1874. N°. 80. Zondag 5 Julij. 32 Jaargang. VERPACHTING. Onze politieke toestand. Uitgever A. A. BAKKER Cz. Binnenland. HELDERSCHE EN NiEUWEDIEPER COURANT. »Wy huldigen het goede." Verschijnt Dingsdag-, Donderdag- en Zaturdag namiddag. Abonnementsprijs per kwartaal 1.30. franco per post - 1.65. Bureau: MOLENPLEIN, N°. 163. Prijs der Advertentiën Van 14 regels 60 cent, elke regel meer 15 cent. Groote letters of vignetten worden naar plaatsruimte berekend. Eiken Donderdag vertrekt de mail naar Oost-Indië via Brindisi. Laatste ligting 's avonds 6 uur. Op Vrijdag den 7den Augustus 1874, des avonds ten 7 ure, zal, aan het Raadhuis der gemeente, in het openbaar, alleen bij inschrijving, worden verpacht Het regt tot het ophalen van heer, asch en vuilnis in de gemeente Helder, voor den tijd van zeven jaren, ingaande den 15 Hei 1875. De voorwaarden dezer verpachting liggen, van heden af, ter lezing aan de Secretarie der gemeente, en zijn aldaar tegen betaling van 25 cents per exemplaar verkrijgbaar. Helder, den 24 Junij 1874. Burgemeester en Wethouders der gemeente Helder, STAKMAN BOSSE, Burgemeester. L. VERHEY, Secretaris. (Slot.) Wij hebben geenszins gedweept met het voorstel tot verlaging van den census, of de verwachting te kennen gegeven, dat het gehalte der kiezers verbeteren zou door hun aantal uittebreiden tot personen, die maatschappelijk lager geplaatst en waarschijnlijk minder ontwikkeld zijn dan het tegenwoordige kiezerspersoneel. Eene afdoende verbetering der kieswet houden wij voor onmogelijk, zoolang de toekenning van het kiesrecht af han- kelijk blijft van de daarvoor in de grondwet gestelde bepalingen; en liefst hadden wij de wijziging beperkt gezien tot eene verbetering van de kennelijk geworden gebreken in de kiestabel van 1850. Maar nu het regeeringsvoorstel eenmaal ingediend was en daardoor verwachtingen opge wekt waren, scheen ons de aanneming, zij het ook niet de onveranderde, wenschelijk. Wij schroomden van de voor gestelde vergrooting van het aantal kiezers de gevaren niet, welke sommige Afgevaardigden beangstigden; het liberalismus in Nederland en de neutrale volksschool staan of vallen niet met het tegenwoordige kiezerscorps, ook onder de nieuwe kiezers zouden vele voorstanders van de liberale beginselen en van die school gevonden worden. Zekerheid omtrent de gezindheid der nieuwe kiezers had men niet, en in zoover deed men een stap in den blinde; maar in 1850 was men op dit punt even onzeker en de stap veel grooter. Met vooral niet minder zorg dan toen was de stap voorbereid, met niet minder naauwkeurigheid het noodige onderzoek verricht; maar toen wilde men de hervorming en thans wilde men haar niet, van daar dat het onderzoek ongenoegzaam werd geschat. Wat wilde de Kamer dan, zoo haar een census van f 26 voor het platteland der welvarendste gewesten niet voldeed? f 24, zooals het amendement-van den Bercli van Heemstede, of f 28, zooals het amendement-Bredius c. s.? Het antwoord is uit de stemlijsten op te maken. Van de 71 tegenwoordige leden stemden 32 voor het regeeringsontwerp, en onder de 10 die hunne stem aan het araendement-v. d. Berch gaven, waren er 7, niet onder genoemde 32 begrepen, die het getal voorstanders der verlaging tot 39 deden klimmen, maar die, het meerdere (f 24) niet kunnende bemachtigen, ook het mindere (f 26) afwezen en daarmede de wet hielpen verwerpen; dat waren conservatieven en anti-revolutionairen. Behalve de 39 voorstanders, vond men onder de 32 stem- menden voor het amendement-Bredius nog 8 leden, die een census van f 28 aannemelijk achtten (en dus in beginsel voor verlaging waren, maar mede de wet verwierpen omdat zij over het verschil van f 2 niet konden heenstappen; dat waren liberalen. Alzoo 39 leden vóór of voor meer en nog 8 voor iets minder dan het regeeringsvoorstel, dat niettemin verworpen werd, omdat, even als tijdens de voordracht van inkomstenbelasting en muntwet, ieder brouwer slechts zijn eigen brouwsel wilde drinken en dit voortreffelijk, dat van een ander ondrinkbaar vond. 't Is niet te verwonderen, dat „ontbinding" thans de leus van verschillende liberale bladen is, en dat verlangen vindt in al het voorgevallene voldoende verklaring, dat oordeel is ten volle verdiend. Aan élk ministerie moet de moed ontzinken om met dergelijke Kamer aan het werk te gaan, al mag het zich ook, zooals het aftredende kabinet, in de ondersteuning der andere Kamer verheugen. Ontbinding is voor velen de eisch van het oogenblik, maar wij ondersteunen dien eisch niet. Het middel is eenmaal door misbruik in een slechten reuk geraakt en mag slechts in uiterste gevallen worden toegepast; wij verkiezen het heengaan van een ministerie boven de wegzending der Vertegenwoordiging. Maar bovendien, zou het middel wel iets baten Het is den kiezers al zoo vaak voorgehouden Kiest waarlijk vrije, vrijzinnige, niet zelfzuchtige, niet door partijschap bezielde, niet door oude veten bevooroordeelde mannentracht behoorlijk inzicht te verkrijgen in de zaken des lands en der regeering, ziet scherp uit eigen oogen en laat u niet beheerschen door partijleiders en partijbladen, door lieden die eigen eer en voordeel zoeken en u daartoe vleien, vooral niet door dezulken, die zich|van kerkelijke leuzen, van de godsdienst bedienen om u, ter verkiezing hunner candidaten, naar de stembus te drijven. Maar even weinig als dit tot heden heeft kunnen baten, even vruchteloos zou het zijn de kiezers thans te bewegen, betere en meer verstandige, meer met het belang des vaderlands overeenkomstige keuzen te doen en alzoo de samenstellingjjeener minder verdeelde en meer tot onderling overleg gezinde Kamer te helpen verzekeren. Eene ont binding zou, misschien op eene enkele uitzondering na, dezelfde ultra-zelfstandige, alleenwijze, weerstrevende en tevens dezelfde volgzame en op bevel stemmende leden naar de nieuwe Kamer voeren en dus niet aan het oogmerk beantwoorden. Dezelfde Vertegenwoordiging dan en een ander ministerie? Waar het te vinden? De catholieken en de anti-revolu tionairen achten hun tijd nog niet gekomen, erkennen althans hun onvermogen of te geringen invloed om, bij de tegenwoordige verhouding van partijen en gezindheden, op het gezag uitsluitend voor zich aanspraak te kunnen maken. De conservatieven, schoon als partij buiten de Kamer schier niet meer bestaande, zijn minder bescheiden; indien de beide andere partijen zich onder hunne leiding scharen en dus de grrroote en eensgezinde conservatieve partij herstellen wilden, dan zonden zij het allicht over de verdeeling van den buit eens kunnen worden. Zij zouden het minstens beproeven willen, mits voor het sluiten van den onderlingen koop nog wat meer tijd gegund werd dan in het vorige jaar, toen de heer van Lijnden, de onder handelaar ter vestiging van het „nationaal" bewind was. Maar gesteld, dat deze toeleg gelukte, welke innerlijke kracht zou zoodanig coalitie-ministerie bezitten en hoe zou het in de Tweede Kamer bestand zijn tegen de talrijke liberale leden, die, alsdan oppositie wordende, zich zouden aaneensluiten en oefenen in partij-discipline, in de dagen, toen het hun beurt was, zoo jammerlijk uit het oog ver loren. In dit opzicht zou de optreaing van een uit de tegenpartijen gevormd kabinet nuttig en heilzaam voor hen werken; en hun ook daarom voordeelig zijn, dat zij, die thans als regeeringspartij geen goed wilden of konden doen, in de meer gemakkelijke rol van critici zouden kunnen optreden. Een coalitie-kabinet heeft nog minder kans van slagen dan een liberaal, dat de treurige affaire zou willen voort zetten of overnemen; eeue ondankbare taak, waarvoor het wel aan liefhebbers ontbreken kan. De keuze is voor den Koning dan ook allermoeilijkst en met belangstelling wachten wij wat hij in zijne wijsheid ten nutte des lands besluiten zal. Wachten wij ons om den tegenwoordigeu toestand te wijten aan het constitutioneele regeeringstelsel, waarvan wij de groote voordeelen niet voorbij mogen zien, al moeten wij er ook de tijdelijke nadeelen van ondervinden. Niet steeds zullen wij over de thans zoo wichtige bezwaren blijven klagen; wij bevinden ons in een overgangstijdperk dat voorbij zal gaan, zoodra onze volksontwikkeling en daarmede onze politieke vorming meer volkomen wordt; dan ook zal eeue meer zuivere partijverdeeling ontstaan, en de aanwezigheid der partijen niet meer eene belemmering maar een prikkel voor den vooruitgang worden. Engeland is ons vele jaren in de toepassing van het vertegenwoor digend regeeringsstelsel vooruit, trachten wij daar ter schole te gaan, en onze staatslieden en burgers bovenal de Engelsche na te streven in toewijding aan het vaderland! HELDER en NIEUWEDIEP, 4 Julij. Bij de dienst der gemeente-brandspuiten hebben de volgende mutatiën plaats gehad. Eervol ontslag is verleend aan den heer J. Roodt, als brandmeester en aan den heer P. Korff, als 1ste ads.- j brandmeester hij spuit No. 1; en aan den heer W. de Jong, als 1ste ads.-brandmeester bij spuit No. 4. De heer J. Hoogerduin, 2de ads.-brandmeester bij spuit No. 3, is als oudste ads.-brandm. overgeplaatst bij spuit No. 1. Bevorderd zijn: tot brandmeester hij spuit No. 1 de heer A. Korff'; tot 1ste ads.-brandmeesters bij spuit No. 3 de 2de ads.-brandm. de heer J. Breebaart en bij spuit No. 4 de 2de ads.-braudm., de heer R. Vostot 2de ads.-brandmeestersbij spuit No. 1 de heer L. Aarsen, bij spuit No. 3 de heer W. Rippens en bij spuit No. 4 de heer G. Moorman. Op voorstel van den Brandraad, is door B. en W. in deze gemeente besloten tot het daarstellen van een brandput in de Vroonstraat alhier. Aan dat besluit is reeds gevolg gegeven. De put is gemaakt nabij de bergplaats van spuit No. 6. Bij de genomen proef is gebleken, dat deze put voldoende water oplevert; bij voorkomenden brand is het in die digte bebouwing zeker van belang dat daar ter plaatse een voorraad water aanwezig is. De kermisvermakelijkheden naderen. Reeds worden de noodige aanstalten gemaakt voor 't volksfeest, dat de volgende week aller aandacht zal trekken. Het Molenplein is gevuld met allerlei inrigtingen tot vermaak en ver kwikking, en aan den Kanaalweg is men druk in de weer met het opslaan van kramen. Op het Westplein heeft o. a. de heer Blanus zijn Paardenspelvóór Tivoli hebben de hh. Boas, Judels en Bouwmeester en op het Nieuwe Kerkplein de hh. Stoete, Culp Elert, als naar gewoonte, hunne schouw burgtenten opgeslagen. Verscheidene onzer neringdoende plaatsgenooten hebben mede de noodige toebereidselen gemaakt om tot verhooging van het kermisgenot bij te dragen en zich er op ingerigt om tal van bezoekers te ontvangen. Naar het zich laat aaDzien zal het a. s. ker misfeest ruimschoots gelegenheid aanbieden tot het bijwonen van verschillende uitspanningen. H. M. de Koningin is onder behandeling van dr. Porges, den meest gerenommeerden arts van Mariënbad. Jl. Woensdag is weder in werking gesteld het besluit betreffende het detacheeren bij het Oost-Indische leger van ingelijfden bij de militie te land. Een rekruut die zich voor 4 jaren voor Indië verbindt, ontvangt f 200 en voor 6 jaren f 300. Men verzekert, dat in het najaar nog een gewoon en ligter examen zal worden afgenomen van onderofficieren, die genegen zijn als 2de luit. der infanterie naar Oost- Indië te vertrekken. Het Dagblad verneemt, dat den 29sten der vorige maand bij de regering is ingekomen de tweede termijn der geldelijke schadeloosstelling, zoogenaamd van Simoneseki, door Japan nog aan het Nederlandsche gouvernement verschuldigd. Thans is van het geheele bedrag f 660,000 ontvangen en moet er nog een derde termijn, ad f 330,000 betaald worden. Beroepen te Peperga en Blesdijke ds. M. Wassenaar, te Oude Schild op Texel. De algemeene vergadering der Maatschappij tot Nut van 't Algemeen zal te Amsterdam gehouden worden op Dingsdag 11 Aug. e. k., des morgens ten 10 ure, in het kerkgebouw der Doopsgezinde gemeente aldaar. De heer dr. T. Modderman Azn. zal het voorzitterschap waarnemen. Bij de nieuwe regeling van de brandweer te Amster dam, die weldra in werking treden zal, behoort ook de inrigting van den brandweer-telegraaf. Deze telegraaf, mede dienstbaar gemaakt aan de administratie der politie, bestaat uit 3 ondergrondsche hoofdlijnen, 13 brandschel kringen (waarvan 12 onder en 1 boven den grond). In de 4 hoofdlijnen liggen 17 telegraaf-stations, namelijk: 1 aan het centraal-bureau der brandweer aan het stadhuis, 9 aan de brandweer-stations, 1 aan het hoofdbureau van politie, 5 aan de politie-stations, 1 aan het hulpbureau van politie. Het centraal-bureau der brandweer en het hoofdbureau van politie zijn met alle telegraaf-stations regtstreeks verbonden. Ieder der brandweer-stations heeft naar gelang der mindere of meerdere uitgebreidheid 1 óf 2 brandschelkringen, waarin te zamen 130 brandschellen zijn aangebragt. Brandaanzeggingen komen van de brand schel aan de brandweer-si ation in den bewakingskring en gaan van daar onmiddelijk naar het centraal-bureau. De aanzeggingen aan telegraaf-stations gaan direct naar het centraal-bureau. Het Weener dames-orchest dat zich reeds in de voornaamste steden van Europa heeft doen hooren gaf jl. Donderdag avond in het Paleis voor Volksvlijt te Amsterdam een concert, dat vrij goed heeft voldaan. De KI. Crt. besluit zijn verslag daarvan aldus: „Alles te zaam genomen is een gang naar het Paleis aan te bevelen, ook om het niet alledaagsche genot een twintigtal schoonen in uniform met 'onverstoorbaren ernst achter de lessenaars te zien zitten." De gemeenteraad van Haarlem heeft zich vereenigd met het voorstel van B. en W., om aan het Rijk kostelooB in gebruik te geven het tegenwoordige exercitie-terrein buiten de Kennermerbrug, tot het plaatsen der brigade kazerne, en voor exercitie-terrein te verhuren pl. m. 5| hectare land van de boerderij het Torentje, aan de Klever laan, onder Slooten.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche en Nieuwedieper Courant | 1874 | | pagina 1