Benoemingen, enz. STATM-GENERAAL. Buitenland. Frankrijk. Eageland. INGEZOKDEJS. veel meer afmattend en inspannend. Intussclien bevestigen wij ons meer en meer, daar waar onze vlag waait. Op verschillende punten om Kotta-Radja hebben zich thans onder de bescherming van onze kanonnen Europeanen, Chinezen en Maleiers als handelaren gevestigd. De gezond heidstoestand is meer bevredigend, de voeding der troepen goed. Men wil weten dat de Maduresche troepen in de volgende maand naar Atsjin vertrekken. Men is reeds begonnen met het brengen van een paar veld-bataillons op de nieuwe formatie.» De heer P. van der Goot Pzn., leeraar bij de Doopsgezinde gemeente te Amsterdam, heeft om redenen van gezondheid zijn emeritaat aangevraagd en verkregen. -Op de voordragt van hoofdonderwijzer te Nieuwerkerk a/d IJssel, is o. a. geplaatst de heer J. Ditmars, van Anna Paulowna. Dezer dagen is door den gemeenteraad te Hoorn goedgekeurd de rekening en verantwoording over het dienst jaar 1874, waarbij bleek, dat er een voordeelig overschot is van f 7990,355. Het berigt, dat de heer Oscar Carré ook in den aanstaanden winter te Amsterdam zijn tent zal opslaan, berustte op eene dwaling. De heer Carré heeft reeds zoo veel engagementen voor Berlijn, Weenen en andere steden, dat het hem naauwelijks mogelijk is in de eerste jaren ons land te bezoeken. Bij de gisteren op het raadhuis te Amsterdam door gecommitteerden tot de directie der zes Noordhollandsche Steden gehouden openbare verpachting van tollen heeft de volgende uitkomst gehad: 1. tol aan den Broekermeerdijk f 7500, gepacht door B. Oly, te Landsmeer; 2. tol te Ilpendam f 3250, gepacht door J. de Groot, te Ilpendam; 3. tol aan den Oudendijk f 8250, gepacht door E. Krijger, wed. Leeghwater, te Oudendijk; 4. tol aan de Klem f 8125, gepacht door D. Laan, te Middelie. De pachttijd loopt over vijf jaren, van 1 Jan. 1876 tot 31 Dec. 1880. Het Leidsch Dagbl., het nut der proefstations voor den landbouw erkennende, vraagt, hoe die proefstations in ons land zullen komen? Uit een tabellarisch overzigt van de ontwikkeling der buitenlandsche landbouw-proefstations in 1874 blijkt, dat in 28 van de 45 gevallen de stichting der proefstations uitging van landbouw-vereenigingen, dus belanghebbende, doch tevens dat de meeste van regeringswege worden gesubsidieerd. Ook bij ons te lande heeft men den goeden weg ingeslagen. Nu ware het welligt wensche- lijk, dat het initiatief tot de oprigting van belanghebbenden zeiven, b. v. landbouw-vereenigingen, uitging, gesteund door een subsidie van regeringswege, gelijk wij zagen dat in het buitenland meestal plaats had, want indien de land bouwer zijn belang goed begrijpt, zal hij bij herhaling van de goede diensten van het s proefstation gebruik maken, en ziedaar reeds een niet te versmaden bron van inkomsten, die een aanmerkelijke bijdrage kan leveren tot dekking der kosten. Zooveel is echter zeker, dat de belangstelling in die voor een landbouwende natie inderdaad onmisbare inrigtingen hier te lande voor goed is ontwaakt, en indien het berigt, dat bij het departement van Binnenl. Zaken het ernstig plan bestaat, aan de rijks hoogere burgerscholen of andere openbare inrigtingen van onderwijs een cursus over landbouw en aanverwante vakken te openen, waarheid blijkt te omhelzen, 'dan mag men daaruit ongetwijfeld het bejwijs putten, dat ook door de regering de belangen van den landbouw in het algemeen niet uit het oog worden verloren. Moge de spoedige oprigting van een proefstation daarvan op nieuw getuigen Het getal straathonden te 's Haga begint al te ver minderen. Met wagens tegelijk, zegt men, worden ze door de politie buiten de gemeente gebragt en afgemaakt. Ieder oogenblik ziet men dan ook losloopende ongemui)korfde honden arresteeren, hetgeen dikwerf niet zonder tegenstand moet geschieden. Onmiddelijk nadat het Koninklijk besluit deswege geteekend zal zijn, zal de heer Smit de Rijks marinewerf te Vlissingen in exploitatie nemen. Het eerste schip, dat door hem aldaar gebouwd zal worden, zal een driemaster zijn en genaamd worden Noach V. De heer N. N. Idissing, commissaris der loodsen te Brouwershaven, vierde den 1 Sept. jl. liet feest van zijn öOjarige dienst bij de Marine. De inspecteur over het loodswezen in het 4de en 5de district, de kapt.-luit. ter zee P. Roodzant, was met het stoomschip de Zeemeeuw van Hellevoetsluis naar Brouwershaven gekomen en hield, in tegenwoordigheid van het verzamelde loodspersoneel, tot den feestvierende eene hartelijke toespraak, waarin hij hem met den feestdag geluk wenschte, zijne langdurige en goede diensten herdacht en met een heilwensch voor de toekomst eindigde. Omtrent de vreeselijke gebeurtenis in den nacht van den 1 op den 2 Julij in het hospitaal te Kotta-Radja, meldt men nader aan de Pr. Dr. en Ass. Crt. «Verleden Donderdag namiddag maakte de doctor aan merkingen op mijne plaats in de zaal en liet mij overgaan naar een geheel andere plaats, naast de andere onderoffi cieren, die wonden of kwetsuren hadden. Ik kwam daardoor van No. 38 op No. 7 te liggen. Nu wil het geval, dat er dien nacht een wind op komt zetten, een orkaan gelijk, waardoor eenige monstertakken van een verschrikkelijk zwaren boom, die een paar passen achter mijne vorige slaapplaats stond, met een harden rukwind afbraken en met donderend geweld door het dak op de zieken vielen, die in de buurt lagen, 't geen go u zeer goed zult kunnen begrijpen, indien ik u zeg, dat het geheele ziekengesticht bestaat uit eenige bamboezen loodsen en bamboe nog veel brozer en ligter is dan hout. Wij allen, die geen letsel bekomen hadden, vlogen op het hooren van dien slag en het instorten van een gedeelte van ons logies natuurlijk doodelijk verschrikt naar buiten, maar binnen was het stik donker (de lampen waren uitgegaan) en hoorde men onophoudelijk gekerm om hulp van degenen die gekwetst waren en niet van onder het hout konden wegkomen. Nadat deze allen met veel moeite waren te voorschijn gebragt, bemerkten wij tot onzen angst, dat er nog vier mankeerden, die bij nader onderzoek werden gevonden, maar hoe? totaal verbrijzeld en totaal onkenbaar, en onder deze vier ook de onderofficier, die in den vooravond op mijne plaats was komen te liggen. Ik ben den geheelen dag, welke op dien verschrikkelijken nacht volgde, niet regt in orde geweest, zoodanig had het gebeurde mij aan gegrepen, ofschoon ik op het oogenblik weer zoo gezond van harte ben als ik maar wenschen kan.» Volgens nader berigt van den resident van Soerakarta zijn bij den jongsten brand vernield 887 huizen. De schade wordt begroot op f 451,318. Een van de onaangenaamste ontmoetingen die ooit hebben plaats gehad was zeker die tusschen den Duitschen Kroonprins en de ex-Keizerin Eugenie met haar zoon op den 2 dezer, den dag van 't Sedan-feest. De ontmoeting had plaats op een der stations in de nabijheid van Stuttgart. Havermeel. In Cassel's Familie Magazine wordt op nieuw gesproken over de voedende eigenschappen van het havermeel, dat niet alleen op de beenderen, maar vooral ook op de hersenen en zoowel op de spieren als op het gemoed gunstig werkt. De geringe prijs is daarenboven eene aanbeveling voor den werkmansstand, en ook de rnin- kostbare wijze van toebereiding die slechts weinig tijd vordert. Het verteert gemakkelijk en bevat meer wezen lijk voedsel voor beenderen en spieren dan weite of tarwebrood. Het Schotsche havermeel, zelfs het beste, is laag van prijs, en het voedende element daarin vervat overtreft, volgens het gevoelen van sommige genees- heeren, het voedingsvermogen van hetzelfde gewigt aan Liebig's extract. Het is vooral ook aan te bevelen aan allen die zich met letterkundigen arbeid inspannen of hun hoofd veel moeten gebruiken. Wij (de redactie van het Magazijn) hebben het voorregt verscheidene auteurs te kennen die, hoewel aan deze zijde van de Tweed gewonnen en getogen, (dat wil zeggengeen Schotten maar Engel- schen zijn) het havermeel bij voorkeur gebruiken. In Londen zijn vele Schotsche familiën, die voor hun eerste ontbijt dit meel, op verschillende wijze toebereid, dagelijks nuttigen en er zich bijzonder wel bij bevinden, niettegen staande het, vooroordeel het havermeel brandmerkt als «te verhittend voor het bloed.» En wat betreft de smakelijk heid, wij zijn reeds sedert lang van oordeel, dat het niet alleen eene eerste plaats bekleedt in de voedingsmiddelen, maar wél toebereid zoo smakelijk is, dat 't zelfs op eene Koningstafel eene waardige plaats zou innemen. Waschmiddel. Men heeft de ontdekking gedaan, dat wanneer men onder het tot het wasschen van linnengoed bestemde water een weinig pijpaard roert, de waschgoederen zóó wit worden, alsof ze pas van de bleek kwamen en dat hierbij, hoe vuil de wasch ook zijn mogt, de helft arbeid en minstens een vierde gedeelte van de zeep bespaard werd. Men roere haar onder het warme wasch water of wrijvede pijpaard tegelijk met de zeep in de vuile goederen in, en herhale dit zoo dikwijls tot dat de wasch rein geworden is. Allen die het middel beproefd hebben, stonden verwonderd over den goeden uitslag. De luit. ter zee 2de kl. J. P. Lubbe Bakker, dienende op het ramsckip Stier, wordt op non-activiteit gesteld en vervangen door den luit. ter zee 2de kl. J. E. Sickens. De off. v. adm. 2de kl. M. D. L. Hertzveld, laatst behoord hebbende tot het escader in Oost-Indië en van daar den 31 Aug. terruggekoinen, is met dien datum op non-activiteit gesteld. Tweede Kamer. De heeren Oldenhuis Gratama, Idzerda en van Kerkwijk, voor stellers van het wetsontwerp tot intrekking van de bijzondere bescherming van de jagt en het jagtbedrijf, hebben een antwoord op het voorloopig verslag naar aanleiding van het tweede onderzoek in de afdeelingen ingezonden, waarin zij eeDigc geopperde bezwaren wederleggen. Zij bevelen ten slotte hun wetsontwerp aan in de overwegingen hunner medeleden. Victor Hugo heeft van de vereeniging Refli Team in Amerika eene zeer vleijende uitnoodiging ontvangen, om in Julij van het volgende jaar het feest van den honderdsten verjaardag der onafhankelijkheidsverklaring van Noord- Amerika te komen bijwonen. U, schrijft de vereeniging, die zoolang en zoo krachtig voor de republikeinsche zaak in Europa gewerkt hebt, wenschen wij in ons midden te zien. Mogt gij ons met een bezoek vereeren, dan kunt gij verzekerd zijn, dat onze medeburgers u op de hartelijkste wijze zullen ontvangen, zoodat gij er u niet over te beklagen zult hebben. Victor Hugo heeft hierop geantwoord, dat hij niets liever wenccht dan aan deze zoo vereerende uitnoodiging te kunnen voldoen. Den grooten verjaardag zou hij gaarne in Amerika bijwonen. Julij is een beroemde maand. Zij zag in Frankrijk de Bastille vallen en in Amerika de republiek geboren worden. Maar hij weet niet, of hij het volgende jaar zal kunnen komen. Geheel Parijs is op de jagt. Zondag was het de groote dag van de opening. De kleine burger en de dandy, arristocratie en democratie allen namen deel aan den grooten exodus, die jl. Maandag plaats had. Mac Mahon is naar Laforêt, bij Montargis, vertrokken, de hertog van Aumale naar Chantilly, baron Rothschild naar Ferrières, baron Selliéres, 'naar Mello. Te Parijs werden niet minder dan 22,004 jagtacten uitgereikt; dit kan eenigermate een denk beeld geven van de hoeveelheid kruid en lood, die Maan dag is verschoten. Vijf en veertig jaren geleden gaf de oude Dtunas een schets van de opening van de chassepari- sienne, in de historische vlakte van St. Denis. Ten vijf ure in den ochtend vertrekt men, in gezelschap van een vriend, met geweren, honden en weitasschen. Zoodra men buiten de vestingwerken komt, hoort men op een afstand een scherp geweervuur. In gespannen verwachting snelt men naar de plaats van waar het komt. Eindelijk komen ze op het slagveld aan. Er vertoont zich een spreeuw onmiddellijk wordt zij door een salvo van duizend geweer schoten begroet. Wordt zij getroffen, dan openen duizend jagers hun weitasschen en betwisten duizenden handen elkaêr den prijs; valt zij niet doch vliegt zij verder, dan loopen duizend jagers haar na, en zoo gaat het den geheelen dag door. Bij afwisseling verneemt men schoten in alle rigtingen, sommigen daarvan vinden hun weg in den nek of in de beenen van jagers, maar in het vuur van den strijd wordt dat door geen hunner gevoeld; de lucht van het kruid bedwelmt den meest vredelievenden «bourgeois» en hij snelt voorwaarts, zonder acht te slaan op het gevaar dat hem dreigt. De dagbladen van Montpellier deelen mede dat in den ouderdom van 92 jaren een oud soldaat van het keizerrijk, Jacques Roussel, overleden is; deze soldaat heeft langer dan ooit een gemeen soldaat voor of na hem een wachtpost waargenomen. In 1806 was Roussel bij de troepen die door Davoust waren uitgezonden om het eiland Rugen te bezetten, doch toen Napoleon bij Eylan zijn eerste échec leed en in allerijl alle mogelijke troepen tot hulp liet aanrukken, geschiedde de ontruiming van Rugen zoo overhaast, dat de bevelhebber zelfs eenige voorraden achter liet en ook de daarbij geplaatste wacht, den gemeen soldaat Roussel, vergat. Toen de boeren, die met het garnizoen op goeden voet hadden geleefd, hem kwamen vertellen dat zijne landslieden vertrokken waren, begon Roussel over zijn toestand na te denken. Heengaan zonder afgelost te zijn, was ongehoorzaam wezen aan zijn orders; op post blijven zonder eten of drinken, was ook onmogelijk. Roussel koos den middenweg, ging zoo digt mogelijk bij zijn post wonen en verdiende den kost met werken op de naaste boerderij, waar hij hart en hand van de dochter des huizes won en geheel eén lid van de familie werd. Altijd bewaarde Roussel zijn uniform, en hield een oog op 't hem toever trouwde goed; toen nu de eilanders na vier, vijf jaren rust het water dat hen van 't vasteland afscheidt nogmaals bedekt zagen met booten vol van de hun zoo goed bekende roodbroeken, werd Roussel tijdig genoeg gewaarschuwd hij trok zijn uniform aan en vatte post digt hij de landings plaats, waar hij de vreemdelingen met een luid qui vive begroette. Qui vive je zelf» zei een officier die aan land sprong, «wie zijt ge?» «De wacht.» «En hoelang sta je op post?» «Vijf jaar omtrent.» Zijn antwoord en zijn geheele geschiedenis werd aan Davoust medegedeeld, en deze zond hem, met zijne gewone bonhomie voor den soldaat, zijn ontslag. Roussel bleef op het eiland tot den dood van zijn vrouw in 1829; toen trok zijn hart hem naar Frankrijk, waar hij het overige van zijn leven in zijn geboorteplaats doorbragt en elk, die haar hooren wilde, de geschiedenis van zijn lange wacht op Rugen, gestaafd door de hand- teekening van Davoust, vertelde. Bij gebrek aan een vijand toonen de Britsche ramschepen hun kracht door elkander in den grond te boren. Jl. Woens dag liepen, op 't traject tusschen Kingstown en Cork, twee schepen van 't escader in 't Iersche kanaal, de Iron Duke en de Vanguard, tegen elkander aan, met 't noodlottig gevolg dat het eerste, door den ram van 't andere schip doorboord, binnen een uur na 't stooten in de diepte ver dwenen was. Gelukkig was 't stil weer, en was de Van guard in waterdigte vakken gebouwd; anders zou zij zeker plotseling gezonken zijn, en zou er van de bemanning van 500 koppen niet veel teregt zijn gekomen. Thans is geen enkel menschenleven er bij ingeschoten; maar de Britsche schatkist heeft een schade geleden van ongeveer een half millioen p. st. Eén troost blijft erdat de doelmatige wer king van 't «rammen» nu boven allen twijfel verheven is. Door den heer Samuel Goode is onlangs in de Royal United Service Institution te Londen eene voorlezing gehouden over Mance's heliograph, een nieuw uitgevonden werktuig om te seinen door middel van het zonlicht. Volgens zijne mededeeling, zou een spiegel tergrootte van de palm van de hand, in de juiste rigting geplaatst om liet zonlicht op te vangen, dat licht tot op 20 a 30 mijlen weerkaatsen en eene van 8 duimen middellijn (20 cM.) op honderd mijlen. Om daarvan partij te trekken heeft de heer Mance een spiegel zoodanig ingerigt, dat men de weerkaatsing langer en korter kan doen voortduren, om op die wijze de letters van het alphabeth terug te geven, evenals plaats heeft bij de telegraaf van Morse. Ook bij maneschijn of kunstlicht kan deze uitvinding toegepast worden. Zij kan, meent men, vooral voor de tropische gewesten, waar de gewone telegraaf-verbinding met gevaar en kosten is gespaard, van groot nut worden. Elke tijd heeft zijne bijzondere behoeften en zijn eigenaardige richting. Dit is ook het geval met den onzen. Het schijnt wel een behoefte en eigenaardigheid van onzen tijd te zijn vereenigingen, of om het algemeen gebruikelijke woord te bezigen: „bonden" op te richten. Schoolverbond, Vredebond, enz., enz., te veel om te noemen, zij zijn de stichtingen van onzen tijd. Wat mag daarvan de oorzaak wezen Zou men bezield zijn van de waarheid der spreuk onzer vaderenEendracht waakt macht," en alzoo door een vereeniging van krachten tot werkelijkheid trachten te brengen, wat voor enkelvoudige krachten een onmogelijkheid is? Wij willen het gelooven, vooral van die personen, die zulk een bond op hun weefgetouw zetten en de leiders van de zaak zijn. Zij gaan van het beginsel uit, dat de zaak waarvoor zij ijveren in het waarachtig belang van de maatschappij is en dat door een vereeniging van enkelvoudige krachten de zaak in het leven kan worden geroepen. Maar als wij nu het oog op de enkelvoudige deelen, waaruit het geheel saamgesteld is, vestigen, is dan dat reine, humane beginsel bij alle leden hoofd voor hoofd werkzaam? Dit, meent schrijver,- mag betwijfeld worden. Het individu en de individuële werk zaamheid lost zich op in de werkzaamheden van het bond. Het

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche en Nieuwedieper Courant | 1875 | | pagina 2