winterreces. Replieken van verschillende
leden zijn daarop aangevangen.
Zitting van Woensdag 18 December. De behandeling der
begrooting voor 't Departement van Financiën is voortgezet, en in
zooverre ten einde geloopen, dat heden nog de uitgaven voor de
Eerediensten aan de orde zijn.
Buitenland.
België.
In de omstreken van Doornik zijn al de plaatsen, die
aan de Schelde liggen, overstroomd. Men verhaalde, dat
een gedeelte van den zeedijk tusscheu Heyst en Blankenberghe
op het punt stond door te breken. Aan den spoorweg
tusschen Chistel en Thouront wordt dag en nacht gewerkt,
om een doorbraak te voorkomen. De dienst op den spoorweg
tusschen Kortrijk en Audenaarde is gestaakt. Als de regen
aanhoudt, zal het land van Waas weldra geheel geruïneerd zijn.
De Stad Gent zegt, na een treurig tafereel te hebben
geschetst van de overstroomingen, dat het water in het jongste
etmaal aan 't dalen is. In het bassin te Gent stond het
7 centimeters lager.
Frankrijk.
Twee dames traden jl. Zaturdag te Parijs het magazijn
der Louvre binnen tegen drie ure des namiddags, dus op
het oogenblik dat zich daar de meeste koopers bevonden.
Zij gingen van de eene toonbank naar de andere, vroegen
naar vele artikelen, maar zonder iets te koopen. Bij de
afdeeling dassen voor dames vroegen zij naar foulards en de
bediende zag, hoe eene van de twee een pakje dassen in
den zak stak ter waarde van twintig francs. Hij waarschuwde
den inspecteur, die de dames volgde en, ten einde schandaal
te vermijden, haar fluisterend uitnoodigde om hem naar een
afzonderlijk vertrek te volgen, waar zij door een persoon
van hare sekse zouden worden onderzocht, omdat men haar
verdacht een pakje dassen te hebben gestolen. De dames
protesteerden met verontwaardiging, maar stemden er toch
n toe den inspecteur te volgen.
Vooraf een paar merkwaardige bijzonderheden omtrent
diefeggen die de winkels bestelen, voleuses a la carré. Zij
hebben zeer wijde schoeisels. Terwijl zij de voor haar uitge
stalde voorwerpen bezigtigen, laten zij een stuk vallen, dat
zij met de ontschoeide voet grijpen en tusschen hare beenen
geklemd houden. Door oefeningen hebben zij het zóóver
gebragt, dat zij toch kunnen loopentrappen klimmen even
wel niet.
In het Louvre waren zij nu genoodzaakt naar boven te
gaan en al aanstonds vielen achter haar pakjes dassen en
foulards. Eene winkeljufvrouw, die haar onderzocht, bevond
dat eene der dames een rok had, met zeer sterke stof gevoerd,
welke drie zakken vormde, zoogenaamde profondes, waaruit,
het is bijna ongelooflijk, drie stukken laken van ruim 50 el
te voorschijn kwamen, die eene waarde van 1700 francs
vertegenwoordigden.
Terwijl men deze er uithaalde, hield de diefegge zich
of zij in zwijm viel en stortte in de armen van de andere,
die zij haar zuster noemde, maar spoedig kwam zij tot zich
zelve en bood nu den dubbelen prijs van hetgeen zij had
gestolen.
Ondanks de tranen der dames, bragt men haar voor den
commissaris van politie van het Paleis-Royal. Zij weigerde
te antwoorden, maar bij eene van haar vond men een adres
van een huis in de Rue Lafayette. De politie begaf zich
daarheen met een smid, en men vond nu een rijk gemeubeld
appartement, waarin onder anderen drie koffers stonden;
die voor eene waarde van 40,000 francs bevatten, voor het
meerendeel van voorwerpen uit de magazijnen van het Louvre
ontvreemd.
Uit het ingestelde onderzoek bleek, dat de twee vrouwen
zusters zijn en van Madrid afkomstig. De eene woont sedert
drie jaren te Parijs, waar zij gehuwd is; haar kind wordt
in een der voornaamste pensions van de hoofdstad opgevoed.
Haar man noemt zich makelaar in mode-artikelen, maar
hij oefent geen bedrijf uit. Waarschijnlijk heeft hij de arres
tatie geweten, want hij had het vertrek verlaten, al het
geld medenemende en daarna had hij zijn zoontje gehaald.
De andere dame was eerst sedert drie dagen te Parijs.
Men heeft grond te vermoeden, dat zij op geregelde tijden
de drie koffers kwam halen, wanneer hare zuster haar
schreef, dat deze gevuld waren. De artikelen verkocht zij
in Madrid, waar zij een modewinkel heeft. Beide zijn ter
beschikking van de justitie gesteld. (Arnh. Crt.)
De Parijsche politie heeft een onherstelbaar verlies
geleden, zegt de Liberté, in den persoon van den ouden
père Macaille, een der geheime agenten waarvan Clauds
zoo dikwijls gebruik maakte, en die dezer dagen overleden
is, in den ouderdom van 71 jaar, op een landgoed dat hij
te Saint-Germain-en-Laye bezat. Père Macaille behoorde
al sedert 1813 tot de geheime politie. Hij is bij alle com
plotten, bij alle geheime genootschappen, bij alle dieven
benden geweest, waarop men de hand heeft kunnen leggen,
dank zijne geoefendheid om zich op de gemakkelijkste wijze
geheel onkenbaar te maken. Nu eens als man van de
wereld, dan weer als een behoeftige, op een anderen tijd
als Engelschman van aanzienlijke afkomst of als palfrenier
van een deftig burger, heeft men aan hem, onder andere
merkwaardige arrestatiën, ook die van den beruchten Trop-
mann te danken, dien hij reeds sedert eenige dagen te
Havre zocht, toen iedereen hem te Parijs waande.
De Seine is nog steeds wassende; op verschillende
punten hebben reeds overstroomingen plaats gehad.
In 't bosch van Romainville bevindt zich een merk
waardige boom, een eik, die onder den naam van „den eik
der zelfmoordenaars" algemeen bekend is. De zelfmoordenaars
schijnen een bijzondere voorliefde voor een zijner kolossale
takken te hebben. Sedert 1 April dezes jaars toch hebben
niet minder dan 17 personen zich aan dien boom opgehangen.
Het merkwaardigste van de gansche zaak is echter, dat,
terwijl alle takken van den boom reeds ontbladerd zijn, de
eene, waaraan zich allen hebben opgehangen, nog frischen
groen is. Een der bosch-opzigters, een oud soldaat, is
er ten stelligste van overtuigd, dat het leven der gehangenen
in dien tak is overgegaan, die hij dan ook niet zonder
teekenen van grooten angst durft naderen.
Hoe duur het bezit zijner koloniën op de Westkust
van Afrika aan Engeland te staan komt, maakt het onder
werp uit van een der hoofdartikelen van de Londensche
Times van 14 dezer. Het blad heeft namelijk van de
bevoegde zijde vernomen, dat van de 98 Europeanen in
de Britsche kolonie Siërra Leone in 1872 meer dan 20
gestorven zijnmet andere woordendat de sterfte onder
de Europesche bevolking in die kolonie gedurende het
loopende jaar meer bedragen heeft dan 200 per 1000. Ten
einde den omvang van dit feit meer te doen in het oog
vallen, vestigt de Times er de aandacht op, dat in de
voorlaatste week de sterfte te Londen 19 per 1000 en in
de 20 voornaamste steden van het Yereenigde Koningrijk,
Londen mede gerekend, 23 per 1000 bedragen heeft; in
sommige steden, waar epidemiën heerschten, waren op 1000
inwoners 26 en 27, in ééne plaats zelfs 30 sterfgevallen
voorgekomen; te Weenen, waar kinderpokken heerschten,
was de sterfte 32 en te Rome was zij 35 per 1000 geweest.
Door cholera-epideiniën worden deze cijfers zelden meer
dan verdubbeld en de veldslagen zijn niet vele, waarin,
zooals gedurende dit jaar in Siërra Leone het geval is
geweest, van elke 5 man er één sneuveltdaar de ver
houding van het aantal gekwetsten tot het aantal gesneuvelden
gewoonlijk is als van 4 tot 1, zou in zulk een veldslag
niet een enkel soldaat ongedeerd blijven; en wie weet of
er onder de Europeanen in Siërra Leone wel een enkele
is, wiens gezondheid in dit jaar volstrekt niet geleden heeft?
De Times meent dat het bij zulk een stand van zaken
dringend noodzakelijk is de proef te nemen, of het werk,
dat thans op Afrika's westkust door Engelschen met levens
gevaar, of liever ten koste van hun leven, verrigt wordt,
niet zou kunnen verrigt worden door onderwezen en ont
wikkelde inboorlingen. Het blad verneemt met ingenomen-