ADVERTENTIËN.
ARTILLERIE-VRIJKORPS.
INGEZONDEN.
Ingezonden mededeeling-en.
Reclame.
Stoomvaart- Berigten.
Burgerlijke Stand. Gemeente Helder.
Marine-Haven Nieuwediep.
PURMERENDER MARKT van HEDEN.
De Heer en Mevrouw SICKENSBORGESIUS
Dijkgraaf en Heemraden
AGrEKTTEKT
11. De Voorzitter brengt ter tafel het jaarlijksch verslag der
gemeente, opgemaakt door B. en IV. Er wordt besloten dit bij
de leden ter lezing rond te zenden.
i 12. Er wordt ter tatel gebragt eene missive van hh. Regenten
van het Algemeen Weeshuis, inhoudende eene gewijzigde aanbeveling
voor de betrekking van binnen-vader en moeder in genoemd Wees
huis en waarop zijn geplaatst: 1. Jan Timmer en Cornelia Huis
man; 2. Jacob Sz. Dekker en Geertruida Moojen; 3. J. G. Mink
en echtgenoote, van Alkmaar. De Voorzitter berigt, dat laatst
genoemden op de aanbevelingslijst zijn geplaatst, nadat deze perso
nen heden morgen aan hh. Regenten zijn voorgestelddat de leden
van den Raad in de gelegenheid zijn gesteld persoonlijk vmet dezen
kennis te maken; dat hij zeer gunstige informatiën heeft o.rt'vangen
en dat ook de hh. Wethouders gisteren een zeer gunstigen indruk
hebben gekregen van hunne geschiktheid, terwijl waarschijnlijk
alleen door een misverstand deze personen vroeger niet op de aan
bevelingslijst voorkwamen. Er wordt overgegaan tot de stemming
en de eerstgenoemde kandidaten met meerderheid van stemmen
benoemd.
13. De behandeling van twee ingekomen reclames geschiedt in
eene beslotene vergadering.
14. De heer K. Bakker vraagt, of de Raad zou kunnen besluiten
aan het Ziekenfonds te Oude Schild eene subsidie uit de gemeente
kas te verleenen, aangezien dit fonds anders niet bestaan kan.
Op prae-advies van den Voorzitter, namens het Dag. Best., wordt
besloten geene subsidie te verleenen.
15. De heer Mentz vraagt en ontvangt inlichtingen over het
maken van eene nieuwe communicatie tussehen de Warmoesstraat
en het nieuwe Postkantoor.
16. De Voorzitter stelt aan den Raad voor, om naar aanleiding
der verschillende artikelen in het Algemeen Handelsblad, aan den
schrijver Multapatior te kennen te geven, dat de Raad, overtuigd
van de nadeelige gevolgen, die het misbruik van sterken drank
teweegbrengt, gaarne wil medewerken om de dronkenschap door
alle gepaste middelen te keer te gaan. Er wordt besloten aan
den schrijver Multapatior een schrijven in dien geest te rigten.
Niets meer te behandelen zijnde, wordt de vergadering gesloten.
Aan 't adres onzer Dienstboden.
Jl. Donderdag wandelde de schrijver dezer regelen voorbij een
huis, met welks bewoners hij niet geheel onbekend is, toen hij
daar zag uitkomen een bruidspaar, vergezeld van betrekkingen en
vrienden, dat zich naar 't raadhuis begaf ter sluiting van het
huwelijk. Ik wist dat geen der familieleden een huwelijksfeest
wachtte, en spoedig herkende ik in de bruid de dienstbode des
huizes, die, zoo als men dat noemt, „het huis uit trouwde." Zie,
dit vond ik wel der moeite waard om er eens een woord of wat
van te schrijvenwelligt, zoo dacht ik, verwerft mijn geschrijf een
plaatsje in de courant; welligt wordt het door verscheidene dienst
boden gelezen en wekt de lectuur van mijne beschouwingen en
opmerkingen iets goeds uit.
„Zij trouwt het huis uit," zoo hoorde ik zeggen door een der
voorbijgangers, die dit kennelijk heel mooi vond, en nadenkende
vond ik zelve dit ook zeer vereerend voor den heer en de vrouw
des huizes, die hunne dienstbode tot het oogenblik dat zij zich
tot het sluiten des huwelijks naar het raadhuis begaf, bij zich aan
huis hielden, den bruidegom en de familie bij zich aan huis ont
vingen, hen op eenige verversehingen onthaalden, en zoodoende
een blijk van belangstelling gaven in hunne dienstbode, die hen op
't hoogste vereert. Waarlijk, op die wijze verheft men den dienst
baren stand, en dit voorbeeld, op onderscheidene wijzen toegepast,
zou zeker de hier en daar bestaande vrij groote klove tussehen
gegoeden en minvermogenden merkelijk doen verminderen.
Doch '1 is mij volstrekt niet te doen om een lofrede te houden
op de menschen bij wie die bruid als dienstbode is werkzaam
geweest. Ik heb veeleer een woord aan 't adres onzer dienstbaren
in 't algemeen. Die wil ik wijzen op dit, naar mijn inzien,
navolgenswaardig voorbeeld. De dienstbode, die zoo als met vlag
en wimpel hare dienst verliet, kan, meen ik, velen tot exempel
verstrekken. Zoo dikwijls wordt er geklaagd over gebrek aan ijver,
eerlijkheid en trouw bij onze dienstboden. Deze, die op zoo eer
volle wijze heenging, laat bij haar vertrek voorzeker de herinnering
achter, dat zij hare pligten in dat huis trouw heeft vervuld, dat
zij wat over had voor de menschen bij wie zij dieustbaar was, dat
zij niet altijd enkel om tijdelijk voordeel en gewin hare dagtaak
vervulde. Die meid moet hart gehad hebben voor de menschen
bij wie zij werkzaam was. Vandaar die hulde bij gelegenheid van
haar vertrek, nu zij zelve het beheer eener huishouding gaat aan
vaarden. Voor den bruidegom moet dat ook streelend zijn, zijne
bruid te komen afhalen uit het huis, waar zij steeds de gedienstige
was, maar dat zij nu aan zijnen arm op zoo vereerende wijze ver
laten mag, en waar de heer on de vrouw haar de beste wenschen
voor de toekomstige huwelijksreis medegeven. Zie dit is een zaak,
schijnbaar nietig, maar als men er bij nadenkt zoo belangrijk, dat
onze dienstboden het wel eens mogen lezen en er ernstig over
mogen nadenken. Is de mindere waardeering hunner diensten niet
vaak het gevolg van eigen gedrag, van gebrek aan ijver, aan
trouw, aan opofferende liefde jegens de huisgenooten bij wie zij
werkzaam zijn? En moet de belangstelling der heeren en vrouwen
in hunne dienstbaren niet gaandeweg klimmen, als ze zien dat die
loontrekkende huisgenooten nog een hooger beginsel kennen en
beoefenen dan dat van uitsluitend eigenbelang?
Maar meer nog: In later tijd komt zoo menige huisvrouw in
't geval dat zij hulp of goeden raad noodig heeft van menschen,
die meergegoed zijn of althans meerdere levenservaring hebben.
Tot wie zich dan gewend? O hoe ligt valt het dan, als men in
der tijd eervol eene dienst heeft verlaten, om zich dan te wenden
tot den heer of de vrouw, die men zoo van nabij kent en die men
zoo gemakkelijk naderen kan.
Deze gedachten kwamen in mij op toen ik de familie, waarvan
ik boven gewaagde, naar het raadhuis zag gaan. Ik wilde die
gedachten niet voor mijzelven houden, overtuigd als ik ben, dat de
lezing vele dienstboden tot aansporing kan verstrekken om, in
haren stand, door pligtsbetrachtiug en toewijding zich die achting,
die aaardeering te verwerven, die voor den dienstbaren stand zijn
wat het ridderkruis is op de borst van den dapperen krijgsman.
Helder, 9 April 1876. X.
Texel, 12 April 1875.
Mijnheer de Redacteur!
Ik vraag beleefdelijk een plaatsje voor de mededeeling eener
zaak, die, ofschoon schijnbaar alléén van lokaal belang, evenwel
ook u, als ieder vreemdeling raakt, die soms in den zomer ons
eiland met een bezoek vereert.
Gij hebt toch ongetwijfeld wel eens met genoegen kennis gemaakt,
met ons klein maar boomrijk parkje, midden in den Burg gelegen
een sieraad van ons eiland, dat onze trots uitmaakt en dat menig
ingezeten uwer gemeente ons benijdt! Welnu dat benijdenswaardig
plekje grond staat op het punt geschonden en vernietigd te worden.
Verbeeld uEen ingezeten koopt een huisje met erf grenzende
aan het park, en wil ter vergrooting van zijn erf een stuk van het
park in erfpacht hebben. De Raad weigert. Hij vraagt echter op
nieuw en het Dagelijksch Bestuur adviseert, natuurlijk op nieuW
eenparig tot afwijzing; maar ziet! De Raad overwegende dat vóór
tien jaar aan den burgemeester en aan den hoofdonderwijzer grond
is afgestaan, accordeert bij meerderheid van stemmen het verzoek.
Nu zullen natuurlijk alle belendende eigenaars hetzelfde regt vragen.
En hoe zal de Raad dan handelen!?
Misschien is het nog niet te laat, al ligt de bijl aan den stam.
Help gij ons deze zaak van wandalismus te voorkomen! Wie weet
als de Texelsche burgerij, die goddaukgenoeg gevoel voor het
schoone heeft, eens voor het behoud van het park in de bres kwam
Welligt kan daartoe de plaatsing dezer regelen bevorderlijk zijn.
Uw bestendige lezer X.
Plaatsruimte betaald).
Onder de voorwerpen behoorende tot de afdeeling chemische in
dustrie, die op de Weener wereld-tentoonstelling een beduidende
rol speelde, trok het sedert 25 jaren beroemde en over de geheele
wereld verbreide Anatherin-Mondwater, Auatherin-Tand-Pasta, het
plantaardig tandpoeder en de tandplomb om zelf de holle tanden
te vullen, van den K. K. Hoftandarts dr. J. G. POPP te Weenen,
te Nieuwediep bij W. V. BRUINVIS, met recht de algemeene
aandacht. De verzorging der tanden dit sieraad van beide geslach
ten, was sedert overoude dagen een der voornaamste bezigheden,
waarMeê de beschaafde volken zich bezich hielden. Reeds de Romei
nen en Grieken kenden allerlei middelen tot verzorging en behoud
der tanden. Maar alle vroegere middelen konden de tanden wel
cierlijk maken doch ten koste va hun duurzaamheid. De voor
uitgang heeft trouwens ook hier heilzaam gewerkt en de uttvin-
ding van dr. POPP heeft al de gebreken die andere middelen
aankleefden overwonnen. Het Anatherin-montwater heeft reeds
voor millioenen heilzaam gewerkt, zoowel door het wegnemen van
mondkwalen als door het behouden van goede tanden, en volgens
wetenschappelijke mededeelingen van de „Novara" die de reis rond
om de wereld doet. heeft het Anatherin-mondwater, bij de epide
misch op dien bodem uitgebrocken scheurbuik, onschatbare dien
sten bewezen. Het Anatherin-mondwater aangenaam en aroma
tisch van smaak is een tand-arcanum in den waren zin des woords
en behoort aan deze en aan gene zijde van den oceaan tot de
meest geliefde dentistische geneesmiddelen.
De Prins Hendrik, van Batavia naar hier, den 9 dezer te Port-
Saïd aangekomen, heeft den 10 dezer de reis voortgezet.
De Egeron is nog niet vertrokken, men is druk bezig de machine
te repareren.
Opgave van af Zaturdag middag tot Dingsdag middag.
ONDERTROUWD: P. D. A. Erankamp, luitenant ter zee en
S. E. Manikus.
GETROUWD Geene.
BEVALLEN: A. C. van Gessel, geb. Spigt., (D.). J. Smitte-
naar, (D.). II. A. Posthumus, geb. van den Bos, (D.).
OVERLEDEN: J. M. Otto, 2 jaren. P. Sluijs, 79 jaren. M.
J. Bruin, geb. Buijs, 52 jaren. D. Scholten, 6 weken. H. van
der Meer, 48 jaren.
Weerkundige Waarnemingen te HelderLandskeet
April.
Uren.
Windrigting
en
Barometer
mm.
Thermometer
O.
i
■SP o
43 o)
•g
Toestand
van
Kracht.
Stand. Afw.
Stand.
Afw.
i>
de zee.
11
12
13
13
12
12
8
12
no. 0.5k.
nmv. 5
ono. 5„
noto. 1.2„
76643jf 7.05
764.92f 5.60
767.09 1- 7.83
768.61 f 9.35
9.0
5.2
6.9
7.8
- 0.1
- 3.9
- 0.2
- 1.4
0.89
0.94
0.66
0.63
Slecht,
weingolv
ii
Slecht.
Weersgesteldheid: llApril. 12u. Helder, mooiweer.
12 April. 12 u. Helder, winderig, mooiweer.
13April. 8 u. Helder, mooiweer.
13 April. 12 u. Idem.
Zeilklaar liggende en vertrokken Schepen Groote Vaart.
Vankomst. Vertrek. Schip. Gezagvoerder. Bestemming.
4 Maart. 11 April. Jason. H. Haack. Palermo.
4 April. Egeron. R. C. Vetter. Bat.viaSuez.
5 April. Johannes. M. H. Visser. Batavia.
7 April. JohannaenWillem.C.IIoutkooper.Soerabaija.
12 April. Johanna. A.L.Köpke. New-York.
Binnengekomen Koopvaardijschepen Groote Vaurt.
Binnenk. Schip. Gezagvoerder. Cargadoor. Herkoms'.
10 April. ViceAdm.May.A.Huizer. Duinker&Goedk. Pangooi.
11 Oceaan. W.Cramer. ZurMiihlen&Co.
Binnengekomen Schepen bestemd hunne lading in de
Buiten- of Binnenhaven te lossen.
Schip. Gezagvoerder. Herkomst. Lading. Cargadoor.
T.J.Tavlor. J.Drew. Newcastle. Steenk. Duink.&Goedk.
Kepier. C.Mohrke. Sunderland. C.Berghuijs.
Lympha. J.C.Jensen. Drammen. Hout. v.Vliet&Co.
Alma. J.F.Olsen.
Phoenix. L.Larsen. Ostrisoer.
Ellida. T.M.IIansen. Fredrikstad.
TvendeBrödrc. P.Winsness. Drammen.
Ratatoskur. I'. Berg. Amons Co.
Clementine. H.C.Jongebloed. Bahia. Tabak. Duink.&Goedk.
Bestemd naar Bremen, als bijlegger met broeijende lading
Zondag avond alhier binnengekomenis onder toezigt der haven-
directie bezig de lading te lossen, die aanhoudend met een Marine-
en een handbrandspuit wordt nat gehouden om het ontvlammen
tegen te gaan. De sterke rook verhindert de geregelde lossing,
doch heden is het gevaar geweken.
PER TELEGRAAF.
15 stuks Paarden.
73 Runderen.
139 vette Kalveren f 0,70 a 0,90 per kgr. (vlug)
182 magere dito - 5,a 15,per stuk.(vlug)
1319 Sohapen.
Lammeren.
43 vette Varkens - 0,50 a 0,60 per kilog. (vlug)
37 magere dito - 14,a20,per stuk. (stug)
80 stapels kleine Kaas, f a per 50 kilogram.
middelbare dito f per 50 kilogram.
Boter f 1,10 a 1,20 per kilogram.
Kip-Eijeren f 2,75 a per 100 stuks.
Eend-Eijeren- 3,60 a
LATI1RE BERIGTEN.
Te Utrecht is voor de vacature-Bösken beroepen ds.
Astro, van Rotterdam. Voor de vacature-Beets is het
volgend drietal opgemaakt: dd. Slothouwer te Zutphen, v.
Hoogstraten te Almelo en v. d. Flier te Delft.
De wijding van den aartbisschop de oud-bisschop
pelijke Clezery, monsgr. Heijkamp, zal 28 dezer te Utrecht
plaats hebben door monsgr. Rinkel, bisschop van Haarlem.
De plegtigheid zal worden bijgewoond door bisschop Rein-
kens uit Duitschland.
De Kroonprins en de Kroonprinses van Duitschland
aanvaardde jl. Maandag namiddag ten 2 ure in het strengste
incognito de reis naar Italië. Zij begeven zich derwaarts
over Hof, Munchen en Insbruck.
De Tintes deelt mede, dat Prins Bismarck in eene
badplaats op het eiland Wight de baden denkt te komen
gebruiken, en dat aldaar naar eene woning voor hem wordt
omgezien.
Koning Alphonsus van Spanje is aan een gevaar
ontsnapt. Zijn paard schrikte van de groote menigte
toeschouwers die den Koning luide toejuichten, begon te
steigeren en viel. Gelukkig heeft de Koning zich niet
bezeerd, maar hij besteeg onmiddelijk een ander paard om
zijn voorgenomen togtje te volbrengen.
Heden bevallen van een Dochter, mijn geliefde Echt
genoote JANNETJE BAKKER, maar tot onze droefheid,
werd onze lieveling, ons slechts drie uren na de geboorte,
door den dood ontnomen.
Burg op Texel, 10 April 1875.
NAN Pz. KIKKERT.
Strekkende deze tot kennisgeving.
Heden overleed, tot mijne en mijner Kinderen innige
droefheid, mijn geliefde Echtgenoot MARRIJTJE BUIS,
in den ouderdom van 52 jaren. Allen die haar in haar
werkzaam leven hebben gekend, zullen begrijpen wat ik en
mijne Kinderen in haar verliezen.
Helder, 10 April 1875.
W. BRUIN.
Mede uit naam mijner Kinderen.
betuigen hunnen dank voor de deelneming en belangstelling
dezer dagen ondervonden.
De ondergeteekende zegt zijn bartelijken dank aan de
Heeren S. BAAK, W. BAAK, P. VAN DALEN,
alsmede aan de Heeren VAN GIJN en OUDENHOVEN,
voor de ondersteuning zijn Vrouw en Kinderen verleend
gedurende zijne ziekte.
H. VAN EEDE.
ALGEMEENE JAARLIJKSCIIE VERGADERING
op ZATURDAG 17 APRIL a. s., des avonds ten 8 ure,
in het lokaal MUS1S SACRÜM.
Behalve de afdoening der gewone werkzaamheden, moeten
nog verscheidene belangrijke aangelegenheden behandeld
worden. Een getrouwe opkomst is daarom dringend noodig.
Helder, 12 April 1875.
Mr. D. P. H. ABERSON, President.
P. H. POLAK, Secretaris.
van den ANNA PA ULO WNA—POLDER maken bekend:
Dat op den 24sten APRIL 1875, des voormiddags tus
sehen elf en twaalf uren, in het logement VEERBURG
OrEABABE AA\HB8TE»1.V« zal worden gehouden:
1°. Van het Grindrijden en het Grindvletten
langs en naar de wegen des polders;
2'. Van het opmaken van Molenslooten en Polder
waterleidingen
3°. Van het maken van eenige Buikers en
Schutten.
Ook zal alsdan OPENBARE VERPACHTING worden
gehouden van het regt tot baggeren in het Balg-
kannnl en in het Oude Veer, tussehen de Oude-
Sluis en den Holen N°. 5.
Het bestek betreffende de Duikers en Schutten zal den
15den April en volgende dagen ter lezing worden gelegd
in de herberg van de Weduwe SMIT, aan de van
Ewijckssluis.
Nadere informatiën zijn te bekomen bij den Opzigter
A. DEKKER.
Anna Pauloivna, 14 April 1875.
Dijkgraaf e.n Heemraden voornoemd,
j. C. DE LEEUW, Voorzitter.
D. VAN FOREEST, Secretaris.
gevraagd, op alle plaatsen binnen Nederland, voor eene
soliede Maatschappij ter VERZEKERING tegen
RIVIER- en LANDTRANSPORT-SCHADE. Aan
biedingen franco, met opgaaf van referentiën, onder het
motto Assurantie, aan het Algemeen Advertentie-Bureau
van NIJGH VAN DITMAR, te Rotterdam.