1875. N°. 57. Woensdag 12 Mei. 33 Jaargang. SCHUTTERIJ. Uitgever A. A. BAKKER Cz. Binnenland. HELDERSCHE E\ MEI WEDIEPER „Wij huldigen het goede." Verschijnt Dingadag, Donderdag en Zaturdag namiddag. Abonnementsprijs per kwartaal1 80. franco per post - 1.65. Bureau: MOLENPLEIN N'. 163. Prijs der Advertentiën: Van 14 regels 60 Cents, elke regel meer 15 Cents. Groote letters of vignetten worden naar plaatsruimte berekend. KI ken Donderdag vertrekt de mail naar Oost-Indië. Laatste ligting 's avonds 6 uur. Met de mailboot Prins Hendrik, vertrekkende 14 Mei, kunnen ook brieven en drukwerken verzonden worden naar Oost-Indië. BURGEMEESTER cn WETHOUDERS der gemeente HELDER, Gezien Z. M. besluit vaü den 21 Maart 1828 (Staatsblad No. 6), houdende reglementaire bepalingen tot invoering der Wet op de Schutterijen van den 11 April 1827 (Staatsblad No. 17), in verband gebragt met Art. S, 7, 8 en 9 van gezegde Wet. Gezien de dispositie van den Heer Staatsraad Gouverneur van Noordholland, dd. 11 April 1828, No. -jJlv (Provinciaal blad No. 41), omtreut de executie der Wet op de Schutterijen. Roepen bij deze op alle manspersonen, ingezetenen dezer gemeente, welke op den eersten Jauuarij 1875 bun 25ste jaar zijn ingetreden, en alzoo diegenen welke in den jare 1850 zijn geboren, alsmede de zoodanigen, welke, ol'schoon in andere gemeenten iugesehreven, sedert de laatste inschrijving binnen deze gemeente zijn komen wonen en op den lsteo Jauuarij 11. bun 84ste jaar nog niet hebbeit voleindigd, en alzoo geboren zijn in de jaren 1841 tot en met 1849 ingesloten, de vreemdelingen van denzelfden ouderdom, die sedert de laatste inschrijving in de termen gevallen zijn, om volgens Art. 2 der Wet van 11 April 1827 als ingezetenen te worden beschouwd, benevens de gepas- porteerde Militairen, die, om welke redenen dan ook, zich nog niet ter inschrijving voor de Schutterij hebben gepresenteerd, ten etude zich in de daartoe gereed gemaakte registers te doen inschrijven: tevens te kermen gevende: Dat de inschrijving zal beginueu den 15 Mei aanstaande, en geheel zal moeten zijo afgeloopen den eersten Junij daaraanvolgende, terwijl iu een der vertrekken van bet Raadhuis alhier voor de inschrijviug zal worden gevaceerd op alle werkdagen, van 's morgeus 9 tot 12 ure. Eu ten einde voor te komen, dat iemand, in de termen der inschrijving vallende, zich door onwetendheid aan pligtverzuirn schuldig maakt, heeft het gemeentebestuur noodig geoordeeld een ieder hekend te rr.aken met en te her inneren aan de navolgende bij de Wet van 11 April 1827 (Staatsblad No. 17) gemaakte bepalingen. Dat een iegelijk zonder onderscheid, of bij rnogt vermeenen al of niet onder de bij de Wet vrijgestelden of uitgestotenen te beboeren, verpligt is zich vuor de Schutterij te doen inschrijven; Dat zij die in meer dan eenc gemeente hun verblijf houden of den zetel van bun vermogen hebben gevestigd, tot de inschrijving verpligt zullen zijn binnen die gemeente, waar eenc dienstdoende Schutterij aanwezig is, en bij aldien in die verschillende gemeenten alleen dienstdoende of alleeu rustende Schutterij bestaat, 2ich te doen inschrijven iu die gemeente, alwaar zij voor de personele belasting zijn aangeslagen en de ambtenaren in die gemeente, alwaar zij hun verblijf houden; Dat degenen welke van bunnen juisten ouderdom geen voldoend bewijs geven, naar bet oordeel van het Plaatselijk Bestuur zullen worden ingeschreven, Geslepen Dieven. Juweliers worden ontzaggelijk dikwijls opgeligt. Ze lrebben een blind vertrouwen in weigekleede menscberr, die hun volkomen onbekend zijn, dat hun telkens en telkens veel geld kost. Een groot juwelier in Parijs is nu weder het slagtoffer geweest. Een week geleden buurde een welgekleed beer, vergezeld van een jonge, sehoone, zeer elegante dame, het entresol van een fraai huis in de Avenue d'EyJan. JJe kamers waren gemeubeld en de huur, 650 fr. per maand, werd vooraf betaald. De heer en dame hadden een bediende in livrei bij zich, die er zeer deftig uitzag, en de menigte koffers, die ze bij zich hadden, deden vermoeden, dat ze voornemens waren lang te blijven. De knecht drukte zich moeijelijk in het Fransch uit, sprak met een werkelijk of voorgewend Engelsch accentat met den conciërge en stond weldra met iedereen op een goeden voet. Hij gedroeg zich zeer eerbiedig tegenover zijn meester, en was steeds op zijn post. Mijnheer en mevrouw gingen veel uit. Win keliers bragten dagelijks tal van artikelen, welke gekocht en betaald waren. Onder hen was de bediende van een juwelier, die schier iederer. dag iets bragt. Nu een ring, dan oorringen, dan weer iets anders. De portier werd beleefder en beleefder jegens zijn rijke huurders, die binnen een week voor minstens 8000 fr. gekocht hadden. De oude bediende stond altijd aan de deur; zoodra een winkelier kwam, geleidde hij hem met groote beleefdheid naar het entresol, ten einde den portier moeite te besparen. Daardoor ver namen de winkeliers, vooral de juwelier nooit, dat de kamers slechts voor korten tijd gebuurd waren, en dat ze door den huis eigenaar waren gemeubileerd. Een paar dagen geleden traden mijnheer en mevrouw in onderhandeling met den juwelier voor den aankoop van een diadeem en halssieraad van diamanten, waarvoor hij 112,000 fr. vroeg en zij 100,000 fr. boden. Na vele bezoeken bood mijnheer ten laatste 106,000 fr., welk bod werd aangenomen. Hij wenschte mevrouw te verrassen door deze 6000 fr. extra te geven, want zij was ongesteld, en hij verzocht den juwelier het étui met de kwitantie naar de Avenue d'Eylan te zenden. Toen de winkelier aankwam, geleide de bediende hem onmiddelijk naar het entresol. Mijnheer was in het salon, dat alle blijken droeg, dat mevrouw er kort geleden geweest was. Een oude shawl lag op een stoel; een werkdoos stond open op een tafeltje bij het venster, en op een hoektafel lagen onder een presse-papier een paar bundels banknoten gereed voor de betaling der rekening. De winkelier trad binnen. Mijnheer nam de étui aan en verzocht hem even te wachten, daar hij mevrouw, die te bed lag, de diamanten wilde laten zien. De winkelier, wien op de canapé een plaats was geboden, keek het Journal Amusant en een opengeslagen boek met caricaturen in, welke op de tafel voor de sofa lagen, en daar de lectuur en de plaatjes hem vermaakten, bespeurde hij niet, dat men hem een geruiinen tijd alleen liet. Eindelijk opziende, bespeurt hij, dat de pendule nog steeds hetzelfde uur aanwijstze|stond numelijk stil. Verschrikt haalt hij zijn horloge uit en ziet dat hij reeds drie kwartier in de kamer is. Hij springt op en snelt naar onverminderd de bevoegdheid van de ingeschrevenen, om van hunnen juisten vnderdom nader te doen blijken; En dat eindelijk zij, welke bevonden worden zich niet vóór den laten Junij te hebben doen inschrijven, door bet Plaatselijk Bestuur zullen worden iuge sehreven en in eene geldboete verwezen worden, terwijl zij daarenboven zonder loting bij de Schutterij zullen worden ingelijfd, indien het zal blijken, dat er tijdeus de verzuimde inschrijving geene reden tot uitsluiting of vrijstelling ten hunnen aanzien bestond. Burgemeester en Wethouders vermanen tevens ieder ingezetene dezer gemeente, welke het aangaat, om zich tijdig van een geboorte-extract te voorzien, waai- door zich ieder van zijnen juisten ouderdom kan verzekeren, en hetwelk bij de inschrijving zal inoetcu worden vertoond, alsmede om zich ter behoorlijker tijd tot de inschrijving aan te melden, ten einde de straf, wegens nalatigheid vastgesteld, voor te komen. Burgemeester en Wethouders voornoemd, Helder, STAK MAN BOSSE, Burgemeester, den 1 Mei 1875. L. VERH.EY, Secretaris. HELDER en NIEUWEDIEP, 11 Mei. Burgemeester, Wethouders en de Officieren van de dd. Schutterij alhier maakten jl. Zondag hij den nieuw benoemden Directeur en Kommandant der Marine, den schout-bij- nacht P. A. van Rees, hunne opwachting. De 65ste verjaardag van II. K. H. Prinses Marianne der Nederlanden, werd eergisteren alhier op de gebruike lijke wijze gevierd. - Morgen is het de 26ste verjaardag van de inhuldiging van Z. M. Koning Willem III, en dus juist een jaar geleden dat door heel het Vaderland het zilveren krooningsfeest van Z. M. werd gevierd. -Jl. Zondag is het oorlogs-escader van de quarantaine ontslagen en in de haven gekomen. In hoeverre het nood zakelijk was aan deze verpligting te voldoen, blijkt uit het volgende: Het drietal schepen laatst van Havana komende, liet slechts één patiënt aldaar in het hospitaal achter, die reeds tien dagen na het vertrek der schepen Havana hersteld verliet en bij aankomst van het escader op de reede uit Rotterdam telegrapheerde, dat hij gezond en wel was aangekomen. Op geen der schepen kwam gedurende de reis van Havana naar hier één geval van besmettelijke ziekte voor en toch moest quarantaine worden gehouden. Zr. Ms. schroefstoomschepen Leeuwarden, Cornelis Dirks en Prinses Maria worden, naar wij vernemen, gereed de tafel, waar de banknoten liggen en bemerkt, tot zijn ontzetting, dat het geen banknoten, maar winkel-prospectussen zijn, die, om aandacht te trekken, op die gevaarlijke nagemaakte banknoten gedrukt zijn, welke zoo vaak reeds lieden misleid hebben. Hij snelt nu naar de deur van mevrouw's kamer, doch vindt deze gesloten. Al de deuren waren op slot, en toen bij aan het schellekoord trok, viel dit naar beneden. Hij opende nu het venster en riep den portier. Doch de portier was door den onver gelijkelijk voorbeeldigen bediende naar den boulevard Mulesherbes gezonden, om een koffer te doen herstellen, en zijn dochtertje nam zijn taak waar. Het angstzweet stond den armen juwelier op het gelaat, toen hij, begrijpende dat hij verraden en bestolen was, het hoofd uit het venster stak en begon te gillen„Je suis vole'je suis vole'!" Voorbijgangers keken lagcliend naar boven, denkende dat hij dronken of gek was, en deden niets om hem te helpen. Drie kwartier uurs gingen voorbij eer de portier terugkwam, die, het gillen van den juwelier hoorende, alle voorzorgen nam, zeer behoedzaam naar boven ging om hem de deur te openen, in de vaste overtuiging, dat de man krankzinnig was. Nu werd een ijverig onderzoek ingesteld en bleek bet, dat de buren twee uren geleden mijnheer en mevrouw met doozen en reistasschen hadden zien uitgaan, beleefd groetende en in een vigelante stappende, die op een hoek van de straat stond te wachten. De commissaris van politie werd geroepen, die het apartement liet verzegelen en in den namiddag onderzoek instelde. De koffers waren ledig. In een kast was een heerenhoed, zónder den naam van den maker. Een paar pruiken, twee of drie paar bakkebaarden van verschillende kleur, een werkmanspak, een oude sbwal, en de bekende banknoten waren alles, wat aanwezig was. De vogels waren gevlogen, en zeer weinig hoop bestaat er, dat zij gevat zullen worden. Herin neringpen nnn vroegpere luchtreizen. De dood van Crocé-Spinelli en Sivel beeft het treurig einde van andere luchtreizigers in herinnering gebragt. Ziehier eene lijst van al de personen, die sedert het eerste opstijgen van Pilatre des Roziers en d'Arlandes, op 21 Nov. 1783, tot nu toe, op hunnen togt den dood gevonden hebben Den 16 Junij 1785 kwamen Pilatre des Roziers en zijn reis genoot Romain om bet leven, tengevolge van het ontploffen van 't gas in den ballon. Mosmen, die den 7 April 1806 te Rijssel uit den ballon viel. Bittorf, die den 17 Julij 1812 te Mannheim omkwam. Mme. Blanchard, die in '1819 te Parijs den dood vond door 't ontploffen van 't gas, daar ze in den ballon gezeten, vuurwerk naar buiten bad ontstoken. Graaf Zambeccari, die in een luchtballon stierf. Arban, die in Spanje omkwam. Harris, officier bij de Engelselie marine, die in Mei 1824. door eene te snelle daling gedood werd. 1 gemaakt om tegen medio Junij een kruistogt te maken in de Middellandsche Zee. Naar aanleiding van Zr. Ms. besluit van den 7 dezer, No. 13, wordt de divisie bestaande uit Zr. Ms. scboefstoom- schepen Leeuwarden, Cornelis Dirks en Prinses Maria en bestemd geweest tot oefening in den Atlantischen Oceaan en in de West-Indische wateren, met den 10 dezer ontbonden en de kapt. ter zee jhr. J. H. van Capellen, adjudant des Konings, eervol van het bevel zoowel over die divisie, als over Zr. Ms. schroefstoomschip Leeuwarden ontheven, en daarin vervangen door den kapt. ter zee W. C. Klis. Zr. Ms. instructiebrik Zeehond zal naar men verneemt eerstdaags in dienst worden gesteld voor een oefeninggtogt. De bepalingen op de werving voor het korps mariniers zijn bij een onlangs door Z. M. genomen besluit in dien zin uitgebreid, dat gewezen onderofficieren of korporaals van het korps mariniers of' van de landmagt, die zich bij het korps weder zouden willen verbinden, zoomede sergeanten en korporaals-miliciens van het wapen der infanterie, met eene vrijwillige verbindtenis wenschende over te gaan, kunnen worden aangenomen in den graad, dien zij het laatst bekleedden, mits daarvoor nog geschikt. Het bedrag der handgelden is voor 't vervolg vast gesteld: bij eerste verbindtenis voor den tijd van zes jaren van militairen beneden den graad van adjudant-onderofficier niet jonger dan 18 en niet ouder dan 34 jaren op f 250; van denzelven, boven de 34 en beneden de 40 jaren ten hoogste zooveel als bij reëngagement zou worden toegekend over het tijdvak, dat tot het 40ste jaar nog verloopen moet; voor acht jaren voor jongelingen van 16 18 jaren op f 150; bij reëngagement voor zes jaren op f 250; voor vijf jaren f 200; vier jaren f 140; drie jaren f 90; twee jaren f' 50 en een jaar f 20. Door Jacobus Krijger, van Naaldwijk, tuinier en hovenier, zijn gisteren de nieuwe aardappelen van den kouden grond aan Z. M. den Koning ten geschenke aan geboden. De verwachtingen voor den oogst van aardbeziën zijn dit jaar bijzonder hoog. Beroepen te Zierikzee, ds. M. J. Mees, pred. te Barendrecht. Sadler, die den 29 Sept. 1824 te Bolton, in Engeland, bij het nederdalen omkwam. Cocking, die den 27 Sept. 1S36 te Londen gedood werd door het omslaan van een door hem uitgevonden valscherm, ten gevolge waarvan hij, in plaats van langzaam te dalen, gelijk hij met zijne uitvinding beoogd had, neerplofte. Comasclii, die in 1845 te Konstantinopel opsteeg en van wien men sedert nooit iets vernomen heeft. Ledet, die in 1847 te St.-Petersburg een luchtreis ondernam en van wien men nooit een spoor heeft teruggevonden. Tardini, die in 1851 te Kopenhagen opsteeg en op het eiland Seeland den dood vond. Merle, die in 1851, boven Chalons-sur-Marne, stikte. Goulston, in Julij 1852 te Manchester omgekomen. Mlle Emma Verdier, ia 1853 te Montesquiou, nabij Mont-de- Marsan, gestorven. Emile Deschamps, den 25 Nov. 1853 bij eene opstijging te Nïmes overleden. Latour, in 1854 te Londen gestorven, bij het nederdalen in een valscherm. Thurston, in 1858 in Michigan vermist. Hall, te Newcastle gestorven. Chambers, die in 1863 bij Nottingham den dood vond. Gedurende bet beleg van Parijs, den 30 Nov. 1870, steeg Prince aldaar in den Jacquard op en kwam, na een poos over Plymouth gezweefd te hebben, in zee om. Lacaze, een soldaat, die den 27 Jan. 1871 in den Richard Wallace Parijs verliet, verdronk in zee. Eindelijk nog zijn dezer dagen Crocé-Spinelli en Sivel gestikt. De hoogte, tot welke de Zenith is gestegen (men weet dat ze tot 8000 meter boven de aarde zweefde), heeft opnieuw de aan dacht doen vestigen op andere luchtreizigers, die vóór Tissandier, Crocé-Spinelli en Sivel tot eene verbazende hoogte Waren geklommen. In 1804 bereikte Gay-Lussac eene hoogte van 7000 meter. Daar nam hij eene temperatuur waar van omstreeks 10° beneden 0. In 1850 bereikten Barral en Bixio alsmede eene hoogte van 7000 meter, en zij namen er een nog lager temperatuur waar dan Gay- Lussac. Glaisher en Coxwell, die in 1862 eene luchtreis hebben ondernomen, verklaarden dat zij tot 10,000 meter gestegen waren. Noch vóór noch na hen heeft iemand zulk een hoogte bereikt. Glaisher en Coxwell zagen er den barometer gedaald tot 25 centi meter en de thermometer teckende 27° beneden nul. Deze beide luchtreizigers waren in 1862 bejaarde lieden en hebben geen andere nadeelige gevolgen ondervonden van eene reis in zóó hooge sferen, dan dat Glaisher op eene hoogte van 8850 meter in zwijm viel en Coxwell ter hoogte van 10,000 meter zich niet meer van zijne handen kou bedienen, terwijl voor Crocé-Spinelli en Sivel, jonge mannen, op 8000.meter hoogte de lucht te ijl was, om het leven te kunnen behouden. Gay-Lussac heeft op 7000 meter afstands van de aarde opge merkt, dat de atmosfeer er zoo droog is, dat perkament er kronkelt, evenals wanneer men het bij 't vuur houdt. (N. Rott. Crt.)

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche en Nieuwedieper Courant | 1875 | | pagina 1