Depothouders Lokaal voor Evangelisatie. VOOR DE LEDEN DER HERV. KERK. ADVERTENTIËN. Italië. INGEZONDEN. Stoomvaart-Berig-ten. Burgerlijke Stand. Gemeente Helder. Burgerlijke Stand. Gemeente Wiering-en, Marine-Haven Nieuwediep. SCHAGER MARKT van HEüEJN. De Heer en Mevrouw FABRITIÜS Dr, A. W. BRONSVELD, Pred. te Haarlem, ■288ste STAATS LOTERIJ in water gekookt, zijn voor hem voldoend dagelijksch voedsel. Een stuk schapenvleesch eens of tweemaal in de week wordt als een extra lekkernij gewaardeerd. Kleeding en 'uitrusting zijn even eenvoudig. Als er gebrek aan schoenen is, marcheert een geheele compagnie met bloote voeten en zijn er geen kapotjassen, dan dragen de manschappen zonder klagen hun dunne buisjes. Gedurende den laatsten oorlog in het oosten heb ik Turksche bataillons gezien, die in geen zes maanden soldij hadden ontvangen, wier kleeding uit lompen bestond en waarbij maar zelden een officier een paar schoenen had, en in dien toestand en met een dage lijksch rantsoen, dat een Duitscher te weinig voor zijn ontbijt zou gevonden hebben, marcheerden zij weken achtereen over de met sneeuw bedekte bergen van den Balkan, bivakkeerden zij midden in den storm, in sneeuw en ijs, zonder ooit te klagen. De Turksche soldaat drinkt nooit sterken drank, hij raison neert nooit, hij gehoorzaamt gedwee ieder bevel en beschouwt alle ontberingen en gevaren als beschikkingen der Voor zienigheid, die met onderwerping moeten gedragen worden. Een ander kenmerk is zijn godsdienstfanatisme, dat hem buitengewonen moed inboezemt, en waarschijnlijk zal dit op nieuw blijken in den strijd met de «christenhonden» van Bosnië en de Herzegowina. Hoe hoog wij onze Duitsche armee schatten, het is de vraag, of 20,000 Duitsche soldaten evenveel in de Herzegowina zouden uitrigten als hetzelfde aantal Turken. Indien Duitschers dag en nacht tegen een onvermoeiden vijand, in een half woest land, zonder soldij en voldoend voedsel, slecht uitgerust, op heuvels en langs afgronden, in de brandende zon en in sneeuwstormen, zonder ooit onder dak te komen, zonder hout en water moesten strijden, zou hun militair uiterlijk spoedig verdwijnen. Verder munten de meeste Turksche soldaten uit door een aange boren scherp gezigt, een bijna instinctmatig juist schatten van afstanden en een totaal gemis van zenuwachtige opgewondenheid. Dit is de reden, dat zij zulke goede scherpschutters kunnen zijn. In den Ivrim-oorlog was de Turksche infanterie grootendeels gewapend met oude, slechte vuursteengeweren en toch schoten zij beter dan Engelschen en Franschen. Het is zeer gemakkelijk hen tot goede artilleristen te maken. Evenals bij de meeste onbeschaafde volken is het gehoor niet minder ontwikkeld dan het gezigt. Evenals de Kozakken hebben zij een aan geboren aanleg voor den kleinen oorlog, en doen uitmuntend dienst als voorposten en patrouilles, als zij een redelijk goed officier hebben, hetgeen maar zelden het geval is. Zelfs vele stafofficieren gebruiken nooit een kaart of eenig wetenschappelijk hulpmiddel, zoodat zij ook hierdoor te kort zouden schieten tegen goede Europesche troepen, zelfs in een bergoorlog.» De stad Incisa, nabij Florence, is niet weinig in opschud ding gebragt door een huiveringwekkenden vijfvoudigen moord. Zekere Carlo Grandi namelijk, een zeer mismaakt persoon, heeft vijf kinderen om het leven gebragt, naar hij beweert, omdat ze hem hadden uitgejouwd. (Slot.) De tweede reden, waarom schrijver dezes thans nog een groot tegenstander van het anti-dienstvervanging-bond is, is deze: Menschen, die met schrijver het platteland bewonen, zijn niet zelden ooggetuigen van voedingsmiddelen, die naar garnizoensplaatsen worden opgezonden. Wat garnizoensplaatsen noodig hebben als voedingsmiddelen, het wordt in den regel besteed. Gaarne neemt schrijver aan, dat bij zulke bestedingen het gouvernement zorgen wil voor goede en gezonde voedingsmiddelen. Het zal zijne zorg zoowel over de levende als doode strijdkrachten uitstrekken. Kegelen, formulieren, voorwaarden zullen in overvloed zijn voor geschreven, opdat alles met orde en eerlijk ten uitvoer worde gebracht. De voorwaarden van besteding zullen waarschijnlijk wel even Spartaansch zijn, als de voorwaarden bij een verhuring van land van gemeente of kerk bij ons ten plattelande. Bij voorbeeld: Er heeft een besteding plaats van vleesch, dat gebruikt moet worden voor de levende stijdkrachten van het lieve vaderland. De eerste en voornaamste voorwaarde bij zulk een besteding zal wezen, dat het vleesch van goede en vooral gezonde beesten moet zijn. Maar nu heeft de leverantie plaats. Doet men dan onderzoek naar de herkomst van het beest? Ziet men goed toe en uit eigen oogen wat geleverd wordt? Och, schrijver gelooft dat men veel te veel door de vingers ziet. Want hoe staat het met die zaak? Als er bij ons op het platteland ziek vee is, of beesten, die niet willen groeien, of koeien, die zoo eenige jaren boven het twaalftal tellen, dan is bij ons het gewone zeggen„dat is goede waar voor den Helder; een beste voor den soepketel van den militair!" Ten bewijze dat schrijver niet overdrijft, wil hij twee feiten aanhalen. Een paar jaar geleden is hij van het volgende ooggetuige geweest. Een beest, dat reeds verscheidene dagen onwel was geweest, wordt het mes in de keel gezet, het wordt zoogenaamd geslacht, of beter uit gedrukt: gevild. Van dat beest was bij zijn leven niet de belasting betaald, daartoe ontbrak den slager de tijd. Het beest hing en toen werd de accijns voldaan. Een dag moest dat beest blijven hangen, omdat de ambtenaren nog komen konden. Den volgenden dag komen ze en naar hunne overtuiging is dat beest te laag aangegeven. Zij eigenen het. Nu wordt dat beest in brokken gehakt, op een wagen geladen en naar de woonplaats der ambte naren vervoerd. Op die plaats wordt met dat vleesch gevent bij de ingezetenen, aan Jan en alleman trachtten ze het te verkoopen. Maar de nering gaat niet druk. Den daaropvolgenden dag begeeft schrijver zich naar den Helder en hij maakt de reis met het door de ambtenaren genaaste vleesch. De arbeider ten plattelande wil het niet eten, welnu geen nood, het is nog goed genoeg voor de levende strijdkrachten van het vaderland. Het tweede feit is dit, nog niet zoo lang geleden: In een naburige gemeente ontstaat in een koppel vee de longziekte. Van gouvernementswege wordt dat vee onteigend en afgemaakt. Op een Zondag middag, een brandend heeten dag in de Augustus-maaud, ziet schrijver'dat van dat vleesch naar den Helder wordt vervoerd. Voor wie is dat vleesch bestemd en geschikt? Wel, voor wie anders dan voor onze levende strijd krachten. Wat de aanbesteding van het vleesch betreft, leest men in de couranten dan ook soms onmogelijke dingen. Niet lang geleden las schrijver in een onzer nieuwsbladen, dat de leverantie van het vleesch in een garnizoensplaats was aangenomen voor 56 ct. het kilo. Om voor dien prijs redelijk en gezond vleesch te leveren, verklaart schrijver een onmogelijkheid, of het moet wezen dat de aannemer het vleesch aan de burgers voor loven den gulden verkoopt en de beenen in den soepketel van den soldaat laat sloppen. Op deze wijze alleen is het mogelijk. O, als het gouvernement eens wist, wat soort van vleesch niet zelden naar garnizoensplaatsen wordt gebracht, dan gelooft schrijver zeker, dat bij elke aanbesteding, de eerste voorwaarde deze zou zijn: geen leverantie van vleesch aan militairen mag geschieden van beesten, die buiten zijn geslacht en waarvan het vleesch wordt ingevoerd. Schrijver weet wel, vele middelen zouden aangewend en vele wegen bewandeld worden om den consument toch te bedotten, maar als er betere middelen worden aangewend, dan zou het toch zoo gemakkelijk niet gaan. Bij voorbeeld: als de beesten, waarvan de militair moet eten, levend gekeurd, onder toezicht geslacht werden en dan bij het geslachte beest een wacht werd geplaatst, opdat de leverantie van geen ander beest, dan van het goedgekeurde kon geschieden; wanneer er bij de levering goed toezicht werd gehouden, dat de slager niet naar de beenen greep, als hij aan de militairen moet leveren, maar genoodzaakt was voetstoots van het geslachte beest af te nemen. Schrijver kan de verzekering geven, dat dan de aannemings-som merkelijk hooger dan 56 ct. per kilo wezen zou. Om deze twee redenen gevoelt schrijver voor het oogenblik van heden nog niet de minste sympathie voor het anti-dienstvervanging- bond, waarvan hij heden morgen in het: Vaderlandde dertigste lijst geannonceerd zag. Op het oogenblik heeft hij vrij wat meer lust om van een bond, dat een tegenovergesteld doel beoogt, lid te worden, of liever nog, om lid te worden van een vereeniging, die zich ten doel stelt: betere huisvesting en voeding voor den militair, opdat wanneer de dienstplichtige uit zijne carrière wordt gerukt, hij gelegenheid heeft zijn gekozen werk voort te zetten en de ouders niet zóó bevreesd behoeven te zijn, dat hunne zonen door ongezond voedsel gedurig in de infirmerie hun verblijf moeten houden. Ook in dit opzicht gelooft schrijver, dat met het begin een begin moet worden gemaakt. De levering van vleesch, ten behoeve van de equipages der oorlogschepen, geschiedt sedert jaren reeds op de wijze, als door den inzender wordt voorgesteld. Redactie. Van onderscheidene zijden verneem ik, dat mede-ingezetenen van plan zijn om, ter gelegenheid van het Scherpschuttersfeest op Zondag, Maandag en Dingsdag e. k., van hunne woningen de vaderlandscbe driekleur uittesteken. Dat feest toch is een echt nationaal feest en daar past wel de Nederlandsche vlag bij. Bekendheid van dit plan doet zeker navolging ontstaan, ter opluistering ook van de wèl- ingerigte festiviteiten, die ons wachten. C. De Conrad, van hier naar Batavia, vertrok den 7 dezer des namiddags 4 uren van Southampton. Opgave van af Dingsdag middag tot Donderdag middag. ONDERTROUWD: Geene. GETROUWD: P. Kroon en H. Horstman. M. Koopman en C. Smit. BEVALLEN: B. Richter, geb. Vrieslander, (D,). A. Schendelaar, geb. Nieuwenhuizen, (D.). J. Veenhuis, geb. de Jong, (D.). N. de Ruijter, geb. Rensmaag, (2 Z.). A. Gomes, geb. Schorsij, (D.). L. Kwast, geb. Bruin, (Z.). OVERLEDENM. J. A. Buhrmann, 7 maanden. G. Kemp, 3 maanden. M. de Kok, bijna 6 maanden. Van 1 tot 31 Augustus 1875. ONDERTROUWD en GETROUWD: Geene. GEBORENGrietje, dochter van C. Lont en N. Kaan. Eelkje Jacoba, dochter van W. Winsemius en B. C. Coolhaas van der Woude. Pieter, zoon van M. Glum en A. Droog. Jan, zoon van C. Omes en M. Rotgans. Antje, zoon van C. Metselaar en G. Tijssen. Pieternella Leonarda, dochter van M. Vroone en J. Koning. OVERLEDEN: Maartje Zomerdijk, 64 jaren, dochter van wijlen A. Zomerdijk en T. Schuit. Anthonius ICeijzer, 5 maanden, zoon van P. Keijzer en M. Boersen. Neeltje Gorter, 20 jaren, dochter van C. Gorter en A. Bruin. Dievertje Stadig, 5 jaren, en Jannetje Stadig, 22 jaren, kinderen van A. Stadig en N. Bakker. Elisabeth Catharina Keijzer, 5 maanden, dochter van W. Keijzer en G. Berkhout. Guurtje Klein, 9 weken, dochter van S. Klein en M. Lont. Jan Maats, 54 jaren, zoon van wijlen P. Maats en G. Asterling. Maartje Kooij, 10 maanden, dochter van J. Kooij en G. Rotgans. Jan Scharme, 83 jaren, weduwnaar van Lisabeth Kruit. Weerkundige Waarnemingen te Helder (Landskeet) Windrigting en Kracht. zoto. 2.4k. z. 4.0 zw. S.G„ Barometer mm. Stand. Afw. 762.81 757.92 759.50 f 1.87 - 3.03 - 1.45 Thermometer C. Stand. Afw. 19.9 17.1 18.2 t 2.0 t 1-2 f 0.3 -I. .qd g Toestand de zee. I 0.8L|Vlak. 0.90 weiugolv 0.98' Weersgesteldheid: 8 Sept. 12 u. Ligtbewolkt, mooi. 9 Sept. 8 u. Betrokken, mistig, winderig. 9 Sept. 12 u. Idem. Zeilklaar liggende en vertrokken Schepen Groote Vaart. Bestemming. New-York. Aankomst. 8 Sept. Vertrek. 8 Sept. Gezagvoerder. G.W.Rumball. J.E.Jahnsen. S.Christensen. Schip. Lillian.* - - Bjarke.* 8 9 Ferda.* "Liggen ter reede. Binnengekomen Koopvaardijschepen Groote Vaart. Binnenk. Schip. Gezagvoerder. Cargadoor. Herkoms'. 8 Sept. Petronella. L. Vliedorp. Duink.&Goedk. Indramajoe. 8 Paolino. G. Gazzolo. Taganrog. 8 Arcturus. J. Bent. Meijer Co. New-York. Binnengekomen Schepen bestemd hunne lading in de Buiten- of Binnenhaven te lossen. Gezagvoerder. Herkomst. Lading. Cargadoor J. Watson. Newcastle. Steenk. C. Berghuijs. Schip. LadyJocclyn. Sherburn. H. W. M. Ceylon. R. Benson. H. J. Hut. C. Olsen. BaronHolberg.N. Olsen. Lympha. J. C. Jensen. Nieuwland. Riga. Drammen. Hout. Amons Co. v. Vliet Co. 12853 en 17728 ieder f 400; No. 8800, 10364, 10483, 12573 en 13152 ieder f 200; No. 420, 1757, 3231, 3944, 4696, 5329, 5560, 6092, 9071, 9532, 12841, 17014,17527 en 18074 ieder f 100. Veertiende lijst: No. 1170 f 100,000; No. 6035, 14400 en 15794 ieder f 1000; No. 9145, 15735 en 20137 ieder f 400; No. 15278, 17120, 19257 en 20884 ieder f 200; No. 199, 2855, 3338, 10123, 10435, 14357, 15968, 16277 en 18446 ieder f 100. LATKRE! BEHIOTBST. Een der nachtbooten van Amsterdam op Lemmer is digt bij Marken in aanvaring geweest met een tjalkschip, met turf geladen, 't Schip is gezonken, doch de drie opvarenden werden gered. Te Zaandam is de aftredende wethouder de heer C. Korf herkozen. Te Beverwijk zijn tot wethouders benoemd de heeren D. Mijsberg en C. H. Moens. Te Arnhem zijn reeds ruim een honderdtwintigtal onbeheerde dieren afgemaakt. Sinds 't gebeurde tusschen kolonel Baker en mejuf- vrouw Dickinson, hoort men herhaaldelijk van aanslagen op de eerbaarheid in spoorwegrijtuigen. Dit was te ver wachten; vooreerst toch is 't een feit, dat elk geruchtmakend vergrijp tot navolging aanspoort; ten tweede ontbreekt t niet aan gewetenlooze dames, die uit een geheel fictieven aanslag op hare kuischheid klinkende munt zoeken te slaan, 't Gevolg is, dat geen fatsoenlijk man meer met een lid der zwakke sekse in één coupé alleen wil reizen. In vollen ernst wordt 't verlangen geuit, dat de spoorweg-maatschap pijen coupé's enkel voor heeren zullen afzonderen, even goed als enkel voor dames. Vroeger eischte men veiligheid voor alleenreizende vrouwen; thani eischt men die voor alleenreizende mannen óók. De vrouw (zoo klaagt men) kan zich afzonderen; maar de man is zelfs in een rook coupé niet gevrijwaard tegen 't binnen dringen eener geëmancipeerde schoone! Die klagt heeft eenigen grond. (N. Rott. Crt.) PER TELEGRAAF. 300 Lammeren f 16 a 21 6 Bokken&Geiten - IJ a 6 30 MagereVarkens - 13 a 35 8 Biggen - 7 a 9 Kippen c. 25 al 40 Eenden a Boter per kop -110 al20 Kaas per kilogram - 40 a 50 Kip-Eijeren per 100 -320 a340 Eend-Eijeren a 5 Paarden f 80al75 Ossen - 80al20 Stieren - 90al60 210 Gelde-Koeijen - 80a260 Kalf-Koeijen - 200a260 Vaarzen - 66a 90 Hokkelingen - a 6 Nucht.Kalveren- 12a 24 Vette Rammen - a 1044 Schapen - 16a 35 Getrouwd P. KROON EN H. HORSTMAN. Helder, 9 September 1875. Algemeene kennisgeving. Getrouwd: MEIJERT KOOPMAN EN CORNELIA SMIT. Helder, 9 September 1875. Heden overleed, tot mijne diepe droefheid, in den ouderdom van circa 34 jaren, mijn geliefde Echtgenoot CORNELIS DEKKER, mij nalatende drie Kinderen, te jong om hun verlies te beseffen. Stroet, gemeente St. Maarten, 8 September 1875. W. D. DEKKER, geb. HAGEN. betuigen hunnen welmeenenden dank voor de vele belang stelling in de laatste weken ondervonden. ZONDAG 12 SEPTEMBER a. s., 's morgens om 10 ure, D. V., Spreker De ondergeteekende de 8LAGTERIJ overgedaan hebbende aan haar Zoon, bedankt bij dezen beleefdelijk voor het zooveel jaren genoten vertrouwen en beveelt haar opvolger in de gunst van het geachte publiek aan. Wed. L. KROON. V IJ F D E KLASSE. Dertiende lijst: No. 9853 f 10,000: No. 11757 f 1500; No. 4066, 7042 en 10589 ieder f 100Ó; No. 1592, 12334, De ondergeteekende zich refererende aan bovenstaande, hoopt door eene prompte en civiele bediening zich hetzelfde vertrouwen waardig te maken, dat zijne Moeder zoo ruim schoots heeft genoten. Nieuwediep, 9 September 1875. P. KROON. gevraagd voor een net artikel. Adres, letters F. D., aan het Algemeen Advertentie-Bureau van N IJ G H VAN DITMAR, Rotterdam.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche en Nieuwedieper Courant | 1875 | | pagina 3