1873. N°. 27. Zondag 2 Maart. 31 Jaarganj YEESCHOU WIN G. Uitgever A. A. BAKKER Cz. Bureau: MOLENPLEIN, N°. 163. Binnenland. HELDERSCHE m NIEUWEDIEPER COURANT ,,W ij huldigen het goede." Verschijnt Dingsdag-, Donderdag- en Zaturdag namiddag. Abonnementsprijs per wartaal1.30. frauco per post - 1.65. Prijs der Advertentiën Van 14 regels 60 cent. elke regel meer 15 cent.. Groote letters of vignetten worden naar plaatsruimteberekend VERTREKDAGEN' DER BRIEVENMAILS: Naar Oost-lndië: via Triest 4 Maart 'savonds 6 u. 25 m. u MarseillelS Maart 's avonds 6 u. 25 m. Brindisi 6 Maart's avonds 6u. 25 m. p per Prins van Oranje 4 Maart 's av. 11 u. Curatjao en Suriname, 16 Maart 's morg. 6 u. 25 m. Kaap de Goede Hoop. via Southampton3 Maart, 's morg. 6 u. 25 m. De BURGEMEESTER der gemeente HELDER brengt ter kennis van de belanghebbenden, dat door de bevoegde keurmeesters een SCHOUWING zal plaats hebben van Rundvee, Paarden en Schapen, en wel: Op MAANDAG den 10 MAART e. k., in het Koegras, langs den Zanddijk en de Vliet. Op DINGSDAG den 11 MAART e. k„ in het Koegras langs het Noordhollandsch Kanaal. Op VRIJDAG den 14 MAART e. k., te Huisduinen, des voormiddags van 9 tot 10 ure, en in het gedeelte van den Helderschen Polder aan den Westzijde van den Spoorweg, des voormiddags van 10 tot 12 ure, en in het gedeelte ven deo Helderschen Polder, aan de Oostzijde van den Spoorweg en in het Brakkeveld, des namiddags van 1 tot 2 ure. De Veehouders worden bij deze herinnerd aan de bepalingen van art. 459, 460 en 461 van het Wetboek van Strafregt, en aange maand hun vee behoorlijk gehokt te hebben gedurende den tijd voor het onderzoek bepaald. Helder, De Burgemeester voornoemd, den 1 Maart 1873. STAKMAN BOSSE. HELDER en NIEUWEDIEP, 1 Maart. Madrid en alle steden, zoo schetst de correspondent van de Times den toestand, zijn rustig, maar een ieder maakt zich juist over deze kalmte ongerust. Uitwendig is alles vreedzaam en ordelijk, maar welligt is het slechts een zonnestraal vóór den orkaan. Van verschillende kanten wordt beweerd dat de wolken zamenpakken en ieder erkent, dat de atmospheer van Spanje zwaar met electriciteit beladen is. Vele familiën uit de voornaamste steden met name uit Madrid, Barcelona, Sarragossa en anderen zeer beducht voor een burgeroorlog, hebben hare goederen in veiligheid gebragt en zich naar het buitenland of naar de grenzen begeven. West-Friesche Correspondentie. XIV. (Vervolg der meeting te Hoorn.) Na voorlezing dezer statistische, beschouwingen, die met veel belangstelling werden aangehoord, werd het woord gevoerd door den heer Faber, advocaat, vroeger te dezer stede, thans te Amster dam, De heer Faber wenschte een woord van verzoening te spreken tnsschen de verschillende comité's, die, ofschoon hetzelfde doel beoogende, helaas vijandig tegen elkander over staan. Hij hoopte, dit alle eerzucht of ingenomenheid met eigen plannen op zouden gaan in het gemeenschappelijk doel, bevordering van den bloei dezer streek door een spoorweg-verbinding. Het plan van dit comité, om nl. staatshulp in te roepen, keurde hij goed en hij noemt bet zelfs het goed recht van West-Friesland. Wél was het niet waarschijnlijk, dat de regeering een geheel spoorweg-stelsel van af Leeuwarden tot Amsterdam zou in het leven roepen, maar kwam er vooreerst maar iets, dan was er al veel gewonnen. Men plant geen boom met takken, bloesem en blaren, maar alleen den stam en ziet dan later de takken uitbotten en vruchten dragen. Dr. Aghina, alsnu het woord verkregen hebbende, wenscht even rnrig als dit comité, dal de staat zieh belasten zal met den aanleg van een spoorweg door West-Friesland. Hij kan evenwel zijn twijfel niet geheel onderdrukken, of de regeering wel genegen zal rijn daartoe over te gaan. Er bestaat in Noordholland een staats spoor, dat geen drie uur gaans van deze plaats verwijderd ligt. Zal ief staat een nieuw spoor leggen, zóó nabij het bestaande, en dat k. ieder geval moet beschouwd worden als eoncurreerende met dit laatste? Hij gelooft het niet. Veeleer vreest hij, dat men zich bepale met Hoorn langs den kortsten weg met het staatsspoor te 'erbinden, d. i. met Alkmaar of met Hugowaard. Dit nu kan nooit onze wensch zijn. West-Friesland heeft behoefte aan, en tocht op, een directe verbinding met Amsterdam-, eene aansluiting bij het Noordhollandsch staatsspoor, zonder deze, acht hij eer schadelijk dan voordeelig voor den bloei onzer weekmarkten. Hij betreurt het wel eenigzints, dat het adres reeds gedrukt en gezegeld har-ligt, zoodat deze discussiën er geen veranderingen in kuunen hengen, anders had hij voorgesteld hierop nadrukkelijk te wijzen. H|j hoopt dat de commissie, belast met de aanbieding van het "Hes aan Z. M., dit nimmer uit het oog verlieze. De heer Bruin, kantonregter te Enkhuizen, antwoordt den heer Aghina namens het comité, dat dit laatste geheel met dien heer "n 't zelfde gevoelen is, dat in het adres het verlangen naar eene "chtstreeksche verbinding met Amsterdam ook doorschemert, ofschoon bij inziet, dat het wel duidelijker kon zijn uitgedrukt. Hij mag de verzekering geven, dat de commissie, die zieh bereid verklaard Als een troost voor bezitters van Spaansche fondsen maken wij bij dezen melding van eene interpellatie in de Nationale Vergadering van den markies de Sardoval, waarbij aan de regering de vraag werd gesteld of zij voornemens was de verpligtingen te vervullen, welke vroegere regeringen tegenover de schuldeischers van den Staat op zieh hadden genomen, eene vraag, waartoe aanleiding bestond in de verklaringen van den tegenwoordigen minister van Binnen- landsche Zaken Pi-y-Margall, die bij de beraadslaging over de jongste finantieële wetten namens de republikeinsche partij gezegd had dat zij, eenmaal aan het bestuur komende, de door vroegere regeringen gesloten overeenkomsten niet zou erkennen. De minister van Finantiën, Echagaray, heeft op die interpellatie het volgende antwoord gegeven„Ik zal de gestelde vraag met duidelijkheid beantwoorden. Het Spanje van heden is het Spanje van gisteren. De eer der Spaansche natie blijft ongeschonden, en zij zal hare verplig tingen met waardigheid nakomen. Niemand heeft een grooter belang bij de handhaving van het crediet des. lands dan de republiek. De republiek is de laatste reddingsplank van de liberale partij, en daarop zal zij zich weten te redden. Ik kan aan den markies de Sardoval de verzekering geven, dat de regering der republiek alle bestaande finantiële schikkingen zal handhaven, omdat het regt de hoogste wet is der Spaansche republiek. De gansche wereld, zoowel Spanjaarden als vreemdelingen, mogen dit wel verstaan." Een officieel berigt uit Athene meldt, dat de eeuwige Laurium-kwestie eindelijk geschikt is. Wel vreemd mag het genoemd worden, dat de troonrede dezer dagen uitge sproken en welke den toestand niet dan rooskleurig voor stelde, van die zaak geen melding maakte. De 76ste verjaardag van Z. K. H. Prins Frederik der Nederlanden, oom des Konings, werd gisteren alhier op de gebruikelijke wijze gevierd. In de Nuts vergadering, gisteren avond in Tivoli ge houden, trad de heer D. Dekker als spreker op, met de voordragt van een zijner Texelsche novellen, getiteld„Mien skim." Bijdragen werden geleverd door de heeren Roemer C. D. Zur Mühlen. Eerstgenoemde droeg voor„De kruk" van J. van Beers; laatstgenoemde „De kerkgang," van H. Tollens Cz. Zr. Ms. schepen Wassenaer en Java worden met den 15 dezer buiten dienst gesteld. De mailboot Conrad is van Port Saïd het kanaal ingegaan den 24 dezer ten 3 ure namiddags, te Suez aan heeft de regeering in deze in te lichten, wel degelijk op dit ver langen wijzen zal. De heer F. Groot, burgemeester van Midwond en lid van het comité Bloem c. s., acht de maatregel van dit petitionnement ontijdig en gevaarlijk voor ons aller doel, het verkrijgen van een spoorweg. Het comité Bloem is in volle werkzaamheid, de benoodigde sommen zijn bijna geheel ingeschreven, eene soliede Engelsche maatschappij is gevonden die de zaak wil exploiteeren, met Mei a. s. vervalt de termijn der concessie Wouda en tegen dien tijd kan het comité Bloem met zijne plannen gereed zijn. Waarom althans dien tijd niet afgewacht. Wat heeft men nH te vreezen Dat de inschrijvers en wel niet het allerlaatst de gemeenten, die bijdragen hebben toe gewezen aan het comité Bloem, thans leunen zullen op het ver leidelijk woord staatshulp. Als dan nu de staat niet dadelijk toetreedt tot de plannen van dit nieuwe comité, heeft men te vreezen, dat het niets anders gedaan heeft dan den bloeienden staat van het vorige te bederven. De HH. van Vladeraeken en Renssen bestrijden het begrip van ontijdigheid. Het is tijd en meer dan tijd, zegt de heer v. Vlade raeken, dat de staat tusschen beide kome om ons uit onzen toestand van isolement te verheffen. Hoorn, het middenpunt eener landstreek, die misschien de vruchtbaarste is van Nederland, door hare ligging aan zee allergunstigst gelegen voor den handel, is aan de landzijde geheel van den grooten weg afgezonderd en slechts door de ellen digste middelen van vervoer kan men het bereiken. Bovendien kan dit comité de vroegeren nooit benadeelen; wil de regeering het geheele spoor niet bekostigen, welnu, misschien vindt zij er aan leiding door om een der andere comité's te steunen. De heer Faber maakt uit den bijval, die de woorden van de heeren Aghina en Bruin gevonden hebben, op, dat het de algemeene wensch is, een directe spoorwegverbinding met Amsterdam te bekomen en geen enkele aansluiting bij het staatsspoor te Alkmaar of te Hugowaard. Wordt deze wensch vervult, dan komt zulks ook zeer ten bate der grondeigenaars van landerijen in de Beemster, de Purmer en van de gemeenten benoorden Purmerend. Vele eigenaars van landerijen in die plaatsen wonen niet in dit arrondissement en zijn aanzienlijke en invloedrijke personen, van wie het niet zonder belang is, hunne handteekeningen op het adres te bekomen. Hij vraagt, of ook hun gelegenheid tot teekenen zal gegeven worden. De voorzitter antwoordt, dat zulks niet kan geschieden, omdat dit adres, volgeDs zijne redactie, uitgaat van inwoners van het arron dissement Hoorn." De heer Faber neemt op zich te zorgen, dat bedoelde landeigenaars zeiven zich per adres tot den Koning zouden wenden, met de verklaring van adhaesie aan het adres dezer commissie. Nadat de voorzitter alle aanwezige inwoners van Hoorn uitge- gekomen den 26 ten 8 ure voormiddags, en onmiddelijk naar Batavia vertrokken. De ligting der militie voor 1874 is vastgesteld op 11,000 man, waarvan 600 voor de dienst ter zee. Beroepen te Haarlemmermeer de heer Baart de la Faille, pred. te Ridderkerk. Drietal bij de Rem. Ger. gemeente te Rotterdam dr. J. W. Bok, te Amsterdam; J. H. de Ridder, te's Ilage en dr. J. Hooikaas, te Schiedam. Door de Nederl. Handel-Maatschappij zijn voor Amster dam bevracht, de volgende schepenBestevaer, Stad-Dokkum en Anna Elisabeth. Men vraagt zich vrij algemeen af, welk doel het bezoek van 't Japansche gezantschap aan Europa toch heeft. Van goed onderrigtte zijde verneemt men daaromtrent, dat de vreemdelingen door den Taikoen zijn gelast te trachten bij de voornaamste Hoven in Europa te bewerken, dat er wijzigingen in de handelsverdragen met Japan worden gebragt. Het bezoek aan Nederland heeft echter nog een andere bedoeling, namelijk om uitstel te verkrijgen van de nog door Japan aan Nederland verschuldigde belangrijke som, als schadeloosstelling voor de expeditie naar Simoneseki. Het Japansch gezantschap heeft HH. KK. HH. den Prins van Oranje, Prins Frederik en Prins Hendrik der Neder landen verzocht, in audiëntie hij HD. te worden ontvangen. De gezanten hebben bezoeken bij de ministers en het diplomatieke korps te 's Hage afgelegd. Zij hebben, begeleid door den heer Polsbroek, de model kamer bij het Departement van Marine in oogenschouw genomen en gaven daarover groote ingenomenheid te kennen. De hoofden - van het Japansche gezantschap hebben jl. Vrijdag voormiddag in het hotel Paulez te's Hage audiëntie verleend, waarvan onderscheiden leden der diplomatie, eenige hoofdofficieren van het wapen der artillerie, de inspecteur van het lager onderwijs, zoomede andere staats ambtenaren en autoriteiten gebruik maakten. Op hooger last is men dagelijks te Texel bezig te onderzoeken wat het meest doeltreffend zou zijn (met het oog op de voorgenomen inpoldering van het noorden, waardoor zeer vele schuiten van hare ankerplaats worden verdreven); een geheel nieuwe haven bij het Nieuwe Schild aan te leggen, of de bestaande haven van Texel te ver- grooten en zoodanig te verbeteren, dat men met alle waterstanden ze kunne in- en uitvaren. Reeds lang is het bij ondervinding gebleken, dat de tegenwoordige haven van Texel, ook afgescheiden van de voorgenomen vergrooting noodigd had, het aanwezige adres met hunne handteekening te voorzien en bekend gemaakt, dat in alle gemeenten van het arron dissement afschriften er van met gezegelde bladen, ter teekening zouden eirculeeren, wordt deze meeting gesloten. En nu,.... wat nu.... krijgen we nu een staatsspoor? Er is nog heel wat aan vast, vóór het zóó ver is. In ieder geval is de talrijke opkomst en het vuur, waar de verschillende sprekers blijkbaar meê bezield waren, een goed teeken, een teeken, dat het gevoel van behoefte aan een spoorweg algemeen en helder bewust is. Men hoort het oude geteem niet meer, dat een spoorweg den dood doet aan diligenoe en stoombooten (waarom de jaagschuiten ook niet er bij?), dat men zijne artikelen in 't vervolg te Amsterdam zal koopen, dat de reizigers in Hoorn niet meer zullen blijven overnachten, maar 's avonds nog naar Amsterdam zullen vertrekken en wat er meer van die bezwaren zijn. Men is algemeen overtuigd, dat er een spoor zijn moet, men wil een spoor, men wordt, schrik niet, boosomdat men de heele wereld aan een spoor helpt en juist ons niet. En dat kan geen kwaad; laat ons maar eens boos worden, als 't maar wat helpt en, wie weet het? Ik ken een huisgezin met dertien kinderen, daar is een brutale jongen onder, die altoos dwingt en spektakel maakt, als hij zijn zin niet krijgt, en 't is toch maar waar, dat de rakker wat dikwerf er zijn doel meê bereikt. Nu wil ik onze goede West-Friezen volstrekt niet raden, het voorbeeld van dien kwajongen te volgen en altijd te dwingen en koppig te zijn, maar een enkele keer kan het toch geen kwaad. Het zusje van dien jongen is een heel zoet meisje, dat altijd inge togen haar beurt afwacht, als moeder 's middags de soep Verdeelt. Maar al te dikwerf gebeurt het, dat de andere zusters en broêrs en onze bengel voorop, moeder hunne borden zoo brutaal en met zooveel succes onder den neus hebben gehouden, dat alle vette kluifjes uit de soep zijn verdwenen, als zusje aan de beurt komt. Wat wij wenschen is, dat de regeering, die plannen der beide bestaande comité's (Wouda en Bloem) nauwkeurig doe onderzoeken en onpartijdig beslisse, welk het meeste levensvatbaarheid bezit, het meest aan de behoefte voldoet van bet algemeen. Heeft zij hierin eene beslissing genomen, dan doe zij een voorstel aan de vertegenwoordiging, om dat comité geldelijken .steun, op welke wijze dan ook, te geven. Ik geloof niet, dat het zwaar zou vallen hier voor crediet te erlangen. Heeft de poging van den heer Brinke- rinck o. s. daartoe bijgedragen, dan heeft zij eene groote voldoening en grooten dank verdiend. Dat wij een spoor naar ons verlangen, geheel op kosten van den staat, zullen bekomen, kan ik niet gelooven, op gronden door een der sprekers op de meeting aangegeven. GÉRARD.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche en Nieuwedieper Courant | 1873 | | pagina 1