Benoeming-en, enz. Buitenland. Frankrijk. Engeland. Oostenrijk. Spanje. Amerika. INGEZONDEN. Afloop der Openbare Verkooping, Burgerlijke Stand. Gemeente Helder. Marine-Haven Nieuwediep. huisvrouw van G. v. d. H., beiden geboren en wonende te Meer kerk. Beide beschuldigden stonden jl. Vrijdag voor het Prov. Geregtshof in Zuidholland teregt. Uit de tegen hen opgemaakte acte van beschuldiging blijkt, dat de justitie den 14 April jl. de beide beschuldigden in hunne gemeenschappelijke woning aantrof. Op de toen aan A. B. gerigte vraag ontkende zij iets van een bevalling te weten, doch later, en nadat door geneeskundig onderzoek het feit harer bevalling was vastgesteld, erkende zij in den nacht van 7 op 8 April een levend kind ter wereld gebragt te hebben; zij wist dat het leefde, omdat ïij het met de beentjes tegen zich aan had voelen trappen. Het feit wordt eenigzins bevestigd door verschillende getuigen, aan wie de bestaande betrekkingen tusschen oom en nicht en de vergevorderde toestand van zwangerschap dezer laatste niet ontgaan waren. De oom had, volgens de verklaring der tweede beschuldigde, het kind spoedig na de geboorte tot zich genomen, nadat hij haar had gedreigd: „jij dood of het kind dood." Wat hij er toen mede gedaan heeft, verklaart Antonia niet te weten. De beschuldigde B. verklaart dat zij het kind gedurende drie dagen na de geboorte bij zich in bed gehouden heeft, en dat hij het toen op verzoek zijner nicht van onder de dekens weggehaald en nabij zijne woning begraven heeft. Zij zou hem namelijk na hare bevalling gezegd hebben dat het kind dood was, terwijl hij toen te ontsteld was om het dadelijk te begraven. Hij verklaarde niet te weten dat het kind geen natuurlijken dood was gestorven en kon niet zeggen waarom hij tegenover iedereen zooveel geheimzinnigheid over de bevalling had bewaard. Een als getuige gehoorde veldwachter verklaarde nog, dat hij voor eenige jaren in een greppel nabij de woning van F. B. eenige beenderen van een pas geboren kind heeft gevonden, die hij heeft doen begraven; ook had hij in April van dit jaar in een schuurtje gevonden eenige stukken van een schedel en eenige beenderen, ver moedelijk afkomstig van een kind dat, volgens onderzoek van deskundigen, bijna voldragen was of zelfs eenigen tijd geleefd had vermoedelijk was het reeds meer dan een jaar overleden. De 1ste beschuldigde verklaarde er niets van te weten, doch de tweede bevestigde het in zoover, dat zij zeide voor 2 jaar bevallen te zijn van een levend kind. Ook dit kind was door haar oom onmiddelijk na de geboorte weggenomen, zonder dat zij weet waar hij er mede gebleven is; zij was te bang voor haar oom om hem te vragen waar hij het gelaten had. Verschillende getuigen bevestigden dat Antonia groote vrees koesterde voor haren oom, die haar steeds zeer norsch behandelde. Zij had van jongs af bij hem in huis gewoond, zelfs toen zij al getrouwd was, op een korten tijd na, en had, na gescheiden te zijn van haar man, iemand van bekrompen geestvermogens, met hare beide kinderen ook bij hem gewoond. Het Openbaar Ministerie, waargenomen door den advocaat- generaal mr. van Maanen, achtte het ten laste gelegde feit door de verschillende aanwijzigingen, zoowel de beschuldigden gezamenlijk als ieder afzonderlijk betreffende, in onderling verband beschouwd, wettig en overtuigend bewezen. Het eischte schuldigverklaring van P. B. aan kindermoord en van A. B. aan kindermoord voor de eerste maal door de ongehuwde moeder gepleegd, en veroordeeling van den-eerste tot levenslange en van de tweede tot minstens vijf en hoogstens twintig jaren tuchthuisstraf. Als verdediger van den 1ste beschuldigde trad op mr. van Gigch, voor de 2de mr. Pape. De verdediging van eerstgenoemde steunde hoofdzakelijk op gebrek aan eenig bewijs voor het ten laste gelegde. Op grond daarvan concludeerde hij tot vrijspraak van den beschul digde. Mr. Pape trachtte te betoogeu dat de tweede beschuldigde geenszins de oorzaak was van den dood van haar kind. In haar gedrag en hare handelingen was niets gelegen, waaruit een enkele aanwijzing ten hare nadeele kon worden afgelegd. Ook hij conclu deerde tot vrijspraak. De uitspraak is bepaald op Vrijdag a. s., 's namiddags ten 3 ure. Tot magazijnmeester der art. 1ste kl. te Naarden is benoemd de kapt. J. G. J. Paravicini di Capelli, van het 2de reg. vest.-art. De luit. ter zee 2de kl. J. J. de Hart is, op zijn verzoek, met den laatsten Sept. e. k., eervol uit de zeedienst ontslagen, met ver gunning om de uniform, aan zijn tegenwoordigen rang verbonden, te blijven dragen. Met ingang van 1 Sept. a. s. zijn benoemd tot adelb. 1ste kl. bij de Nederl. zeemagt de adelb. 2de kl. bij het Kon. Inst. voor de marine te Willemsoord: J. D. Wolterbeek, L. Adriani, PI. G. Herderschee, D. A. Kraijenhoff van de Leur, C. A. de Brauw, .1. H. Calmeijer, F. van den Berg, P. T. M. van Leeuwen, H. P. Netscher, F. C. Granpré Molière, O. H. Kuyck, J. D. Heyning, W. P. A. M. Kluit, jhr. J. A. G. van der Staal, H. J. E. van Gogh, C. F. de Buyter de Wildt, R. Betz, W. A. Palm, H. Rudolph. Met den 1 Sept. a. s. worden alsnog aangesteld tot adelborsten 3de kl. bij het Kon. Inst. voor de Marine de jongelingenG. Jonckheer, T. H. de Meester, A. de Ruyter van Steveninck en A. C. Zeeman. De heeren E. H. F. W. Mathon, directeur der registratie en domeinen in Zeeland, J. F. W. Conrad, hoofdingenieur van den waterstaat aldaar, de arrond.-ingenieur A. van Hooff en den heer W. F. Del Campo genaamd Camp, gepensioneerd majoor-ingenieur, zijn door Z. M. den Koning van België benoemd tot ridders der Leopolds-orde. Oost-Indië. Benoemd: tot assist bij de geograf. dienst, de geëmployeerde bij de Ned. Ind. spoorwegmaatschappij te Kedong- Djati (Samarang) J. A. Oudemans; tot 2den machin. bij de gouv.- marine, de gewezen machin. 2de kl. bij de Kon. Ned. marine J. Trigeriobij het marine-établ. te Soerabaijatot 2den opz. voor het vak van scheepsb., de komm. bij genoemde inrigting S. v. d. Lee; tot komm. voor het vak van scheepsb., de vice-komm. bij genoemde inrigting J. Duijvetter. Ontslagen: op verzoek, eervol, uit's lands dienst, de 2de machin. bij de gouv.-marine J. Th. Platte; op ver- zoik, eervol, uit zijne betrekking, wegens ziekte, de 1ste machin. bij de gouv.-marine W. Lus; op verzoek, eervol, uit's lands dienst, met behoud van regt op pensioen, de 1ste klerk bij het marine- établ. te Soerabaija G. Ph. Klein. Belast: met de waarn. der betrekk. van lsten baassmid bij het marine-établ. te Soerabaija, de 2de baas-smid bij genoemde inrigting S. J. Willems; met de waarn. der betrekk. van 2den baas-smid bij het marine-établ. te Soerabaija, de mach. bij het vak van scheepsb. van genoemde inrigting J. Ridée; met de waarneming der betrekking van 3den stuurman D. P. C. Niekerk. In den officieusen Francais wordt eene aan de Times gedane mededeeling bevestigd, welke inhoudt dat nog voor het einde der loopende maand de geheele oorlogscontributie aan Duitschland zal afbetaald zijn. De beroemde chirurg Nelaton, die, reeds eenigen tijd ongesteld, maar juist aan de betere hand was, is weder ingestort zoodat men voor zijn leven vreest. Hij is bijna 70 jaren oud. Een jong veelbelovend schilder, de heer Georges Drouin, is te Parijs onder de treurigste omstandigheden op 28jarigen leeftijd overleden. Gekweld door de hevigste kiespijn, trachtte hij in te slapen door chloroform en legde zich een zakdoek op het gelaat, dien hij daarmede door trokken had. De dosis was te sterk en de ongelukkige ontwaakte niet meer. Een der zwaarst gekwetsten bij den vreeselijken brand te Rueil had vergunning gekregen in het hospitaal, waar hij verpleegd wordt, zijn hond bij zich te houden. Het dier was bij eene uiterst pijnlijke kunstbewerking tegen woordig; zag hoe zijn meester kromp van smart onder de handen van den geneesheer, jankte, gromde, liet dezen de tanden zien, en men moest het vastleggen om ongehin derd voort te kunnen gaan. Niets ontsnapte intusschen zijne opmerkzaamheid, en toen zijn meester een gil gaf van pijn, bij eene indruppeling met zeker bijtend vocht, kende de woede van den hond schier geen grenzen. Toen hij eindelijk na afloop der operatie weder werd vrijgelaten, vloog hij aanstonds op het fleschje aan, door hem als de oorzaak van het leed beschouwd, dat zijn meester dien smartkreet ontlokt had, en verbrijzelde het tusschen de tanden. In Nieuw-Caledonië is overleden de bekende Verdure, het oud-lid der Commune, die in 1869 redacteur is geweest van de Marseillaise. Men weet het overige. „Uit de beste bron mogelijk, namelijk van den heer Motley zeiven," heeft de Times vernomen, dat zich bij de ziekte, waardoor die groote Amerikaansche geschiedschrijver en diplomaat 16 maanden geleden is aangetast, geene apoplectische of paralytische verschijnselen hebben voor gedaan, maar dat zij bestaan heeft uit een hevigen en smartelijken aanval van zenuwpijn, waarvan hij thans bijna hersteld is. Keizerin Eugénie is naar Chislehurst teruggekeerd. Zij vertoefde gedurende twee maanden op het kasteel Arenenberg in Zwitserland, in gezelschap van den keizer lijken Prins, die thans zijne studiën aan de militaire school te Woolwich voortzet. De Keizerin werd slechts door een klein gevolg vergezeld. Een correspondent van Daily Telegraph beschrijft het optreden van de mijnwerkers van Bilston, bij een feest dat voor eenige dagen in Leamington gevierd werd. De vrouwen waren in kostbare stoffen, niet zelden in hemelsblaauwe zijde, met kanten manchetten gekleed. Vrouw en dochter waren door den mijnwerker met kostbare parasols bedacht, hare hoofden werden versierd door hoeden, waarop zoo schoone en talrijke kunstbloemen en vruchten prijkten, dat men er zich over verwondert, dat de vogels en bijen zich niet vergisten. De veredelde schachtwerker heeft zich een hoogen cylin- der opgezet, draagt boordjes en is er in geslaagd zijn eer lijke, vereelde, kolengravende handen in glacé handschoenen te wringen. Hij draagt slopkousen, naar 't nieuwste model, en heeft de klompen met de fashionabele halve laarsjes verruild, ofschoon hij, in zijn haast om zich in een dandy te hervormen meer dan eens kan men er zich bij den dans in Leamington van overtuigen nog niet begrepen heeft, dat de moderne maatschappij kousen of sokken voor een onmisbaar kleedingstuk houdt. Ook stak hij herhaal delijk twee handschoenvingers in den mond, om door een schel gefluit de aandacht te trekken zijner vrouw in licht blaauwe zijde, die zich aan 't andere einde der zaal bevond. Maar dat zijn kleine vitterijen. De gevallen van cholera en cholerine te Weenen zijn in den laatsten tijd weder toegenomenvan den 5 op den 6 dezer zijn 54 en van den 6 op den 7 dezer 63 dergelijke gevallen aangegeven. Het te Weenen gehouden congres van gedelegeerden van de verschillende regeringen van Europa tot bespreking van eene internationale regeling van de zaak der octrooijen van uitvinding, heeft de volgende vijf regelen vastgesteld 1. Uitsluitend aan den uitvinder en diens wettige erfgeuamen kan octrooi worden verleend. Een door een vreemdeling aangevraagd octrooi kan niet worden geweigerd. 2. Een octrooi behoort minstens 15 jaren van kracht te zijn. Is het voor een korteren tijd verleend dan behoort de verlen ging tot 15 jaren te worden toegelaten. Aan elk octrooi moet volledige openbaarheid gegeven worden. 4. De regten voor de octrooijen te betalen moeten matig en naar een klimmend tarief geregeld worden. 5. Eene omschrijving van alle verleende octrooijen moet voor het publiek ver krijgbaar worden gesteld. Genoemd congres heeft den 8sten met meerderheid van stemmen, zich vereenigd met het voorstel tot benoeming van eene vaste commissie. Deze heeft tot voorzitter baron Scliwarz, tot algemeen secretaris den ingenieur Pieper, van Dresden, en tot penningmeester den „Finanzrath" Rosas, van Weenen gekozen. De leden der commissie, tot verschillende landen behoorende, hebben zich verbonden om, door middel van sub-comités, voor het gemeenschappelijk doel ijverig werkzaam te zijn. Het berigt dat de vorst van Montenegro door een pistoolschot verwond zou zijn, is, volgens een telegram uit Weenen, geheel van grond ontbloot. Berigten van het tooneel des oorlogs beginnen iets gunstiger te luiden voor de regering. De troepen zijn den 8sten Valencia binnengetrokken, en de revolutionaire junta en de troepen der insurgenten zijn van daar naar Car- thagena gezonden. De opstandelingen in Carthagena hebben getracht, de Almansa en Vittoria, door middel van het stoomschip Mendez Nunez, te hernemen, doch ten gevolge van de onbedrevenheid der bemanning, is laatstgenoemd schip gestrand; men hoopt het nog te kunnen afbrengen. De rebellen hebben dertig leden van het republikeinsche Casino als gijzelaars in hechtenis genomen. Grenada heeft twee dagen beraad gevraagd om in onderwerping te komen. De insurgenten bieden aan, hunne wapenen en de geld sommen, waarvan zij zich meester hebben gemaakt, terug te geven. De bende van Peco te Despena Perros is ont bonden. De Carlisten zouden, volgens een dépêche uit Perpignan, hun leger in drie korpsen verdeeld hebben; zij zouden voortgaan met het heffen van schattingen en met het doodschieten van de ongelukkigen die in hunne handen vallen. Dat de Carlisten ooit hun doel bereiken, dit verwacht de Times niet. Zij mogen nu en dan een schijnbaar of wezenlijk succes behalendoch geen blijvend, geen degelijk voordeel beloont hun wapenfeiten. Dit komt, omdat zij, zoo ze al weinig vijanden ontmoeten in 't open veld, toch nog veel minder vrienden hebben in den lande. Zij kunnen den strijd nog lang op den tegenwoordigen voet voortzetten; doch niets geeft grond om hunne eindelijke zegepraal tegemoet te zien. Een restauratie der Bourbons is veel minder waarschijnlijk in Spanje dan in Frankrijk. Een brand in Portland, staat Maine, heeft drie Ameri kaansche schepen en twee dokken vernield. Een groot aantal ladingen koopmanschap is een prooi der vlammen geworden; de schade wordt op 600,000 dollars begroot. De stoomboot Wawasset, met een zeer groot aantal reizigers aan boord, is op de Potomac geheel verbrand. Daarbij zijn 40 menschen om het leven gekomen. In de Braziliaansche provincie Rio leeft iemand, Jose Martino Coutinho genaamd, die in 1694 geboren en derhalve thans 179 jaren oud is. Hij is nog in het bezit van al zijn zintuigen en van zijn geestvermogen. Alleen merkt men eenige stramheid in de beenen bij hem op. Hij heeft in zijne jeugd de wapenen voor zijn land gevoerd en herinnert zich nog al de voorname gebeurtenissen, die in de vorige eeuw in Brazilië zijn voorgevallen. Zijne nakomelingschap bestaat uit 42 kinderen, 123 kleinkinderen, 86 achter kleinkinderen, 23 loten van het vierde en 20 van het vijfde geslacht. Geachte Redacteur! Door het volgende in uw geacht blad te plaatsen, zult gij mij en denkelijk ook het grootste gedeelte van het reizend publiek ten zeerste verpligten. Zaturdag 9 Augustus bevond ik mij aan het station van de Hollandsche spoor en zag daar een schouwspel dat niet tot de stichtelijkste behoorde. Eenige miliciens namelijk waren daar verzameld om plaats te nemen, die alle kenteekenen droegen van beschonken te zijn en, vergezeld door een paar vrouwen van verdachte zeden, allerlei onkiesche taal uitbraakten. Toen kwam het denkbeeld bij mij op dat de directie der spoorwegen een goede daad zou doen, om de gunstige bepaling die zij gemaakt hebben om de militairen beneden den rang van Officier voor half geld in de 3de klasse te laten reizen, niet toe te passen op hen die zich in beschonken toestand aan het bureau voor plaatsneming melden. Dit zoude dunkt mij voor velen een prikkel zijn om ten minste bij zulke gelegenheden zich ordelijk te gedragen. De maatschappij tot afschaffing van sterken drank zal, vertrouw ik, wel haren invloed willen gebruiken tot het in werking brengen van dezen door mij aangegeven maatregel. Met de meeste achting teeken ik mij, UEd. Dv. Dienaar, J. M. gehouden op Maandag 11 Augustus 1873, des avonds ten 7 ure, in het lokaal ,,'t Centrum," ten overstaan van den Notaris B. WERENDL1JN SMIT: Huis en Erf, Havenplein, K 11. Opgehouden. Opgave van af Zaturdag middag tot Dingsdag middag. ONDERTROUWD: W. Grande, kleermaker en M. Sok. GETROUWD: Geene. BEVALLENP. A. Leder, geb. Ox, (D.). W. Blokker, geb. Boot, (Z.). N. J. Stronck, geb. Spekken, (D.). J. B. Aarsen, geb. Bienhoff, (Z.). E. M. Löscher, geb. Bitter, (Z.). D. Kleinman, geb. Frankfort, (D.). A. Eijgenhuijs, geb. Schipper, (D.). OVERLEDENT. Noot, 4 maanden. J. Grunwald, 20 dagen. M. Mannie, geb. van Es, 23 jaren. N. Lap, 1 maand. A. F. Henke, 81 jaren. Levenloos aangegeven 1. Zeilklaar liggende en vertrokken Schepen Groote Vaart. Aankomst. Vertrek. Schip. Gezagvoerder. Bestemming. 3 Aug. Jonge Jan. C. J. Itz. Batavia. Binnengekomen Schepen bestemd hunne lading in de Buiten- of Binnenhaven te lossen. Schip. Gezagvoerder. Herkomst. Lading. Cargadoor. Avenir. A. Grön. Abö. Hout. Amons Co. Strang. J. Bolvig. Riga. van Vliet Co. Aimwell. H. Coles. Seaham. Steenk. Zur Miihlen &Co. Sherburn. R. Benson. Sunderland. Duinker&Goedk. Leonida. H. Rigelsen. Borgo. Hout. Blikman Co. Norge. O. Gullichsen. Hernosand. Amons Co. Pollux. H. Rutters. Malaga. Stukg. Zur Mühlen Co. Jason. H. Haack. Cardiff. Steenk. Astrea.* J. H. Meijer. Nordkjöping.Achterlaad- Tost op 's Rijks werf. kanonnen en kogels. ERRATUM. In het berigt betreffende de gemeente-rekening van Alkmaar, dienst 1872, voorkomende op pag. 1, hebben wij abusivelijk als ontvangst weggelaten, de posten: belastingen en heffingen f 123,315 en toevallige baten 1 739.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche en Nieuwedieper Courant | 1873 | | pagina 3