1873. N°. 30.
Zondag 9 Maart.
31 Jaargang.
Uitgever A. A. BAKKER Cz.
Binnenland.
HELDERSCHE
m MEIWEDIEPER COURANT.
„Wij huldigen het goede."
Verschijnt Dingsdag-, Donderdag- en Zaturdag namiddag.
Abonnementsprijs per wartaal1.30.
ti franco per post - 1.65.
Bureau: MOLENPLEIN, N°. 163.
Prijs der Advertentiën Van 14 regels 60 cent.
elke regel meer 15 cent.
Groote letterfe of vignetten worden naar plaatsruimtéb rekend
VERTREKDAGEN DER BRIEVENMAILS:
Naar Oost-lndiê: via Triest 18Maart 'savonds 6 u. 25 m.
Marseille\2> Maart 's avonds 6 u. 25 m.
,ni/ Brindisi 20Maart 's avonds 6u. 25 m.
Curagao en Suriname, 16 Maart 's morg. 6 u. 25 m.
Kaap de Goede Hoop. via Southampton: 13Maart,
's morg. 6 u. 25 m.
HELDER en NIEUWEDIEP, 8 Maart.
Terwijl de jeugdige Spaansche republiek alsnog zeer
weinig blijken vertoont, dat zij rust en orde weet te verze
keren, geeft het naburige gemeenebest Frankrijk een aange
namer beeld te aanschouwen door den overwegenden invloed,
dien de oude heer Thiers door zijn redenaars-talent weet
uit te oefenen. Kon Spanje in deze dagen uit zijn midden
een staatsman aanwijzen, zóó opregt vaderlandslievend, zóó
bekwaam en voorzigtig, zóó menschkundig handelend, het
jou voorzeker eene betere toekomst te gemoet gaan, dan
thans te voorzien is.
De redevoering van den heer Thiers tot het geven van
inlichtingen nopens de zienswijze der regering nam de
geheele zitting der Nationale Vergadering vanjl. Dingsdag
in. Hij begon met de moeijelijke positie der regering te
ichetsen, te midden van den heftigen strijd der partijen in
de Nationale Vergadering, bij welke zoo weinig politieke
verdraagzaamheid- te vinden was, en verdedigde haar tegen
het verwijt van dubbelzinnigheid, omdat zij tusschen de
partijen trachtte door té" zeilen. Hij had bij het aanvaarden
van het bestuur de republiek als wettigen en feitelijken
vorm der regering gevonden en was verpligt van dien
vorm niet af te wijken, doch zijn pligt bragt evenzeer
mede zich tegen de uiterste partijen fe verzetten en de
orde der maatschappij en de binnenlandsche rust vóór alles
te handhaven. Het zoogenaamde verdrag van Bordeaux
had dan ook geene andere beteekenis dan deze: dat de
president der republiek den door hem gevonden regerings
vorm zou handhaven en geene onderhandsche pogingen tot
deszelfs verandering doen, noch de verschillende pretendenten
paar de kroon in de hand werken zou. Wanneer dan het
i weder uit zijnen val verheven en van zijne verliezen
hersteld zou zijn, eerst dan zou er sprake zijn van de vraag,
welken regeringsvorm Frankrijk voor het vervolg behoorde
te bezitten.
Daarop overgaande tot eene vergelijking van den toe
stand waarin Frankrijk voor eenige maanden verkeerde en
dien, waarbij hij de regering aanvaardde, deed de heer
Thiers opmerken dat het land herleefd was, dat nijverheid
Adèle Spitzeder.
{Slot.)
Nog weinige dagen voor haar val merkte men op, dat zij zich
uit de kaarten de toekomst liet voorspellen. Zij rookte daarbij en
seleen zeer tevreden over de voorspelling. Eindelijk ging de
kaartlegster met een vergenoegd gezicht heen. De onnoozele had
niets bemerkt van den duisteren geest, diè het huis reeds omgaf.
Voor het- laatst vertoonde 'Adèle zich aan de nieuwsgierigen op
illerheiligendag, toen zij in zwart fluweel gekleed naar het oude
kerkhof reed en bij den ingang daarvan een krans koekt. Zij
droeg .dien, door een verschrikkelijk gedrang omgeven, zelf naar
let graf van haar vader, dat zij met een nieuw, prachtig en smaak
vol gedenkteeken had laten versieren. Yoor dat monument legde zij den
krans neder, sprenkelde er wijwater over en bleef er langen tijd
stil biddende. Zij was dus nog zulk een slechte tooneelspeelster
niet! Een groot aantal vrouwen weenden, verstandige mannen
kouden het op dat oogenblik nauwelijks wagen een opmerking te
«alten, en toch zeide, zooals ik van een ooggetuige vernomen heb,
een oude liederlijke vent, die de jenever wel niet veroorloofd zal
lebben eenig kapitaal in haar bank te beleggen«Wat wil zij dan
tochP Daar binnen komt ze toch niet!" Hoe was alles bij dit graf
vepeenigd; schurkerij, huichelarij, domheid en leugenachtige alles
overtreffende bedelaars brutaliteit! Arme Josef Spitzeder! gij hadt
hetere tranen verdiend, al werden die dan ook maar voor een houten
huis in plaats van voor een prachtig gedenkteeken vergoten!
De 12de November van het vorige jaar was een sombere dag;
ver de eerste maal kon men duidelijk merken dat het winter was.
Motregen met sneeuwvlokken vermengd sloeg tegen de vensters,
laakte de straten smerig en veroorzaakte dat het verblijf buiten's
luis alles behalve aangenaam was. Dat is echter het rechte weêr
'oor een daad, zooals ik nu beschrijven ga en waarvoor men geen
Vorm, helder en aangenaam weêr kan gebruiken. Ongeveer om 4
'ie des namiddags slenterde een groot man, die zijn hoed diep in
1' oogen gedrukt had, door de Schönfeldstrasse. Het was de
koninklijke commissaris van politie Ries, iemand, die zich voor de
•ponbare veiligheid zeer verdienstelijk heeft gemaakt. Het is duidelijk,
hij er slechts naar gezien heeft, hoe het met de zaak in den
/Wilhelm Teil" gaat en of het huis daartegenover nog op dezelfde
pat» staat. Gerustgesteld, verdween hij in den Engelschen aanleg.
h>rt daarna wordt een zijdeur van het ministerie van Oorlog
SPOpend en er komt een compagnie soldaten die, zonderling genoeg
en handel weder tot bloei waren gekomen, dat de verwarde
financiën tot hare vroegere vastheid waren teruggekeerd,
dat de militaire reorganisatie bijna gelieél was tot stand
gebragt. Bij de heropening van de zitting der Nationale
Vergaderiüg in November des vorigen j'aars had liij dus,
strikt genomen, ingevolge het verdrag van Bordeaux kunnen
voorstellen over te1 gaan tot de vestiging van dén definitiveu
regeringsvorm. Hij had dit echter niet gedaan, omdat de
wedergeboorte des lands in zijne oogen nog niet volmaakt
zou zijn zoo lang een gedeelte van het grondgebied nog
door vreemde troepen bezet was, en daarom had hij
fezegd: bepalen wij ons tot het aanbrengen van die Ver-
eteringen in de inrigting van ons bestuur, waardoor db
regering beter in staat zal worden gesteld hare roeping te
vervullen. Zijne boodschap maakte dus geenerlei inbreuk
op het verdrag van Bordeaux. Zij onthield zich mede van
vooruit loopen op de toekomst maar betoogde de nood
zakelijkheid dat er eenige bepalingen gemaakt en instel
lingen geschapen wierden, welke de regering in staat zouden
stellen onder den provisionelen republikeinschen regerings
vorm hare taak naar behooren te vervullen. Had de
president zich bij zijne boodschap bediend van de woorden
welke aan dë regterzijde zooveel aanstoot hadden gegeven:
«houden wij ons niet bezig met het proclameren der repu
bliek, maar laat ons haar goede instellingen geven," dan
was het niet de definitive vestiging geweest weike hij
daarmede bedoelde, maar hij1 had daarmede alleen willen
te kennen geven, dat het nu geen tijd was van omvangrijke
constitutionele debatten, maar tijd van werkzaamheid tot
verzekering van de orde en rust in den staat. De regering
achtte het namelijk, met het oog op de voortdurende be
zetting van een deel des lands, nog niet geraden om de
groote vraag, hoe Frankrijk geregeerd zou worden, aan de
orde te stellenzij meende dat daarvoor het oogenblik eerst
komen zou wanneer de ontruiming van het grondgebied
afgeloopen zou zijnintusschen verlangde zij de noodige
instellingen om naar behooren te kunnen regeren.
De president verklaarde verder dat hij, eerlijk het ver
drag van Bordeaux toepassende, nooit vergat dat hij
president was van de republiek, den eenigen regerings
vorm welken hij in dit tijdperk van overgang mogelijk
achtte; hij deed een beroep op de politieke verdraagzaam
heid en eensgezindheid der afgevaardigden en verzocht hen
bij het stemmen over de artikelen van het wetsontwerp,
waarmede hij zich geheelverklaarde te vereenigen, wel te
willen beseffen dat het hier niet gold de vraag: republiek
of monarchie, maar te overwegen dat elk verstandig en
gematigd besluit der Nationale Vergadering het oogenblik
der geheele ontruiming van het grondgebied zou be
spoedigen.
niemand naar binnen had tien gaan, daaruit te voorschijnde
soldaten verdeelen zich link's en-rechts en sluiten de «Schönfeldstrasse"
van alle kanten af. Staan geblevene voorbijgangers worden verzocht
zich zoo spoedig mogelijk te verwijderen en de vroolijke bierknijp
verstomt eensklaps.. De portier van het hotel Spitzeder weet spoedig
zijn tegenwoordigheid van geest te herkrijgen, maar als nit den
grond opgekomen staan er verscheidene gend'armes op zijn post en
laten hei» niet binnen. Intusschen opent de keten van soldaten aan
het einde der straat zich voor een oogenblik om plaats te maken
voor eenige koetsen, die allen voor het huis van Adèle Spitzeder
stilhouden. De directeur van policie met zijne assessoren en
commissarissen, een rechter van instructie met de noodige griffiers,
de procuratiehouder van het huis Riemenschtfiied als zaakkundige
wat het houden der boeken betreft en verder een groot aantal
gensd'armes stijgen uit, ofschoon het geheel veel overeenkomst had
met een. huwelijkstreiu.
Zonder twijfel is op dit oogenblik de een of ander getrouwe de
trappen opgesneld om aan de meesteres het ongeval te melden, dat
haar dreigde. Deze moest dadelijk weten, dat haar uur geslagen
had, en de grootheid van haar misdaad en de hoogte van haren
onmiddelijk voor de deur staanden val bedenkende, had het lieht
kunnen gebeuren dat zij evenals verscheidene jaren geleden een
zwendelaareter, die men de «Snyderprinses" noemde haar ongeluk
door een teug gift in te nemen, wilde voorkomen. Dit vreesde
men dan ook. Maar neen, tot niet geringe geruststelling van den
directeur van policie kwam zij dezen vroolijk en bedaard te gemoet
efi ontving op dezelfde wijze de commissie, die de boeken en het
vermogen der bank moesten onderzoeken. De geheele bevolking der
inrichting, stalbedienden, keukenmeiden, meiden, boodschaploopers,
betaalmeesters, kashouders, opzichters, allen werden in hechtenis
genomen, terwijl een ultramontaanse!) advocaat uit Augsburg, die
de zaak van Adèle Spitzeder verdedigd had, zich juist bij
tijds uit de voeten gemaakt had. In de slaapkamer, waar
jufvrouw Adèle met hare jufvrouw van gezelschap en intime
vriendin Rosa Chinger, twee naast elkander staande prachtige
ledikanten had, vond men ongeveer één millioen aan effecten,
die, toen ze uitgezocht waren, de beide legersteden volkomen
bedekten. Baargeld en bankpapier werd uit alle hoefcen 'en gaten
bijeengehaald, waaronder 1000 fl. papier in een haard liggende,
die echter waarschijnlijk niet verbrand zouden zijn, maar aan een
vertrouwde zouden gegeven worden, om ze buiten's huis te krijgen.
Het ameublement was mooi, maar niet weelderig, slechts in de
De redevoering van den heer Thiers werd met grooten bijval
op de meeste banken der Vergadering aangehoord. Nadat
hij gesproken had werd de beraadslaging gesloten en de
aanhef van het wetsontwerp met 470 tegen 197 stemmen
aangenomen. Behalve de Bonapartisten, stemden de afge
vaardigden der Union Républicaine en eenige leden van
het linker centrum tegen.
De mailboot Prins Hendrik is den 6 dezer van Point de
Galle naar hier vertrokken.
De winter-uitspanningen spoeden op de nadering van
het voorjaar naar 't einde. Eergisteren avond bragt Liefde
tot Kunst reeds haar afscheid aan den winter met de
opvoering der stukken: Uit het leven en Wie is vader?
gisteren avond werden de volksvoordragten alhier 'besloten.
Spreker was de heer B. H. Polak, die als op aanschouwelijke
wijze voorstelde het leven van den ambachtsman en zijne
vrouw, een proza zonder eenige of degelijke poezijdaarna
de volksvermaken aan een ernstige c'ritiek onderwierp, de
tègenwoordige wijze van kermisviering afkeurde, tot ver
betering van 't volksvermaak aanspoorde en als voorbeelden
ter navolging wees op de nationale feesten van November
1863 en 1 April 1872. Bijdragen werden geleverd door
de heeren J. D. Nienwenhuis, C. de Groot en J. C. J.
Graat. De titels huniiër voordragten waren: 1. De helden
dood van Meinier Claessens, fragment uit de Hollandsche
Natie van Helmers; 2. De kerkgang, van H. Tollens Czn.
èn 3. Moedér, door J. J. Benninck Janssonius.
Ten slotte werd opgevoerd liet blijspel: De loteling, door
heeren onderofficieren der infanterie, die zich andermaal in
dezen Winter daartoe ter beschikking stelden der commissie
én als altijd door hun hoogst verdienstelijk spel den
ruim&ten bijval van liet talrijk publiek wisten te verwerven.
De verschillende werkzaamheden werden afgewisseld dóór
muziekuitvoeringen.
Sedert korten tijd zijn binnenlandsche postwissels
ingevoerd van een nieuw model, dat het in doelmatigheid
nog verre wint van het vroegere. Er Werd wel Oens de
opmerking gemaakt, dat afzenders van postwissels óp den
wissel vermelden, waarvoor het montant als betaling strekte
terwijl toch adressant geen blijvend voordeel van die'ver
melding kon hebben, omdat de wissel, na ontvangst van
het bedrag, aan het postkantoor verbleef. Thans bevindt
zich aari de nieuw model wissels een strook, die door den
geadresseerde er van gescheiden en behouden kari worden, en
Waarop door den afzender kari ingevuld worden, dat de
betaling betreft: zijnen brief vandes adressants brief
van.....; of des adressant rekening vanzoodat voortaan
de laatste bijv. in de gelegenheid zal zijn, den wisselstrook,
met smaak ingerichte ridderzaal was een grootere opschik merk
baar. Ook was er geen gebrek aan pianino's en andere instrumenten;
in het bijzonder trok een groote en kostbare speeldoos de opmer-
zaamheid tot zich. Het moet dikwijls gebeuren, dat er onder de
meubelen van groote bedriegers en bankroetiers zich zulke dingen
bevinden. Zou dit obk zijn zielkundigen grond hebben en zouden
deze werktuigen misschien ook in staat zijn verstand en geweten
voor het oogenblik tot zwijgen te brengen Een snaren- of fluitspel,
waarin de mensch zijn eigen leven uitdrukt, zou misschien een
tegenovergesteld gevolg teweeg brengen.
In de gangen en kantoren was ook geen gebrek aan treffende
inscriptiën en spreuken, bijv.: «Doe recht en vrees niemand,"
onderteekend: A. Spitzeder. De galerij van schilderijen, waarover
de omgekochte dagbladen zulk een groote beweging hebben gemaakt,
is de vermelding niet waard. Intusschen was het middernacht
geworden en had de zaakkundige verklaard, dat de boeken onder
zocht moesten worden, wat ten gevolge zou hebben, dat het gerecht
zich de zaak zou moeten aantrekken. Het in hechtenis genomen
personeel werd nu losgelaten en haastig ijlde de geheele troep de
trappen af en den tempel uit. Toen men daarop Adèle aankondigde
dat zij in hechtenis genomen werd, zonk zij doodsbleek in haren
stoel neder. Hare bewering dat zij niet wel was en niet konde
volgen, was de oorzaak dat de geneesheer Dr. Franck gehaald
werd, die echter verklaarde, dat zij na een korte rust vervoerbaar
zou zijn.
Niemand stond langer aan hare zijde behalve de trouwe Rosa.
Deze, een aardig meisje, was, maar zonder goed gevolg, op het
volkstooneel opgetreden; haar beschermster wilde met geweld een
kunstenares van den eersten rang van haar maken en zij liet den
leeraar van mejufvrouw Ziegler, den hoftooneelspeler Christen,
fabelachtige sommen bieden als hij haar onderwijs wilde geven, iets,
wat de rechtmatige trots van dezen kunstenaar natuurlijk van de
hand wees. Zoo moest Rosa, in plaats van overwinningen op het
tooneel te behalen, zich met hare betrekking bij Adèle vergenoegen.
Het is echter de vermelding waardig, dat zij in het ongeluk niet
van haar week, maar verzocht haar te mogen vergezellen. Men
stond haar dit toe. Des nachts om één ure verliet Adèle Spitzeder
met hare vriendin de plaats, waar zij schijnbaar door alle goederen
van het geluk overstelpt, twee jaren lang een heerlijk leven geleid
had. In een koudeu sneeuwstorm bestegen zij, door een com
missaris van politie begeleid, niet hare bekoorlijke caleche, maar
een gerechtelijken fiacre, waarop reeds een dienaar had plaats