1873. N°. 46. 31 Jaargang. Woensdag 16 April. BEKENDMAKING. BEKENDMAKING. HELDERSCHE EX XIËIWËDIEPËR CÖIJRAXT „Wij huldigen het goede." ttSGSBaBBBBBSSaBÊBBBa Verschijnt Dingsdag-, Donderdag- en Zaturdag namiddag. Abonnementsprijs per kwartaal1.30. u franco per post - 1.65. Uitgever A Bnrcan: A. BAKKER Cz. MOLENPLEIN, N°. 163. Prij6 der Advertentiën Van 14 regels 60 cent. elke regel meer 15 cent. Groote letters of vignetten worden naarplaatsrnimteberekend VERTREKDAGEN DER BRIEVENMAILS Naar Oost-lndië: via Triest 29 April 'savonds 6 u. 25 m. „nu Marseille 24 April 's avonds 6 u. 25 m. Brindisi 17 April's avonds 6u. 25 m. f per Willem Kroonprins der Nederlanden 16 April, 's avonds 11 u. v.Rotterd. p.Aï?7^«ion2Mei'smidd.lu.40m. Curagdo en Suriname, 16 April 's morg. 6 u. 25 m. Kaap de Goede Hoop. via Southampton: 23 April, 's morg. 6 u. 25 m. BURGEMEESTER en WETHOUDERS der gemeente HELDER brengen ter kennis van de belanghebbenden, dat van de geldleening groot f 80,000, ten laste der gemeente aangegaan, op den 11 dezer rijn uitgeloot de aandeelen No. 69 en No. 70. Tegen overgifte dier aandeelen en daarbij belxoorende coupons, ml de aflossing eu rentebetaling, van den 1 Julij a. s. plaats hebben ten kantore van de Associatie Cassa te Amsterdam. Burgemeester en Wethouders voornoemd, Helder, STAKMAN BOSSE, Burgemeester, den 12 April 1873. L. VERHEY, Secretaris. De VOORZITTER van den RAAD der gemeente HELDER maakt bij deze bekend, dat de lijsten der l^iezers voor leden van de Tweede Kamer der Staten-Generaal, de Provinciale Staten en den Gemeenteraad, door bem op heden gesloten, op nieuw aan geplakt en op de Secretarie der gemeente voor ieder ter inzage zijn nedergelegd. Helder, De Voorzitter voornoemd, 12 April 1873. STAKMAN BOSSE. Binnenland. HELDER en NIEUWEDIEP, 15 April. De stille week voor Paschen leverde ditmaal stof tot oorlogstijdingen. De burgers van Puycerda, die ons, Neder landers, aan de heldhaftige verdedigers van Alkmaar in 1573 herinneren, hebben de Carlisten tot den aftogt ge noodzaakt. Niet minder dau 300 dooden en gekwetsten lieten de belegeraars op de wallen achter. Hun voorgeven, zij op den Goeden Vrijdag Diet wilden vechten, zal wel een uitvlugt geweest zijn, om niet te erkennen ernstig bet hoofd gestooten te hebben. Ook klinkt die godsdien- Een zonderlinge godsdienstplegtiglieid op ISali, Onnatuurlijke wijziging van onderscheidene deelen des ligehaams ii geen ongewoon verschijnsel. Uit verschillende beweegredenen beschilderen sommige volken hunne ligchamen en brengen andere iaaraan verminkingen toe. Zelfs de tanden, hoezeer oogenschijnlijk loor verminking niet vatbaar, blijven bij sommigen niet gespaard. Een reiziger in Afrika deelt mede, dat de vrouw van een opperhoofd op verlangen van haar man de vier voorste tanden uit haar onder kaak deed trekken om er des te schooner door uit te zien. En terwijl in verschillende landen de tanden worden beschilderd, wordt o. a. op eenige eilanden van den O.-I. Archipel uit godsdienstige beweegredenen door de bewoners hun gebit misvormd. Uit een aan 't Soerabaaijsch Handelsblad ontleenen we omtrent laatst genoemd gebruik de volgende bijzonderheden: «Verleden week werd ik door een hier woonachtigen Brahmaan plegtstatig uitgenoodigd om ten zijnent een zoogenaamd Saugih-feest bij te wonen. Daar ik, wat meer Europeanen mij zullen nazeggen, nooit regt gezien heb hoe dat tandenvijlen in zijn werk gaat, besloot ik van de invitatie gebruik te maken. 's Morgens ten 9 ure stapte ik op. Eigenlijk had mijne vrouw Boeten meegaan, en wel met eene mand op 't hoofd, waarin onze geschenken voor de feestvierende familie, als een tastbaar bewijs, kt wij de eer van uitgenoodigd te zijn op prijs wisten te stellen. En nu toch niet geheel en al met leêge handen te komen, had ik een paar pakjes sigaren, onder ons gezegd en gezwegen, ra manilla, bij mij gestoken; en als ik het gezigt van mijn gwtheer gelooven mag wat bij een Balinees anders niet altijd J gelooven is dan was hij nog al tevreden met mijn geschenk, i had 't naauwelijks in handen, of hij vloog naar de slaapkamer, waar h(j een oogenblik later terugkeerde met een ouden |garenkoker een vroeger geschenk van een anderen toewan - a<le hand: welke koker daarop met de noodigedeftigheid gevuld en spde balé geplaatst werd. Maar ik loop vooruit. Ik moet nog vertellen hoe ik op 't erf kwam. Zeer uitlokkend was de entree niet, althans niet voor mijne Hollandsche ooren. Vlak voor den ingang had namelijk een "kest plaats genomen, dat bij mijne aankomst, in allerijl, het Wklinkendste nummer van het programma begon af te slaan, "aar tegenover zaten op eene kooge balé de mannelijke gasten, "der met een houten blok voor zich en gewapend met een hakmes allen druk in de weer bm op de maat van de gamraelan bet toegereikt varkensvleesch fijn te hakken. En alsof dit nog pen leven genoeg gaf, zag ik in een anderen hoek jan en alleman I stige taal wel wat vreemd in den mond van menschen, I die op roof en plundering uitgaan. In Oost-lndië heb- ben onze marine en ons leger den strijd aanvaard met het vijandelijke Atsjin. Twee aarden verdedigingswerken zijn genomen en onze troepen maakten zich, volgeiis het ont vangen telegraphisch berigt, gereed tot den aanval op 't palcis van den Sultan. De mededeeling, dat uit Batavia versterking is aangevraagd, zou doen vermoeden, dat de bevelhebber bezwaar zag om met de beschikbare magt den beslissenden slag te slaan. Ten blijke van de goede verstandhouding, die er thans tusschen Italië en Oostenrijk bestaat, kan dienen, dat Koning Victor Emmanuël door Keizer Frans Joseph is uitgenoodigd tot bijwoning der Weener tentoonstelling. De Koning van Italië zal hieraan gevolg geven, als de toestand zijner staten zulks toelaat. Een Duitsch blad, de Neue Freie Presse, kan niet gelooven, dat Rusland enkel bedoelt het tegengaan van rustverstoring in Midden-Azië, maar dat het 't streven van die mogendheid is om, naar 't plan van Peter den Groote, den handel van Indlë en China aan zich te trekken. In Panama (Centraal-Amerika) is eene revolutie ont staan. De President Nigra is afgezet en diens voorganger Corresso is in zijn vorige betrekking hersteld. Gelukkig lieeft men deze omwenteling weten te volvoeren zonder eenig bloedverlies. De wet tot reorganisatie van liet gemeentebestuur te Lyon heeft daar ter stede een hoogst ongunstigen indruk teweeg gebragt. De leden van den gemeenteraad hebben bijna eenparig hun mandaat nedergelegdhetzelfde verwacht men ook van den departementalen en den arrondissements- raad. Tegen de aanhangige wetsvoordragt van den minister Jules Simon, waarbij wereldlijk, kosteloos en ver- pligt onderwijs wordt voorgeschreven, is een geweldig petitionnement losgebroken. Het getal handteekeningen, onder de verschillende adressen geplaatst, wordt op niet minder dan 1,200,000 geraamd. Te Parijs heeft men onge veer 19,000 handteekeningen verzameld. Een telegram uit Penang, dd. 12 dezer luidt„De Nederlanders hebben twee verdedigingswerken op de Atsji- nezen veroverd en maken zich gereed het paleis van den Sultan aan te vallen. Per telegraaf is te Batavia versterking aangevraagd." Volgens een jl. Zondag bij het Departement van Koloniën ingekomen regeringstelegram van Buitenzorg, dd. 12 dezer heeft de gouverneur-generaal bij een telegram, den 9 dezer door den gouvernements-commissaris van ijverig bezig met speenvarkens aan 't spit te braden, oude knorre potten te slagten, of onoogelijke schildpadden van haar lillig vleesch te ontdoen, 't Was een leven, dat iemand hooren en zien verging. Mijn pligt als geïnviteerde was eigenlijk om ook een handje uit te steken, doch ik heken gaarne dat ik mij van den domme hield, zoo spoedig mogelijk door de menigte heendrong, en mij door de hoofdpoort naar het binnenste erf begaf. Hier werd ik met de vereischte deftigheid door den gastheer ontvangen en wat eer voor zoo'n pligtvergeten gast! naar de staat- siebalé gevoerd. Wat een pracht om mij heen 1 De tent waar ik binnentrad, was in drieën verdeeld, elk gedeelte ingenomen door een groote zit- of rustbank, wier vuile zitting en vermolmde pilaren zeer praetiseh door helder wit katoen aan het oog ont trokken waren. De bank, waarop ik zat, was leeg, ten minste toen ik aankwam, want een oogenblik later zag ik mij gebarrica deerd door een ontelbaar aantal manden en schotels, zoo volgeladen' met vruchten en gebak, dat 't al den schijn had alsof mijn gastheer mij voor eene koe met nog zooveel magen aanzag. De tweede hank bezweek bijna onder den last van de talrijke offers die haar bedekten, en waarvan gebak, vruchten en duiten de hoofdbestanddeelen uitmaakten. Onmiddelijk daaraan grensde de eigenlijke feestbalé, waarop een prachtige bultzak lag uitgespreid, regts en links omgeven door gansche stapels zijden kleeding- stukken, die hier als bij elk inlandsch feest aan den dag brengen wat bet tityang tiioas (ik ben arm), dat den Balinees in den mond bestorven ligt, te beteekenen heeft. Terwijl ik tusschen al die heerlijkheden zat, had ik alle gelegen heid om het bedrijf der vrouwen gade te slaan, die beneden mij dooreen liepen en banden en monden repten om het hare tot het welslagen van de partij bij te dragen. Hier waren eenigen bezig met pisangbladen tot borden, bakjes, zakjes, lepels, ete. te vervor men; ginds droegen anderen de gekookte rijst naar eene lange tafel, waar de dampende schotels tusschen de bakjes, met sambal, saus, zout en meer van dien aard, werden neergezet; elders stonden de dochters des huizes met de tantes en nichten gereed om de in Zondagsdos getooide daraesgasten te verwelkomen, en haar geschen ken gebak, bloemen en vruchten in ontvangst te nemen. Ook hier dus bedrijvigheid genoeg. Ik was juist van plan om even naar beneden te gaan, en eens af te luisteren, wat die honderd monden elkander toch wel gewigtigs te vertellen hadden, toen de zoon van mijn gastheer reeds man en vader sierlijk gekleed de teut binnenkwam, een paar keer voorbij mij heendraaide, als vreesde hij dat ik niet zou zien hoe mooi hij was, eu toen met een „tabi toewan zoo lang als hij was op bovenbedoeld bed Atsjin verzonden (dus vermoedelijk den llden te Penang aangebragt om naar Java te worden geseind) de volgende berigten ontvangen „Na de oorlogsverklaring heeft Atsjin getracht weder „uitstel te verkrijgen. Nieuwe onderhandelingen zijn geopend, „maar weder afgebroken, omdat Atsjin geene bepaalde „antwoorden wilde geven. Daarop zijn door onze oorlog- /Schepen (die den gouvernements-commissaris naar Atsjin „hadden vergezeld) de vijandelijkheden tegen de versterkingen „begonnen en met kracht voortgezet. Den 5 dezer kwamen „de troepen aan. Door den commandant der expeditie werd „met vier compagniën, eene verkenning aan den wal gedaan, „die bevredigend afliep. Op den 8sten debarkeerden de „troepen, met uitzondering van de cavalerie en een gedeelte „van de artillerie, die den 9den volgden. Het geheela „debarkement is goed geslaagd. Dadelijk werden de operatiën „begonnen. Men ondervond een hardnekkig verzet, met „groote doodsverachting. Tot dusver zegepraalden onze „wapenen. Het geschut der schepen bewees uitnemende „diensten." Bij het departement van Koloniën is dus niets gebleken van de aanvraag om versterking, in het door de dagbladen verspreide telegram van Reuter bedoeld. Een telegraphisch berigt uit 's Hage luidt als volgt „Volgens een regeringstelegram dd. 13 dezer, kwamen de nadere berigten uit Atsjin hierop neder: „Bij den aanval op eene versterking, op 8 dezer, bleven van den vijand 80 dooden achter. Van onze zijde werden gewond 5 officieren en 41 minderen, terwijl 9 minderen sneuvelden. „Op den 9den werd eene versterking, waarin door de Marnix bres geschoten was, zonder weêrstand genomen. „Bij offensive verkenning werd tot dusver van de kraton geen weerstand ondervonden. „Den lOden zou de hoofdmagt oprukken. Men had gunstige verwachting." Men berigt, dat de vier kleinere schepen, wier vertrek naar Oost-lndië eerst in 't najaar bepaald was, ter zake der Atsjin-aangelegenheden, nu op aandrang van den minister van Koloniën, spoediger naar Indië zullen stevenen. Naar het U. D. verneemt, zoude bij eenige officieren van het leger hier te lande het voornemen bestaan om zich tot de regering te wenden, met verzoek om aan de expeditie tegen Atsjin deel te mogen nemen. Sedert eenige dagen is men langs de zeewering alhier bezig met het maken van toebereidselen om eenige proeven te nemen met torpedo's. ging liggen. Ik begreep er uit dat de plegtigheid een aanvang zou nemen, eu ik had mij niet vergist. Naauwelijks had de jonge man zich neergelegd, of daar verschijnt papa, met een grooten bril op den neus, en eene nog grootere vijl in de hand plaatst zich zonder verdere complimenten aan 't hoofdeinde van de rustbank, en beveelt zijn zoon op alles behalve vriendelijken toon om het hoofd zoo diep mogelijk achterover te laten zakken en den mond door middel van een rond stukje hout zoover mogelijk open te zetten. Een scherp gekras kondigt straks aan dat de vijl haar pligt deed. Een prettig gehoor! Neen, dan nog liever de gammelan, geaccompagneerd door een paar dozijn hakmessen. Ik was dan ook zoo vrij om oorpijn te veinzen, en mijn zakdoek niet eer weg te nemen, dan toen ik werd uitge noodigd mij te overtuigen, hoe de vier bovenste voortanden „tot op het vleesch toe" waren afgeveild. Spoedig daarop verliet het gelukkige slagtoffer dit is, meen ik, juist uitgedrukt, al klinkt 't wat vreemd zijne plaats, om zich te gaan baden (mesoetji), en ruimte te maken voor zijn jongeren broeder, die ook onder de vijl moest. Ik had er echter genoeg van. Ik wist nu, dat het tweetal na hunnen dood niet op een bamboe petoeny de dikste soort bamboe zou behoeven te bijten: de straf waartoe niet- gevijlden veroordeeld wordenik kon dus met goed fatsoen heengaan. Ik nam dan ook het oogenblik waar, waarop mijn gastheer even zijn instrument liet rusten, bedankte hem voor de eer mij aangedaan, en spoedde mij huiswaarts. Mijn goede Brahmaan drong er nog op aan, dat ik zou blijven en aan den maaltijd deelnemen; maar ik verontschuldigde mij beleefdelijk en ben dubbel blij dat ik mij niet heb laten overhalen. Den volgenden dag toch kwam men mij vertellen, dat eene menigte gasten zich eene buikziekte gegeten hadden aan eene groote zeug, die voor dit feest sedert maanden was vet gemest! Prettige maaltijd! Met het vijlen is echter de plegtigheid nog niet afgeloopeu. Het voornaamste komt des avonds, als de geheele familie zich om de gevijlden heen verzamelt, en in koor eenige stukken uit Kawi- gediehten opzingt, welke handeling hier ten doel heeft om de gelukkigen, die door de vijl aan de hel ontfutseld zijn, tegen de listige aanslagen van de vertoornde helbewoners voor goed te beveiligen. Eene vertooning van de wajang besluit 't geheel. Yrienden en betrekkingen keeren huiswaarts in de overtuiging, dat zij eene goede daad hebben verrigtde gastheer haast zich, omringd van zijne zonen en dochteren, uit te rekenen dat het feest hem ongeveer f 150 gekost heeft; terwijl eindelijk de tandenlooze patiënt met deftige gelatenheid de drie volgende dagen tegemoet gaat, waarin 't hem onder meer verboden is een voet in de keuken te zetten.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche en Nieuwedieper Courant | 1873 | | pagina 1