1875. N°. 97. Vrijdag 13 Augustus. 33 Jaargang. BEKENDMAKING. BEKENDMAKING. Binnenland. HELDERSCHE EX MEI WED1EPER COURANT „Wij huldigen het goede." Verschijnt Dingsdag, Donderdag en Zaturdag namiddag. Abonnementsprijs per kwartaal1.80. v h ii franco per post - 1.65. Uitgever A. A. BAKKER Cz. Bureau: M O L E N P L E I IV SP. 163. Prijs der Advertentiën: Van 14 regels 60 Cents, elke regel meer 15 Cents. Groote letters of vignetten worden naar plaatsruimte berekend. Eiken Donderdag vertrekt de mail naar Oost-Indlë. Laatste ligting 's avonds 6 uur. Burgemeester en Wethouders der gemeente Anna Paulowna brengen ter openbare kennis, dat de REKENING der INKOMSTEN en UITGAVEN van deze gemeente over het dienstjaar 1874, op heden den Raad aangeboden, gedurende de eerstvolgende veertien werk dagen op de Secretarie der gemeente voor een ieder ter lezing nedergelegd en in afschrift tegen betaling der kosten algemeen verkrijgbaar is gesteld. Anna Paulowna, den 10 Augustus 1875. Burgemeester en Wethouders voornoemd, C. E. PERK. Burgemeester. A. J. DE JÓNGH, Secretaris. Burgemeester en Wethouders der gemeente Anna Paulowna brengen ter openbare kennis, dat het VOL.TAARSKOHIER van de BELASTING OP DE HONDEN, voor het dienstjaar 1875, door den Gemeenteraad in zijne op gisteren gehouden vergadering vast gesteld, gedurende de eerstvolgende acht werkdagen, op de Secretarie der gemeente voor een ieder ter lezing is nedergelegd. Anna Paulowna, 11 Augustus 1875. Burgemeester en Wethouders voornoemd, C. E PERK, Burgemeester. A. J. DE JONGll, Secretaris. HELDER en NIEUWEDIEP, 12 Augustus. Volgens een bij het departement van Marine ontvangen telegram is het raderstoomschip Bromo, onder hevel van den kapt.-luit. ter zee W. J. Scholten van Aschat, den 10 dezer te Aden aangekomen, en zou, na kolen ingenomen te hebben, de reis naar Atsjin voortzetten. Aan boord was alles wel. Blijkens een bij het departement van Koloniën ont vangen telegram van den gouverneur-generaal van Ned.- Indië, was den 4 dezer door den tijdelijken militairen en civielen bevelhebber in Atsjin, kolonel Wiggers vanKerchem, het navolgende aan de Indische regering berigt: «Kleine patrouilles hadden den vijand nog al benadeeld door het vernietigen van eenige versterkingen en het ver branden van verscheidene woningen. Evenwel bleef de vijand vele onzer posten beschieten. Cholera-gevallen kwamen nog dagelijks voor, maar overigens werd de gezondheidstoestand zoowel in als buiten Kotta-Radja gunstiger en de sterfte was betrekkelijk gering.» De sociëteit Bellona stelt zich voor op 4 September a. s., de verjaardag van Z. K. H. den Prins van Oranje, eene feestelijke bijeenkomst te houden, ter bijwoning waarvan HH. officieren der landmagt, van de schutterij en der plaatselijke weerbaarheids-vereeniging zullen worden uit- genoodigd. De 9de comp. van het 1 ste reg. vesting-artillerie, die hier eenige dagen heeft vertoefd, is jl. Dingsdag weder naar haar garnizoen, den Briel, teruggekeerd. Óp a. s. Zaturdag wordt uit Willemstad alhier verwacht de 8ste comp. van het 3de reg. vesting-artillerie. De voorstelling in de Magie en Physique, gisteren avond in het lokaal Tivoli gegeven door den heer F. Bascli, was zeer goed bezocht en heeft aan de gunstige verwachting ten volle beantwoord. We vernemen dat deze eerste door meerdere voorstellingen zal worden gevolgd. Bij den heer James Barge, lid van het Amsterdam- sche comité ten behoeve der slagtoffers door de overstroo mingen in Frankrijk, is ingekomen van N. N. te Zeist de som van f 5000. De heer Douwes Dekker heeft voor 't hem aangeboden lidmaatschap der Maatschappij van Nederlandsche Letter kunde bedankt. De onweersbui van jl. Zondag heeft nog op verschillende andere plaatsen dan de reeds gemelde schade aangerigt. In de buurtschap Baal, gemeente Bommel, sloeg de bliksem in eene hofstede, bewoond door twee huisgezinnen. De bewoners bleven ongedeerd en er werd geen brand veroor zaakt. Een hooiberg, mede door den bliksem getroffen, brandde geheel af. In de nabijheid van Raalte zijn twee met hooi gevulde hergen door den bliksem getroffen en totaal afgebrand. Eene koe is in de weide door het onweder doodgeslagen. Te Markel sloeg de bliksem in eene boerenwoning, die geheel afbrandde, terwijl eene daarbij staande schuur met een 25tal schapen insgelijks een prooi der vlammen werd. Te Velp op den Zaalheuvel sloeg de bliksem in een boom en verbrijzelde dien. Te Wijchen werd een huis getroffen, zonder brand te veroorzaken. Een groot varkenshok nabij een woning op den weg van Grave naar Nijmegen gelegen, werd door den bliksem in brand gestoken. Te Berg-en-Dal, waar bij het losbreken van het onweder 150 personen aan tafel zaten, was de ontsteltenis zeer groot. Wel twintig malen sloeg de bliksem aan den voet van den berg neer, op korten afstand van het groote en hoog gelegen gebouw, dat, van vier bliksemafleiders voorzien, niet het minste letsel bekwam. Te Lent trof de bliksem achter elkander drie gebouwen, die allen verbrandden. In bijna iedere rigting zag men brand. De groote hagelsteenen, die uit de lucht vielen, zullen zeker veel schade hebben berokkend, aan de te veld staande gewassen. Omtrent de gevolgen van den hagelslag te Utrecht, wordt door het U. D. nog gemeld, dat bij een enkel bloemist 2600 ruiten vernield werden. Door lekkage heeft het archief van de Nederlandsche Rijnspoorweg-maatschappij veel geleden. Loodgieters en metselaars hebbeii volop werk en kunnen onmogelijk allen helpen. In de Elisabethstraat alhier liep door het vele water een kelder, waarin een water- en vuurnering wordt uitgeoefend, vol. De bewoners klommen op stoelen en tafels en konden den uitgang niet meer hereiken. De buren en de knechts uit de Manége schoten ter hulp en haalden hen er uit. Dc bliksem is geslagen in de boerenhofstede de Pan, onder de Bilt, zonder echter groote schade te hebben veroorzaakt. Al het te veld staande heeft veel geleden. Geheele liovenierslanden zijn vernield, erwten en boonen tegen den grond geslagen, salade en andijvie tot moes verpletterd, de aardappelen hebben veel geleden. De volgende berekening kan eenigszins een denkbeeld geven van de verbazende hoeveelheid water, die bij de donderbui van jl. Zondag middag op die stad is gevallen. De oppervlakte der stad binnen de singels is ten naastenbij 136 hectaren. Wanneer op die geheele oppervlakte even veel water gevallen is, als door den regenmeter op Zonnenburg is aangewezen, dan is dit op elke hectare 743,000 liters of 743 kub. meters en op de geheele stad 101,050 kub. meters. Deze verbazende hoeveelheid, waarvan het grootste gedeelte in korten tijd viel, is grootendeels door de riolen naar de grachten en singels afgevoerd. Geen wonder, dat hier en daar overstroomingen zijn voorgekomen, doordien de riolen niet in staat waren die massa te verzwelgen. Een kubieke regenbak van 46| meter zou juist voldoende zijn geweest om die watermassa te bevatten. Beroepen hij de Doopsgez. gemeente te Borne, de heer K. Gorter proponent. Het gebouw voor het stoomgemaal tot zuivering dei- riolen te Hoorn werd aangenomen door de heeren M. God- vliet en P. J. Blauw, aldaar, voor f12,533; de levering der machineriën, door de naamlooze maatschappij La Flandre, te Gent, voor f 10,77-9 -Men meldt uit Nieuwe Niedorp dd. 9 dezer: «Nadat onlangs in dit blad was vermeld, dat de waar schijnlijk meer dan 4 eeuwen oude kerk der Hervormde gemeente alhier eerlang gesloopt en door een nieuwe vervangen zou worden, hebben de Rijksadviseurs voor de monumenten van geschiedenis en kunst een onderzoek doen instellen naar de waarde, die aan het oude gebouw te hechten is, en naar den staat waarin het verkeert. Na dit onderzoek hebben zij per missive aan kerkvoogden alhier kennis gegeven, dat deze kerk behoort tot de merkwaardige monumenten van Nederland, en dat er weinig dorpen zijn die zich kunnen verheugen in het bezit van een kerkgebouw, hetwelk dat te Nieuwe Niedorp in architectonische schoon heid en waarde evenaart, waarom het te betreuren zou zijn, indien dit monument, hetwelk als een gedenkteeken van den ouderdom en den vroegere» rijkdom der gemeente bewaard gebleven is, zonder noodzakelijkheid werd gesloopt. De Rijksadviseurs erkennen, dat de kerk behoefte heeft aan eene algemeene restauratie, doch meenen dat zij gevoegelijk kan geschieden, en geven daarbij een plan ten beste, hoe, naar hun oordeel, de kerk zou kunnen worden hersteld en ingerigt, waardoor dit gebouw zou behouden blijven. Ten slotte bevelen de Rijksadviseurs met nadruk hun denkbeeld aan, om de gelden, welke voor den houw eener nieuwe kerk bestemd kunnen worden, te besteden voor de algeheele en afdoende restauratie van het oude monument, terwijl zij hunne diensten aanbieden om kerkvoogden met adviezen, plannen enz. behulpzaam te zijn. Dezer dagen hebben kerkvoogden eene vergadering gehouden en deze missive in ernstige overweging genomen. Kerkvoogden evenwel meenen te moeten blijven bij hun besluit tot slooping van de kerk. Zij zijn overtuigd dat de kerk te bouwvallig is om hersteld te kunnen worden. Reeds voor eenige jaren hebben meer of minder belangrijke reparatiën plaats gehad, maar tevens bleek, huns inziens duidelijk, in hoe vervallen staat het gebouw verkeerde. Niet alleen is de kap zeer slecht, maar ook verscheidene pilaren staan in eene meer of minder schuinsche rigting, terwijl de muren verzakt en verweerd zijn. Ook vreest men, dat bij eene restauratie, al ware die overigens wen- schelijk, het gebouw voor de belangen van de eeredienst minder doelmatig zou blijven, gelijk het thans reeds is. Kerkvoogden meenen dan ook, dat een naauwkeurig onder zoek van het gebouw door een bekwamen, practischen bouwkundige de overtuiging zal schenken, dat hun besluit tot slooping op redelijke gronden steunt, en hebben bepaald, dat in dien geest aan heeren Rijksadviseurs zal worden geantwoord.» Men meldt uit de Beemster, dd. 9 dezer: «Een der paarden van den landbouwer J. K., alhier, is aan den kwaden droes gestorven.» «Aan de alhier gehouden harddraverij namen 10 paarden deel. De prijs werd behaald door het paard van den heer C. Broers, van Sijbekarspel, de premie door dat van den heer C. Paarlberg, te Zijpe.» De Portugeesch-Israëlitische gemeente te Amsterdam viert dezer dagen een heugelijk feesthet 200jarig bestaan der Synagoge. Talrijke autoriteiten zijn uitgenoodigd om getuigen van Israëls vreugde te zijn, en de liberale Her vormde predikanten der hoofdstad hebben jl. Zondag in de kerken de gemeenteleden aangespoord van hun deelneming te doen blijken. Ook de algemeene kerkeraad der Ned. Herv. gemeente heeft een uitnoodiging ontvangen tot bijwoning van 't feest, maar daar het orthodoxe dat is 't echt christelijk-historische element in die vergadering de meerderheid heeft, heeft de kerkeraad aan de Israëlie- tische feestcommissie geantwoord, «dat het hem, ofschoon hij de uitnoodiging op hoogen prijs stelt, onmogelijk is deel te nemen aan een feestviering, die van het standpunt zijner belijdenis hem veeleer een oorzaak van smart dan van vreugde geacht moet worden te zijn. «Ónder toebidding van den zegen des Heeren, Num. 6, verzoeken wij U,» enz. De Kerkeraad voornoemd, J. P. Stricker, Voorzitter, qq. Steinfort, Scriba.» De volgende brief is door negen predikanten der Nederd. Hervormde gemeente te Amsterdam aan den Parnassim der Portugeesch Israëlietische gemeente gezonden: «De ondergeteekenden, leden van den kerkeraad der Nederd. Hervormde gemeente alhier, hoogelijk afkeurende het afwijzend antwoord door dien kerkeraad gegeven op uwe uitnoodiging, om zich bij het gedenkfeest van het tweehonderdjarig bestaan uwer Synagoge te doen vertegen woordigen, voelen zich gedrongen, eveneens op grond hunner Christelijke overtuiging, u langs dezen weg van hunne belangstelling in dat feest de verzekering te geven, met de beste wenschen voor uwe personen en uwe gemeente. T. Modderman Azn. J. P. Stricker. F. A. C. Pantekoek. II. A. G. Brumond. H. Steenberg. J. C. van Marken. K. F. Ternooy Apel. Ph. R. Hugenholtz. G. J. Vinke.» Aan Parnassim der Portugeesch Israëlietische gemeerde, te Amsterdam. Jl. Maandag avond ten 8| ure is in perceel No. 11, op de Warmoesgracht te Amsterdam, eene gasontploffing ontstaan, die zeer ernstige gevolgen had. Binnenmuren zijn ingestort; plafonds gebarsten, gesprongen en naar beneden gevallen; stoelen, tafels, spiegels zijn verbrijzeld; glas-, porcelein- en aardewerk vermorzeld; twee vertrekken gelijken een ruïne. Van beneden tot boven (vier hoog) bleef geen glasruit in den gevel, en van de belendende perceelen zijn eveneens glasruiten verbrijzeld en plafonds opengereten. De schok was zoo overweldigend, dat aan de overzijde der gracht, in perceel No. 12, een groot spiegelruit werd ingeslagen. Dat hierbij geen hevige brand is uitgebarsten, is te danken aan de spoedige hulp der brandweer, die een begin van brand aan het plintwerk dadelijk bluschte, nadat de politie-agenten Lefebvre en Woudstra het dreigende gevaar hadden getemperd. Beide en de heer T. Bruins hebben zich loffelijk onderscheiden door hunne zoo goed geslaagde pogingen om een verschrik kelijke ramp te voorkomen. De aanleidende oorzaak van dat ongeluk is waarschijnlijk te zoeken in het niet zorgvuldig digtinaken van een der leidingen door den gasfitter, die jl. Zaturdag in de zijkamer bezig was met het aanbrengen van nieuwe gasornamenten. De 90ste algemeene vergadering der Maatschappij Tot Nut van 't Algemeen werd jl. Dingsdag in het kerk gebouw der Vereenigde Doopsgez. gemeente te Amsterdam gehouden. Zij werd bijgewoond door ruim 150 afgevaar digden. De heer H. de Veer, door het hoofdbestuur uit zijn midden tot voorzitter benoemd, opende de vergadering met eene redevoering, waarin hij eenige beschouwingen leverde over den aard der werkzaamheden van de Maat-

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche en Nieuwedieper Courant | 1875 | | pagina 1