1874. N°. 149.
Zondag 13 December.
32 Jaargang.
Uitgever
Bar eau:
A. A. BAKKER
Cz.
Binnenland.
HELDERSCHE
EN jVIEVWEDIEPER COURANT.
,Wij huldigen het goede."
Veriehijnt Dinmdaö-, Dondmoag- en Zatukdag namiddag.
A.boniiBiuoiit.8r>rijB per kwartaalf 1.30.
J franco per post - 1.65.
MOLENPLEIN, N°. 163.
Prijs der Adverten tien Tan 14. regelt 60 cent,
elke regel meer 15 cent.
Groote letters of vignetten worden naar plaatsruimte berekend.
Klken Donderdag vertrekt de mail naar Oost-Indië
via Brindisi.
Laatste ligting 's avonds 6 uur.
VERGADERING van den RAAD der gemeente TEXEL
op Donderdag 17 December 1874.
Punten van behandeling:
Ingekomen stukken.
Benoeming Regent en Regentesse Weeshuis.
Regenten Algemeen Armbestuur.
Besteding onderhoud wegen.
HELDER en NIEUWEDIEP, 12 December.
Met de mailboot Prins Hendrik vertrekt o. a. naar
Oost-Indië een detachement van 60 mariniers, onder bevel
van den kapt. J. J. Korndorffer en medegeleider luit. H.
J. Ilomeny, benevens een detachement militairen voor het
leger in Oost-Indië, sterk 75 man, onder bevel van den
luit. F. A. J. Schröter.
Ten raadhuize alhier is gisteren aanbesteed1. het drie
jarig onderhoud van al de straatwegen aan de gemeente
behoorendeingekomen 10 billetten, van de heeren D. de
Vries ad f 24150, B. Swets f 22900, Gebr. Klein f22222,
P. Spruit f 21840, W. Rippens f 21598, P. Verhey f 21568,
Gebr. Moorman f 21190, Vos Duinker f 20379, J. v.
d. Woude f 20058 en H. J. Janzen f 19970. 2. het
onderhoud der gemeente-gebouwen, enz.; ingekomen 8
billetten, van de heeren: J. v. d. Woude ad f7800, Gebr.
Moorman f 7575, D. de Vries f 7480, S. Gooien f 7400,
P. Spruit f 7300, Gebr. Korff f 7245, W. Rippens f6989
en P. Verhey f 6938.
Gisteren avond had in 't lokaal Tivoli de tweede volks-
voordragt in dit saizoen plaats Ondanks het ongunstige
weder was het publiek nog vrij talrijk. Spreker was de
heer C. Fogteloo, van Alkmaar, die zijne novelleDe zeeslag
bij Kijkduin," op zijne gewone levendige en boeijende
wijze voordroeg. In vier hoofdstukken1op het duin te
Scheveningen, 2. aan 't Huisduiner strand, 3. in den zeeslag,
en 4. na de overwinning, verplaatste hij zijne hoorders te
midden der gebeurtenissen van voor twee eeuwen en deed
hij uitkomen de onovertroffen dapperheid der Hollandsche
zeeleeuwen, onder mannen als Michiel Adriaansz. de Ruiter
en Cornelis Tromp. Met onverdeeld genoegen werd deze
lezing aangehoord.
Door het mannenkoor der zangvereeniging Cecilia werden
vervolgens op flinke wijze uitgevoerd de volgende stukken
1. Zondagslied, van Kreutscher; 2. De Nachtegaal, van
Gretry; 3. Avondlied, van Verhulst; en 4. Soldatenliebe,
van Schröter.
Wij vernemen dat de volgende volksvoordragt medio
Jan. zal plaats hebben.
De sleepboot Amsterdam, die jl. Vrijdag in zee is
gegaan om de brik op te zoeken, die, volgens schipper
Noordzij van de vischsloep Admiraal van Kingsbergen,
masteloos met de equipage aan boord rondzwierf, is dien
avond alhier teruggekomen en had niets gezien dan wrak
hout en vaatjes.
De Staatscourant van den 10 dezer behelst een
Koninklijk besluit van den 2 dezer, houdende uitbreiding
van den kring, binnen welken deze gemeente als los- en
laadplaats voor den in- en uitvoer ter zee is aangewezen,
en zulks met wijziging van het Koninklijk besluit van
1 Sept. 1871 (Stbl. No. 98).
Jl. Woensdag avond kwamen met een extra-trein
per Rijnspoor uit Hannover te 's Hage aan, H. K. H. de
Prinses zu Wied, met Haar beide zoontjes en vergezeld
van een talrijk gevolg.
Z. K. H. Prins Frederik, die eenige uren bevorens van
zijn reis naar Duitschland te 's Hage was teruggekeerd,
bevond zich ter verwelkoming van Hd. dochter en haar
kinderen aan het Rijnspoorstation, waar ook eenige dames
en heeren der hofhouding haar begroetten.
De Vorstelijke personen werden vervolgens per rijtuig
naar 's Prinsens buitengoed het Huis de Paauw geleid, waar
de winter zal worden doorgebragt.
De Vorst zu Wied heeft dien dag Hannover verlaten,
ten einde nog eenige dagen in Neuwied te verblijven en
daarna herwaarts te komen, zoodat Z. D. H. a. s. Dingsdag
aldaar kan worden verwacht. (V.)
Door de Nederlandsche Maatschappij ter bevordering
van Nijverheid zijn in het belang van het lager onderwijs
in den landbouw aan den minister van Binnenlandsche Zaken
aangeboden twee tabellen, bevattende de gekleurde af
beeldingen van al de vogels, die in Nederland door het
vernielen van ongedierte voor den landbouw nuttig zijn.
Deze tabellen zijn ontworpen naar aanleiding van eene
dergelijke tabel, die indertijd van wege de Belgische re
gering is uitgegeven ten dienste van het onderwijs, doch
door Nederland, wegens het verschil in namen en het ont
breken van vele vogels, niet geschikt was. Bij de door de
Maatschappij ingezonden tabellen is eene zoo naauwkeurig
mogelijke naamlijst gevoegd, waarop, behalve de weten
schappelijke, de meest gebruikelijke inlandsche namen (ook
voor de verschillende provinciën) zijn gevoegd.
De Maatschappij heeft aan den minister verzocht, te
willen overwegen, of in Nederland van regeringswege der
gelijke tabellen zouden kunnen uitgegeven en ten dienste
van het onderwijs algemeen verspreid worden.
Jl. Donderdag heeft op Texel de aanbesteding plaats
gehad van de indijking van de sliken zandgronden,
genaamd het „Noorden." De uitslag was als volgt: de
hh. K. van Wijngaarden, te Sliedrecht, ad f 370,000;
J. Tool, te Wognum, ad f 350,000; Bernardus Swets, te
Helder, ad f348,600; W. Hillenius, te Texel, ad f325,000;
J. Oldenburg, te Bergen, ad f 324,500Coenraad Bosman,
te Rotterdam en Wouter J. Schram, te Sliedrecht, ad
f 314,000.
Men schrijft van Terschelling, dd 8 dezer:
„De met zooveel beleid en inspanning volbragte redding
der equipage van het schip Hollandia, kapt. Dijker,
met een lading balken van Riga, onlangs op de kust van
Terschelling met vliegend stormweder gestrand, heeft een
bewijs van waardeering ten gevolge gehad, waaraan publiciteit
niet mag worden onthouden. Een oud-lid der Staten van
Noordholland te Amsterdam heeft aan den voorzitter der
plaatselijke commissie van de „Noord- en Zuidhollandsche
reddingmaatschappij" te Terschelling een gift van zestig
gulden geschonken voor de' bemanning der reddingboot, als
een buitengewone belooning voor bare betoonde mensch-
lievendheid en onverschrokkenheid-"
Men verzoekt ons te melden dat op 22 December 1874
in het lokaal van den heer A. Knikker, te Schagen, een
tooneelvoorstelling zal plaats hebben. De op te voeren
stukken zijn: Rob, de Hoefsmid van St. Patrik en de
Scheepsjongen.
Jl. Woensdag ochtend te 6| ure is brand uitgebarsten
in een perceel op den Heiligenweg te Enkhuizen, bewoond
door A. Bootsman; welke brand zich spoedig mededeelde
aan het belendend perceel van O. Groen Langedijk. Yan
het eerstgemelde perceel is een gedeelte der boerderij, van
het tweede de koestalling geheel afgebrand, met eene be
langrijke partij hooi. Het opgestalde vee is gered.
Ook de vereeniging tot „Nut en Vermaak," genaamd
Willem de Zwijger, te Enkhuizen, heeft een adres van
hulde gerigt aan den generaal van Swieten en van dezen
een erkentelijk schrijven in antwoord ontvangen.
De Amsterdamsche bladen maken met veel lof gewag
van het treurspel Der Sturz des Hauses Alba, door de
dochter van professor Opzoomer en door dezen in het openbaar
te Amsterdam voorgedragen.
In de nieuwe Synagoge op het Jonas Daniël Meijerplein
te Amsterdam is jl. Vrijdag avond de beer dr. J. H. Dünner
plegtig geïnstalleerd als opperrabbijn in het ressort van
Noordholland. De heer L. P. Jacobs, vice-president van
den kerkeraad, heeft, bij ontstentenis van den president,
mr. C. D. Asser, eene toespraak gehouden en daarin den
nieuwbenoemde o. a. te kennen gegeven dat een zijner
voornaamste pligten was de zorg voor de handhaving van
het neutrale onderwijs. Deze toespraak en de rede van
den nieuwen opperrabijn werden door toepasselijke gezangen
van het mannenkoor flarpe Davids afgewisseld.
De plegtigheid werd door vele autoriteiten en belang
stellenden bijgewoond.
Het provinciaal geregtshof van Zuidholland heeft jl.
Vrijdag uitspraak gedaan in het proces-Werson. Bij breed
voerig gemotiveerd arrest heeft het hof zich vereenigd met
het oordeel der deskundigen, dat de dood van den ver-
slagene moet worden toegeschreven aan de verwondingen,
door Werson hem toegebragt. Met verwerping van de
beweringen der verdedigers, dat beschuldigde in waanzin en
na provocatie die wonden zou hebben toegebragt, achtte
het hof het moedwillige van den doodslag overtuigend bewezen.
Werson is dus schuldig verklaard aan moed willigen doodslag
en veroordeeld tot vijf jaren tuchthuisstraf.
Met leedwezen verneemt men, dat eergisteren te 's Hage
in 77jarigen ouderdom overleden is dr. Johannes Bosscha,
een man die het grootste gedeelte zijns levens aan de
wetenschap heeft gewijd, en in verschillende, soms hoogst
gewigtige betrekkingen is werkzaam geweest.
Jl. Dingsdag werd op het kerkhof Zuylen, onder 's
Prinsenhage, aan den schoot der aarde toevertrouwd het
stoffelijk overschot van den gepensioneerden vice-admiraal
E. G. van der Plaat. In weerwil van het zeer ongunstige
weder, hadden zich op de begraafplaats eenige opper-, hoofd
en verdere officieren van het leger en de marine, vrienden
en vereerders van den overledene, verzameld. Bij de
geopende groeve werd door den oud-minister van Marine,
den gepensioneerden vice-admiraal G. C. C. Pels Rijcken,
hulde gebragt aan de verdiensten van den ontslapene.
De kleinzoon van den overledene, de heer J. W. van
Bisselick, 2de luit. der infanterie, antwoordde daarop met
eenige woorden van dank aan de aanwezigen, voor de aan
de nagedachtenis van zijnen grootvader bewezen eer.
Hiermede was de treurige plegtigheid volbragt.
De vrouw van een veearts te Kampen, beschuldigd
van groote opligting door middel van een valsch testament,
en die zich gedurende eenige dagen in de omstreken had
verborgen, is te Markelo gevangen genomen, naar Goor
getransporteerd en achter slot gebragt.
Men meldt uit Vlissingen, dd. 9 dezer:
„Bij het noodweer, dat gisteren avond heerschte, kruiste
de loodskotter „het Stalletje" als naar gewoonte op deze
reede, om binnenkomende of' uitgaande schepen van loodsen
te voorzien. Onverwacht geraakte hij vast op dezelfde
plaats, waar eenigen tijd geleden het Grieksche schip Idia
met man en muis vergaan is. Men besloot den kotter te
verlaten en begaf zich met 9 mannen in een kleine jol,
waarmede men, ondanks den hevigen storm, na duizend
gevaren, behouden deze haven bereikte. De loodskotter,
intusschen door het hooge water vlot geraakt, werd dezen
morgen tegen de bekleedingsmuren der oude vesting verbrijzeld.
Men vreest, dat de loods K. van hier dezen nacht in
den storm is omgekomen."
De gemeenteraad van Vlissingen heeft besloten de
bank van leening niet op te heffen, maar tijdelijk in stand
te houden.
Aan eene particuliere correspondentie uit Londen
aan de Gron. Crt. ontleenen wij de volgende regelen
„Over het algemeen echter is de temperatuur hier in
Engeland niet zoo koud als bij u in het Noorden. Slechts
bij uitzondering hebben wij ons te wikkelen in onze soliede
overjassen, waarmede de Londener eenigzins den spot drijft,
en kan men het in den regel af met een demi-saison. Ook
de mist, die bij ons door zijne kilheid en natheid u tot in
het merg uwer beenderen huiverig en onpleizierig maakt,
is hier betrekkelijk droog en slaat zeer weinig aan.
Doch die geelkleurige vriend is dikwijls koud genoeg.
Waar de Londensche mist bij is beroemd nu juist
van daan komt, kan ik h niet met zekerheid zeggen. De
een zegt, dat hij de uitwaseming is van de Theems, de
andere beweert, da; hij van uit de moerassen boven Londen
afkomstig is; maar dat hij er is en goed ook zal
niemand kunnen loochenen, die de eer of liever het dis-
pleizier gehad heeft met echten Londenschen mist kennis
te mogen maken.
Reeds eenige malen gelukkig op Zondagen heb ik
dat vermaak mogen genieten. Ik zeg „gelukkig op Zon
dagen," want ware het mogelijk door cijfers eens uit te
maken, welk verlies door den handel hier in de metropolis
op één dag wordt geleden, wanneer alle vervoer en feitelijk
alle zaken zijn gestremd ik geloof, dat het cijfer in
honderd duizenden van p. st. zoude komen.
Elk vervoer is bepaald op zulk een mistigen dag
onmogelijk.
De scheepvaart op de Theems is gestremd, en alle stoom-
booten en zeilschepen houden zooveel mogelijk het ruime
sop of gaan op eene geschikte plaats ten anker. De treinen
loopen slechts bij uitzondering en bewegen zich slechts zeer
voorzigtig voorwaarts, om onmiddelijk te stoppen, zoodra
het geknal van een mistsignaal (op de rails gelegd) daartoe
het teeken geeft, terwijl het aanhoudend gefluit en gegier
der locomotieven tot waarschuwing moet dienen voor de
geëmploijeerden op de lijn. De omnibusdiensten door de
metropolis zijn gestaakt, de „cabs" worden zooveel mogelijk
van de straat gehouden en alleen de „tram" op zijn ijzeren
weg komt met klingelende bellen als een spook door de
duisternis opzetten.
Voor den wandelaar is voorzigtigheid de moeder van de
porceleinkast. Er behoort vrij wat plaatskennis toe als
bepaalde hoeken, gaslantaarns (thans slechts gloeijende
spijkers) of hoofdgebouwen om in die aschgraauwe duisternis
niet van den weg te geraken, wanneer men het voorregt
heeft geen voet breed vóór nog achter zich uit iets te
kunnen onderscheiden. Om de hulp van wegwijzers te
gebruiken, die u voorlichten met een paraffine lamp of iets
dergelijks, moet ik eiken vreemdeling ten sterksten ontraden,
zoo hij niet de kans wil loopen zijne beurs of misschien zijn
leven er bij in te schieten. Hoe unheimisch het op de kan-
toren in de City is, zal ik wel niet behoeven uit te leggen.
Op heldere dagen heerscht daar reeds altijd eene semi-
duisternis, die alleen door gas kan worden weggenomen.
Ongelukken zijn natuurlijk aan de orde van den dag. De
Theems vraagt hare offers, het personeel op de spoorweg-
lijnen wordt gedund en de hospitalen hebben druk werk