Benoeming-en, enz. STATEN-GENERAAL. Buitenland. Frankrijk. Engeland. INGEZONDEN. Burg-erlijke Stand. Gemeente Helder. Burgerlijke Stand. Gemeente Texel. Marine-Haven Nieuwediep. SCHAGER MARKT van HEDEN. Joen vatten, stierf de lampion er naast een gewelddadigen dood. Een koude en vrij harde wind toonde Gruno zijn onwil, en wat men deed om zijn boozen toeleg te verijdelen, hij bleef meester met zijne anti-feestgezinde nukken. De Koning reed evenwel door de stad, die verdrietig treurde en teregt. Zij had nu eens willen toonen wat zij kon tegenover het bevallig, betooverend Assen, en de grootsche vuurzee, uit welke Leeuwarden zijne gevels, kerken en torens in de lucht verhief; maar ach! zij moest bukken voor Aeolus, die den despoot speelde." De overgang van militairen en het zich verbinden van andere personen tot de koloniale dienst is in de laatste weken in die mate toegenomen, dat het werfdepot te Harderwijk onvoldoende is om allen behoorlijk te kazerneren, zoodat tot andere garnizoensplaatsen de toevlugt is moeten genomen worden. Volgens telegrafisch berigt uit Nederl. Indië van den 19 Mei 11. zou het laatste gedeelte van de spoorlijn BringinWillem I den 21 Mei voor het algemeen verkeer worden geopend; en zal alzoo op dien datum de spoorweg SamarangVorstenlanden—Willem I in zijn geheel in exploitatie zijn gebragt. Het gala-costuum van den Shah van Perzie wordt op een waarde van twee millioen roebels geschat. De Nederlandsche Financier behelst eene „particuliere corres pondentie" uit Weenen, waarin het aantal faillissementen tijdens en na de jongste beurscrisis op 300 a 400 van de 2000 beurs bezoekers wordt opgegeven. Voorts zegt de bevigtgever van het «enoemde blad het volgende omtrent den omvang, dien het beursspel jo Oostenrijk had verkregen, waardoor de crisis dan ook onder alle klassen haren noodlottigen invloed heeft doen gevoelen: „Zelfs keft de beurs-catastrophe onder onze landbewoners grooter onheilen veroorzaakt dan men zou gelooven. De aangeboren neiging van jie aan de uitzuiging der steden gewoon geraakte verblinden tot iet dolce far niente, voorts het verleidelijke voorbeeld der massa plotseling rijk geworden deugnieten heeft onze landkramers en koeren er toe gebragt aan het gemakkelijke beursspel de voorkeur boven den moeijelijken en betrekkelijk weinig voordeeligen arbeid Ie geven. De door de regering geconcessioneerde beurskantoren waren immers opgerigt om ieder van het manna der beurs te doen genieten. Daarenboven vestigde zich in elke kleine plaats eene soort „Schlaumeiers," die tegen provisie de commissien der inwoners lieten uitvoeren. Zoo kwam het, dat alles, zelfs de schoolknapen en dienstboden, aan de beurs speelden. Liefde, lust en vrolijkheid heerschten overal, de spade en het houweel liet men rusten, niemand bekommerde zich over zijn beroep of bedrijf. Het geld regende immers het venster in! Weg met den arbeid, leve de beursDat was het parool der menigte. Eet aantal der door de beursramp tot den bedelstaf gebragte personen laat zich echter nog niet bepalen, daar ieder geruïneerde lijn noodlot zooveel mogelijk nog tracht te verbergen. Wonder baarlijke dingen komen thans van de klassen, die aan het beurs spel deelnemen, aan het licht. De beurskantoren alhier, het surrogaat der speelbanken, hadden o. a. syndicaten of vereenigingen met 500 leden gevormd. Zoo bevonden zich onder de deelnemers van derge lijke speelclub 27 dames, en wel twee gravinnen, eene barones, vier andere hooggeplaatste vrouwen, de echtgenoot van een ambtenaar, zeven dienstmeisjes en twaalf naaisters, modisten, enz. De mannen wereld dezer Vereeniging bestond uit 238 winkeliers, slagers, bakkers, fabrikanten, kappers, timmerlieden, schilders, enz. De overige 235 mannelijke individuen waren ambtenaren, militairen, san generaals tot tweede luitenants, geestelijken, enz. Dergelijke tijfers7 en feiten bewijzen meer dan ellenlange redeneringen de uit gestrektheid en de magt van de sociale kwaal." Benoemd: tot ridder der orde van den Nederl. Leeuw, dr. L. Proes, pred. te Leeuwarden; tot kommandeurs der orde van de Eikenkroon de hh. Behrns, inspecteur van het lager onderwijsTromp, raadsheer en Bloembergen, wethouder te Leeuwarden; tot offi- cieren der Eikenkroon de hh. Bruinsma, wethouder; Hayward, loofdingenieur en van Wieheren, kunstschilder; tot ridders van (li Eikenkroon de hh. W. H. F. baron van Heemstra, burgemeester van Harlingen; Keikes, graveur en K. Piekema, commissaris van politie te Leeuwarden. Te Zaandam is benoemd tot lid der Prov. Staten de heer J. Prins. Mej. K. A. Hnizinga, van Texel, heeft te 's Hage met gunstig gevolg examen afgelegd voor Nederlansche taal- en letterkunde. Benoemd tot hoofdonderwijzer aan de openbare school te Klatten, (Nederl. Indië) de beer D. Westhoff, thans te Bezoeki. De kapt.—luit. ter zee C. A. E. Fauchey, laatst behoord hebbende lot het eskader in Oost-Indië en van daar den 20 dezer in Neder- litd teruggekeerd, wordt mét dien datum op non-act. gesteld. De luits. ter zee 2de kl. P. Metman en W. J. van Hoogerhuijze, zijn op hun verzoek, met den laatsten dezer maand, eervol uit de zeedienst ontslagen. Met ingang van 1 Junij is de off. van gez. 2de kl. J. C. D. Steendijk bevorderd tot off. van gez. 1ste kl. bij de zeemagt. Tweede Kamer. Zitting van Dingsdag 27 Mei. De in de vorige zitting reeds 'ingevangen beraadslaging over eene nieuwe overeenkomt met de Handelmaatschappij werd heden voortgezet en besloten met de "nneming van dat ontwerp met 54 tegen 10 stemmen. Vervolgens werden nog eenige kleinere wetsontwerpen aangenomen, waaronder M, de som van f 400,000 bestemmende voor de emigratie naar Suriname. De minister van Koloniën heeft in deze zitting mededeeling fedaan van een door hem van den gouverneur-generaal ontvangen Herigt, waarin deze meldde dat het op Deli rustig blijft, dat er 8 «mpagniën aanwezig zijn en dat op Edi (behoorende onder Atsjin) ds Nederlandsche vlag is geheschen. Zitting van Woensdag 28 Mei. Het wetsvoorstel van den heer Nierstrasz, strekkende tot herziening van de bepalingen omtrent de verhooging van militaire pensioenen bij de zeemagt, ter zake van verblijf binnen de keerkringen, is na eenige discussie ver worpen met 32 tegen 25 stemmen. De minister van Marine was tegen partiëele regeling, en in alle geval, zoo regeling noodzakelijk "as, dan zou deze vooral de mindere schepelingen moeten betreffen. De discussie over de overeenkomst met de Kanaal-Maatschappij is daarop aangevangen. De lieer Thiers heeft jl. Dingsdag de zitting der Nationale Vergadering bijgewoond en in het linker centrum plaats genomen. De linkerzijde is bij zijne komst in de zaal opgestaan en heeft hem met een driewerf herhaald gejuich begroet. De heer Thiers zou Woensdag het hotel van den president verlaten, dat den volgenden dag door den heer Mac Mahon zou worden betrokken. De heer Thiers heeft een klein hotel in de Champs Elysées gehuurd. Verschillende leden van het corps diplomatique hebben bezoeken bij hem afgelegd. Dingsdag had de heer Thiers een langdurig onderhoud met den heer Jules Grévy. Toen eerstgenoemde den ex-voorzitter der Kamer ontmoette, voegde hij hem lag- chende toe„Zie daar nu twee gevallen presidenten," waarop de heer Grévy hem, evenzeer lagchende, antwoordde„Zoo is het, maar gelukkig zijn zij zeer welvarend!" De wedrennen zijn in aantogt en daarop is de aandacht van de geheele Londensche wereld gespitst. Dat hazard-spel, waarbij de loten (de paarden), die de prijzen doen behalen, er eigenlijk het ongelukkigst aan toe zijn, is een nationaal feest geworden, zoozeer dat de leden der Volksvertegen woordiging den dag vrijaf nemen, om dat echt Engelsch schouwspel niet te missen. Echt Engelsch, want er is bijna geen Engelschman of hij heeft kennis van het paarden-ras, en als hij die mist, weet hij de allures van een kenner uitstekend aan te nemen. Dat feest is oorzaak van de volkomen stilte in de politieke wereld te Londen, welke stilte slechts wordt afge wisseld door de feestelijkheden ter gelegenheid van den ver jaardag van H. M. de Koningin. Op die dagen wordt aan de ministeriën en verscheidene andere inrigtingen niet gewerkt. Illuminatie in de straten, tal van diners in the West-End, enz. Medcdeelingen uit Amerika over landverhuizing'. In der tijd vertrokken C. Blankman van Koegras, J. Volder en K. Ulbers beiden van Anna Paulowna, met het doel zich in de Vereenigde Staten van Noord-Amerika te vestigen. Zij werden in hun plan daartoe aangespoord o. a. door een brief van J. H. Cozijnen, van Velzen, die zich voor enkele jaren naar Zuid-Carolina had begeven en van arm in korten tijd rijk was geworden. Ten einde anderen voor soortgelijke misleiding te waarschuwen, geschiedt 't verzoek aan de Eedactie van dit blad tot opname van onderstaanden brief, door de bovengenoemde personen aan den inzender dezes toegezonden. Calumet, Staat Illinois, 6 Mei 1873. Geachte Vriend! Wij gevoelen behoeften om u eens wat van ons te laten hooren. We zijn dan in Amerika, maar och wat is de reis derwaarts ons slecht bevallen, 't Was een zeer onheusche behandeling, die we op reis van onze aankomst in Engeland tot aan Liverpool hebben ondervonden. Ook de behandeling in de hotels liet zeer veel te wenschen over, erger dan lastdieren werden we bejegend. Velen onzer hadden geen bed om op te rusten. Ons voedsel was zeer slecht: oud wittebrood waarop de boter vergeten, en koffij die haast niet te drinken was. In de boot van Botterdam op Huil werden we als varkens in een liok gestopt. Wij waarschuwen dus emigranten om hun reisweg niet over Engeland te nemen, wegens de ellende en de ongemakken, vooral ook voor vrouwen en kinderen, die aan 't station of op de aanlegplaatsen der booten telkens in de open lucht aan wind en weêr waren blootgesteld. Wie met de booten der Holiandsche maatschappij regelregt naar Amerika ver trekt heeft van al die moeijelijkheden geen last. Ons verblijf op 't stoomschip Herbernian, dat ons van Liverpool naar Amerika overbragt, liet ook al heel veel te wenschen over; de Holiandsche emigranten werden bij de Engelsche en Duitsehe achtergesteld en als uitvaagsel bejegend. En nu een en andère bijzonderheid van onze aankomst te New- berry in Zuid-Carolina. 't Viel ons in 't geheel niet toe. Van uit den trein maakte het land al dadelijk een ongunstigen indruk op ons. Daar wij landwaarts in moesten, waren we genoodzaakt terstond ons eten te koopenkoren, meel of Turksche tarwe, daar moesten we ons brood van bakken en eeD stuk zout spek daarbij ziedaar onze voedingsmiddelen. De koffij is er slecht. Logeren moet men daar in een gebouw, dat uit opeengestapelde boomen bestaat; aan alle zijden dringt de wind door dat gebouw heen en voor den regen is men er evenmin beveiligd. De spijs bestaat er uit brood met gezouten spek, driemaal daags hetzelfde. Vruchten of groenten worden er schaars of in 't geheel niet verbouwd. De menschen hebben meest geen kleêren aan het lijf, geen bord haast om van te eten. Het is al armoede wat men ziet. De menschen zijn allen zwart; blanken zijn er zeldzaam. Geld is er niet; de boeren ruilen onderling. Het land is slecht, haast niets dan bos- schen en rotsgrond. In den omtrek wordt katoen geteeld. Over 't geheel is het Zuiden der Unie een arm land, weinig uitlok kend voor landverhuizers, 't Loon is er 75 cents per dag voor een werkman met den kost. Het land is weinig waard; men kan er slecht van daan komen en men is er zijn leven haast niet zeker om een enkel dwars woord steken of schieten ze malkaar zoo maar dood. De spoorwegen zijn in verval en in den laatsten tijd hebben er vele verschrikkelijke ongelukken plaats gehad. Gelukkig zijn we, hoewel met veel moeite en kosten, uit dat gevaarlijke land van daan en nu willen we onze landgenooten gaarne voor een dergelijk droevig lot gespaard zien. J. H. Cozijnen, uit Velzen, die ons alles zoo mooi had voorgespiegeld en die opgaf dat hij zoo rijk was, hebben we hier in de grootste armoede aangetroffen. De man verkeert in groote ellende, heeft haast geen kleêren aan 't lijf; hij heeft geld noch land noch huizen, zoodat zijn brief ons wel misleid heeft. Ontvang de hartelijke groeten van Uwe Vrienden, Cs. BLANKMAN. Jn. VOLDER. Ks. ULBERS. PS. De inzender verzoekt de om dezen brief over te nemen, der emigratie. redactiën van andere couranten ter waarschuwing aan vrienden Tea plaatsing in 't vorig nummer werd door ons geweigerd een artikel, inhoudende klagten over gewelddadige wegvoering van een gegoed gcondeigenaar op Texel, een man van ruim 60 jaren, naar een krankzinnigen-gesticht. In onze meening over 't al te sterk gekleurde van de daarin vermelde feiten, werden we heden beves tigd door de ontvangst van onderstaand schrijven, dat we ter toe lichting der bewuste zaak aan onze lezers mededeelen. Redactie. In de Heldersche Courant van jl. Woensdag is een stuk geplaatst, dat een pijnlijken indruk moet hebben gemaakt. Trouwens hetgeen de ooggetuige op Hemelvaartsdag te Oudeschild heeft gezien en gehoord, was wel geschikt om iemand, die nog eenig menschelijk gevoel heeft, met diep medelijden te vervullen en het getuigt voor zeker voor het gemoed van den schrijver, dat hij aan zijne gewaar wording lucht heeft willen geven. Toch is het jammer dat hij zich door zijn gevoel heeft laten overheerschen en daardoor zijn gezond verstand zoo geheel werkeloos heeft gelaten. Had hij zich, vóór hij- zijn stuk inzond, eenigzins geïnformeerd, omtrent de aanleiding, die er bestond, tot het vervoeren van den ongelukkigen krankzinnige, hij zou hebben vernomen, dat deze op verzoek zijner naaste bloed verwanten, tot genezing eener zielsziekte naar een geneeskundig geesticht werd gebragt, waar hij reeds vroeger met gunstig gevolg werd verpleegd. Hij zou dan ook vernomen hebben, hoe de onge lukkige nog voor korten tijd zijn eigen kind in volslagen razernij mishandelde en zijne naaste betrekkingen met moord en verderf dreigde. Had de inzender zich aldus op de hoogte gesteld, hij zou de politie, die waarlijk geen benijdenswaardige taak te vervullen had en zich, onder de gegeven omstandigheden, met de meeste zachtheid heeft gedragen, niet hard zijn gevallen, maar hare handel wijze, in plaats van die te verfoeijen en af te keuren, hebben gewaardeerd. Texel, 28 Mei 1873. X. Opgave van af Dingsdag middag tot Donderdag middag. ONDERTROUWDGeene. GETROUWD J. Griek en T. Kok. F. Keijzer en M. Barteling. BEVALLEN: J. Blokhoff, geb. Paauw, (Z.). OVERLEDEN: N. Smit, 30 jaren. Van 21 tot 28 Mei 1873. ONDERTROUWD en GETROUWD: Geene. GEBORENMaria Johannes Hermann, zoon van Johann Bernard Iiermann Kruse en Johanria Bertba Maria Huvett. G'atharina Josiua, dochter van Maarten Daalder en Pietertje Kooiman. OVERLEDENCornelia Bregetha, 15 maanden, dochter van T. van Heerwaarde en J. Dijt. Klaasje, 2 dagen, dochter van J. Schouten en J. de Jager. Teunis Dekker, 85 jaren, weduwnaar van Aafje Visser. Anna Maria, 5 jaren, dochter van J. Koorn en M. Bakker. Pi et ev, 5 dagen, zoon J. Schouten en J. de Jager. Maartje, 6 maanden, dochter van P. Zegel en F. den Braven. Dirk Bakker Cz., 48 jareD, gehuwd met Jannetje Ran. Lutje Kooi, 71 jaren, weduwnaar van Eitje Stoepker. Weerkundige Waarnemingen te Helder (Landskeet). *<D Uren. Windrigting en Kracht. Barometer mm. Thermometer C. Vochtigh. procent. Toestand van de zee. Stand. Afw. Stand. Afw. 28 12 nno. 6k. 764.52 f 3.78 12.4 - 3.1 0.81 Golvend. 29 8 nnw. t„ 769.65 f 8.89 9.2 - 4.3 0.71 u 29 12 nw. 1 ii 770.10 f 9.34 10.0 - 5.5 0.74 n Weersgesteldheid' 28 Mei 12 u. Helder, ligtbewolkt, winderig. 29 Mei 8 u. Bewolkt, winderig. 29 Mei 12 u. Bewolkt, winderig. Zeilklaar liggende en vertrokken Schiepen Groote Vaart. Vertrek. Schip. Java. Maibit. Amsterdam. 28 Mei. Heela. Coiumbus. Passagiers a/b Java: der troepen, eohtg. en 7 Aankomst. 17 Mei. 19 25 26 27 Gezagvoerder. Bestemming E. vanlngen. Batavia viaSuez. A. Altman. Soerabaija. J. Kruisinga. Samarang. J. K. Bakker. Lissabon. H. de Boer. Buenos Ayres. lste klasse: majoor Schafer, kommandant kinderen; lste luit. In 't Velt en echtg; 2de luit. van Helden; majoor Knootte; de hh. L. Raven, J. Boeije, Jonkers; mejufvr. Schneider; mevr. Timmermans, kind en baboe; Dijkma, 3 kinderen en baboe. 2de klassede heeren M. Sehrader en A. van Gorcum; 2 Javaansche bedienden; 10 onderofficieren en 160 militairen. Binnengekomen Koopvaardijschepen GrooteVaart. Binnenk. Schip. Gezagvoerder. Cargadoor. Herkomst. 28 Mei. Catherine. G. S. Bakker. Duink.&Goedk. Suriname. 29 Amstelstroom. J. Appel. Passaroeang. 29 Carolina. A. Lavagno. Rangoon. Binnengekomen Schepen bestemd hunne lading in de Binnenhaven te lossen. Schip. Gezagvoerder. Herkomst. Lading. Cargadoor. Sunderland. Seahara. Goole. Danzig. Bremerhaven Newcastle. Vesper. W. S. Cook. Robert Stride. W. Booth. Steenk. Duink.&Goedk. Whitwood. Johannis. Rembrandt.* Dudley. Hastings.f Conservator. Ariël. R. Thomton. F. Nannings. K. W. Bols. N. Cox. C. Douglas. W. ltobinson. W. Shipley. ii AnnaMar.Wilh. J. V. Grol. Riga. Felecitas. G. v. d. Werff. Memel. Pieter. G. Oostervink. Riga. John Robinson. J. Stamp. Seaham. Hoogl.&v.Herw. Hout. Blikman Co. Stukg. ZurMühlen&Co. Steenk. Duink. Goedk. Hoogl.&v.Herw. Duink.&Goedk. Hout. van Vliet Co. Amons Co. Steenk. ZurMühlen&Co. *Lost in de Hecla. fLost in de Ottolina. PER TELEGRAAF. 4 Paarden f 70al5O Ossen - a Stieren - a 70 Gelde-Koeijen - 180a380 Kalf-Koeijen - 220a270 Vaarzen - 140al70 Hokkelingen - 110al30 20 Nucht.Kalveren- 7a 21 VetteRammen - a 168 Schapen - 32a 40 3000 Lammeren f 14 a 21 13Bokk.enGeiten - 1 a 11 27 MagereVarkens- 18 a 32 89 Biggen - 10 a 14 Eenden c. a Kippen a Boter per kop - 85 alOO Kaas per K.G. - 35 a 40 Kip-Eijeren per 100-300 a Eend-Eijeren -300 aS60

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche en Nieuwedieper Courant | 1873 | | pagina 3