1874. N°. 121.
Vrijdag 9 October.
32 Jaargang.
Uitgever A. A. BAKKER Cz.
Atsj in-Gedecoreerden.
Binnenland.
HELDERSCHE
NIEUWEDIEPER COURANT
»,Wij huldigen het goede."
VericHJjnt Dinosdag-, Donderdag- en Zaturdag namiddag.
Abonnementsprijs per kwartaal1.80.
J franco per post - 1.65.
Bureau: MOLENPLEIN, N°. 163.
Prig« der Adverteatiön Van 14 regels 60 cent,
elke regel meer 15 cent.
Groote letters of vignetten worden naar plaatsruimte berekend.
Eiken Donderdag vertrekt de inail naar Oost-Indië
via Brindiai.
Laatste ligting 's avonds 6 uur.
De sluiting der mail naar Padang en Batavia, te ver
zendén per mailbooten Conrad en Sumatra, geschiedt den
9 en 19 Oct., na aankomst van trein II (N. Holl. Spoorweg)
ten 7.30 des avonds.
De Staatscourant bevat de lijst van onderscheidingen ter beloo
ning van hen, die zioh bijzonder verdienstelijk hebben gemaakt in den
oorlog tegen het rijk van Atsjiu. Wij ontleenen daaraan het volgende
Zeemagt.
Ter zake der bedoelde krijgsverrigtingen zijn benoemd tot ridder
4de kl. der Militaire Willemsorde den kapt. ter zee J. van Gogli;
•bevorderd tot ridder 3de ki. der M. W. den kapt. t. z. voornoemd,
den kapt. ter zee B. D. van Trojen, de kapt.-luits. ter zee J. W.
(Binkfis en K. C. Bunnik en den luit. ter zee 1ste kl. W. Steffens;
benoemd tot ridder 4de kl. der M. W. den kapt. ter zee H. B.
Kip, dfia luit. ter zee lste kl. (sinds bevorderd tot kapt.-luit. ter
zee) H. W. Walther; de luits. ter zee lste kl. C. P. van der Star,
C. H. Bogaert en jhr. A. F. Meijer; de luits. ter zee 2de kl.
P. ie Comte, A. van Hengel, A. P. Tadema en S. T. Land; den
adelb. lste kl. (sinds bevorderd tot luit. ter zee 2de kl.) A. Voor
molen; den schiemansmaat A. van der Horst; de matrozen Istekb
K. Wil4ers, J. P. J. Hes en C. Schoolenberg; de matrozen 2de kl.
K. Schipper en J. A. Guijben; den matroos 3de kl. J. C. Jansen;
den korp. der mariniers H. J. van der Bunt; benoemd tot'
ridder der orde van den Nederl. Leeuw de luits. ter zee lste kl.
H. Dyseriiick en J. M. Berends en de off. v. gez. lstekl. J.Lamie
en C. Noordewier; toegekend de eeresabel, met, het opschrift: „Konin
klijk eereblijk voor betoonde dapperheid," aan den luit. ter zee 2de
kl. H. A. Schippers; besloten bij afzonderlijke dagorders, zoo in
Indië als iu Nederland, eervol te doen vermelden: den luit. ter zee
lste kl. C. F. T. van Woelderen; de luits. ter zee 2de kl. R. D.
Crommelin, J. A. Snoek, J. Dalen, H. van der Meer, L. A. H.
Lamie en A. 11 J. W. Juta; den matroos lste kl. H. A. Fidoux;
den marinier lste kl. C. van Wijck.
Ter zake der lste expeditie tegen Atsjin zijn benoemd tot ridder
der M. W. 4de kl. den luit. ter zee lste kl. C. J. Marinkelle;
den luit. ter zee 2de kl. R. G. A. L. Jansen; den adelb. lste kl.
(sinds bevorderd .tot luit. ter zee 2de kl. J. Cardinaalden matroos
lste kl. W. A. van der Bilt; de matrozen 2de kl. H. T. Koning
en J. Nijsbesloten bij afz. dagorders, zoo in Indië als in Neder
land, eervol te doen vermelden: de luits. ter zee lste kl. H. D.
Guijot, C de Klopper, J. M. H. Bervoets, P. E. Winkelman, R.
T. dn Cloux en W. F. Blaauw; de luits. ter zee 2de kl. J. A.
Vening (sinds bevorderd tot luit. ter zee lste kl.), C. H. de Goeje,
C. H. Cornelissen en R. C. van der Meulen; de adelb. lste kl.
(sinds bevorderd tot luit. ter zee 2de kl.) J. G. Snethlage, A. C.
van der Sande Lacoste, jhr. H. M. Speelman, J. B. Dukkers, C.
Meijboom en C. J. Fran<;ois; den adelb. lste kl. C.F. W.K.Happé;
de lste luits. der mariniers C. J. Visser en A. B. Stenfert; den
off. van adm. 2de kl. L. F. C. Seelking; den off. van adm. 3de
kl. J. A. Sonnenberg; de off. van gez. lste kl. W. Pannevis en
J. J. Borst; den off. van gez. 2,de kl. S. F. Kruijt; den schipper
in 't vaste korps dek- en onderofficieren J. de Smit; den marinier
3de kl. W. Blaas; den gezaghebber lste kl. dergouv.-marine J. II.
Meijer; die der 2de kl. J. W. Schollen en M. Berends; den gezag
voerder van het stoomschip Gouv.-Gen. Mijer O. J. C. Lindeman.
Ter zake der 2de expeditie tegen Atsjin zijn bevorderd tot ridder
3de kl. der M. W., den kapt.-luit. ter zee W. H. F. van Oordt;
benoemd tot ridder 4de kl. der M. W., den kapt.-luit. ter zee
(sinds bevorderd tot kapt. ter zee) W. F. L. de Vriese; de luits.
ter zee lste kl. jhr. C. (3. Six, W. A. Arriëns, G. J. Buijskes, H. J.
van der Mandele en H. van Broekliuijzen; de luits. ter zee 2de kl.
J. Haremaker, H. J. J. Kempe, W. G. van Nes, D. Hordijk en
C. J. de Jong P. Azn.den kapt. bij het corps mariniers D. C. W.
Sutherland; den off'. van gez. lste kl. H. J. Nieuwkerk; den off.
van gez. 2de kl. W. Schoondermark; den bootsmansmaat I. H.
Heijmansdén matroos lste kl. (thans kwartiermeester) N. H. de
la Bie; den raatroos 2de kl. T. C. U. de Wit en den sergeant der
mariniers G. Slooff; benoemd tot ridder der orde van den N. L. den
luit. t. z. lste kl. J.P.Mercier; den off.deradm.lstekl.G.H.Verboon;
den off. van gez. 2de kl. G. F. Rocliat; den kapt. der mariniers F. A. van
Braam Houekgeest; toegekend de eeresabel, met het opschrift:
„Koninklijk eereblijk voor betoonde dapperheid," aan: de luits. ter
zee lste kl. H. P. König en C. J. Marinkelle; besloten bij afz.
dagorders, zoo iu Indië als in Nederland, eervol te doen vermelden
de luits. ter zee lste kl. P. Swaan, J. P. Mercier, J. Loots en
H. A. Sirks; de luits. ter zee 2de kl. L. Backer Overbeek, G. H.
wan Steyn, H. Nijgh. H. Bernelot Moens, H. H. Hora Siccama.
G. M. Dolleman, B. T. Wr. van Hasselt, L. Haremaker, A. M. R.
Wagner en G. C. Otten; den adelb. lste kl. (sinds bevorderd tot
luit. ter zee 2de kl.) J. van den Bosch; de adelb. lste kl. C. Moll
en L. Kamphuis Suermondt; den off. van adm. 3de kl. J. H. de
Sauvage; den off. van gez. 2de kl. K. G. F. Sloos; den machinist
2de kl. A. J. Moritz; den lsten stuurman in het vaste corps dek
en onderofficieren K. Anker; den schiemansmaat J. Buiter; den
kwartiermeester S. E. de Greef; de matrozen lste kl. J. de Gast,
A. J. Ketz en J. van der Plaat; de matrozen 8de kl. B. de Braber
en D. N. Middendorp; den korp. der mariniers A. van der Stroom
de mariniers lste kl. J. J. Bliek, A. Boers en P. J. Bosman; den
marinier 2de kl. A. J. H. Janssen; den tamboer der mariniers
H. J. Beugelink; den gezaghebber lste kl. der gouv.-marine A. C.
Everaars.
Er is bepaald, dat de namen der volgende (sinds overleden) mili
tairen zullen worden ingeschreven in de registers als eervol vermeld
den luit. ter zee 2de kl. A. Fokker; den marinier lste kl. S. van
Yeen en den marinier 3de kl. J. J. G. Koen.
Landmagt. (Gedetacheerd hij het Oost-Indische leger.)
Ter zake van de 2de expeditie tegen Atsjin: te benoemen tot
ridder 4de kl. der Militaire Willemsordede kapts. der inf. J. L.
Ie Bron de Yexela, F. baron van Aerssen Beijeren van Voshol en
A. J. F. Rochel; den voormaligen ordonn.-off., thans kapt., adj.
van Z. K. H. Prins Alexander, j. E. N. baron Sirtema van Gro-
vestins; de lste luits. der inf. G. van Tienhoven, H. A. Hulst
kamp, A. Evenwel, J. K. Koot, P. Vinkhuyzen en H. G. J. van
Hoogstraten; bij afzonderlijke dagorders, zoo in Indië als in Neder
land, eervol te doen vermelden: de lste luits. der inf. F. G. Kop
pen, J. P. van Vlierden en M. G. W. A. Schumann; die der art.
G. J. Y. Vinkhuizen.
Ingeschreven in de registers van de kanselarij der beide orden
als ridder 4de kl. der M. W.den sedert overleden lsten luit. der
inf. D. G. baron Sloet van Zwanenburg.
Er is bepaald, dat voor de militairen en schepelingen beneden den
rang van officier, die bij het tegenw. Kon. besluit worden opgenomen
in de Militaire Willemsorde, de riddersoldij zal worden berekend
overeenkomstig den rang, dien zij volgens de dienststaten bekleedden
op de dagteekening van dit besluit, en voor zoover zij inmiddels
eervol de militaire dienst hebben verlaten, overeenkomstig den door
hen in activen dienst jongst bekleeden rang.
Ten bewijze van 's Konings tevredenheid over den moed en de
zelfopoffering, door zee- en landmagt betoond bij de verschillende
krijgsverrigtingen aan het hoofd van het koninklijk besluit ge
noemd, wordt verklaard, dat het „eereteeken voor belangrijke krijgs
bedrijven," ingesteld bij besluit van 19 Febr. 1869 (Staatsblad
No. 24) toepasselijk is op die krijgsverrigtingen, van het begin der
lste tot het einde der 2de expeditie, d. i. op het tijdvak tusschen
5 April 1873 en 26 April 1874, zullende de gesp van het eereteeken
daartoe het opschrift dragen
ATSJIN 1873—1874.
HELDER en NIEUWEDIEP, 8 October.
Even als in de beide vorige jaren, zullen ook in dezen
winter voor de leden der sociëteit Mars eenige weten
schappelijke voordragten worden gehouden. Onderscheidene
personen hebben zich reeds tot de vervulling eener spreekbeurt
verbonden. De eerste voordragt beeft in de volgende week
plaats, en zal tot onderwerp hebben Het Oera Linda Boek.
De guurheid van het herfstweder herinnert ons dagelijks
op krachtige wijze, dat de winter in aantogt is. Geen wonder
dus dat onze plaatselijke vereenigingen zich nu reeds
inspannen om den kunstlievenden leden en hunne datnes
de gewone gezellige winter-avonden te bereiden. Eergisteren
avond hadden we het genoegen het werkend personeel van
„Liefde tot Kunst" voor de eerste maal in dit saizoen te
zien optreden, achtereenvolgens opvoerende het drama
Kunst en Adeltrots en het blijspel Vier nieuwe pakken. Over
het geheel mag men deze uitvoering zeer goed geslaagd
heetende opvoering van het drama droeg inzonderheid
de algemeene goedkeuring weg.
Drietal bij de Herv. gemeente te Groningen: Hoog
straten, te AlmeloDoedes, te Velzen; Gunning, te Alkmaar.
Aangenomen het beroep naar Oude Niedorp door
ds. T. van Berkum, te Ureterp.
Door den bisschop van Haarlem zijn o. a. benoemd
tot kapelaan te Schagen de heer H. F. Coenen en tot
assistent te de Cocksdorp de heer P. A. van den Bosch.
Te Hoorn wordt van conservatieve zijde voor het lid
maatschap derTweedeKamer aanbevolen de heer A. Bloem Cz.
De heer Henri Winiawski is benoemd tot ridder der
orde van den Gouden Leeuw van Nassau. Zoo als bekend
is, is de maëstro op dit oogenblik Zr. Ms. gast op het Loo,
ter bijwoning der proeven die 's Konings pensionaires van
hun vorderingen afleggen.
Tot voorzitter van de Maatschappij tot Nut van den
Javaan is verkozen mr. J. H. van Gennep, te Dordrecht.
Voor zoover bekend is, is den loop der week van
27 Sept. tot en met 3 Oct. slechts één rund in deze provincie
uithoofde van longziekte onteigend en afgemaakt. Het
geval deed zich voor te Haarlemmermeer.
Gisteren heeft te Hoorn een harddraverij plaats gehad,
welke met het beste gevolg is afgeloopen. Achttien paarden
waren ter mededinging aangegeven; de prijs is behaald
door van Haren, te Amsterdam, pikeur de Boer, met het
paard Malle Jan. De eerste premie door Bulk, te Leimuiden,
pikeur Bulk, met het paard de Snel. De tweede premie
door Kistemaker, te Winkel, pikeur Kistemaker, met het
paard de Deugd.
Voor de correctioneele kamer der arrondissement»—
regtbank te Amsterdam stonden gisteren teregt een 16jarige
en een 14jarige knaap, de eerste beklaagd wegens diefstal
van een fraaijen duif uit het duivenhuis in den tuin van
het zoölogisch genootschap Natura Artis Magistra, de
tweede wegens medepligtigheid aan dien diefstal. De gestolen
duif was een zwart-witstaart doffer en werd, volgens de
bekentenis van den lsten beklaagde, door hem weggenomen
op Zondag 23 Aug. des namiddags ten 6 ure. Zijn makker
ruilde dat dier tegen een meerschuimen sigarenpijpje, verborg
hem eenige dagen in zijn huis en ruilde hem alstoen tegen
twee andere duiven van een schoolmakker, die met de
herkomst geheel onbekend was. Diens broeders wilde hem
verkoopen aan een handelaar in duiven, die het dier aanhield,
als overeenkomende met het signalement van den als
gestolen aangegeven duif. Beklaagden bekenden hun schuld
onder het storten van vele tranen. De eerste hunner
bekende o. a. ook dat hij dien Zondag, omdat hij geen
toegang had tot Artis, over het hek zich den toegang had
verschaft, gelijk hij den terugtogt met den duif ook over
het hek had genomen. De ouders van sommigen zijner
kameraden waren leden van het genootschap. De beide
jeugdige delinkwenten werden door de regtbank schuldig
verklaard aan het hun ten laste gelegde en veroordeeld,
de eerste tot een cellulaire gevangenisstraf van 14, de
tweede tot eene dito van 5 dagen. (Amst. Crt.)
Het vermoeden, in het P. v. Justitie uitgedrukt, dat
het jongentje, bij het station van dén Oosterspoorweg te
Amsterdam gevonden, den 27 Sept. 11. moedwillig door
zijne familie verlaten was, is juist. Een te Achttienhoven
wonende boerenmeid, herkomstig uit Barneveld, heeft dit
kind daar achtergelaten, na te Voorthuizen, onder Barne
veld, te vergeefs beproefd te hebben het te besteden. Het
knaapje is geboren te Putten in Julij 1872 en dus ruim
2 jaren oud.
Bij gelegenheid van haar lÖjarig bestaan zal de
algemeene vereeniging voor bloembollencultuur van 12 tot
16 Maart a. s. te Haarlem een voorjaars-tentoonstelling
houden. Er zijn uitgeloofd 25 gouden, 49 zilververgulde,
63 zilveren, en 29 kleine zilveren medailles.
De Grootvorst-troonopvolger van Rusland is jl. Maan
dag avond te 's Hage aangekomen, met het voornemen
om eenige dagen aldaar te verblijven. Hij heeft het paleis
Buitenrust aan den Scheveningschen weg betrokken.
Naar aanleiding van een hoofdartikel in bet D. v. 's G.
over de administratie en controle van het stedelijk badhuis
te Scheveningen, heeft een persoon te 's Hage pogingen
gedaan om den hoofdredacteur van genoemd blad dood te schie
ten. Althans door de politie aldaar is iemand gearresteerd, die
zich als dit te zullen doen had uitgelaten en. die zich op
weg naar het bureau bevindende, voorzien was van een
geladen pistool.
Een winkelbediende te 's Hage heeft zich dezer dagen,
in het pakhuis van zijn meester, door zich op te hangen
van het leven beroofd.
Naar het Dagblad verneemt, wordt het bestuur van
het Noordhollandsch-Friesch spoorwegcomité-Bloem morgen
in audiëntie ontvangen bij den minister van Binnenlandsche
Zaken, ter nadere bespreking van de in Noordholland aan
te leggen lijnen.
Men verneemt, dat de heer Léon Gambetta een drietal
dagen met eenige andere heeren te 's Hage heeft vertoefd,
zonder zich echter bekend te maken. Hij heeft jl. DiDgsdag
de stad verlaten en is toen vermoedelijk naar Amsterdam
vertrokken.
De hoofdconducteur Postma van den Hollandschen
spoorweg, trein No. 9, van Amsterdam naar Rotterdam
vertrekkende, heeft het ongeluk gehad bij het ophalen der
kaartjes, tusschen Schiedam en Rotterdam, van de loop
plank te vallen en daarbij het schouderblad en eenige
ribben te breken. Hij moet getroffen zijn door het open
staand portier van een voorbijsnellenden trein. De man
was wegens zijne voorkomendheid bij de passagiers alge
meen bemind.
Een landbouwer te Zuid-Beijerland had dezer dagen
een geladen tweeloopsgeweer in een wagenkeet op eene
schaafbank nedergelegd. Toen zijn eenig kind, een jon
gentje van omstreeks 6 jaren, het daar zag liggen, heeft
het waarschijnlijk het er af willen halen of trekken, door
welke beweging het geweer is afgegaan en het kind doo-
delijk getroffen werd. Nog eenige schreden is het kind
weggeloopen, doch onder het uiten van een hevigen gil
dood nedergevallen.
Het U. D. geeft een overzigt van de eerste lucht
reizen van den heer Godard. De eerste maal viel hij op
een dak en bereikte met veel moeite een luik. De tweede
reis eindigde met een bad in de Seine, waarbij de heer
j G. bijna het leven verloor. De derde maal viel hij bij
Boulogne in zee. Zijne latere togten liepen daarentegen
allen gelukkig af, zelfs die welke hij in 1859 maakte ter
j bespieding van het Oostenrijksche leger in Italië en die van
1871 bij het beleg van Parijs.