Bertoernino'en, enz.
STATEN-GKNERAAL.
Frankrijk.
Er. geland.
Duitschland.
Denemarken.
283ste STAATS-LQTERIJ.
Uit het in de Staatscourant medegedeelde overzigt
van de opbrengst der gewone rijksmiddelen over het jaar
1873 blijkt, dat die opbrengst bedraagt f 84,781,466.45.
De raming was f 76,649,323.50.
De werkelijke opbrengst heeft dus de raming overtroffen
met f 8,132,142,95.
In het vorige jaar (1872) was de opbrengst derzelfde
middelen geweest f 82,511,301,86). Het jaar 1873 heeft
dus meer opgebragt ruim 2| millioen gulden.
Door den rijkstelegraaf werden in 1873 overgebragt
2,064,238 betaalde telegrammen, waarvan 1,314,340 binnen-
landsche, 636,543 door Nederlandsche kantoren met het
buitenland gewisseld en 113,355 door buitenlandsche kan
toren over Nederland verzonden. De opbrengst bedroeg
f 667,965.21|, waarvan 406,877.47 komt voor de binnen-
landsclie telegrammen, f 224,797.79 voorden berigtenwissel
met den vreemde en 36,289.95) voor de over Nederland
verzonden tijdingen.
In 1872 bedroeg het aantal overgebragte berigten
2,018,673, waarvan de opbrengst was f 641,710.19
- In 1873 zijn in de gemmeente Zijpe, geboren 109
jongens en 96 meisjes, komen inwonen 196 m. en 197
v., ambtshalve ingeschreven 3 m. en 3 v., gezamenlijk
308 m. 296 v.; overleden 60 m. 44 v.; naar elders ver
trokken 203 m. 226 v., gezamenlijk 263 m. 270 v. De
bevolking der gemeente is dus in 1873 vermeerderd met
45 m. en 26 v., totaal 71, De bevolking bestond op 1
Jan. 1873 uit 2382 m. en 2477 v., totaal 4859 en dus op
1 Jan. 1874 uit 2427 m. en 2503 v., totaal 4930, in de
onderscheidene godsdienstige gezindheden zich verdeelend
als volgt: 3622 Ned. Herv., 27 Evang. Luth., 150 Doops
gezinden, 34 Chr. Afgescheidenen, 1092 R. Cath., 2 Oud-
li., 3 Ned. Israël. In 1873 zijn 48 huwelijken voltrokken,
als: 37 tusschen jongmans en jonge dochters, 1 tusschen
jongman en weduwe, 6 tusschen weduwenaars en jonge doch
ters, 4 tusschen weduwenaars en weduwen. Levenloos aan
gegeven 6 jongens en 7 meisjes. 4 tweelinggeboorten hebben
plaats gehad.
In de vorige week is te Haarlemmermeer gearresteerd
en naar het huis van verzekering te Haarlem overgebragt
de vrouw van A. te Haarlemmermeer, als verdacht van
grove mishandelingen te hebben gepleegd op haar dochtertje
oud 12 a 13 jaren.
De heer Wouter Sluis uit den Beemster, bekend als
een onzer voornaamste veekenners, hield den 8 dezer te
Haarlemmermeer een voordragt tot onderwerp hebbende:
„De kenteekenen der melkgeving bij rundvee". Met veel
belangstelling werd hij aangehoord en wat hierbij vooral
belangrijk was hij heeft die kenmerken aangewezen bij
de koeijen van den heer J. Knol in het hoofddorp aldaar.
Als een bijzonderheid deelt men mede, dat op den
huize Leeuwenberg nabij Voorburg de ooijevaars, die in
Sèpt. 11. vertrokken, reeds jl. Woensdag daar teruggekeerd zijn.
Jl. Maandag overleed op zijn villa onder Groesbeek
na kortstondige ongesteldheid de Groningsche emeritus
hoogleeraar H. C. van Hall. De overledene had den
ouderdom van 72 jaren bereikt.
Naar de Nieuwe Arnh. Crt. verneemt, is thans ont
dekt dat er ook valsche guldens, met het handschrift: God
zij met ons, in omloop zijn.
Het provinciaal geregtshof in Overijsel heeft den
landbouwerszoon Roelof Snijder te Wapserveen tot vijfjaren
tuchthuisstraf veroordeeld, ter zake van moed willigen manslag,
gepleegd op den persoon van Cornelis Brals.
Te Enschedé loopt het gerucht, dat te Delden de
de vorige week een meisje is bevallen en daarna bezweken
men riep een doctor, wien bij onderzoek van 't lijk dadelijk
bleek, dat er een bevalling had plaats gehad. De doctor
vraagde naar 't kind en dit werd daarop uit een doos te
te wederleggen."
„Gij hebt in ieder geval uw vriend," antwoordde Valentine met
een eenigzins spottenden blik naar Hartig ziende.
„In een oorlog met jonge dames roept men niet gaarne zijne
vrienden te hulp, dat is een hoofdregel in dezen eeuwigen krijg
van de beide geslachten tegen elkander."
„Leven zij dan in strijd?"
„Welzeker, in den begiline omdat zij elkander niet goed be
grepen en dan vervolgens, geërgerd door het bewustzijn, dat men
ongetwijfeld eens voor een der vijanden de wapenen zal moeten
laten vallen en door hem overwonnen worden."
„O, welk een Duitsch idee," riep Valentine uit, „dus draagt in
Duitschland ook de liefde de „PickelhaubeP"
„Even als bij de Grieken Eros den helm. En zoo overal. Onze
planeet heeft zijn loopbaan tusschen Venus en Mars! Dit is haar
overoud noodlot. Als de liefde evenals een grap bij het carnaval
opgenomen wordt, waarin men zich voor elkander maskert en
elkander bouketten en zoetekoek toewerpt, dan komt de strijd later
in het huwelijk."
Waar hij dan veel erger is," wierp Hartig hier weder tusschen
in, „wegens de grootere nabijheid der positiën, die in dien tusschentijd
zijn ingenomen."
De drooge manier van uitdrukken van Hartig en zijn humo
ristisch gebarenspel bij deze opmerking, deed de beide dames weder
lachen; zij werden van het geven van een antwoord ontslagen,
doordien mijnheer d'Avelon op dit oogenblik het terras optrad,
vergezeld door den heer, die hem was gaan zoeken. Hij was
gekleed in een grijs zomerjasje en hoed een witten stroohoed op
zijn verhit gelaat duidde aan, dat hij met het een of ander werk
zich op het land had bezig gehouden. Ook nam hij een groot
snoeimes in de linkerhand, om de rechterhand dadelijk aan de twee
jongelieden aan te bieden. Hij heette hen met groote vriendelijk
heid welkom, verzocht miss Ellen voor de noodige verfrisschingen
te zorgen en naar het diner te willen zien, zoodat ook de beide
vreemdelingen daaraan deel konden nemenijverig in zijne be
moeiingen haalde hij zelf sigaren en nadat hij den jongeren heer
als zijn vriend Gaston de Ribeaupierre had voorgesteld, begon hij
het gesprek met vragen naar de nieuwste staatkundige tijdingen,
die de officieren hem konden mededeelen.
„Dat moet het eerst afgedaan zijn," zeide laf, „opdat men
daarna rustiger tot andere onderwerpen kan overgaanik hoop de
vreemde heeren het genoegen te mogen aandoen, hun mijn goed
en de wijze waarop dat hier in het departement der Voges bestuurd
wordt, te laten zien. Gij zult hier veel, zeer veel anders en ook
beter vinden, dan men het in Duitschland gewoon is te verrichten.
Dus ten eerste:
(Wordt vervolgd.)
voorschijn gehaald. Hierdoor ontstond argwaan bij den
geneesheer, die daarop het lijk van de moeder nader
onderzocht en bevond, dat het meisje vermoedelijk was
vergiftigd. De beschuldigde, een jongmensch, zou daarop
gevankelijk naar Amelo overgebragt zijn.
Uit Groningen wordt aan de N. Rott. Crt. gemeld,
dat jl. Donderdag, op het 2de abonnements-concert van
den heer J. H. Bekker aldaar, zich een muzikaal wonder
kind heeft doen hooren, op hetwelk de aandacht befmort
te worden gevestigd; te meer, daar het elders in ons land
persoonlijk nog onbekend is. 't Is een zevenjarig meisje,
Fanny Richter, 't dochtertje van den heer Richter, leeraar
aan de Reaalschool te Leer (Oost-Friesland). Het kind
heeft in 't nu verloopen jaar op vele plaatsen in Duitsch
land zich doen hooren, en algemeen was ook daar
blijkens de dagbladen de verbazing over dit zoo vroeg
ontluikend muzikaal talent. Het tengere, hoogst interessante
kind kan nog geene noot lezen, evenmin als het nog
onderwijs in 't gewone lezen en schrijven heeft ontvangen,
wat men niet anders dan goedkeuren kan, met het oog op
't gevaar, dat elke studie bij zulk eene vroegtijdige rijp
heid van den geest medebrengt. Met verbazing heeft men
ook te Groningen gezien, hoe ver dit kind reeds ontwikkeld
is in de voordragt en de techniek van het pianospel. Het
droeg gedeelten van sonates en dergelijke voor van de beste
meesters, en ook eigen kleine compositiën. De eerste heeft
zij zich eigen gemaakt door het gehoor. Indien dit kind
ligchaamskracht genoeg bezit en behouden mag, durft men
daarvan eene schitterende toekomst verwachten.
Jl. Donderdagmorgen vertrok een trein, waarop 200
jonge varkens geladen waren, van Maastricht naar Aken.
De deuren van den waggon, waarin zij zich bevonden,
schijnen niet goed gesloten geweest, of opengegaan te zijn,
Althans, toen de trein te Aken aankwam, vond men slechts
drie varkens. De anderen waren van den trein gevallen
en zijn ten deele verpletterd.
De lieer D. J. Brouwer is benoemd tot Nederl. consul te
Port-Saïd.
Tot kapt. 2de kl. bij het 2de reg. vesting-art. is bevorderd
de 1ste luit. L. Zegers Veeckens, van het 1ste reg. vesting-art.
Door den Directeur van openbare werken in Ned. Indië is
verplaatst van Tjiringen, residentie Bantam, naar de afdeeling
Tjilitjap, residentie Banjoemaas, de Opzigter van den Waterstaat
B. Visser.
Eerste Kamer,
Zitting van Donderdag 15 Januarij. De beraadslaging over
hoofdstuk Binnenl. Zaken is voortgezet. Bij de afdeeling Water
staat zijn ter sprake gekomen: het beheer der kleine rivieren; de
verbetering van het Zwolsche diepde behoefte aan verbetering
van den waterafvoer in Waterland; de toestand van den haven
kom in Sparendam; de verruiming van de haven te Nieuwediep
de verbetering der Keulsche vaart de bepaling van het peil op
het Noordzeekanaal en nog eenige andere punten. De minister
heeft op het gesprokene door de heeren Smit en Prins over uit
breiding der havenwerken te Nieuwediep en verbetering van het
Noordhollandsch kanaal geantwoord, dat de adviezen van den
waterstaat strekten om met de verruiming der bedoelde haven te
wachten totdat het Noordzee-kanaal gereed zou zijn, daar het gebrek
aan ruimte voornamelijk ontstond door de houtvlotten, die in de
haven liggen. Voor'oopig wilde de minister zich bij dat advies
nederleggen. Nadat echter de heer Smit nogmaals op het besproken
onderwerp was teruggekomen, deed de minister de toezegging, dat
hij een nader onderzoek zou instellen door een ander deskundige
dan een ambtenaar van den waterstaat, omtrent de vraag, in
hoever het denkbaar is, dat de houtvlotten bij het tot stand komen
van het Noordzee-kanaal niet van dien weg zullen gebruik maken.
Ten slotte is hoofdstuk Binnenl. Zaken aangenomen met 30 stem
men tegen 1.
Vervolgens zijn het budget van Oorlog, na korte discussie, aan
genomen met 29 stemmen tegen 1 van den heer Dumbar en de
begrooting van Suriname en Curapao met algemeene stemmen.
Zitting van Vrijdag 16 Januarij. Het hoofdstuk Finantiën
is met algemeene stemmeu aangenomen, na eenige discussie, waarbij
de minister de hoop herhaalde tot afschaffing van de zeepbelasting
te kunnen overgaan. Daarna is de beraadslaging over hoofdstuk
Koloniën aangevangen.
Jl. Woensdag kwam in de zitting der Kamer o. a. de
dubbele moord ter sprake. De heer Prins had nl. gehoord dat
er niet alleen van het spiritisme was gebruik gemaakt om een
der verdachten tot bekentenis te brengen, maar dat zelfs iemand
was omgekocht om zich met de Jong in de gevangenis te laten
opsluiten en daar de bekentenis uit te lokken. Of dit feit inder
daad heeft plaats gehad, bleek echter niet. De minister van Justitie
wist het niet, maar zou het onderzoeken.
Buitenland.
In den Jardin des Plautes te Parijs is van Java
overgebragt een soort van radijs, voortbrengende een schil,
welke soms meer dan 10 duim in de 24 uren groeit. Die
schillen dienen tot voedsel. Als ze balfvcrwege ontloken
zijn kan men ze confijten of als salade gebruiken. Als ze
volkomen rijp gekookt worden komt de smaak veel overeen
met die van asperges en doperwten.
Een telegram uit Rome van den 14 dezer aan de Daily
Telegraph meldt, dat kardinaal Antonelli gevaarlijk ziek
ligt aan een aanval van jicht op do maag. De Paus had
hem de laatste vertroostingen der kerk toegediendzijn
toestand wekt ernstige bezorgdheid.
Een verschrikkelijk ongeiuk heeft te Bolton in
Engeland plaats gehad, in de atlas-ijzerfabriek van den
heer Walinsley.
In een der gebouwen stonden acht verticale stoomketels,
elk van 20 voet lang, die met elkander door pijpen ver
bonden zijn. Bovendien waren er een paar groote hori
zontale ketels. Een der verticale ketels, een nieuwe, die
voor het eerst gebruikt werd, sprong, op het oogenblik
toen de meeste werklieden buiten het gebouw aan het
schaften waren, in de lucht. Het ijzeren dak van het
gebouw werd vernield. De eene helft werd in haar geheel
met al de pijpen, die de ketels met de machinerie in
gemeenschap stellen en met de ijzeren pijlers, waarop het
dak rustte, hoog in de lucht geworpen en viel met een
ontzettenden slag, alles vermorselende, op enkele ellen afstands
neder. In den muur, welke op Fletcherstreet uitkomt,
werd een gat van tien meter middellijn gemaakt, en „een
wolk" leijenpannen en baksteenen werd hoog in de lucht
over de stad geworpen, en de top van den ketel, drieduizend
pond zwaar, werd 150 el ver boven op de smelterij van
een andere fabriek geworpen. Een jongen van 17 jaar,
genaamd Thomas Bartow, werkte op den spoorweg, die
niet ver van de fabriek loopt, toen de ontploffing plaats
had. Hij liep weg, zoo hard hij kon, toen een der ijzeren
platen door de lucht snorde en hem, zoo glad als geschiedde
het met een bijl, onthoofde. Groote stukken van den ketel
werden honderde ellen ver over den spoorweg geworpen,
en daar al de pijpen stuk werden geslagen, spoot de stoom
met woeste kracht overal omhoog, een digten nevel makende,
die belette dat men iets zag.
Vijf dooden en twintig zwaargewonden werden ten laatste
gevonden. Verschrikkelijke verwoesting werd aangerigt.
Overal werden ruiten gebroken, en een gedeelte van St.
Mark's Church werd, op vijf minuten afstands van de fabriek,
verwoest.
De Norddeutsche Allgemeine Zeitung spreekt over de
verhouding tusschen Duitschland en Frankrijk en verklaart
dat de zuiver Fransche en Duitsche staatkundige belangen
niet uiteenloopen. De kansen op het behoud des vredes
hingen hiervan af) welke houding de Fransche regering
tegenover het ultramontanisme aannam; zij zouden veel
verminderen, wanneer de Fransche staatkunde zich dienst
baar maakte aan de wereldlijke bedoelingen van het
Pausdom.
De vice -president van het Deensche Folksthing de
heer Hansen, werd dezer dagen, bij gelegenheid van zijn
68sten verjaardag, door eene commissie geluk gewenscht,
die hem tevens het bewijs van eigendom eener bij Kopen
hagen gelegene, voor 18,000 rdl. gekochte villa" aanbood,
als blijk van erkentelijkheid voor zijn vele staatkundige
bemoeijingen. Volgens den wensch der commissie zal
bedoelde villa den naam van „Volksgeschenk" dragen.
Een Raadsvergadering ten platten lande.
siot
Ware ik burger van N. Scharwoude, dan wist ik wel, wat ik
doen zou. Uit de twee gehoudene raadsvergaderingen zien wij, er
bestaat in den Raad vooruitgang. Gedachtig aan het spreekwoord:
een aanhouder wint; of langzamerhand wordt de hardste steen
door druppels water doorboord, ging ik dadelijk weer aan het
werk om een verzoek bij den gemeenteraad in te leveren, waarin
ik op nieuw zou aandringen om nog eens op het genomen besluit
terug te komen. Want houd onder het oog wat heerlijke uitkomst
door dat eerste verzoek tot stand is gekomen. Immers in de eerste
vergadering over de straatverlichting gehouden staat daar de Burge
meester alleen, hij staat daar bijna om medelijden met hem te
hebben, eenzaam en door al zijue mede-raadsleden verlaten; vier
vijf of zes dagen daarna, liet komt op een paar dagen niet aan, is
zijn aanhang drie maal zoo sterk. Nog één gewonnen en de meer
derheid is voor de verwerkelijking van een goede zaak. Ware ik
inwoner van N. Seharwoude, met alle macht die in mij is, zou ik
roepen: Op, burgers van N. Scharwoude, op! klopt nog eens bij
den Raad aan, dan winnen wij een goede zaak.
De mensch, elk menseh wordt bij zijn handelen door een geest
gedreven. In ons dagelijksch leven hooren wij dan ook over ver
schillende geesten spreken, want waarlijk er bestaan zoo eenige
geesten. Er zijn liberale en illiberale, kerkelijke en onkerkelijke,
zinnelijke en geestelijke, heilige en onheilige geesten, en nog onein
dig veel meer. Welke geest zou de raadsleden van N. Seharwoude,
die liever de duisternis van de donkere nachten tusschen St. Nico-
lnas en Kersmis hebben, dan het licht van petroleumlampen,
bezielen? Stellig geen liberale, maar een behoudende geest, geen
geest van ontwikkeling en vooruitgang, maar een geest van de
hekken aan de oude palen laten hangen. Het is zeker de geest
van Jan Salie die hen vervult. Ik heb dien man wel nooit gekend,
maar nooit heb ik anders over hem hooren spreken dan dat hij is
geweest een saaie, lamlendige, van geen vooruitgaan houdende
kerel. Of vervult hen de geest van kool en uien? Nu, dat zal
ook wel een waterachtig geestje wezen en aan dien geest is wel
een luchtje. Ik heb wel eens gehoord, dat men aan den Laugen-
dijk veel spreekt vanop de kniebollen kruipen; nu de geest die
die vier leden van den Raad bezielt zal een „kniebollen-kruipers-
geest zijn. Zij zijn stellig geen loopers, zeker eehte kruipers en
om die reden dan ook niet bang, dat zij bij volslagen duisternis 1
in het water zullen loopen.
Wat is het toch te bejammeren, dat zooveel goeds, dat door ons
in onze tegenwoordige dagen voor geringe kosten kan worden
genoten door een Jan Salie-geest zoo allerjammerlijkst wordt tegen
gehouden. Op alles wat men hoort, kan men geen kasteelen
bouwen, en alles kan men niet als waarheid aannemen; veel hoort
men, waarvan men vurig wenscht dat het leugen wezen moge,
maar het gerucht, dat ik gehoord heb, hoop ik dat waarheid moge
zijn. En wat heb ik nu gehoord? dit: eerstdaags zal te Z. Schar
woude ook over de straatverlichting een raadsvergadering gehouden
worden. Het is te wenschen dat de Jan Salie-geest daar verban
nen mag wezen en dat het geroep der Langendijkers naar licht,
op die plaats een begin van vervulling moge erlangen. Waarlijk,
de overige drie dorpen zullen dan wel vo'gen. De menschen be
zitten nog al de zucht om na te volgen, en wij allen weten ook,
de ijverzucht tusschen aangrenzende dorpen is nog al groot. A.
wil niet onderdoen voor B., waarom zou B. ook niet tot stand
brengen wat A. heelt verwerkelijkt? Daarom Zuid-Scharwouders
neemt het initiatief, en gij zult u kuunen beroemenWij zijn .de
Lucifers voor den Langendijk! Ingezonden
V IJ F D lil KLLA.SSB.
Elfde lijst: No. 1276, 5738, 13966, 14170 en 15625
ieder f 1Ó00; No. 11813, 13419, 15372 en 19143 ieder
/'400; No. 30, 2840, 4482 en 12270 ieder/200; No. 2199,
4216, 4275, 6146, 7992 en 14915 ieder 100.
Tioaalfde lijst; 5153, 9652, 9913, 10718 en 16222 ieder
f 1000; 'No. 2856, 17105 en 17151 ieder ƒ400; No. 3483,
6586, 9940, 10644 en 17433 ieder f200; No. 2003, 3247,
4373, 5051, 6368, 6849, 9800, 12212, 14200, 14520, 15376
en 19310 ieder f 100.