Benoeming-en, enz.
STATEN-GEXEIiAAL.
Buitenland.
binnen die gemeente verrijzen zal, van den onvergetelijken
Pieter Adriaanz. van der Werff. Althans reeds nu circuleert
bij de ingezetenen eene inteekenlijst voor bijdragen van dat doel.
De 's Gravenhaagsche vereeniging tot bescherming
van dieren heeft, door middel eener circulaire de Nederl.
dagbladpers uitgenoodigd, hare pogingen om wetsbepalingen
tegen het mishandelen van dieren te verkrijgen, te willen
ondersteunen, door bij gepaste gelegenheden op het ontwerpen
daarvan bij de regering aan te dringen.
Jl. Donderdag nacht is te 's Hage, na een korte
ongesteldheid, overleden mr. H. F. baron van Zuylen van
Nyevelt, lid van Gedep. Staten van Zuidholland. De over
ledene was den 9 Maart 1821 te Haarlem geboren.
Het Dagblad van Zh. en 's Gr. maakt de opmerking,
dat de Kanaal-Maatschappij door de fortuin begunstigd
wordt. De groote meerderheid van de Kamer is blijkbaar
huiverig stoornis in het werk te brengen en stemt daarom
in twijfel voor de voorstellen der regering. Zij acht daarbij
zelfs de unanieme verklaring van den raad van Amsterdam
(in zijn jongste adres) voor niets. Was de zaak wezenlijk
twijfelachtig, dan zou dit niet zoo onverstandig zijn. Maar
de twijfel komt alleen hieruit voort, naar het Dagblad
meent, dat de meeste leden de lastige en ingewikkelde
geschiedenis van het Noordzeekanaal niet hebben nagegaan.
De zaak komt hun blijkbaar hierom mysterieus voor, omdat
zij de talrijke stukken niet hebben gelezen, grootendeels
door de schuld der regering, die reeds ten derden male
de Kamer voor een fait accompli wilde plaatsen. De nu
toegestane 1 millioen is de zesde millioen van het rijk, dat
aan de Maatschappij wordt toegekend, boven en behalve
het geguarandeerde maatschappelijk kapitaal van 15 millioen
en de 6000 hectaren IJ-gronden. En nóg ontbreken de
noodige waarborgen, dat het scheepvaartkanaal werkelijk
voor de scheepvaart bruikbaar zal zijn en dat de water-
loozing van Amstelland, Rijnland en Schermerboezem ver
zekerd is.
Jl. Dingsdag ochtend derailleerde de 2de trein van
Arnhem naar Zutphen op eenige passen afstand van het
station te Brummen. Ofschoon de stoom reeds was afgesloten
en de trein niet zeer snel meer liep, werkte de locomotief
toch nog eenige passen door het grind, en zij viel toen
geheel op zijde. De eerste twee wagens leden iets, de overige
niets, en de passagiers zijn er met den schrik afgekomen.
Zij konden, nadat eenelocomotiefuitZutphen was aangekomen,
hunne reis voortzetten. Men is er nog niet in geslaagd, de
locomotief uit het zand op te beuren en er is een andere
locomotief uit Zutphen overgekomen om adsistentie te verlee-
nen. De oorzaak van het ongeluk is nog niet bekend.
Een heer te Kamperland, jl. Maandag ter jagt zijnde,
had het ongeluk dat bij het overspringen van een sloot
zijn geweer afging. Het schot trof den hem vergezellenden
drager, die daardoor werd gedood. De ongelukkige laat
eene weduwe in hoogst zwangeren toestand en vijf nog
jeugdige kinderen na.
Voor eenige dagen is niet ver van Gorredijk een
allertreurigst ongeluk gebeurd. Een schipper, die geregeld
met turf op Sneek vaart, was met zijn vaartuig voor den
wind doch tegen stroom in zeilende, toen zijn zoon over
boord sloeg.
Onmiddelijk sprong de vader hem na om een poging tot
redding te wagen. De vrouw, die zich in het vooronder
(kajuit) bovond, hoorde iets in het water vallen en riep
naar boven wat daar gevallen was. Toen er geen antwoord
volgde, kwam zij alras tot de vreeselijke ervaring, dat vader
en zoon verdwenen waren. Eenigen tijd later werden ook
beiden levenloos uit het water opgehaald. (Het Vad.)
Men schrijft aan de Ass. Crt. uit Amsterdam, dd. 22
Dec. het volgende
„Onder de vele tragische gebeurtenissen, die hier dagelijks
voorkomen, zijn er toch ook somtijds enkele comische, die
het publiek vermaken. Een daarvan wensch ik thans hier
mede te deelen.
Een meisje-dienstbode, naar ik vernam, in een voornaam
gezin aan den N.-Z. Voorburgwal alhier, had verkeering
aangeknoopt met een knappen kleermakersgezel. Onze gezel
echter scheen ietwat de leer der Mormonen aan te kleven,
althans hij hield er buiten het bedoelde dienstmeisje ook nog
een ander meisje op na. Reeds was zulks aan het be
wuste dienstmeisje verhaald, doch, niet geloovende aan de
ontrouw haars minnaars, sloeg zij er niet eerder geloof
aan, voordat zij op een avond met eigen oogen overtuigd
werd. Dat zij woedend was, zullen zeker vooral de leze
ressen wel willen gelooven. Zij behield echter hare bedaard
heid, deed alsof zij niets zag en bedacht, te huis komende,
met hare kamerade in dezelfde dienst een plan tot wraak
neming. Toen haar vrijer, een paar avonden later, volgens
afspraak (mijnheer en mevrouw waren op eene partij) haar
bezocht, liet zij hem niets blijken en in de keuken gaan.
Eenigen tijd hadden zij daar zitten kouten, toen onverwachts
hevig aan de schel werd getrokken. O, Hemel 1 riep het
meisje, dat is mijnheer; waar u te bergen?.,... Naar den
zolder, spoedig! Zoo gezegd zoo gedaan. Onze vreijer
scharrelde in duister naar boven, verschool zich daar zoo
goed mogelijk en hield zich muisstil. Meer dan een uur
verliep voordat hij in zijn onaangenaam logies iets anders
vernam dan het digtslaan van deuren en het loopen op de
trappen. Eindelijk kwamen de beide dienstboden heel stil
naar boven en vertelden hem, dat mevrouw ongesteld was
geworden, te bed was gebragt, de doctor er was en mijn
heer bij haar bleef waken. Hem onder deze omstandigheden
de deur uit te laten was te gevaarlijk, waarom zij bedacht
hadden, hem in een grooten waschmand met de windas naar
beneden te laten. Hij behoefde geen zorg te hebben, zij
gingen dagelijks daarmede om en de mand was wel bestand
tegen duizend pond gewigt en hij had maar kleermakers
gewigt. Hoe onaangenaam zulk eene nederdaling van vier
verdiepingen hem ook was, overwon de angst ontdekt te
worden evenwel de vrees. Hij hurkte in den mand, hield
zich krampachtig aan de randen vast en de nederdaling
begon. Toen de mand zoowat halverwege was, hield de
daling plotseling op en de stem van zijn liefste riep hem
toe: „Nu hebt ge een mooi uitzigt; zie nu maar goed uit
of ge uw lief naaistertje ook niet gearmd voorbij ziet gaan."
De windas werd vastgemaakt en de ontrouwe minnaar
zweefde tusschen hemel en aarde. Zoo hing hij meer dan
een uur in een doordringenden motregen, 25 voet boven
de straat, vol angst en vrees. Eindelijk, daar kwam weer
beweging in het touw, de mand daalde weer en met een
niet onzachte vaart rolden mand en snijder over de straat-
steenen.
Of hij zijn naaistertje zijn avontuur heeft verteld en of
hij nog de verkeering met het bewuste dienstmeisje heeft
aangehouden is mij onbekend, doch niet denkbaar."
Uit alle streken leest men berigten omtrent het zachte
weder. Men zal zich moeijelijk een Kersfeest herinneren
met zulk een milde temperatuur. In Duitschland en Frank
rijk waren bloemen in overvloed.
Berigten uit Japan melden, dat burggraaf Daru, secre
taris van de Fransche legatie te Atami door een ongelukkig
toeval is verdronken.
Te Waldek Plant, in de Zuid-Afrikaansche diamant
streek, is den 7 Nov. 11. door zekeren heer Spalding een
diamant gevonden, wegende 288 karaten. Zijne kleur is
lichtgeel en zijne voren ongeschonden, maar hij is aan de
oppervlakte eenigzins gevlekt. Van de bekende zware
steenen wegen de groote Russische diamant slechts 193
en de Pitt-diamant slechts 136 karaten. De ICoh-i-noer
woog oorspronkelijk 800 karaten, maar, na door een Vene-
tiaansch juwelier geslepen te zijn, woog hij op de groote
tentoonstelling te Londen in 1851 slechts 279 karaten, en
na hersiepen te zijn, weegt hij thans 102j karaat.
Te Solothurn in Zwitserland is eene wet aangenomen,
welke aan1 de gemeenten de vrije keus van hare geestelijken
toekent; een regt hetwelk zij reeds in de vorige eeuw
bezaten, maar hetwelk allengs in onbruik was geraakt.
De Koning der Sandwichs-eilanden is overleden. Zijn
opvolger is nog niet aangewezen.
Tot gemeente-arcliitect te Zaandam is benoemd de beer J. v. d.
Koogh, aldaar.
Eerste Kamer.
Zitting van Vrijdag 27 December. De Kamer lieeft al de aan
de orde gestelde ontwerpen aangenomen. Tegen heden (Zaturdag)
middag ten 1 ure zijn aan de orde gesteld de wet op de Middelen
en Hoofdstuk I der Staatsbegrooting voor 1873, zullende daarna
beslissing worden genomen omtrent het tijdstip van behandeling
der overige wetsontwerpen.
Frankrijk.
De aartsbisschop van Parijs noodigt alle geloovigen van
„Frankrijk en Navarra" uit, op 3 Jan., feestdag van de
heilige Genoveva, schutspatrones van Parijs en Frankrijk,
in bedevaart naar de Parijsche kerk St.-Etienne du Mont,
te trekken, om den Hemel te smeeken dat hij eindelijk de
noodkreet der Franschen aanhoore, den Paus uit zijne
gevangenschap verlost en Frankrijk van zijne rampen be
vrijd moge worden. De gebeden, met dit doel in genoemde
kerk uit te spreken, zullen negen dagen duren, en de aarts
bisschop zelf zal de plegligheid openen en sluiten.
Te Parijs is jl. Dingsdag avond aan circa 2000
kinderen der Elzasser en Lotharinger uitgewekenen een
feest bereid. Men heeft namelijk in een groote zaal een
kersboom opgerigt, een uit den Elzas overgebragte
dennenboom, schitterend verlicht door eene trofee van
nationale vlaggen en wapenborden en omhangen met talrijke
geschenken. Ieder kind ontving een drietal Toten: een voor
versnaperingen, een voor speelgoed en een voor kleeding-
stukken. Gedurende het feest liet de muziek der republi-
keinsche garde van Parijs zich hooren. Het slot van het
feest bestond in het, volgens nationaal gebruik, omverhalen
en onder de feestgenooten verdeelen der fragmenten van
den boom.
Midden Dec. was Cherehel in Algerië het tooneel
van verschrikkelijke gebeurtenissen. 10| ure 's avonds werd
eensklaps alarm geslagen. In de kazerne der gendarmerie
was brand uitgebarsten. Die was ontstoken door een gen
darme, welke twee dagen te voren van korporaal tot gemeen
soldaat was gedegradeerd. De bevelhebber Conti kom-
mandant van een bataillon van het 4de regiment zouaven
en opperbevelhebber van het district Cherehel was
dadelijk op de plaats en beval den dader te arresteren.
Deze echter stootte hem de bajonet in het lijf. Andere
officieren schoten toe, maar de gendarme, thans een razend
dier gelijk, verwondde nog een kapitein, een luitenant en
drie zouaven. Eindelijk stiet hij nog zijne vrouw neder, eer
het gelukte hem magtig te worden. Conti, een verwant
van den vóór een jaar overleden kabinetschef van Napo
leon III, stierf onder verschrikkelijk lijden; de overige
gewonden hoopt men te behouden.
Engeland.
In de vorige week zijn te Londen weder, zoo als
gewoonlijk per week, p. m. 50 winkeliers beboet wegens
het bezigen van valsche maten en gewigten.
De Times deelt mede eene door Khalil-pacha aan
de vertegenwoordigers van Turkije in het buitenland gerigtte
circulaire, waarin wordt aangetoond de noodzakelijkheid
om het evenwigt tusschen de ontvangsten en de uitgaven
van den Staat te herstellen, alsmede de verpligting om al
de schuldeischers van den Staat, zonder onderscheid, een
gedeelte te doen dragen van de lasten, bestemd om dat doel
te bereiken. De minister geeft kennis dat de Porte te dien
einde de volgende maatregelen aan de goedkeuring des sultans
onderworpen heeft: 1. unificatie van al de geconsolideerde
schulden in eene vijf percents schuld; 2. afschaffing der 1
amortisatie. Pas is de Times met dit stuk voor den dag i
gekomen, of het wordt in eene officiële nota voor ten eenen-
male valsch verklaard-
Ter gelegenheid van de Merry Christmas deelde de i
Daily Telegraph zijn lezers mede, hoe de temperatuur was j
op hetzelfde oogenblik, op verschillende plaatsen onder
verschillende hemelstreken. Het blad had zich dit doen
telegrapheren. Zoo was het te Parijs mooi weer; Berlijn,
Munchen, Stuttgart, prachtig; Rome, regenachtig; Brussel,
's Gravenhage, Amsterdam en Rotterdam, mooi; St. Peters
burg, sneeuwstorm; Stockholm, Christiania, mist; Genève,
regen en mist; Bern, prachtig weer; Lissabon, prachtig
weer; Gibraltar, regen; Marseille, Lyon en Malta prachtig
weer; Algiers, groote hitte en de sirocco; Constantinopel,
regen; Alexandrië, koü en storm; Caïro, mooi weer en
kou; Suez, sterke Z. W. wind; Aden, buitengewone hitte;
Bombay, mooi weer; Calcutta, goed weer; Agra, mist;
Singapore, regenPenang en Saïgon, mooi weerBatavia,
verschroeiende, ongezonde hitte; Hongkong en Shanghai,
frisch weer; Nagasaki, helder en warm; Sydney en Adelaïde,
koud en onaangenaamNew-Foundland, veranderlijk, storm
achtig; San Francisco, mooi weer; New-York, hevige
sneeuwstorm, waardoor het verkeer gestremd was.
In 1822, ter gelegenheid van het Kersfeest, teekende de
thermometer 22 graden koude. In 1838 zag men in de
tuinen viooltjes in vollen bloei staan. Kersmis van 1872
schijnt zijn voorganger van 1838 te willen navolgen, want
in verschillende tuinen ziet men ook nu viooltjes en rozen
in knop en in bloei staan.
Te Parijs was het weêr jl. Woensdag zoo zacht, dat het
aan April herinnerde. Een massa wandelaars waren op de
been, terwijl de plaatsen van uitspanning in den omtrek
der hoofdstad met bezoekers waren gevuld, als ware het lente.
De Globe zegt het volgende van de Times:
„Het toongevende dagblad zwemt natuurlijk met den
stroom mede, en het zou ophouden het dagblad te zijn dat
den toon geeft, indien het die voorzigtige gedragslijn niet
aannam. Het heeft geen beginselen, geen geweten, geen
ernstige bedoelingen, geen zienswijze, behalve die welke het
uit de gril van het oogenblik ontleent, of van de blatende
kreten eens dubbeltjes-volksmenners, en waarom niet?
(zegt de Globe). Een dagblad, dat zich opwerpt als het
afschijnsel der tijden, moet met den tijd medegaan. Wij
laken de Times niet omdat zij niets meer is dan de zwakke
weerklank der gedachte die bovendrijft; die gedachte moge
goed, slecht, schrander of buitengewoon dom zijn. Dat is
hare roeping, en het lijdt geen twijfel dat het duikelen
over de oppervlakte der volksmeening een bijzonder voor-
deelig bedrijf is, of anders zou het niet met zulk eene be
hendigheid en algemeenen bijval voortgezet worden." De
schets is juist, behalve dat de Times meer innerlijke waarde
bezit dan de Globe haar toekent, door de verstandhouding
met en de bescherming van personen, die aan het roer der
:zaken staan, zoodat het blad zeer belangrijk zijn kan, in
dien het dit verkiest, en meestal is uit den toon harer
artikelen op te maken in hoeverre dit het geval is. Het
leiden of vóórgaan, dat aan de Times wordt toegeschre-
|ven, is veelal denkbeeldig. Het werkelijke van de zaak is,
jdat de Times zelve geleid wordt in hare artikelen door
hare voorkennis van omstandigheden, die naar alle gedachten
de bovenhand moeten verkrijgen, en zich daarnaar plooit,
want beginselen heeft het blad zeker niet, behalve dat het
steeds een liberale rigting bewaart, zoolang doenlijk. Zich
gelijk blijven is ten eenenmale buiten kwestie, hetgeen
trouwens ook niet mogelijk ware, want dikwijls nemen de
omstandigheden eene onverwachte rigting. Onder een
conservatief ministerie verandert natuurlijk de invloed van
de Times.
Men zal te Woolwich een stuk geschut van 70 tons
maken, dat een projectiel van 1400 Engelsche ponden zal
werpen.
Duitschland en Oostenrijk.
Aan de Kölnische-Zeitung wordt uit Berlijn geschreven
„De in den jongsteri tijd bij de wijd verspreide pokken-
epidemiën opgedane ondervinding heeft, naar de overtuiging
van ons geneeskundig staatstoezigt, zeer bepaald de noodza
kelijkheid aangetoond, dat tot onderdrukking der pokziekte
revaccinatie der geheele bevolking moet plaats hebben. Waar
men bij het uitbreken epidemie wist te bewerken dat de
gansche bevolking eener plaats zich aan de revaccinatie
onderwierp, is altijd zeer spoedig een einde aan de ziekte
gemaaktin andere gevallen verspreidde deze zich langzaam
en tastte allengs alle voor de smetstof vatbare personen aan.
Ook in plaatsen, waar de revaccinatie niet zoo algemeen
plaats had, is toch hare heilzame werking, volgens naauw-
keurige onderzoekingen, hierdoor duidelijker bewezen, dat
de door de pokziekte veroorzaakte sterfte geringer was
naarmate de revaccinatie in grooteren omvang had plaats
fehad. De minister van Eeredienst, Onderwijs en Genees-
undige aangelegenheden heeft dientengevolge de provinciale
besturen aangeschreven, eene aan de geheele bevolking des
lands allengs ten deel vallende revaccinatie op die wijze voor
te bereiden, dat elk jaar de (schoolpligtige) schoolkinderen
tusschen den 10 en 12jarigen leeftijd daaraan onderworpen
worden, waarbij die besturen er voor moeten zorgen dat
de revaccinatie voor de kinderen zoo gemakkelijk mogelijk
gemaakt en de ouders, met bekendmaking der voormelde
bijzonderheden, uitgenoodigd worden ernstig toe te zien, dat
hunne kinderen zich niet aan de revaccinatie onttrekken.
De minister doet voorts opmerken, dat de zaakkennis der
geneeskundigen en hunne tengevolge van het gedurende
de laatste jaren ingestelde naauwkeurige onderzoek verhoogde
zorgvuldigheid alle vrees voor de mogelijkheid van nadeelige
gevolgen der revaccinatie wegnemen. Kinderen, bij welke
de revaccinatie niet geslaagd is, moeten in het volgende
jaar op nieuw daaraan onderworpen worden."
De bekende Hans Wachenhusen, die in 18701871
correspondent was van de Köln. Zeitung en berigten leverde
van het krijgstooneel, heeft in genoemd blad een reeks van
schetsen geleverd van het leven in de Duitsche hoofdstad.