Benoemingen, enz.
STATER-GENERAAL.
Buitenland.
Frankrijk.
Engeland.
Jl. Vrijdag middag werd te Amsterdam, onder voor
zitting van den heer S. W. Josephus Jitta, de jaarlijksche
algemeene vergadering der Amsterdamsche kanaal-maat
schappij gehouden. Blijkens het verslag is een groot gedeelte
van het IJ in vruchtbaar land van de beste soort veranderd.
Er zijn reeds twee veilingen gehouden van drooggemaakte
gronden. In Nov. zijn 482, in April 502 hectaren in
veiling gebragt. Gemiddeld hebben de gronden per hectare
een prijs van ruim f 2000 opgeleverd.
In den laatsten tijd onderging de maatschappij weder
onderscheidene tegenspoeden, bijv. ten aanzien van de haven
hoofden, die versterking naar een ander plan behoeven, en
met betrekking tot verzandingen in de haven, die het bestuur
toeschrijft aan de natuur, onafhankelijk van de werken.
Aanzienlijke uitgaven worden voor een en ander vereisclit.
Er bestaat vrees, dat een verlenging van den termijn, bij
concessie voor liet werk bepaald, noodig zal zijn. De
regering zal voor de veranderde havenwerken ook van
hare zijde moeten bijdragen, maar ook de maatschappij
daartoe bijbrengen wat zij kan.
De rekening over 1873 werd overeenkomstig prae-advies
van commissarissen door de vergadering goedgekeurd.
Indien wij het verslag der directie resumeeren, zegt het
Handelsblad, blijkt er uit, dat de maatschappij, zoover de
andaanwinning betreft, alle reden tot tevredenheid heeft
en geeft, maar dat het er bedroefd uitziet met de voor-
uitzigten van de hoofdstad des rijks, om een goed kanaal
en een goede haven te krijgen. Merkwaardig was het dat
geen enkel aandeelhouder iets te vragen had, aangaande de
zaken waarover het verslag zwijgt, en niemand de een
voudige vraag deed, of er werkelijk eenige kans bestaat
dat de hoofdstad eenmaal een goed en voldoend breeden
en diepen toegang naar zee verkrijgen zal.
In een vereenigde vergadering van de beide Amster
damsche departementen der Maatschappij tot Nut van 't
Algemeen is besloten, f 100 beschikbaar te stellen, ,/ter
erkenning van het lofwaardig gedrag der politie" gedurende
de jongste feesten. Door de Commissie, die aan de politie
een blijk van tevredenheid wil aanbieden, is tot dusver
(met inbegrip van bovengenoemde som) omstreeks f 1000
ontvangen.
De stand van het grasgewas laat te Beverwijk en
omstreken veel te wenschen over. Behalve andere oor
zaken heeft het land veel te lijden van een wormsoort, die
de wortels van het gras afknaagt en daardoor groote schade
veroorzaakt.
Uit het Westland meldt men o. a. dat de granen
zeer goed staan en de weilanden herleven.
Aan de veemarkt te Utrecht waren jl. Zaturdag 382
stuks vee aangebragt. De handel was levendig als ge
woonlijk en er werden hooge prijzen voor het vee besteed.
Aan de varkensmarkt was veel aanvoer, met redelijken
handel. De lammerenmarkt was zeer levendig; er werden
664 stuks tegen den prijs van f 7 tot 8.50 verkocht.
De laatste linnenmarkt te Doetinchem was ruim voor
zien, en de handel willig. Men besteedde voor wit linnen
van 50 tot 60 cent, het grijze gold van 45 tot 55 cent.
Voor eenige dagen heeft de burgemeester van Holten
een prachtig hert geschoten. De opziener van de jagt
te Diepenveen heeft echter tegen den gelukkigen jager en
zijne vijf medgezellen proces-verbaal opgemaakt, omdat zij
zonder buitengewone magtiging (de hertenjagt is in Overijssel
nooit geopend!) de hertenjagt hebben uitgeoefend.
Van den heer J. C. Kinderman, (Chonia) zal binnen
kort verschijnen: „Lodewijk van Nassau (de volmaakte
ridder) beschouwd naar zijn leven en karakter."
In Londen is tegenwoordig de school voor kookkunst,
die aanvankelijk tijdelijk was geopend tegelijk met een
tentoonstelling, voor goed gevestigd te Soutli-Kensington.
Zij, die deze lessen getrouw hebben gevolgd, kunnen een
testimonium krijgen. Punch geeft den raad om haar
examen te laten doen; hij vooronderstelt, dat voortaan wel
iedere man, die eene vrouw zoekt, zal beginnen met haar
te vragen„hebt gij een certificaat voor het koken en
stelde de volgende examenvragen op:
1. Wat is uw beschouwing over gesmolten boter?
2. Geef een naauwkeurige beschrijving van het gereed
maken der volgende zaken
a. Aardappelenb. eijerenc. varkens-coteletjesd. pan
nekoeken; e. wild; koffij.
3. Welke wijnen moeten gepresenteerd worden a. bij
oesters; b. bij schildpadsoep; c. bij zalm; d. bij het dessert?
4. Hoe zoudt gij handelen, gesteld eens: uw man zond
u een telegram, ongeveer 4.30 na den middag, dat hij een
paar vrienden zou meêbrengen te dineren, terwijl gij niets
dan koud vleesch, aardappelen en groenten met een pud-
dingje na had, genoeg voor uw beiden, maar niet voor
vier personen. Stel het etensuur op zes uur en uwe
keukenmeid niet in een stemming om nog haastig bood
schappen te doen, terwijl slager, polier en groenteboer ook
allen nog al heel ver van u af wonen, en gij niets in huis
hebt dan brood, meel, boter, aardappelen en eijeren,
macaroni, rijst, een stuk spek, een goede kaas en een
schotel schelvisch.
5. Geef biografische schetsen van hen, die zich naam
maakten als koks en noem de voornaamste keukenboeken,
die er uitkwamen sedert Aaltje.
6. Welke spreekwoorden zijn er ontleend aan de kook
kunst, behalve„te veel koks bederven de brij
7. Hoeveel boter, eijeren, aardappelen en brood is er
wekelijks benoodigd voor een huishouding van zes vol
wassen personen?
8. Hoeveel tijd is er noodig om een runderrib te braden
9. Waar liggen de volgende plaatsen, en waar zijn zij
voor bekend: Bologne, Stilton, Westfalen, Madera, Mokka,
Messina, Perigord?
10. G., die een inkomen heeft van f 6000 'sjaars, waar
hij zes kinderen van moet onderhouden, verbeeldt zich, dat
hij eens een diné moet geven van acht a tien personen.
Maak eens een menu (voor de maand Mei,) dat rekening
houdt met de beurs van G. en de verwachting van zijn
vrienden.
11. Hoe zult gij contröle houden over de uitgaven van
de keuken, zonder het eergevoel der keukenmeid te kwetsen
12. Hoeveel tijd is er noodig om een gewone keuken-
kagche! te potlooden, hoeveel om ketels enz. te roodaarden
en om stoep en straat te doen van een gewoon burger
woonhuis (in het laatste geval natuurlijk praatjes met
bakker, slager enz. meegerekend?)
13. Geef mij een beschrijving van een klapstuk, een rib,
een staartstuk, een rollade, een borst en tevens van de
wijze, waarop al die stukken gebraden moeten worden.
14. Wat is het onderscheid tusschen koken, bakken,
braden, roosteren, smelten en sudderen? (Ons Streven.)
Staat en Keek. -Modiste: U verlangt zeker de
bloemen aan den linkerkant van uw hoed, mevrouw? Dat
is van 't jaar de mode. Mevrouw (na zich eenige oogen-
blikken bedacht te hebben): Ik weet waarlijk niet... ziet
u jufvrouw, u moet weten dat er links van mijn plaats
in de kerk een pilaar staat, zoodat alleen de regterkant
van mijn coiffure door de gemeente gezien wordt!... Pauze
en verlegenheid van de modiste. Dame: Ik zou natuurlijk
een andere plaats in de kerk knnnen nemen. Echtgenoot
van de dameJa, dat zou gaan, maar wij zonden des
noods, naar een andere kerk kunnen gaan.
Het is thans zeker dat het internationale congres
over het oorlogsvolkenregt den 27 Julij (niet den 15 Julij)
te Brussel zal bijeenkomen, dat de regeringen van Europa
er aan zullen deelnemen en dat het door Prins Gortschakoff
ontworpen programma het onderwerp der beraadslaging
zal zijn.
Zeven personen, waaronder vier kinderen zijn ver
dronken te Wangen bij Genève ten gevolge van het omslaan
eener pont, veroorzaakt door de onhandigheid van den knecht
van den veerman. Uithoofde van den sterken stroom was
er geen mogelijkheid hen te redden.
De Paus is volkomen hersteld en heeft jl. Donderdag
en Vrijdag weder zijne gewone wandelingen door het Vati-
kaan gedaan.
Als een merkwaardige bijzonderheid verdient ver
melding dat de heer William Adair, een Indiaan van den
Cherokeestam, zich te New-York als advokaat heeft geves
tigd; hij is de eerste regtsgeleerde onder de zoogenaamde
roodhuiden.
De heer F. H. van Etteger, hoofdopzigter bij de gemeentewerken
te Dordrecht, is benoemd tot adjunct-architect te Arnhem, op eene
jaarwedde van f 1800.
Met ingang van den 15 dezer is benoemd tot griffier bij het kanton-
geregt te Noordwijk, mr. F. E. Crommelin, thans griffier bij het
kantongeregt te Purmerend.
Met den 10 dezer a. s. worden geplaatst: aan boord van het
opnemingsvaartuig Hydrograaf, de luits. ter zee 2de kl. D. J. W.
A. G. Coops, W. J. Struick, en II. J. Kleijnhens, eerstgen. als
oudste offi, de adelb. 1ste kl. D. A. Kraijenhoff van de Leur, de
off. van gez. 2de kl. W. T. Clous en de off. van adm. 2de kl.
D. A. van der Laan; aan boord van het scliroefstoomsehip Band-
jermassing, de luits. ter zee 2de kl. P. Ileijning, II. F. Kouweuberg
en J. A. Kloek, eerstgenoemde als oudste offi, de offi van gez. 2de
kl. M. Steensma en de off. van'adm. 3de kl. P. K. S. Metman;
aan boord van het scliroefstoomsehip Palembang, de luits. terzee 2de kl.
A. J. Krabbe, II. O. Feith en B. J. G. Volck, eerstgen. als oudste
off., de off. van gez. 2de kl. J. A. G. Hulst en de off. van adm.
3de. kl. F. J. Olivier.
Aan C. van Itandwijk, te Amsterdam, is, als blijk van Zr. Ms.
goedkeuring en tevredenheid, wegens de redding van drenkelingen
op verschillende tijdstippen te Alkmaar, laatstelijk in 1809, toege
kend de bronzen medaille, alsmede een loffelijk getuigschrift.
Tweede Kamer.
De definitieve begrooting voor het ministerie van Marine is
thans bij de Kamer ingekomen. De minister heeft bij de inzending
eene memorie gevoegd, waarin hij zijne denkbeelden omtrent de
toekomst onzer marine uiteenzet.
Van de Nederlandsche zeemagt mag gevorderd worden: l.Mari-
time middelen voor de landsverdediging; 2. een auxiliair eseader
in Oost-Indië; 3. een kleine scheepsmagt in West-Indië; en
4. eenige schepen buitengaats, om de vlag te vertoonen en tot
oefening van 't personeel.
Van de Indische zeemagt spreekt de minister van Marine niet,
omdat die niet tot zijn departement behoort.
Voor de landsverdediging worden noodig geacht 5 ramschepen,
11 monitors, 24 kanonneerbooten, 24 gepantserde en ongepantserde
riviervaartuigen en torpedo-booten met een reserve van 3 monitors.
Versperringen en torpedo's zullen daaraan toegevoegd worden.
Voor het eseader in Oost-Indië: 2 gepantserde schepen en 2
schroefstoomschepen 1ste kl. voor West-Indië; 1 scliroefstoomsehip
lste en een 2de kl. voor vertooning van vlag; 1 of 2 schroef
stoomschepen 1ste, een 2de en een 3de kl.de noodige instructie
vaartuigen. Als reserve van deze cathegoriën zouden moeten aan
gewezen worden 1 gepantserd schip, 2 of 4 schroefstoomschepen
lste kl. en van de 3de en 4de kl. elk een. In 't geheel moet dus
de zeemagt bestaan uit:
5 ramschepen; 14 monitors; 25 stoomkanonneerbooten24 ge
pantserde en ongepantserde riviervaartuigen en torpedo-booten;
3 gepantserde schepen7 schroefstoomschepen lste kl.3 schroef
stoomschepen 3de kl. en 3 schroefstoomschepen 4de kl.
Daarvan zijn nog niet voorhanden of in aanmaak: 4 monitors; 14
stoomkanonneerbooten; 20 riviervaartuigen en torpedo-booten2
gepantserde schepen; 7 schroefstoomschepen lste kl.2 schroef
stoomschepen 3de kl. en 2 schroefstoomschepen 4de kl. Het voor
handen materiëel is echter van dien aard, dat het binnen eenige
jaren nagenoeg geheel zal vernieuwd moeten worden.
Ter uitvoering van dit plan is noodig f 25,450,000, welke som
de minister zich voorstelt in 10 jaren te laten verwerken. De
minister wil geheel afzien van 't bouwen van houten schepen.
Behalve de gepantserde schepen is de minister voornemens den
aanbouw van al die schepen in Nederland te doen plaats hebben,
gedeeltelijk op 's Eijks, gedeeltelijk op particuliere werven, die
daartoe tegenwoordig voldoende zijn ingerigt. De gepantserde
schepen, die niet te diep mogen liggen, moeten te lang en te breed
zijn om in Amsterdam gebouwd te kunnen worden; wat de lengte
betreft wegens de sluizen in het Noordhollandsch Kanaal, wat de
breedte betreft wegens de Oosterdoksluis.
Ook voor het personeel moet meer gedaan worden dan tot dusver.
Het handgeld zal worden verhoogd en de pensioenen verbeterd.
Wat de pensioen-wet voor de marine-officieren betreft, de
minister erkent dat die met het oog op de dienstjaren in Indië
herziening behoeft.
De heer Guizot, die reeds meer dan 86 jaren oud is,
is ernstig ziek. De geneesheer Béhier, zijn vriend, is in
alle haast uit Parijs ontboden, om hem te Val Richer te
bezoeken. Guizot heeft sedert eenige dagen het bed niet
verlaten.
In het bosch van Soignies heeft een tweegevecht met
de pistool plaats gehad tusschen den gewezen Brusselschen
schepen Ch. Fontainas en een Belgisch ingenieur, den
broeder der onderwijzeres, die door eerstgenoemde onlangs
geschaakt is. De ingenieur is niet gevaarlijk aan het hoofd
gekwetst; daar hij echter terstond na het ontvangen der
kwetsuur op den grond is gevallen, schijnt dit zijn toestand
verergerd te hebben. Eerst was bepaald, dat de degen
gebruikt zou worden; maar daags vóór het tweegevecht
had de ingenieur zich bij eene oefening in het schermen
de hand bezeerd, waardoor hij den degen niet kon hanteeren.
De clerikale bladen verlangen dat de heer Fontainas,
evenals het schepenschap, ook zijn mandaat als lid van
den Brusselschen gemeenteraad nederlegge.
Henry Rochefort heeft een brief openbaar gemaakt,
waarin hij de Commune verdedigt, de brandstichtingen en
executiën goedkeurt, omdat zij slechts represailles waren.
Hij geeft eene beschrijving van het verschrikkelijk lijden
der communisten, gedurende het vervoer naar en het verblijf
in Nieuw-Caledonië, en beschuldigt op bittere wijze Mac-
Mahon, wiens gezag slechts kort zal zijn.
Volgens de RépubliqueFran9aise is een ernstig conflikt
ontstaan tusschen China en Japan, en zou een oorlog
daarvan het gevolg zijn. Tevens zou het Chinesche leger
Rusland in het noorden aantasten.
Op nieuw heft de Times een klagt aan over den toestand
van gewapenden vrede in Europa. Zulk een vrede, zegt
't blad, heeft de wereld nooit te voren gekend. Het is een
vrede, vol achterdocht en wantrouwen niet alleen, maar
die aan Europa even zware lasten oplegt als ooit een
oorlog 't deed ja, zoozeer de hulpbronnen der volkeren
uitput en hun vooruitgang belemmert, dat een oorlog,
waaruit een wezenlijke vrede voortspruiten zou, schier te
wenschen zou zijn. Hoe verschillend de politieke en finan
ciële omstandigheden der mogendheden ook zijn, op twee
pnnten verkeeren zij alle in hetzelfde geval: alle, (de Times
zondert er drie uit: Engeland, Denemarken en Nederland),
alle leven zij in diepen vrede met elkander, en doen des
niettemin al 't mogelijke om de sterkte harer staande
legers te verhoogen. Zelfs België en Zweden (belagchelijk
genoegrigten zich ten gronde met hun armzalige pogingen
om in dit opzigt hun magtiger buren na te apen. Kortom,
Europa schijnt terug te keeren tot de tradities van een
vroegere eeuw, toen elk vrij man soldaat was, en de werken
der nijverheid geheel moesten achterstaan bij de eischen
van de krijgsdienst. En 't ergst is, dat van de huidige
wapening-manie de grens niet te bespeuren is, zoodat het
kwaad van jaar tot jaar ondragelijker begint te worden.
Immers, de nieuwe leger-organisatie van Rusland, die drie
millioen soldaten in 't veld belooft te brengen, zal ontwij
felbaar Duitschland aanzetten tot nog verdere uitbreiding
zijner strijdmagt; en 't voorbeeld van Duitschland zal al
de overige Staten prikkelen tot navolging. Nog meer zal
dan de toestand van Europa gaan gelijken op een wezen
lijken oorlogstoestand. Inderdaad, hij doet dat nu reeds al
te zeer, hoewel nog geen schot gelost is, de krijgsklaroen
nog niet geklonken heeft. Reeds staan de legers der natiën
tegenover elkander geschaardéén sein slechts is voldoende
om hen elkanders grenzen over te doen trekkenZoo
mogen wij dan vragen, of ons roemen op vrede en voor
uitgang in werkelijkheid niet leugenachtig is? Want de
vrede is beroofd van zijne zegeningen, en onze vooruitgang
heeft hoofdzakelijk gediend om ods meer geld en meer
inspanning te doen veil hebben voor de vervaardiging van
vernielingswerktuigen. Is, mogen wij verder vragen, is 't
Europa van heden dan wel wijzer en beter dan dat van
voorheen? Zijn de kinderen der 19de eeuw minder dan
die der 18de verslaafd aan de gruwelen des oorlogs? Zijn
onze staatslieden minder dan hun voorgangers schuldig
aan de verschrikkelijke misdaad van 't aanmoedigen der
slechtste menschelijke neigingen, en van 't scheppen eener
algemeene wederzijdsche ongerustheid of wantrouwendheid,
die er niet min gevaarlijk om is, al is zij ten eenenmale
zonder redelijken grond?Indien zulk een staat van
zaken nog langer geduld wordt, zal er een smet gaan
kleven op alles wat met de Europesche staatkunde in
onmiddelijke betrekking staat. Want op de schouders der
Europesche staatslieden rust in deze de blaam. Zij zijn 't,
die de tegenwoordige gespannen verhouding tusschen de
verschillende mogendheden in 't leven riepen. Waarom
zij dat deden of 't was uit misplaatste vrees, of uit
louter ijdelheid en liefde voor militair vertoon dit laten
we in 't midden, 't Feit blijft, dat er een kwaad door
gesticht is, zoo groot als waaronder maar ooit de wereld
gebukt ging: een kwaad, dat bovendien niet gemakkelijk
te genezen zal zijn. Onze hoop is, dat de groote natiën
van Europa hare tegenwoordige dwaasheid zullen inzien
en meester worden, om daarna haar aandacht en krachten
te gaan rigten op edeler en heilrijker doeleinden. Mogten
we van eene zoo gezegende omwenteling slechts eenig
voorteeken kunnen bespeuren
In een der voornaamste goudsmederijen van Londen
wordt, voor rekening van den Koning van Siam, een prachtig
eetservies voor vijftig couverts vervaardigd, dat niet minder