Binnenland. Er wordt gelezen eene missive van den kommandant en de verdere officieren der dd. Artillerie-Schutterij, houdende verzoek om eene subsidie, groot f 600 's jaars, voor een op te rigten muziekkorps bij de Schutterij. Adressanten wijzen er op, dat de oprigting van een muziekkorps zeer zoude bijdragen om de ambitie bij de onderofficieren en manschappen te vermeerderen. Het plan zou zijn om de eene week bij de exercitie en de andere op eene der pleinen muziekuitvoeringen te doen geven. Na eenige discussie wordt door den Voorzitter voorgesteld, om in 1873 f 300 en in 1874 f 600 voor dit doel toe te staan bij wijze van proefneming, gelijk in 't adres was uitgedrukt. Over dit voorstel staakten de stemmen (6 vóór en 6 tegen). Vóór stemden de heeren Groen, van Veen, Boom, Hugenholtz, Maalsteed en de Voorzitter. Tegen stemden de heeren Werendlijn Smit, Jan zen, Boomsma, Graat, Jelgersma en Berghuijs. Tengevolge hiervan zal in de volgende zitting dit voorstel op nieuw in stem ming worden gebragt. Voor kennisgeving wordt aangenomen de mededeeling des Voor zitters, dat bij de op 21 dezer gehoudene verificatie van de boeken en de kas des Gemeente-Ontvangers een en ander is in orde bevonden, terwijl zich in kas bevond de som van f 43,42S.41-§. Op zijn daartoe gedaan verzoek wordt aan den heer G. Scholten, wegens zijne benoeming tot adjunct-directeur der gemeente-werken te Rotterdam, tegen ultimo Augustus een eervol ontslag verleend uit zijne betrekking van Gemeente-Bouwmeester alhier. De Voor zitter wijst bij deze gelegenheid er op, hoeveel de gemeente door 't vertrek van dien verdienstelijken ambtenaar verliest, brengt hulde aan zijne veelvuldige verdiensten en drukt den wensch uit, dat de heer Scholten in zijne nieuwe betrekking even zooveel zelfvoldoening moge smaken als hier. Er wordt gelezen eene missive van den heer G. Scholten, hou dende mededeeling, dat hij, wegens vertrek, bedankt voor 't lid maatschap der Commissie voor 't Middelbaar Ouderwijs. Aangenomen voor kennisgeving. Op voorstel van HH. Commissarissen van 't Gemeente-Zieken huis en de Apotheek, wordt aan den bewaarder in eerstgenoemde inrigting eene gratificatie verleend van f 25, ter tegemoetkoming in de kosten voor 't houden eener dienstbode. De Voorzitter deelt mede, dat sedert de vorige zitting is over leden de heer IC. J. Krul, opper-brandmeester alhier. Hij wijst er op, dat de overledene is geweest een zeer verdienstelijk man, die gedurende verscheidene jaren nuttig werkzaam was in de zorg voor de brandbluschmiddelen dezer gemeente. Eindelijk deelt de Voorzitter nog mede, dat van de Plaatselijke Schoolcommissie is ingekomen een rapport ter zake van het door de hulponderwijzers ingediend adres om verhooging hunner jaarwedden. Hierop wordt de zitting gesloten. HELDER en NIEÜWEDIEP, 24 Julij. De mailboot Java is den 21 dezer van Point de Galle naar Batavia vertrokken. Aan boord was alles wel. Volgens ontvangen telegram van Aden, heeft de mailboot Prins Hendrik, na volbragte reparatie en be proeving der machine, den 23 dezer, 's voormiddags ten 5 ure, de reis naar Batavia voortgezet. Het stoomschip Willem Kroonprins der Nederlanden, is volgens ontvangen berigt van de directie der Koninklijke Nederlandsch-Indische stoombootmaatschappij, in den loop der vorige week te Batavia aangekomen. De juiste dag was echter niet vermeld. Gisteren heeft alhier een treffend sterfgeval plaats gehad. Een algemeen geacht en verdienstelijk zeeofficier, die gisteren morgen het commando voerde bij eene militaire wandeling der zee-miliciens, is des avonds plotseling overleden. Dingsdag a. s. zal van hier naar :s Hage en Botter dam een goedkoope volkstrein vertrekken. De Noordhollandsche Staatsspoorweg Helder-TJitgeest- Zaandam heeft opgebragt in Maart totaal f 23,599.331 en in April f 25,341.51. Beroepen te Zierikzee ds. C. J. van Bemmel Suijck, te Keppel. Mede waren op het drietal geplaatst: dr. J. C. Pool, te den Helder en ds. C. Maas, te Zaandijk. Drietal te Utrecht: ds. J. G. Knottnerus te Dordrecht, ds. II. W. A. Verhoeff te Charlois en Katendrecht en dr. A. W. Bronsveld te Haarlem. Bedankt voor het beroep naar Alphen a/d liijn door ds. Jorissen, te Eotterdam. De heer M. G. van Neck, van Noord-Scharwoude, is o. a. toegelaten op de Kijks kweekschool voor onder wijzers te Haarlem en gesteld in het genot der gewone Eijks-toelage. Uit Hoorn wordt gemeld, dat aldaar een koppel kippen, einde Maart 1873 uitgebroed, reeds sedert eenige dagen geregeld eijeren legt. De eijertjes zijn klein van stuk, maar zeer smakelijk. Dat driemaands kippen reeds leggen wordt als een groote zeldzaamheid beschouwd. - Naar men verneemt, zullen de bewoners der dorpen tusschen Hoorn en Enkhuizen, langs de zeekust, wier voor vaders getuigen waren van den roemrijken zeeslag tegen de Spaansche vloot onder Bossu, uitgenoodigd worden, door de vereeniging voor volksvermaak te Hoorn, om deel te nemen aan den optogt op het 300jarige herinneringsfeest en het hunne daartoe, tot meerdere opluistering, bij te dragen. Men twijfelt niet of onze rijke naburige landlieden zullen volgaarne aan die uitnoodiging voldoen. Het vuurwerk, dat na afloop van den grooten zeil en roeiwedstrijd, jl. Zaturdag te Amsterdam gehouden, zou worden afgestoken, is den nacht te voren in 't schuitje, waarin het bewaard werd, door zelfontbranding ontploft. Volgens de Amst. Crt. was het ontevreden over zijne gewone maar vernederende rol van heksluiter. In het najaar van 72 begon het Amsterdamsche schaakgenootschap een wedstrijd met het Haagsche, die thans geëindigd en door Amsterdam gewonnen is met den 56sten zet. Jl. Maandag had te Weesp bij den in aanleg zijnden spoorweg weer een treurig ongeval plaats. Een zandtrein, welke op het plein bij het in aanbouw zijnde stationsgebouw had stilgehouden om water in te nemen en niet spoedig in beweging kon worden gebragt, kwam in botsing met een van Bussem komenden trein. De schok was zoo hevig, dat de voorste wagen genoegzaam geheel verbrijzeld en een der locomotieven zeer beschadigd was. Het been van den machinist der van Bussem komende locomotief werd ver brijzeld, zoodat men reeds tot de afzetting heeft moeten overgaan. Volgens een nader berigt is de man, tengevolge van bijkomende koortsen, reeds overleden. De stoker, welke mede bewusteloos naar het gasthuis was gebragt, is gelukkig met den schrik vrijgekomen. Uit Haarlemmermeer wordt het volgende gemeld omtrent de verwachtingen van den te veld staanden oogst in die gemeente. Kogge en gerst middelmatig gewas, tarwe goed gewas, haver staat goed te velde, erwten en boonen zeer goed, vlas goed gewas, er zijn minder hectaren beteeld dan vroeger, meekrap slecht gewas, veel geleden door de natheid, kool-, karwei- en mosterdzaad goed gewas, aardappelen goed gewas, de ziekte vertoont zich tot heden zeer gering, wortelen zeer goed gewas; vruclitboomen: de opbrengst zal niet noemenswaardig zijn, tengevolge van langdurige koude en nachtvorsten, houtgewas groeit goed. Vee: de gezondheidstoestand is zeer gunstig, tongblaar of longziekte doet zich tot heden niet voor, wei-, hooi- en klaverland goed gewas, doch de opbrengst is minder dan in 1872, om reden men in 't voorjaar te lang ongunstig weêr gehad heeft. Men verneemt wel eens meer dat windmolens, kleine huizen en dergelijke gebouwen van de eene plaats naar de andere verrold zijn geworden. Zoo is men dezer dagen begonnen de groote cavalerie-manège te Haarlem een gebouw lang 45 en breed 21 meters naar eene omstreeks 70 meters van de tegenwoordige standplaats verwijderde plek te verplaatsen. Het is zeker een der grootste gebouwen, die in de laatste jaren bij ons te lande in hun geheel ver plaatst zijn geworden. De heer B. Zuithof ontvangt voor dit werk f 6000. Gisteren werd op Boekenrode, daartoe welwillend door de heeren Messchert van Vollenhoven en van Lennep afgestaan, het tiende Algemeen Evangelisch Nationaal Zen- dingsfeest gevierd. Het terrein van Boekenrode, nog geen uur gaans van Haarlem, en vlak bij het station Zandvoort- sche-laan gelegen, rijk aan hoog opgaand en zwaar geboomte, was uitnemend voor eene bijeenkomst als deze geschikt. Alles was door de goede zorgen der hoofdcommissie niet het minst door die van haar lsteu secr. en thes. ds. Bui tendijk, van Harderwijk voortreffelijk en doelmatig inge- rigt. Zeer groot was het aantal der bezoekers, die voor een goed deel reeds vroeg in den morgen van dezen uitste kend schoonen, warmen dag ter feestviering waren opge komen. Met veel aandacht en belangstelling werd op de drie verschillende spreekplaatsen door een talrijk gehoor geluisterd naar de sprekers, die in de orde, in het programma opgegeven, zich daar deden hooren. De openingsrede werd ten 10 ure uitgesproken door dr. N. Beets, die den feest vierenden een welkomstgroet bragt, waarvan de hartelijkheid verhoogd werd gelijk hijachtereenvolgens deed uitkomen door de plaats, waar hij haar uitsprak, door de zaak, die hen zamenbragt, door den geest, dien hij bij hen onderstelde, door de vrucht, die hij door en voor hen van dit zamenzijn verwachtte. Ten 11 j ure deden zich als sprekers op de drie spreek plaatsen hooren dr. L. E. Beynen, van 's Gravenhage, over het gedenken van de dagen van ouds: ds. Huet, van Dirksland (in plaats van ds. Hoog, van Haarlem, die over Japan zou spreken, maar verhinderd was) en dr. G. H. Lamers, van 's Gravenhage, over de sociale kwestie. Van 12 tot 1| ure werd eene pauze gehouden en gedurende dien tijd werden door het muziekkorps der Haarlemsche schutterij verschillende stukken uitgevoerd. Daarna voerde het woord ten li, ure de heer T. M. Looman, van Amster dam, over het verslag der Zendings-Vereenigingen; te 2J- ure ds. J. P. G. Westhoff, van Amsterdam, over het Seminarie op Java ten 3 ure dr. A. Capadose, van's Hage, over Israël, en dr. A. W. Broitsveld, van Haarlem, over Sumatra; ten 3 J- ure ds. Cesar Segers, van Leiden, over de Gustaaf-Adolf-Vereeniging; ten 4 ure ds. J. van Goor, van Oud-Loosdrecht, over des Christens roeping om de zending te bevorderen, en ds. N. H. de Graaf, van Amster dam, over Jethro's raad, toegepast op de binnen-en buiten- landsche zending; ten 4| ure ds. Weiss, van Haarlem, over Surinameten 5 ure de heer J. Kruyt, zendeling van Modjo- Warno, over den Javaan en het Christendom, en ds. F. J. P. Moquette, van Sneek, over Suriname; ten 5j ure de heer T. de Bruin, over de evangelisatie. Ten slotte werd ten 5 j ure door ds. Creutzberg, van Arnhem, een eerste afscheidswoord gesproken tot hen, die met den feesttrein vertrokken, en hield ten 6j ure ds. Cohen Stuart, van Eotterdam, de afscheidsrede. Ds. Cohen Stuart betoogde, dat deelnemen aan het zendingfeest beteekentpartij kiezen voor het Christendom; hij drukte zijne hoorders op het hart, dat het feest eischtdoet de vreemde goden uit uw midden weg; en hij sprak den wensch uit, dat het in elk der aan wezigen persoonlijk werken zou het besluit: Ik en mijn huis wij zullen den Heer dienen. Ongetwijfeld hebben de talrijke bezoekers van dit uitne mend geslaagde Zendingsfeest de aangenaamste herinneringen medegenomen van een dag aan opwekking van den ijver voor de zendingszaak, aan aangenaam zamenzijn en natuur genot gewijd. Moest men spreken uit hunnen naam, een woord van dankbaarheid aan de eigenaars van Boekenrode, aan de verschillende sprekers, aan de hoofdcommissie en ook aan de directie van de Hollandsche IJzeren Spoorweg- Maatschappij zou gewis niet misplaatst zijn. Uit Batavia wordt aan het U. D. gemeld, dat alles voor de tweede expeditie naar Atsjin wordt voorbereid, die vóór December zal vertrekken. De expeditie zal bestaan uit 7000 man infanterie, 2000 man van andere wapens en 3000 koelies. Te Utrecht is overleden een zesjarig knaapje, die op den eersten kermisdag in den mallemolen ernstig ver wond werd. Er bestaat, volgens het U. D., 't plan tot het oprigten eener vereeniging van hen, die met medailles voor mensch- lievend hulpbetoon, redding van drenkelingen enz., zijn begiftigd. Tot lid der Prov. Staten is te Amersfoort gekozen de heer Cock Blomhofl'. Verschillende grondeigenaars en landbouwers in de gemeente en provincie Utrecht hebben besloten om het werkvolk gedurende deze warme dagen van af 12 tot 3 ure in den namiddag geen veldarbeid te doen verrigten. Een schippersvrouw, te 's Hertogenbosch, in de vorige week bevallen van een welgeschapen tweeling, is binnen twee jaren moeder geworden van 7 kinderen, namelijk twee tweelingen en een drieling. De Arnh. Crt. wijst op de beteekenis van de Euro- pesche reis van den Shah van Perzië. Deze is gewis geen Czaar Peter, die Europesche beschaving in zijn rijk wil invoeren. Daartegen getuigt zijn gansche regeringsstelsel. Maar hij is bevreesd geworden doordat Engeland en Rus land in zijne onmiddelijke nabijheid veroveringen maken. Hij kon bij eene botsing van die beiden wel eens het slagt offer worden. Hij wenschte dus betrekkingen met beiden aan te knoopen. De Britsche diplomatie schijnt het van de Russische gewonnen te hebben. Dat zou men ten minste opmaken uit den toon der Russische bladen. Dat bewijst ook de concessie aan baron Reuter, die geheel onder En- gelschen invloed staat en wiens personeel bijna geheel en al uit Engelschen is zamengesteld. Perzië zal annexeren behoort niet tot de Britsche politiek de Engelsche belangen dienen, en deze overwinning weegt ruimschoots op tegen eene verovering van Khiwa. Hoe gering de magt van Perzië ook zij, in het Oosten heeft de Shah nog een groot prestige. Dit zal dienstbaar worden aan de belangen van Engeland. Perzië zal geleidelijk in het genot worden gesteld van de voordeelen der beschaving. Dat laatste zal een gevolg zijn, door den Shah gewis niet bedoeld. De heer C. A. Brandts Buijs, te Deventer, heeft een Atsjin-marsch vervaardigd en opgedragen aan generaal van Swieten. Bij een landbouwer te Wittem in Limburg heeft een hen niet minder dan 28 gezonde kiekens uitgebroeid. Aan het diner, jl. Maandag den Shah van Perzië aan boord van het stoomschip Winkebried op zijn togt naar Genève aangeboden, zat Z. M. de Koning der Nederlanden tegenover den Perzischen Vorst. Bij baron Julius Reuter, concessionaris der Perzische spoorwegen en telegrafen, is ontvangen een protest van den heer Savalan, een Franschman, die beweert in 1865 gelijke concessie van den Shah gekregen te hebben, wes halve die aan Reuter moet vervallen, daar de zijne nog geldig is. De wijd vermaarde heer Johanu Hoff heeft „zijne betalingen gestaakt," zooals het heet. Hij heeft zich inge laten met bouw- en andere speculaties, die ongelukkig afgeloopen zijn, maar meent toch zijne zaken nog te kunnen herstellen. Had de man zich maar tot zijn onfeilbaar Malz-extract bepaald! Tegen finantiële ongelukken schijnt dat onwaar deerbaar geneesmiddel niet te baten. Dr. Abernethy is een zeer bekwaam geneesheer, maar die geen geduld heeft met ingebeelde zieken. Eens werd hij bij een zijner cliënten geroepen: de man was volkomen wel en de dokter weigerde, iets voor te schrijven. „Maar nu gij toch hier zijt, dokter, zeg mij wat ik eten mag, en waarvan ik mij onthouden moet Met een ernstig gezigt antwoordde toen Abernethy: „Eet niet de tang op, ook niet den pook, die zijn hard te verteren; ook raad ik den blaasbalg af, dat voedsel is te winderig, voor de rest kunt ge alles eten wat ge wilt." Een boer, die op sterven lag, liet zijn vrouw, zijn kinderen, zijn knechts en zijn meiden aan zijn bed komen, om allen nog eens toe te spreken, voor hij heenging. Aan ieder afzonderlijk gaf hij bevelen en raadgevingen, het laatst aan zijn vrouw. De reeks van orders, die hij aan zijn wederhelft had na te laten, was tamelijk groot, te groot misschien volgens het gevoelen der boerin. Ten minste zij viel haar man eensklaps in de rede met de woorden: „Ie hebt goed kommandeeren, HarmenIe leupt er uut en loat er mien alleen veur zitten." - Hoe de Amerikaan adverteert: De laatste woorden van groote mannen zijn dikwijls karakteristiek. „Tête d'arméeriep Napoleon I uit, toen zijn groote ziel de aarde ontvlood. „Licht, licht!" zuchtte Göthe. „Geef mijnheer Dayrolles een stoel," zei Chester field, worstelend met den dood en nog steeds beleefd. En Jack Bowers, die man van smaak, uitte als laatsten wensch: „Begraaf mij in den rok, gemaakt door de gebroeders Wool, X. street no. 19, want ik wil sterven zooals ik geleefd heb, gekleed door den besten kleermaker van New-York!" Dc socialist beoordeeld door eeu werkmau. Te Coblentz wordt een industrieel weekblad uitgegeven, uitslui tend voor werklieden en gerigt tegen de socialisten. In het laatst verschenen nommer vindt men een artikel, door een werkman ge schreven en dat nu in onderscheidene bladen is overgenomen, als een nieuw bewijs dat toch niet alle werklieden zoo blind en ligt- geloovig zijn, als de socialistische democraten wel hadden gewenscht. De schrijver zegt o. a. dit: „Er zijn tegenwoordig mensehen, die zoo het heet zich het welzijn van den werkman tot eene levenstaak hebben gemaakt. Althans dat zeggen ze; maar terwijl zij zeiven niet werken, omdat ze 't niet kunnen of niet trillen, weten ze den werkman zooveel geld af te troggelen, dat ze een onbezorgd leventje er van kunnen nemen. Daartoe schijnt niets anders te worden vereischt dan een weinig bluf, mits gepaard met eene groote mate van onbeschaamd heid, want ze hebben niet altoos met domkoppen te doen. Men begrijpt dat ik hier het oog heb op de zich noemende leidslieden van den werkmanleiders, eigenlijk verleiders, in de eerste plaats onruststokers. Die mannen hebben ons nu reeds bezorgdcentrale, provinciale, districts-, kantonnale en plaatselijke vereenigingen; centrale, alge- meene en andere raden, secretarissen, controleurs, kassiers (meestal zonder kas of geld); kortom, er behoort een sterk geheugen toe om met al die hoogere en lagere titulaturen niet in de war te raken. Maar wat hebben wij, werklieden, nu toch aan al die vereenigingen, kassen en besturen, die bij ons maar altoos aankloppen om geld, geld en nog eens geld? Hebben onze zieken het nu beter? Krijgen onze confraters uit den vreemde, of onze hulpbehoeftigen meet

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche en Nieuwedieper Courant | 1873 | | pagina 2