schappij en in het bijzonder de behartiging der belangen van het openbaar onderwijs aan de zorgen der departe menten bleef aanbevelen. De afgevaardigden zijn nitgenoodigd tot het houden van eene feestelijke réunie in het Park, bij welke gelegenheid eene muziekuitvoering zal plaats hebben en vuurwerk zal worden afgestoken. Punt IV, reglement voor de geldelijke ondersteuning uit de gemeenschappelijke kas, ter zake van onderwijs, gat aanleiding tot eenige discussie. De departementen Alblas- serdam en Moordrecht verlangden wijziging daarvan, 's Hage vroeg inlichting. Ten slotte werd dat reglement hij applaus goedgekeurd. Bij punt V, ontwerp-reglement op het toekennen van eervolle onderscheidingen, wenschte Schiedam het regt tot het uitreiken van medailles uitsluitend aan het Hoofdbestuur te doen verblijven, 's Hage wenschte art. 8 te doen ver vallen, Zevenhuizen verlangde ook, in sommige gevallen, een medaille tot erkenning van een zeker aantal dienstjaren op zichzelf toe te wijzen. Het concept-reglement werd echter ongewijzigd goedgekeurd. Over punt VI, reglement voor de tegemoetkoming in de reiskosten van afgevaardigden en commissiën, sprak o. a. de afgevaardigde van Schiedam tweemalen, en werd, toen hij de tweede maal sprak, tot driemalen toe door getrap verhinderd zijne rede voort te zetten, welligt omdat de spreker onuitputtelijk was in het bijhalen van voorbeelden tot toelichting van het door hem gesprokene. Het ontwerp- reglement werd gedeeltelijk bij stemming gedeeltelijk hij applaus goedgekeurd. Punt VIII. Een voorstel van hoofdbestuur tot intrekking van de besluiten ter zake van ondersteuning der leeskamers, bevordering van getrouw schoolbezoek, verplaatsing van werklieden, volksvermaken en volksvoorlezingen met de daarvoor uitgetrokken bepaalde sommen werd, nadat tot het behoud daarvan was gestreden door de departementen Zutphen en Nieuwveen, aangenomen. Punt IX, in verband staande met punt VIII, zijnde een voorstel van het hoofdbestuur en strekkende om ten post van 6000 op de eerstvolgende begrooting te brengen, teneinde daardoor de subsidiën voor volksvermaken en volksvoorlezingen te verzekeren, werd eenigszins gewijzigd. Slechts f 2000 zal op de begrooting worden gebragt, en daarvan tot bovengenoemd doeleinde aan tien het eerst zich aanmeldende departementen eene ondersteuning verleend worden van ten hoogste f 200. Een amendement tot schrapping uit dat punt van het woord volksvermaken, door het departement Bemmel gedaan, werd verworpen, het amendement van het departement Doetinchem, om twintig departementen met f 100 gulden te subsidiëeren, werd eveneens verworpen met 252 tegen 196 stemmen, terwijl daarna het voorstel van het hoofdbestuur bij applaus werd aangenomen. Punt 1X5, het doen drukken van het rapport omtrent de postspaarbanken en de daarvoor benoodigde gelden, f 1000, te vinden uit den eersten post der begrooting, werd aangenomen. Punt 19 is een voorstel van het departement Groningen om, voor de oprigting eener kweekschool voor onderwijze ressen aldaar, uit de algemeene kas eene som van f 10,000 toe te staan. De financiële commissie, van haar standpunt het toestaan der som niet kunnende aanraden, vermeende echter, dat het op den weg der Maatschappij ligt, het op- rigten van een dergelijke kweekschool te bevorderen, en dat het uitstellen dezer zaak tot een volgend jaar gelijk zou staan met verwerping van het voorstel. De afgevaardigde van Groningen verdedigde met een warm woord het voorstel en wees op het hooge belang, dat bestaat bij het oprigten van een kweekschool voor onderwijzeressen in het noorden van ons land. Het hoofdbestuur verklaarde, bij monde van haren vice- voorzitter, dat het voorstel van het departement Groningen, zoo als het daar ligt, niet door haar kan worden aange nomen. Op alle wetsvoorschriften zijn bij 'de aanvrage tot ondersteuning niet gelet, en het bedrag der ondersteuning zelve is te groot, om het nu te kunnen vinden. Hij geeft verder het departement een wenk, en wel dezeom dit jaar f 4000 te vragen; deze som is nog beschikbaar op de begrooting, na aftrek van de f 1000, waarover is beschikt, en om toekomend jaar weder om f 5000 of f 6000 aan te kloppen. Groningen, dankbaar voor den gegeven wenk, zegt, dat wanneer nu f 4000 wordt verleend, 't volgende jaar f 4000 en in 1877 f 2000 op de begrooting wordt gebragt, de kweekschool gered is en hoogstwaarschijnlijk met Sept. 1876 in werking zal kunnen treden. De vice-voorzitter wees er daarna op, dat, volgens de nieuwe wet, de vergadering niet mag beschikken over de gelden van eene- volgende begrooting, zoodat aan het laatste gedeelte van het verzoek van Groningen niet zal kunnen worden voldaan. Men zal ieder jaar moeten terug komen om subsidie. Den Haag is tegen het voorstel van Groningen. Het openbaar onderwijs, en dus ook de oprigting van kweek scholen, is staatszorg, en de Maatschappij Tut Nut van 't Algemeen moet die staatszorg niet overnemen, 't Is geen wonder, zegt spreker, dat de minister gaarne eene subsidie van f 7000 wil verleenen, want op dergelijke wijze gooit de regering het op een accoordje. (Applaus). Er moet krachtig worden aangedrongen op de daarstelling van genoemde scholen bij de bevoegde magt, en niet anders dan dat moet de Maatschappij doen. Het departement Leiden wederlegde de woorden kapi- taalverbruik, door den vice-voorzitter geuit, en betoogde dat men door de uitgifte van eenige rijksdaalders een levend kapitaal verkrijgt, dat oneindig meer nut oplevert dan 5 pCt. rente. De oprigting van een kweekschool voor onderwijzeressen achtte de spreker voor dat departement, de lieer J. A. van Dijk, dringend noodig. Het Rijk doet in dat opzigt niets, en nu zal men juist luide in de Kamers kunnen zeggen of verwijten: Ziedaar wat de Maatschappij van 't Nut doet, waarmede gij, als belast met de staatszorg, in gebreke blijft. Er zal ons door de oprigting eener dergelijke school een voorbeeld worden gegeven, met de kans, dat de regering hot eindelijk op breede schaal zal navolgen. Nog verschillende sprekers voerden over dit punt het woord, o. a. verklaarde de Haagselie afgevaardigde niet zooveel teergevoeligheid van de regering en de volksver tegenwoordiging te verwachten als de Leidsche afgevaar digde. Bolsward achtte de oprigting hoogst wenschelijk. Haarlem was van hetzelfde gevoelen als den Haag, maar zou toch voor aanneming van het voorstel-Groningen stemmen, onder ernstig protest evenwel tegen hetgeen dooi den Staat niet wordt gedaan. Na ruim anderhalf uur bediscussieerd te zijn, wordt het voorstel-Groningen, om in eens eene subsidie van f 10,000 te ontvangen, welke vervalt als 1 Jan. 1877 geen begin van uitvoering is gegeven aan de oprigting eener kweek school, in stemming gebragt, aangenomen met 545 tegen 237 stemmen. De gelden daarvoor zullen gevonden worden uit den eersten post der begrooting, uit dien der middelen en uit dien van subsidie aan departementen ter zake van onder wijs. Zooals de financiëele comissie adviseerde, zal er nu in ieder geval toch kapitaal verbruik plaats hebben. Na een korte pauseering ging de vergadering over tot behandeling van de volgende punten Punt X. een voorstel van de afdeeling Deventer, ten doel hebbende 1. dat dë algemeene vergadering besluitte dat de crèches (zoogenaamde wieginrigtingen) een voorwerp der zorg uitmaken van de Maatschappij tot Nut van 't Algemeen, en 2. dat op de jaarlijksche begrooting gebragt worde eene som van f 3000, om uit die som subsidiën uit te reiken aan zoodanige crèches, welke die ondersteuning noodig hebben en, blijkens gehouden onderzoek, beantwoorden aan de eischen, die uit het oogpunt van trouwe zorg, zindelijkheid en gezondheid aan welingerigte crèches moeten worden gesteld, wordt door den afgevaardigde van dat depar tement ingetrokken tot een volgende vergadering, met het oog op het voorgaand gevallen besluit omtrent het voorstel Groningen, waardoor de beseliikking over middelen voor dit jaar als 't ware gesloten is. (Slot volgt.) In de Gids van deze maand lezen we in eene causerie van den heer de Brieder over 't Scheveningsche strand het volgende «Eene der curiositeiten van Sclieveningen is de generaal met zijn eene been, het andere verloor hij voor 't vader land die dagelijks twintig minuten in zee doorbrengt en zwemt als een kikvorsch, eene vergelijking, die niets oneerbiedigs hebbe Een Engelsclnnam, dien ik aan 't strand leerde kennen en die zeide eene bijzondere studie van de zwemkunst gemaakt en er zelfs een boekje over geschreven te hebben, vertelde mij, dat hij expres naar Sclieveningen was gekomen om den generaal, over wien hij te Ostende had liooren speken, te zien, daar hij het verhaal van den krachtigen, eenbeenigen grijsaard als een mythe had beschouwd. Nu hij gezien had moest hij gelooven. Most siUime indeed! riep de Brit in verrukking uit. Hij betreurde het een deelneming waarvoor de oud- minister zeker niet zeer gevoelig zou zijn als hij ze kende dat de generaal in een positie was, die hem verhinderde om zijn kunst den volke te vertoonen tegen kijkgeld. In Engeland zeide de zoon van Albion zou de graaf in één maand duizend pond kunnen verdienen, want men zou er hem bewonderen als een fenomeen. Wat toch was het eerste, het onmisbaar vereischte voor iemand, die goed wilde zwemmen? Dat er evenwigt zij in zijn ligchaam door regelmatigheid en goede proportie van de deelen en ledematen, inzonderheid van de armen enbeenen. Denk nu een van de laatste weg, dan is het haast ongeloofelijk, dat men, in den krachtigen golfslag der zee nog wel, zich kunne voortbewegen. De Engelschman kon het ons niet vergeven, dat wij zoo weinig werk maakten van den generaal. Hij wilde, dat iederen dag duizenden op het strand naar zijn zwemtoer kwamen kijken, en verbaasde zich in 't algemeen, dat in een land, zoo doorwaterd als Nederland, de zwemkunst zoo weinig in eere was.» De heer de Brieder zegt het eens te zijn met dien Engelschman, dat het hoog tijd wordt om de opvoeding in ons hind ten opzigte van de zwemkunst niet langer zoo ergerlijk te verwaarioozen. Hij zou wenschen, dat in alle gemeenten, door het geheele land, zwemscholen en gymnas- tiekvereenigingen onder scherp toezigt en goede onderwijzers verrezen naast de scholen voor lager onderwijs. «Stelle dc generaal graaf van Limburg Stirum, de zwem mer bij uitnemendheid, zich aan het hoofd van een zwem school-beweging in Nederland, dat hij reeds in vele opzigten zoo voortreffelijk heeft gediend, en zijn medeburgers zullen hem ook daarvoor dank verschuldigd zijn.» Was men eenige weken geleden te Zandvoort niet zonder zorg voor de zoo gevreesde ziekte onder de aard appelen, omdat er na de veelvuldige regens op enkele plaatsen in de duinen sporen van gevonden werden, de daarna gevolgde drooge winden en de warmte der laatste dagen schijnen aan het gewas veel goed gedaan te hebben. Thans staan de aardappelen uitmuntend te velde en vleit men zich algemeen met een voordeeligen oogst. Sedert eenige weken worden de vroege aardappelen gerooid, die een vrij ruim beschot opleveren en uitmuntend van kwaliteit zijnzij worden verkocht tegen den prijs van f 4,50 a f 5 per hectoliter. Gisteren is te Leiden het gedenkteeken voor wijlen prof. Kaiser in de Sterrewacht onthuld. De voorzitter der commissie voor het gedenkteeken schetste in het kort de geschiedenis der Sterrewacht en de verdiensten van Kaiser. Daarop werd de buste onthuld en aan de Sterrewacht over- gedx-agen. De dii-ecteur, de heer Bakhuizen, aanvaardde liet met dankbaarheid en bragt als leei-ling een korte hulde aan den overledene. De gedenksteen bestaat uit wit marmer. Te Kaatsheuvel is A. van Nooten, bij het verrigten van werkzaamheden in een put bedwelmd geworden. Een ander, die hem zoude ophalen, werd halverwege reeds zóó benaauwd, dat hij opgehaald moest worden. Eindelijk bi-agt men een touw om 't ligchaam van den ongelukkige, maar dit brak, toen hij bijna boven was. Hij viel weer omlaag met het hoofd in den moddei-. Een half uur later gelukte het, met brandhaken zijn lijk boven te brengen. Het aantal ongelukken, met gevonden gi-anaten voor gevallen, is weer met een vermeerderd. Een boer vond er voor eenigen tijd een in het cadettenkamp op de Tete- ringsche heide bij Breda, en bragt haar later bij een smid om er een handvatsel aan te doen maken. Toen de smids jongen nu met een gloeijend ijzer er bij kwam, sprong de granaat, welke nog gevuld bleek te zijn, uiteen en verbrijzelde den arm van den jongen De stoombootdienst tusschen Slxeerness en Ylissingen heeft nog voortdurend met moeijelijkheden te kampen. De booten komen dagelijks te Iaat aan, zoodat dan een extra trein moet loopen. Jl. Zondag kwam de boot, in plaats van 5.30 des voormiddags, zooals op de reiswijzers staat, eerst 3.30 des namiddags aan, tengevolge van sterken mist in Engeland. De overtogt had echter in 71 uur plaats gehad. Van de Lingestreken meldt men aan de Arnh. Crt.: Bij vele landlieden heerscht de tongblaar zoo sterk onder het vee, dat de melk niet te gebruiken is en weggeworpen moet worden. Hier en daar worden er ook schapen door aangetast. Ook onder de varkens is veel sterfte. Schandelijk is het misbruik, dat van zieke dieren dikwijls gemaakt wordt. Weinige uren voor den dood komen er opkoopers of ronselaars, die voor 1 ii 2 rijksdaalders de stervende diei-en weghalen. Vraagt men soms, wat er toch meê gedaan wordt, dan krijgt men tot spottend antwoorddaar wordt metworst van gemaakt! Daar smullen ze in de Hollandsche steden nog van!» Aan zulke schandelijke praktijken moest een einde gemaakt worden. Iemand, die zwaluwnesten aan zijn huis had, deelt aan de Arnh. Crt. mede dat hij, bij 't verwijderen dier nesten, daarin een ontzaggelijke menigte «wandgedierte» vond. Hij acht het daarom voorzigtig dat iedei-, die zijn huis voor ongedierte bewaren wil, het vestigen van zwaluw nesten vei-hindere. Voor eenige dagen werd medegedeeld dat, volgens den Figaro, te Parijs een ex-kannibaal was aangekomen, op wiens rug een geheel landschap getatoueerd zou zijn. Thans schrijft men uit Amsterdam aan de Dev. Crt.: «Ik wil nu gaarne aannemen, dat dit landschap, in dit geval, alléén bestond in de bekende levendige verbeelding van den Figaro, maar dat het ook feitelijk op een men- schelijken rug kan bestaan, is onbetwistbaar zeker. Voor omstreeks 2 of 3 jaren geleden b. v. werd in het ziekenhuis te Weenen een Griek verpleegd, over wiens geheele ligchaam, van het hoofd tot de voeten, geen plekje ter grootte van een gulden uitgezonderd, afbeeldsels van menschel), dieren, bloemen en planten en andere figuren waren getatoueei-d. De man verhaalde vroeger zeeschuimer te zijn geweest en droeg nog talrijke sporen van bekomen wonden. Weinig tijds voor zijne komst te Weenen was hij in handen gevallen van een wilden volksstam in Indië, die hem, bij wijze van straf, dus getatoueerd had: eene kunstbewerking waaraan men drie maanden lang 2 uren daags had besteed. De foltering moet onbeschrijfelijk zijn geweest, en alleen door zijn krachtig gestel had hij haar ten einde toe kunnen verduren. Het was dan ook een zeldzaam forsch gebouwd man: zoo iemand, die herinnert aan de athleten der ouden. Dr. F. J. K., te Groningen, destijds aan het ziekenhuis te Weenen vertoevende, heeft den man daar dagelijks gezien en gesproken en is nog in het bezit van eene welgeslaagde photographische afbeelding van hem, waarop men verschillende figuren op zijn ligchaam duidelijk kan onderscheiden. De Griek, die eerst zelf niet begrepen had welk een hoogst curieus menschen-exemplaar van hem gemaakt was, had toen het voornemen opgevat zich voor geld te laten zien.» Het bovenstaande wordt ons in hoofdzaak bevestigd door dr. F. J. Keizer. Intusschen geschiedde de kunstbewerking gedurende drie maanden, dagelijks drie uren (niet twee). Bloemen en planten heeft dr. K. er niet bij opgemerkt, wel afgoden; voorts de Koran. In de handvlakte waren de schanddaden van den man getatoueerd in Byrmanesche taal. Te Harlingen zijn van Keulen per spoor aangevoerd drie fameus groote rollen telegraafkabel van gevlochten ijzerdraad, elke rol bevattende 2000 meter, ten gezamen lijke zwaarte van 18,000 kilogram. Deze kabel moet dienen ter reparatie van den onderzeeschen telegraaf tusschen Harlingen en Vlieland. De cholera-epidemie in Syrië breidt zich nog telkens uit. Volgens de bij den gezondheidsraad te Konstantinopel ontvangen telegrafische mededeelingen was te Damascus van den 13 tot den 19 dezer het cijfer der nieuwe ziekte gevallen tot 999 en dat der sterfgevallen tot 579 geklom men. Het cijfer der in het militaire hospitaal voorgekomen ziekte- en .sterfgevallen is niet bekend. Het aantal der inwoners, die de stad ontvlugten, nam van dag tot dag toe, ten gevolge waarvan de ziekte zich meer en meer in den omtrek verspreidde. Te Dumer, te Uom en in ver scheidene dorpen van den Libanon was dit het geval. Ook te Beyruth had zich onder de vlugtelingen uit Damascus, die den 17 aangekomen waren, bij twee hunner de cho lera geopenbaard, waarvan de een den 19den overleed. Al de goederen van dezen laatste werden verbrand, hetgeen in het algemeen met nadruk aanbevolen is, als het eenige middel om de verspreiding der ziekte te stuiten. Te Saïda is insgelijks een geval voorgekomen. In het geheele gewest heerscht groote schrik, vooral op Cyprus, waar de bevol king er op aandringt, dat al wat uit Syrië komt volstrekt geweerd zal worden. Van den 12 tot den 18 waren te Antioclxië 128 nieuwe gevallen aangegeven. Te Aleppo, hetwelk dusver bevrijd was gebleven, waren, volgens een berigt van den 19, twee choleragevallen voorgekomen. Daar de toestand meer en meer verontrustend wordt, heeft de gezondheidsraad op nieuw eenig geneesheeren naar de besmette streken afgevaardigd.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche en Nieuwedieper Courant | 1875 | | pagina 2