Benoeming-en, enz. Frankrijk. Engeland. weinige dagen losbarsten zal. Het betreft niet meer of minder ,dan de opheffing van het stelsel, waarbij aan de directeuren een vaste jaarlijksche uttkeering van kantoor kosten wordt verleend, om te worden vervangen door liet stelsel van declaratiën, waarbij onder overlegging van be seheiden kwitantiën van de gemaakte onkosten teruggegeven worden. De weilanden te Olst zijn reeds zoodanig met gras bezet, dat men zich zou verbeelden reeds aan het einde der maand Mei te zijn. De rogge staat zoo gunstig te velde, als in jaren het geval niet was. De vruchtboomen beginnen te bloeijen. Naar het zich laat aanzien zal er dit jaar bijzonder veel ooft komen. Bijna alle boomen beloven veel. De veestapel laat niets te wenschen over. Het vee loopt reeds allerwege in de weiden. Het guste vee is lager in prijs. Onlangs logeerden de dames B. Perk en M. Kruseman te Enschedé. Na het vertrek der dames, werd door de dienstbode,- van het hotel, onder het hoofdkussen in een der bedden eengeladen revolver gevonden. Een paar dagen later verscheen een brief, waarin mej. Kruseman vriendelijk om terugzending van het achtergelaten wapen verzocht. Aan dit verzoek werd dadelijk voldaan, zoodat mejufvr. Stella d. O. d. P. haren togt naar het Noorden niet ongewapend behoeft te ondernemen [Wij plaatsen het berigt gelijk het ons wordt toegezonden, Voor de waarheid staan wij natuurlijk niet in.] (Arnh. Crt.) De toestand der graslanden in de omstreken van Sneek is zeer gunstig te noemen. De velden zijn met een heerlijk groen bedekt. Het laat zich aanzien, dat het een voordeelig voorjaar zal wezen. Op enkele plaatsen ziet men reeds jong vee in de weide. In de noordelijke provinciën worden luisterrijke toebe reidselen gemaakt om den Koning te ontvangen. De burgerij in vele gemeenten wedijvert met de besturen om de plaatsen waar de Koning komt een feestelijk aanzien te geven. Berigten uit Batavia, dd. 6 Maart, luiden o. a. als volgt: „De toestand van de door hongersnood geteisterde streken op Midden-Java wordt gunstiger. Volgens telegrafische berigten van den resident van Samarang, dd. 26 en 27 Februarij, waren vele overstroomde velden met het daarop staande gewas weder zigtbaar. Rijst en vooral ketella waren op de markten en langs de wegen genoegzaam ver krijgbaar. De gemiddelde prijs van den picol rijst was 10. In het Demaksche heerschen steeds vele koortsen, die men toeschrijft aan het gebruik van slecht drinkwater. Het noodige wordt voorbereid om ook daarin verbetering te brengén. De berigten omtrent den toestand in de andere afdeelingen luiden gunstig. Door het te Batavia gevestigde comité tot inzameling van liefdegiften is ongeveer 37,000 bijeengebragt." Aan de Court Journal ontleent de Javabode het volgende Een staat door vrouwen geregeerd. In de Hollandsche bezittingen is een merkwaardige kleine staat, die, wat zijn regeeringsvorm en de zeden en gewoonten zijner bewoners aangaat, de stoutste droomen van de eman cipatie der Amerikaansche dames overtreft. Op het eiland Java ligt tusschen de steden Batavia en Samarang het koningrijk Bantam. Ofschoon schatpligtig aan Nederland, is het een onafhankelijke staat, in politieken zin onbeduidend, doch gelukkig, en sedert onheugelijke tijden bestnurd en verdedigd door vrouwen. Wel is de Souverein een man, maar de overige regerings leden behooren tot het schoone geslacht. De Koning is afhankelijk van zijn raad, welke uit drie vrouwen bestaat. De hoogste autoriteiten, alle hooge ambtenaren, hofbeambten, legerhoofden en soldaten zijn zonder eenige uitzondering vrouwen. De mannen zijn landbewoners en kooplieden. De lijfwacht van den Koning is een vrouwelijke keurbende. Deze amazones rijden te paard op de wijze der mannen en dragen sterke stalen punten in plaats van sporen. Ze voeren een gepunte lans tot wapen, welke zij zeer bevallig zwaaijenevenzoo het geweer, dat zij in volle galop afvuren. De kroon gaat over op den oudsten zoon en wanneer de Koning zonder afstammelingen na te laten overlijdt, ver zamelt zich een honderdtal daartoe gekozen amazones om een opvolger uit haar eigen zoons te kiezen. De gekozene wordt dan tot wettig vorst uitgeroepen. De hoofdstad van dezen kleinen staat ligt in een der schilderachtigste gedeelten van het eiland in een vruchtbare vlakte en wordt verdedigd door twee goed gewapende forten. Men verzekert dat de hertog van Aosta een boek zal uitgeven over zijne regering in Spanje. Het werk zal beginnen met de omwenteling van 1868. De dagbladen deelen thans de overeenkomst mede, in 1857 door den generaal van Swieten onder goedkeuring van den gouveneur-generaal van Ned. Indië gesloten met den Sultan van Atsjin Ala Oedieu Mantsoer Sjah, en waarin de bepalingen voorkomen, waarvan de niet-naleving de aanleiding was tot de uitzending van den vice-president van den raad van Indië en van den thans uitgebarsten oorlog- Van nu af, zegt art. 1, bestaat bestendige vrede, vriend schap en goede verstandhouding tusschen het Ned. Indisch gouvernement en den Sultan van Atsjin en zijne afstam melingen en opvolgers. Aan de wederzijdsche onderdanen wordt het genot van al de regten, voordeelen en bescherming voor hunne personen en goederen verzekerd, dat reeds is geschonken of zal geschonken worden, aan de onderdanen der landen, die het meest bevoorregt zijn. Beide gouvernementen 'zullen met al hunne middelen waken, opdat er geen zeeroovers of menschenroovers zijn in hun gebied. Er zal geen schuilplaats of bescherming worden verleend aan iemand in zulke zaken betrokken. Geen door zeeroovers buitgemaakte menschen, vaartuigen of goederen mogen binnen hun gebied aangebragt of daar te koop aangeboden worden. Aan schepen of vaartuigen der wederzijdsche onderdanen, die in zeenood verkeeren of stranden, zal onverwijld hulp en bescherming worden verleend en zij, die gestrande schepen berooven of schipbreukelingen mishandelen of hun behoorlijke hulp ontzeggen, zullen streng gestraft worden. De Sultan verbindt zich ten slotte den gouverneur van Sumatra's westkust te erkennen als den vertegenwoordiger van den gouverneur-generaal van Ned. Indië en zich tot hem te wenden in alle zaken, waarbij met het oog op het wederzijdsch belang aanraking noodig is. De heer Bender, directeur van de muziek der Bel gische Guides en inspecteur der militaire muziek, is jl. Maandag in den ouderdom van 72 jaren overleden. Onder het opschrift "Levensproef" lezen wij het volgende in een Duitsch blad: Het tooneel speelt op de vischmarkt der Halles centrales te Parijs. Een heer komt bij een der marmeren vischbanken, waarop eenige prachtige visschen, alsmede kreeften liggen; hij neemt een kreeft op en zegt: „die schijnt niet meer frisch en levend te zijn." Om de levenskracht van het arme dier te beproeven, klemt hij de schaar om den staart van zijn hondde kreeft knijpt toe en de hond gaat ijlings aan den haal, de kooplustige marktbezoeker hem na. Men schreeuwt en raast, maar hond en kreeft heeft men op de vischmarkt niet weêr gezien. (Fr. Crt.) In de een of andere stad van Frankrijk, zoo verhaalt Petit Journal, hebben een paar ambtenaars van de indirecte belastingen, voor zoover dit het houden van honden raakt, een praktisch middel ontdekt om ontduiking van die belasting te voorkomen. Des avonds maken zij voor de deur van elk huis het geblaf van een hond op zoo natuurlijke wijze na, dat, zoo er werkelijk zulk een dier in huis is, het een antwoord aan zijne klagende broeders onmogelijk kan schuldig blijven. Gebeurt dit nu in eene woning, waar geen hond werd aangegeven, dan wordt het nummer van het huis opgeteekend en de eigenaar den volgenden morgen aangemaand. Menotti Garibaldi passeerde dezer dagen Narbonne om zich naar Spanje te begeven. Het Berliner Intelligenz Blatt bevat de volgende advertentie: „VerlobtAugust Will und Caroline Nicht. Naar de namen te oordeelen schijnt dit paartje het nog niet volkomen eens te zijn. De honderdste locomotief, afgeleverd door de groote ijzersmederij te Kolomma, werd dezer dagen ingewijd. Aan het slot zijner rede sloeg de directeur den hals eener flesch champagne af en sprak, terwijl hij den inhoud daar van over het fraai versierde werktuig uitgoot: „Uw liefste drank is wel water, maar heden moeten wij u met den feestwijn besproeijen! Leve de Russische handwerksstand Leve de arbeid! Leve het heilige Rusland!" Die kreten werden met een drievoudig hoerah! beantwoord. Pensioen is o. a. verleend: aan den luit. kol. A. H. Mommers, prov. adj. in Friesland, onder toek. van den rang van kolonel, en aan den kol. jhr. H. G. F. Leyssius, plaatsel. comm. 2de kl. te Breda. STATEN-GE\EIIAAL. Tweede Kamer. Aan het einde van het verslag der Kamer nopens het ontwerp betreffende de afschaffing der plaatsvervanging verklaart de commissie van rapporteurs (Stieltjes, Mackay, Kappeyne, van Wassenaer en de Roo), dat de medegedeelde bedenkingen tegen den vorm, waarin de Regering over het beginsel der afschaffing van de plaatsvervan ging en nommerverwisseling wil doen beslissen, haar allezins gegrond voorkomen, vooral wat de wenschelijkheid en noodzakelijkheid betreft, dat een zoo gewigtig vraagstuk niet tot oplossing worde gebragt, dan wanneer de Kamer tevens in de gelegenheid zij gesteld, over eene algeheele herziening der wetten op de militie en schutterijen te oordeelen. Ook de commissie moet dus vreezen, dat, wanneer het wetsontwerp, zoo als het daar ligt, in behandeling werd gebragt., het door de Regering beoogde doel niet zou worden bereikt. Buitenland. De Gaulois bevat een uittreksel van een door Thiers aan maarschalk Serrano geschreven brief, waarin de presi dent der Fransche republiek een tafereel van Spanjes poli tieken toestand schetst en den maarschalk geluk wenscht met zijn patriottisch besluit, onder de gegeven omstandigheden in Spanje te blijven. Het uur is gekomen, dat alle Span jaarden, die mannen van eer zijn, hunnen wrok vergeten en slechts aan het heil des vaderlands denken moesten. Thiers eindigt met den wensch, de orde op het schiereiland, onverschillig onder welke regeringsvorm, hersteld te zien en daartoe kan niemand in ruimere mate bijdragen dan maarschalk Serrano. Een andere brief van Thiers, gerigt aan den Franschen gezant te Madrid, en naar men wil, door dezen aan Castelar medegedeeld, is ingelijks door de Gaulois openbaar gemaakt. In dat schrijven betuigt Thiers zijne hoogachting voor Spanjes minister van Buitenl. Zaken en uit hij den innigen wensch, dat het aan zijne (Castelars) pogingen gelukken moge de republiek in Spanje te bevestigen. Intusschen laat Thiers doorschemeren dat, om tot deze bevestiging te geraken, de erkenning door de mogendheden een vereischte is; deze erkenning kan, zoolang de ongeregeldheden en gevechten voortduren, waarvan Spanje thans het tooneel is, niet verwacht worden, dewijl de vrees bestaat, dat de binnenlandsche beroerten het schier eiland tot een broeinest van regeringloosheid en van het internationale socialismus maken kunnen. De Société du Sou des Chaumiéres, onder voorzitter schap van mevrouw Thiers, heeft 518 in den oorlog ver woeste huizen of hutten geheel opgebouwd en 151 worden hersteld. De som, die zij reeds besteed heeft, bedraagt 631,000 francs. De instructie van het proces tegen Bazaine is eindelijk afgeloopen. Het lijvige dossier bevindt zich thans in handen des ministers van Oorlog. De Koning van Perzië heeft een buitengewonen gezant naar Parijs gezonden, om den president aan te kondigen dat de Schah, de Perzische zon, hem een visite zal komen brengen. Onder een zerk van de kerk van Onze Lieve Vrouw van Clerv te Parijs heeft men een looden doos in een nis gevonden; in de doos was een hart in wol gewikkeld;^ droeg het opschrift: C'est le coeur du roy Charles huitième 149j' - JI. Dingsdag en Woensdag werden in het gebouw der nieuwe Opera te Parijs kunstwerken en andere inge- zonden voorwerpen ten behoeve der weezen van den oorlog verkocht. Deze weezen, 5000 in getal en waarvan 500 tt Parijs, worden uit een fonds, onder leiding van mevrouw Thiers, mevrouw Mac Mahon en mlle Dosne, de schoon, zuster van Thiers, opgevoed. Diè opvoeding is in allen deele voortreffelijk. De peperkoekkermis te Parijs heeft nog fraaijer weêt dan de hammenmarkt. Men schat het getal wandelaars, die jl. Maandag den Fbg. St. Antoine, den Cours de Vincennes, den boulevard Voltaire zijn afgeloopen, op meer dan 300,000. Nooit heeft men er zooveel levendigheid gezien en de koek in allerlei vorm, die door oud en jong uit lust en gewoonte is verorberd, zou een monument hebben kunnen vormen, welligt niet minder groot dan de Julij—kolom. Onder het opschrift: „Een buitengewone inktkoker,' bevat de Publisher's Circular het volgende: „Het huis Hachette Co. te Parijs heeft dezer dagen een inktkoker ingevoerd, .waarbij men waarlijk aan toover. kunst moet denken. Uitwendig schijnt hij een gewone inktkoker van porcelein, metaal of hout, met een breedere of smallere opening, maar van binnen bevat hij eenig verborgen en geheimzinnig mengsel, dat zuiver water onmid- delijÊ in wat de uitgevers noemen „administrative inkt' veranderd, en van elke kleur welke men verlangt. Wij weten niets van het verborgen mengsel, dat natuurlijk eet diep chemisch geheim is, maar wij hebben den uitwendige! vorm gezien en zijn getuige geweest van het resultaat; wij hebben zuiver water in de eene opening zien brengen, en wij hebben geschreven met eene fijne, vloeijende, glansrijke inkt, welk onmiddelijk in de andere opening opwélde. Over de duurzaamheid van de inkt, over de onuitputtelijk heid van het toestel, welk beweerd wordt voor 100 jaren goed te zijn, kunnen wij moeijelijk oordeelen. De uitgever van the Publisher's Circular van 1973 wordt bij dezen eerbiedig verzocht dit op den 31 Maart van dat jaar te bewijzen; een erfelijke inktkoker zal hem voor dat speciale doel geworden." Te Brétigny, een dorp in Frankrijk, heeft een paard, waarmede een knecht het land egde, dezen aangevallen, op den grond geworpen en met de tanden een deel uit den hals gebeten, benevens een oor en een stuk uit den arm, Door spoedig toegeschoten hulp is het gelukt het woedende dier te bedwingen. De aangevallene is in zeer bedenkelijken toestand naar zijne woning gebragt. De bekende kanselredenaar Spurgeon te Londen heeft het aanbod ontvangen van een Amerikaan om 25 voorle zingen te komen houden voor 25,000 dollars, zijnde f2500 per voorlezing. Spurgeon heeft echter geweigerd. Ook al ware 't aanbod tienduizendmaal grooter, zeide hij, 'k zot toch den oceaan niet oversteken om voorlezingen te houden. De Times berigt dat de stoombootmaatschappijen in Amerika toebereidselen maken om, te beginnen met deze maand, zulk een getal stoombooten van de eerste klasse van New-York naar Europa te zenden, dat men op ééne stoomboot per dag rekenen kan. Bij het naderen van het zomerjaargetijde verwacht men zelfs dat er twintig stoom booten per week zullen vertrekken. De tentoonstelling te Weenen is natuurlijk de voornaamste aantrekkingskracht, doch de Amerikanen schijnen ook eene zeereis over den Atlantischen Oceaan te behoeven tot herstel hunner geest vermogens, en het gevaar dat zij bij die zeereis loopsn, wordt volgens de Amerikaansche statistiek op een weinig minder berekend, dan wanneer zij tehuis bleven. De oude gewoonten en ouderwetsche zeden van Europa, zooals zich die in het oog van een Amerikaan voordoen, zijn mede een bijzonder aanloksel om over te steken en het uitzigt zoo vele Amerikanen in Engeland te zien landen beweegt de Times, den Engelschen hotelhouders in herinnering te brengen, dat het van hen afhangt die bezoekers te Londen te doen blijven of te verjagen, d. i. redelijke of bovenmatige prijzen te berekenen. Aan de Daily News wordt uit New-York getelegra feerd, dat Brigham Young aan de New-York Herald eene verdediging zijner politiek gezonden heeft, waarin hij onder anderen zegt: „Meer dan 40 jaren heb ik zonder ophouden gewerkt en mijn volk gediend. Ik ben nu bijna 72 jaren en heb ontspanning noodig. Mijn aftreden als administrateur der kerk, als president van de koöperatieve vereeniging Sion en als president van de nationale bank is uitsluitend een gevolg van wereldsche zorgen en heeft niets te maken met mijne positie als president van de kerk. Wij zijn voornemens eene kolonie in Arizona, in het land der Apachen op te rigten, daar wij overtuigd zijn, dat wij op hen een welda- digen invloed kunnen uitoefenen. Wij hopen mede te werken tot het tot stand komen yan een spoorweg, door die streek en een groot gedeelte van onze emigratie daar heen over te brengen." Brigham Young geeft het oude Mormoonsche afsluitsysteem prijs. Hij roept goede burgers op, om zich in Utah te vestigen, spoort kapitalisten aan, er hun geld te beleggen, en belooft, dat het eigendom beschermd en niet zwaar belast zal worden. Bij de schietoefeningen op 't oorlogschip Cambridge te Devonport is een bom ontploft; verscheidene der omstan ders werden zwaar gewond; de oorzaak is onbekend. Te Liverpool zijn in den nacht van Zaturdag op Zondag in no. 26 Graystreet zeven personen gestikt tengevolge van een brand. Het huis werd door elf personen bewoond.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche en Nieuwedieper Courant | 1873 | | pagina 2