1873. N°. 131.
Vrijdag 31 October.
31 Jaargang.
Uitgever A. A. BAKKER Cz.
Bureau: MOLENPLEIN, N°. 163.
In ons isolement ligt onze kracht!
Binnenland.
HELDEÜSCHE
EN NIEUWEDIEPER COURANT,
„Wij huldigen het goede."
Verschijnt Dingsdag-, Donderdag- en Zaturdag namiddag.
Abonnementsprijs per kwartaal1.30.
franco per post - 1.65.
Prijs der Advertentiën Van 14 regels 60 cent,
elke regel meer 15 cent.
Groote letters of vignetten worden naar plaatsruimte berekend.
VERTREKDAGEN DER BRIEVENMAILS I
Naar Oost- Tndiè: via Triest 11 Nov. 's avonds 6 u.
Marseille 6 Nov., 's avonds 6 u.
a n Brindisi 3 Nov., 's avonds 6 u.
h Curagao en Suriname, 1 Nov., 's morg. 6 u. 25 m.
Kaap de Goede Hoop, via Southampton3 Nov.,
's morg. 6 u.
In deze wereld heeft elke zaak zijne schaduwzijde, elke
medaille zijn revers! De overdrijving van een juisten regel
is dikwerf even verderfelijk als het volgen van een slechten.
De geschiedenis der meeste zaken is bij een cirkel te ver
gelijken, zoo als zich eens de maatschappij, om zich te
redden uit de anarchie, in de armen wierp van het absolu
tisme, en daarna om bevrijd te raken van de nadeelen van
het onbeperkt gezag, haar toevlugt nam tot de democratie,
zoo als deze door overdrijving en miskenning van de
regten van anderen ontaardende in eene bandelooze dema
gogie, de maatschappij weêr dreigt terug te voeren naar de
anarchie, die zij gemeend had te ontvlugten, zoo ook voeren
meeningen en wenschen, beginselen en overtuigingen zoowel
Üen mensch als de partij, die de gave en het inzigt missen
om ter regter tijd te blijven staan, in een kring rond,
brengen hen nu eens ten toppunt van magt en geluk, om
ze dan weêr ter neder te stooten in een afgrond van onbe
duidendheid en van rampspoed.
Er zijn er die met open oogen dien afgrond naderen,
maar meenen, dat een beroep op „consequentie" hun sma-
delijken val zal voorkomen. Alsof er een begrip te vinden
ware, waarvan meer en ernstiger misbruik gemaakt is, dan
van het begrip van consequentie! De meesten achten zich
consequent, wanneer zij doorredenerende op eens verkregen
overtuiging en voortbouwende op eens verzamelde feiten,
de oogen sluiten voor alles, wat die overtuiging zoude
kunnen wijzigen, en weigeren zonder oordeel kennis te
nemen van de feiten, die de geschiedenis van den dag
dagelijks aanbrengt.
Die consequentie, die eigenlijk geen beter naam verdient,
dan die van halstarrige en opzettelijke kortzigtigheid, indien
zij niet veroorzaakt wordt door gemakzucht en eigengereg-
tigheid, schijnt ons de hoofdoorzaak van dit historische
verschijnsel, dat veelal dezelfde beginselen en handelingen,
die personen, staten en partijen tot magt bragten, ook de
oorzaak geweest zijn van hun val.
De aanleiding tot deze opmerkingen vinden wij in de
tegenwoordige houding der anti-revolutionaire partij.
Er was een tijd, toen niemand aan het bestaan dier
partij geloofde, toen de anti-revolutionairen door bijna
iedereen beschouwd werden als een soort van conservativen,
wat meer bijbelsch gekleurd dan dezen, Gods persoonlijke
tusschenkomst in de zaken dezer wereld wat meer dan
dezen op den voorgrond stellende, maar in elk geval als
eene kleine, zeer kleine partij in den lande, die 't zich een
eer mogt rekenen op voet van gelijkheid te worden opge
nomen en versmolten in de groote conservative partij. Er
was een tijd, toen men in de houding van den heer Groen,
toen nog lid der 2de Kamer, eene houding, die werd in
gegeven door het bewustzijn van eigene, zelfstandige partij
beginselen, afgescheiden van die der conservativen, niets
anders zag dan eene onschuldige excentriciteit, te vergeven
in een verdienstelijk geleerde als de heer Groen, maar
die in elk ander bespottelijk zoude zijn geweest, toen een
anti-revolutionaire candidaat bij de verkiezingen een even
ondenkbaar ding was, als thans een republikeinsch candi
daat zoude zijn.
In dien staat van zaken was Groen's uitspraak: „in ons
isolement ligt onze kracht" een coup de maitre, een
wachtwoord, dat alleen uit kon gaan van een veldheer,
die zijne sporen verdiend had. En toen de partij langzaam,
niet al te gewillig in den beginne, deze tactiek begon te
volgen, toen zij bij de verkiezingen eigene candidaten
stelde, die wel bijna nergens zegevierden, maar die 't
mogelijk maakten te wijzen op het groot aantal stemmen,
dat de partij, verspreid over den lande, telde, toen mr. Keu-
chenius in de Tweede Kamer op éclantante wijze brak
met de conservative politiek, en een koloniaal programma
ontwikkelde, ten volle waardig de banier eener partij te
zyn, toen naast Groen's „Nederlandsche gedachten" een
eigen dagblad „de Standaard" de partij de gelegenheid
schonk om haar stem te doen hooren, en haar eisch te
doen gelden om te worden gekend en geëerbiedigd in de
Nederlandsche politiek, toen bleek het, dat in korten tijd
de partij eene magt was geworden, dat haar „isolement"
het haar mogelijk had gemaakt om hare krachten te ver
zamelen, hare vrienden te tellen, de zwakken en laauwen
aan te vuren, en eerbied in te boezemen aan den tegenstander.
Het beginsel van afscheiding van andersdenkenden, van
steunen op eigen kracht heeft de anti-revolutionaire partij
groot gemaakt. Diezelfde overdrijving, diezelfde blindheid
voor veranderde toestanden en ongelijksoortige feiten, waar
door reeds zoo menige zege in nederlaag is verkeerd,
schijnt nu de anti-revolutionaire partij weer te willen
brengen tot haar uitgangspunt, hare leden weêr één voor
één onder te brengen in het conservative kamp, waaruit
het trompetgeschal van den aanvoerder ze nog kort geleden
onder eigen vaan te zamen riep.
't Is alsof de anti-revolutionairen, omdat ze door isole
ment groot zijn geworden, nu in „isoloseren" het maat
schappelijk panacee en het ideaal van staatsmanskunst
meenen gevonden te hebben, en met het opgewonden zelf
vertrouwen aan uitvinders eigen met onvermoeibaren ijver
alles isoleren, wat hen onder de handen komt. 't Is of
zijne theologische herinneringen den redacteur van den
Standaard een poets spelen, en hem in Simon Stylites het
ideaal van kracht doen zien. De partij heeft gebrek aan
mannen van beteekenis. Behalve den grijzen staatsman
Groen telt zij geen personen in hare rijen, die eene partij
versieren en tot eer brengen. Had Ds. Kuiper evenveel
kennis en ondervinding, als ijver en overtuiging, hij zoude
een uitzondering maken, maar wat er in den Standaard
gebrouwen wordt uit de staatsleer van Groen, bewijst wel
dat uit hem nooit een staatsman zal groeijen; de geprezen
v. d. Berch van Heemstede maakte de eerste maal dat hij
in de 2de Kamer den mond opende, toen de heer Wint-
gens hem de prachtigste gelegenheid gegeven had voor
eene warme geloofsbelijdenis, eene figuur, die hem voor
langen tijd rangschikt onder de mannen van den derden
rang, en zoo is 't met allen. Ijverige, brave, verstandige,
overtuigde mannen heeft zij, maar mannen, die zich boven
het peil van het alledaagsche verheffen, heeft ze niet. Ja
toch! zij heeft er één; behalve Groen één eenige: mr.
Keuchenius te Batavia. Wat doet zij met dien eenige,
dien onmisbaren plaatsvervanger van den tegenwoordigen
leider? Zij isoleert hem te Batavia, waar hij de processen
der Chinezen tracht te winnen, iets wat honderd anderen
even goed zouden doen. Dat is bespottelijk! Dat is niet
meer die soort van isolement, die Groen een bron van
kracht heeft genoemd.
Ds. Kuijper, aan wien de partij groote verpligtingen
heeft, wordt in de 2de Kamer door mr. W. Wintgens sans
rime nl raison aangevallen op eene wijze, die minstens
genomen onverdiend was, want al gelooven wij, dat de
redacteur van de Standaard geen superieur man is, toch
heeft hij de niet gemakkelijke rol van bonne pour tout
faire, van meid-alleen bij de partij, vervuld met ijver en
ons inziens met veel goeden wil en goede trouw, en als
de man gedwongen wordt om een wapenrusting te dragen,
die hem te zwaar is, waarom komt mr. Keuchenius die
niet overnemen, de eenige van de partij, die den last beter
zoude dragen En wat doet de partij na dien onverdienden
aanval Van Loon, van Lynden en alle anti-revolutio
naire Kamerleden weten er niets beters op dan met handen
en voeten op hun heiligen zuil te klauteren, zich te isolee-
ren van dominé Kuiper, en van uit hunne „geïsoleerde"
hoogte eenige onbeduidende orakeltaal neêr te laten drup
pelen, waaruit alles op te maken is, behalve dat zij partij
trekken voor hem, die dagelijks in zijn blad partij trekt
voor lien.
Als er sprake is van een kindergeschenk aan den Koning,
wanneer die vijf-en-twintig jaar zal geregeerd hebben over
eene tevredene en voorspoedige natie, zet Ds. Kuijper
onmiddelijk alle anti-revolutionaire timmerlui aan 't werk
om een schotje te timmeren om de kinderen der bijzondere
scholen, vast overtuigd, dat dezen uit dat „isolement" bij
eene patriotische demonstratie, kracht zullen putten om
later vaderlandslievende mannen te worden, 't Is waar-
J schijnlijk
Als er een vaderlandsch feest wordt gevierd, zoo als
onlangs te Alkmaar, en de schooljeugd getracteerd wordt
i en begiftigd, dan weet de anti-revolutionaire partij niets
haastigers te doen, dan aan de kinderen, waarover zij
gezag heeft, „isolement" in plaats van koek en krenten
brood te geven, alsof Groen ooit beweerd had, dat er
materiëele voedingskracht zat in het beginsel van afscheiding!
En zoo passim. Overal waar mogelijkheid bestaat om
iets van iets anders of iemand van iemand anders af te
scheiden, past de anti-revolutionaire partij tegenwoordig
haar isolements-theorie toe. Beeds wekt zij daarmede den
lachlust op voor eene phrase, die vroeger de uitdrukking
was van een wèloverwogen plan de bataille. Maar weldra
zal door dezelfde overdrijving de partij zich oplossen. En
dat zou ons leed doen, want wij hebben de anti-revoluti
onaire partij liever tegenover ons, dan eenige andere,
omdat zij is eene Nederlandsche partij en eigen beginselen
1 heeft. (t)
HELDER en NIEÜWEDIEP, 30 October.
Een telegram uit Penang van 28 October zegt, dat bij
gerucht wordt vermeld, dat de Atsjinezen hunne peper
plantages in brand hebben gestoken.
De commissie voor plaatselijke feestviering in Mei 1874
heeft op nieuw eene uitbreiding verkregen. De heeren
Oudenhoven, Chr. van Veen, Herweijer, jhr. J. A. Wichers,
A. Corver, P. Groen, G. Buhse en P. Uurbanus zijn
alsnog tot haar toegetreden.
In de jongstgehoudene vergadering der commissie voor
de volksvoordragten alhier zijn tot leden dier commissie
benoemd de heeren J. Lammers, Alting von Geusau, L. F.
Over de Linden, Aeijelts, A. G. F. van Nieuwenhuijse,
W. Thie Fz., J. Iieeres, J. Schuijt, van Heeckeren van
WalieD, J. W. van der Wal Cz. en M. J. Manheim.
Kapt. Andersen, voerende het schip Christiane, van
Riga alhier binnen, rapporteert dat hij den 22 dezer door
eene stortzee over boord geslagen, doch weder op dek
geworpen is, waardoor hij kneuzingen aan een zijner beenen
heeft bekomen.
De rederijkerskamer Olympia opende gisteren avond
in Tivoli weder de rei harer buitengewone wintervergade
ringen. Blijkbaar werden de tooneelstukjes Een goede geest
en Het dorp aan de grenzen tot genoegen van de vrij talrijk
opgekomen leden uitgevoerd; waarna als altijd na afloop
dezer vergaderingen, zoo trouw vertegenwoordigd door
Helder's jufferschap, in een zeer geanimeerd bal aan
Terpsichore hulde werd gebragt.
Beroepen te Rotterdam ds. C. J. G. van Hoogstraten,
pred. te Almelo; te Schermerhorn ds. W. van Kluive, pred.
te Wijk aan Zee.
Jl. Maandag en Dingsdag is te Burg op Texel een
vergelijkend examen gehouden voor de vervulling der vacante
hoofdonderwijzers-betrekking aan de openbare school aldaar.
Aan dat examen werd door 26 van de 42 sollicitanten,
deelgenomen. De uitslag is nog niet bekend. Naar wij
vernemen zullen later zes der sollicitanten, die de meeste
punten hebben behaald, op nieuw worden opgeroepen tot
een verder onderzoek.
Jl. Maandag vertrokken van Texel wêer een 20tal
personen met bestemming naar Amerika, ten einde zich
daar als landbouwers te vestigen.
Tot heden hebben zich reeds te Beverwijk 60
sollicitanten aangemeld voor de betrekking van gemeente
secretaris, waaraan een tractement van f500 is verbonden.
De heer Visser te Uitgeest is het gelukt een middel
te vinden dat de leb, onmisbaar voor de kaasbereiding, vervangt.
De netto opbrengst van een muziekuitvoering in de
groote kerk te Medemblik, orgel, gemengd met koor en
harmonie, bedroeg f 1, die de beneficiant gegeven heeft
aan de armen.
Het Provinciaal geregtshof in Zuidholland, in raad
kamer vergaderd, heeft geen termen gevonden om de per
sonen van de Jong, Behagel en Verlind naar de openbare
teregtzitting te verwijzen als verdacht van den dubbelen
moord, in Dec. des vorigen jaars op Mevrouw de weduwe
van der Kouwen en haar dienstmaagd gepleegd. Het hof
heeft dan ook de invrijheidstelling der drie personen be
volen. Eergisteren middag zijn zij reeds ontslagen.
Op dit oogenblik alzoo zijn we, zegt het Dagblad, juist
even ver als den dag na 't plegen van het ontzettend
gruwelbedrijf.
Doet dit ons leed ter wille van de eischen der mensche-
lijkheid en regtvaardigheid, die vorderen, dat de daders van
den vreesselijken moord aan hun geregte straf niet ontgaan
wij betreuren het ook met het oog op de onvermoeide zorgen
en inspanning, welke de politie en justitie zich in de schier
reusachtige instructie dezer zaak getroostten.
Al had men dus een meer practische uitkomst gewenscht
namenlijk de onthulling van het nog in het duister gebleven
bloedig drama, toch zullen de namen van den commissaris
van politie Beukman en der inspecteurs Hardenberg en Merts
met lof blijven genoemd, wegens 't gewigtig aandeel, dat zij
in het onderzoek dezer belangwekkende zaak hebben genomen.
De schietwedstrijd in de vlakte van Waalsdorp is jl.
Maandag, voortgezet en buitengemeen druk bezocht; hetgeen
misschien hieraan was toe te schrijven, dat er behalve het
schiet-concours nog een nationale scherm wedstrijd is gehouden
op degen, sabel, stok en geweer, waartoe op het schietterrein
een houten vloer was gelegd. De wapenstrijd ving aan
met degen, na den afloop waarvan eene sabelpartij volgde;
deze werd opgevolgd door een strijd met den langen stok
en deze laatste door eene partij met het geweer. Schutterij,
leger en weerbaarheid, waaronder de bekwaamste meesters
en prevóts, werkten hier te zamen. De schermpartij trok
van het begin tot het einde zeer vele toeschouwers. Voor
elk wapen was een prijs met premie beschikbaar gesteld,
bestaande uit eene zilveren en eene bronzen medaille.