werd. Vervolgens werd opgerukt naar Pagar Ajer, waai
de moskee bezet werd.
6 Febr. werd de Atsjin-rivier verkend, waarbij 9 min
deren lïgt gewond werden. Daarna bivakkeerden de agerende
kolonnes in Longbattah en den 7 Febr. keerden zij naar
Kotta-Radja terug. De gezondheidstoestand was bij deze
troepen ongunstig.
Door de jongste operatiën zijn de XXV Moekim geheel
in ons bezit gekomen en bovendien een gedeelte van de
XXII Moekim. De posten te Beloel, Atoa, Pager Ajer
en Bajoer vormen de linie van versterkingen tegen de
XXII Moekim. De posten te Sabang, Bital, Lamteboe
en Getjil Oeleyloe zijn ingetrokken kunnen worden.
De bestuurders van de IX Moekim en eenige Moekim-
hoofden hebben stappen gedaan tot onderwerping.
Bij vermelding van bovenstaande zegt het Handelsblad:
De berigten omtrent de voortzetting van den aanvallenden
oorlog in Atsjin zijn bijzonder gunstig. Zonder groote
verliezen dringen onze troepen voorwaarts. Te betreuren
is het, dat de gezondheidstoestand weder zooveel te wenschen
overlaat en ziekten ons leger meer teisteren dan de vijandelijke
wapenen.
Tot goed begrip der jongste berigten herinneren wij dat
het eigenlijke Atsjin (Groot-Atsjin) dat den geheelen noord-
hoek van Sumatra beslaat uit drie groote afdeelingen of
Sagis (vcreenigingen van gemeenten of Moekim) bestaat:
de XXV Moekim ten westen van de Atsjin-rivier, de
XXVI Moekim ten oosten daarvan en de XXII Moekim
die zich ten zuiden van Kotta-Radja (den voormaligen
Kraton) naar het binnenland uitstrekken. Ten gevolge van
de jongste operatiën is dus de noordoosthoek van Atsjin
geheel in onze magt en is eveneens een gedeelte van do
XXII Moekim bezet. Dit laatste is wel als het belangrijkste
te beschouwentot die Moekim behoort o. a. het verblijf
van Panglima Polim, het bekende hoofd der oorlogspartij.»
Het assaut dat jaarlijks ter viering van 's Konings
verjaardag, door de adelborsten van het Kon. Instituut
voor de Marine wordt gegeven, had jl. Zaturdag plaats.
De daarvoor ingerigte eetzaal was smaakvol gedecoreerd.
Muziekuitvoeringen van het stafmuziekkorps der Marine,
kapelmeester W. L. Weckesser, wisselden de verschillende
nummers van het programma af. Groot was ook dezen
keer het aantal genoodigden, dat gebruik maakte om deze
feestviering, die met een bal eindigde, bij te wonen.
Aan boord van het wachtschip alhier is in de
afgeloopeu week plegtig uitgereikt de gouden medaille
voor 36jarige trouwe dienst, met de gratificatie van f 50,
aan den schipper K. J. Lindström.
Het jl. Zaturdag gestrande schip Giovanni, kapt.
Dritzas, van Taganrog, is verbrijzeld.
De heer dr. J. C. Zaalberg Pz. gaf gisteren avond
in Musis Sacrum zijne tweede voordragt over Darwinisme
en Godsdienst. Na in zijne eerste voordragt meer bepaald
gehandeld te hebben over de leer van Darwin, bepaalde
spreker zich ditmaal in 't bijzonder tot de vraag: is erbij
het omhelzen van deze leer, en in 't algemeen bij de vor
deringen der natuurkundige wetenschap, ook nog plaats
voor het kinderlijk geloof in God'? Spreker beantwoordde
die vraag bevestigend; hij wees daartoe in breede trekken
op de omstandigheid, dat, waar men alles zoekt te ver
klaren uit de verschijnselen en openbaringen, die er vallen
op te merken, ten laatste de noodzakelijkheid wordt
geboren van een geloof, dat in al wat bestaat, ook te
midden van zooveel onvolkomenheid en schijnbare ver
warring, bij zooveel smart en wee, bij zooveel teleurstelling
en onvoldaanheid, eene harmonie ontdekt, die een stralen
krans vormt van goddelijke grootheid en alleen door 't
bestaan van een Eeuwigen Geest een voldoende verklaring
kan vinden.
Met nog eene voordragt, over den mensch als zedelijk,
geestelijk wezen, in betrekking tot den voortgang der
natuurkundige wetenschap, zal de heer Zaalberg de behan
deling van dit onderwerp besluiten.
De Tweede Kamer is tegen 22 dezer bijeengeroepen.
Dr. J. Hooijkaas, pred. bij de Remonstr. gemeente
te Rotterdam, heeft bedankt voor de benoeming tot hoog-
lceraar in de Oostersche talen aan het Athenaeum Illustre,
te Amsterdam.
Jl. Vrijdag morgen is de boerderij van W. Clay, te
Haarlemmermeer, bewoond door de wed. Stoop, geheel
afgebrand. Alles was tegen brandschade verzekerd. Dit
is de vijfde woning die te Haarlemmermeer van de familie
Clay afgebrand is.
Het Vaderland verneemt, dat burgemeester en wet
houders te 's Hage de exploitatie van den Hollandschen
Schouwburg aldaar hebben opgedragen aan de vereeniging
«Het Nederlandsch Tooneel.»
Het aantal machinist-leerlingen te Hellevoetssluis
zal binnen eenigen tijd van 40 op 80 gebragt worden.
Met het oog op die uitbreiding heeft de minister van
Marine aan de bevoegde autoriteit gevraagd, of de lokaliteit
aan boord van het wachtschip de «Prins van Oranje» de
berging en verzorging van 80 jongelui toelaat. De hoofd
ingenieur der marine, de heer Calten, wil op 's Rijks
werf te Hellevoetsluis een steenen gebouw stichten, om dat
in te rigten voor logies en werkplaats met een leerzaal
voor de leerlingen. (Vad.)
Terwijl ds. van Spall, te Giesendatn, dezer dagen
bezig was met een 60tal jonge dochters te catechiseeren,
werd door den bouwman J. Slob, van Hoornaar, een niet
alledaagsch varken van 510 pond aan de waag aldaar
geleverd. Het buitengewoon sterke dier wist echter uit
de waag aan zijn geleiders te ontsnappen en de nabijzijnde
consistoriekamer binnen te dringen. Men verbeelde zich
den schrik en de ontsteltenis der aanwezigen, die onder
angstig gillen op stoelen en tafel een schuilplaats zochten.
De leeraar behield evenwel zijn tegenwoordigheid van
geest. Door den eigenaar en anderen geholpen, gelukte
het eindelijk, na veel moeite, dien zonderlingen cate
chisant te verwijderen. De knecht van den schipper
bekwam echter nog een beet in de hand, waarvoor hem
geneeskundige hulp moest worden verleend.
Vervolg van het verslag, voorkomende in ons vorig num
mer, der lezing van den heer H. M. Hartog van Barneveld,
gehouden voor de leden der afdeeling Utrecht van het
Genootschap voor Landbouw en Kruidkunde.
Om de gewenschte eigenschappen in het gekruiste ras
bestendig te maken, dat is, te voorkomen dat zij bij vol
gende paringen weder verloren gaan, moet men de kruising
lang genoeg voortzetten, en wel minstens tot het achtste
geslacht.
Men beweert, dat geen teruggang plaats heeft bij paring
van kruiselingen, die beiden evenveel vreemd bloed hebben.
Daaromtrent bestaat echter nog geen zekerheid.
Van het mannelijke dier gaat in den regel op de jongen
overde voorhand en de geheele gedaantevan het vrou
welijke: het achtergedeelte en de grootte. Om groot
rundvee te bekomen, moet men dus meer op de grootte van
de koe dan van den stier letten.
Ook op de voeding van het jong, kalf of veulen, moet
men acht geven; het is verkeerde zuinigheid in den beginne
er op uit te zijn met weinig voer toe te komen. Spr. is
het eens met de stelling der Engelschen: om een goed
veulen te bekomen, heeft men noodig: een goeden vader,
eene goede moeder ende haverkist. De haver, die
men aan het veulen, de zoete melk, die men aan \iet kalf
geeft, bekomt men rijkelijk terug in de grooter waarde
van paard of koe.
Van vader en moeder gaan over: de gemoedsstemming,
de melkrijkheid en de kleur van het haar. Op het laatste
wordt, volgens sprekers, meening over het algemeen te veel
gelet en is eigenlijk onverschillig.
Om de melkrijkheid te ontwikkelen moet de moeder
niet alleen eene goede melkkoe zijn, maar moet ook de
vader tot een goed melkras behooren, en moet men daar
meer op toezien dan, zooals nu nog te veel geschiedt, op
het mooije uiterlijk van den stier.
De goede eigenschappen, die van de ouden op de jongen
overgaan, zijn: melkrijkheid, vruchtbaarheid en langen
levensduur. De slechte eigenschappen, die overerven, zijn
aan alle veehouders bekend.
Par-ing tusscheu bloedverwanten heeft voor en tegen.
De slechte eigenschappen eener familie ontwikkelen zich
daarbij sterk, en daarom is 't goed nu en dan vreemd
bloed er in te brengen.
Hoe de waarde van het vee door veredeling toeneemt,
blijkt uit de volgende opgaven: Onlangs werd een kalf
verkocht voor f 37000 of f 47000. Vroeger was al
f 24000 besteed voor een ueroemden stier. Een beroemde
schaapstal, die verkocht werd, bragt de volgende prijzen
op: 99 rammen van 2 a 3 jaar f 38841, of door elkaar
f 392, een bragt er f 1670, een ander f 3478 op; 199
ooilammeren f 28,000 of f 150 voor ieder en één koppel
van 5 werd verkocht voor f 450 per stuk; 109 eenjarige
rammen bragten op 34,000 of f 316 per stuk; de duurste
daarvan was f 1068. De 967 dieren bragten te zamen op
f 188,388.
Dit ligt voor een deel aan liefhebberij, maar grootendeels
aan bekendheid met de afkomst, waartoe in Engeland,
Frankrijk, Duitschland, Bohemen (voor Hollandsch vee;,
Amerika (voor Hollandsch, daar ten onregte Holsteinsch
genoemd) vee, stamboeken worden aangehouden. Hier is
men daarmede ook begonnen. Spr. verklaarde de inrigting
er van en prees het gebruik maken er van aan. Een
goed dier, waarvan men uit dat stamboek een certificaat
van afkomst kan overleggen, heeft eene dubbele of drie
voudige waarde.
Ten slotte trad spreker nog in eenige bijzonderheden
over den melkspiegel van Guenon. De koe heeft, over
een gedeelte van het achterstel en over de uijer een plek,
waar de haren opwaarts in plaats van neerwaarts loopen
en die naar haren verschillenden vorm verschillende namen
draagt, bijv. de leervormige, hartvormige, enz. Een
herdersjongen, Guenon, nam die plek waar, en verdeelde
naar de verschillende vormen de koeijen in 8 klassen,
ieder onverdeeld in 8 soorten. Naar de klasse en de soort
van den melkspiegel beweerde hij de hoeveelheid melk,
die een koe per dag zou geven en den tijd gedurende
welken zij melk gaf, te kunnen bepalen. Dit noemde spr.
overdreven, maar toch heeft de melkspiegel eenige waarde
een goed ontwikkelde, regelmatig geteekende melkspiegel,
heeft wel geen invloed op, staat wel niet in verband tot
de melkrijkheid, maar gaat gewoonlijk zamen met over
vloedig en langdurig melkgeven. Nog hebben sommige
koeijen door den stand van het haar gevormde kleine
figuurtjes, roosjes, naast den staart; die koeijen geven veel
melk, maar staan lang droog; anderen hebben zulke roosjes
op de uijer en dat zijn goede melkkoeijen.
Met den dank, den spr. door den Voorzitter, den lieer
van Nellesteijn, gebragt, stemden voorzeker alle aanwezigen
in, die met aandacht de heldere voordragt van den heer
Hartog hadden gevolgd. (U. D.)
Men verneemt, dat van het door het voormalig
provinciaal geregtshof in Zeeland gewezen arrest, waarbij
beetwortelen tiendpligtig werden verklaard, beroep in
cassatie is ingesteld, zoodat dit vraagpunt nu voor den
Hoogen Raad zal worden behandeld.
Bij de laatste uitloting der bekende Turksche loten
is de hoogste prijs, van 6 maal honderd duizend francs te
Goes gevallen. Het aangename van dat buitenkansje werd
echter voor een goed deel getemperd door de omstandigheid,
dat de uitbetaling eerst geschiedt den 1 Julij a. s. En
op Turkije valt een half jaar vooruit weinig te rekenen!
Ten minste zoo dacht de winner, die, hoezeer een welgesteld
man, trachtte zijn lot zoo spoedig mogelijk van de hand
te zetten. Zoo gemakkelijk ging dit echter niet. Eerst
na veel moeite is hij er in geslaagd het te Parijs bij een
bankier te disconteren voor f 60.000 dus voor slechts
10 pCt. Als Turkije het nu nog maar een maand of
wat uithoudt en dan betaalt, maakt de kooper goede zaken.
(Dev. Crt.)
Door den kantonregter te Groningen zijn veroordeeld
een persoon, wegens het wegschenken van niet ontsmet
beddegocd, afkomstig van een typhuslijder, en 3 vrouwen,
die het alzoo ten geschenke ontvangen beddegoed hadden
vervoerd naar hare woningen.
De roggelanden zijn door sneeuwbedekking voor de
vorst bewaard. De plant staat alom in Drenthe, Groningen,
Friesland en Overijssel frisch en gezond te velde; op
sommige akkers is de aanwas zoover gevorderd, dat men
zich in geen jaren herinnert iets dergelijks te hebben
beleefd. Ook de vroegere voorjaarsplanten, meest tot stal-
voedering in de lente gebezigd, staan alom naar wensch,
zoodat bij "t omslaan van 't weer een gezegend voorjaar
te gemoet wordt gezien.
Jl. Zaturdag heeft eene dame, die langs de Luxem-
burgsche lijn naar Brussel kwam en langs de ceintuurbaan
hare reis naar het noorderstation voortzette, tusschen. de
stations van de rue Rogier en Josaphat het leven geschonken
aan twee kinderen, welke, onmiddelijk nadat de patiënte
naar het hospitaal St. Jan was overgebragt, aldaar nog
door een derde gevolgd werden.
De Sultan van Turkije is ziek. Een pestbuil, die
hem kwelt en jl. Vrijdag is opengegaan, belette hem naar
de moskee te gaan; jl. Zaturdag onderwierp hij zich aan
een operatie en sedert is zijn toestand eenigszins verbeterd.
Door zijne ongesteldheid wordt de openbaarmaking van
zijne Iradé betreffende de hervormingen vertraagd.
W erklieden-V ereenig-ing-,
ouder de zinspreuk„Door orde en spaarzaamheid tot welvaart."
Algemeene Vergadering, gehouden deu 12 Februarij 1876,
in Musis Sacrum.
De president, de heer L. Hartog Jr., opent deze bijeenkomst,
die zeer talrijk door de leden met hunne vrouwen wordt bijgewoond.
(De zaal is eivol). Hij wijst er op, dat de Vereeniging nu reeds
4 jaar heeft bestaan en verzekert, dat het Hoofdbestuur bij de
intrede van het 5de levensjaar der Vereeniging geen andere bedoe
ling heeft dan om voort te gaan, om onder de leuze, eenmaal tot
zinspreuk gekozen, de zedelijke en stoffelijke verheffing van den
werkman te bevorderen. Hij werpt een blik terug over het jaar
1875, herinnert aan de zorg en de vrees, die den bouw van een
eigen depot aanvankelijk veroorzaakte en verheugt zich over eene
gunstige uitkomst. Ifij betuigt dauk voor de ondervonden hulp
en ondersteuning en wekt de ieden op tot trouw aan de Vereeni
ging en aan het doel van haar streven.
Op uitnoodiging van den president brengt de secretaris, de heer
II. D. van der Laag, daarop het jaarverslag over 1875 uit.
Daarin wordt, na de vermelding van de mutatiën, die in de ver
schillende besturen hebben plaats gehad, medegedeeld, dat de door
deze Vereeniging opgerigte spaar- en voorschotkas zich in gunstigen
staat bevindt; de ontvangsten hebben bedragen f2858.73; aan lee
ningen is verstrekt f 2986.50; de inbrengst van kinderen beeft
bedragen f 116.66. Het verslag betuigt tevredenheid met de ver
kregen resultaten. De Werklieden-Vereeniging telt 4 donateurs
en 264 leden. Het ledental vermeerderde in 1875 met 41.
Verder worden in 't verslag aangestipt de belangrijkste voorvallen
in 't afgeloopen jaar, inzonderheid de opening van het nieuwe winkel
gebouw. De toestand der Vereeniging mag met regt een gunstige
worden genoemd. Opgeheven is de betrekking die er bestond
met het Algemeen Werk lieden-Verbond, waarin blijkbaar door deze
Vereeniging geen voordeel werd gezien.
Verder wordt in 't verslag melding gemaakt van het tot stand
komen eener bepaling, waarbij aan naastbestaanden van leden, ingeval
van overlijden van een lid, uit de kas der Vereeniging eene som
van f 30 zal worden uitgekeerd. Nog wordt medegedeeld, dat
het Hoofdbestuur, na kennisneming van de statuten van het
Anti-Dienstvervangings-Bond, zijne adhaesie heeft betuigd aan het
streven dier Vereeniging. Het verslag eindigt met een woord
van opwekking en aansporing en herinnert daarbij aan de spreuk
der vaderen: Eendragt maakt magt.
Vervolgens wordt gelezen het verslag omtrent de geldmiddelen
der Vereeniging, iu hoofdzaak luidende aldus: Ontvangsten (van
1 Jan. tot 31 Dec. 1875): in kas op 1 Jan f 1724.92J, aan con-
tributiën f 1135.85, bijdragen van donateurs f 31.50, huur van
huis en pakhuis f 325.85, winst op het brood f 666.68, interest
f 203.94, verkoop van winkelboekjes f 11.85, verkoop van effecten
Ned. Werk. Schuld f 10344.13, afschrijving inventaris f 25.
totaal der ontvangsten f 14469.72|. Uitgaven: aankoop inven
taris en reparatie f 411.51L drukwerk en administratie f 178.29,
kosten van vergaderingen f 80.61, reis- en rerblijfk. van afgev.
f 24.40, reparatie aan pakhuis en huizen f 91.19, assurantie en
belasting f 54.54, kosten leggen lsten steen en opening winkel
f 130.35|, toezigt op den bouw van 't depot f 250.rente en
aflossing f 720 rente en aflossing hypotheek op 't depot f 1000.
2de termijn betaling aannemingssom van 't depot f 8154.uit-
keering aan de leden f 60.diversen f 32.76£, totaal der uit
gaven f 11187.664. In kas op 1 Jan. 1876 de som van f 3282.06.
Administratie van den roinktl. Ontvangsten: op 1 Jan. 1875
in kas f 455.04, verkoop van winkelwaren f 30850.66, totaal der
ontvangsten f 31305.70. Uitgaven: aan winkelwaren f 28880.40,
aan werkloonen f 758.50, huur van den winkel f 187.25, assurantie
en belastingen f 68.75, gas f 32.25, herijk van maten engewigten
f 1.35, schoonhouden van 't depot f 88.39, afschrijven van den
inventaris f 25.aan de leden uitgekeerd f 1030.28, totaal der
uitgaven f 31072.17. In kas: in specie f 233.53, aan voorhanden
goederen f 6853.17, totaal f 7086.70. Hiervan af: bedrijfskapitaal
f 6262.98, blijft alzoo: zuivere winst f 823.72.
Verkoop van brood. Ontvangst wegens verkoop van brood in
1875: f 14235.99£. Uitgaven: aan den leverancier: f 12139.53$,
belasting f 540.70, voor bet personeel f 820.83, gedeelte in de
huishuur f 68.25, totaal der uitgaven f 13569.Sl£. Winst op den
verkoop f 666.68.
Handel in steenholen. Ontvangst wegens verkoop van steen
kolen f 1750.78^. Uitgaven: aankoop van dat artikel f 1393.94|,
kosten van oplossen f 72.87, kosten van den verkoop f 41.19,
arbeidsloon f 18.40, huur van 't pakhuis f 30.belasting f 4.19,
diversen f 6.60, totaal der uitgaven f 1567.19^. Verkregen winst
f 1S3.59.
Becapitulatie der in 1875 verkrégen winsten: van den winkel
f 1386.13, van het brood f 668.68, van de steenkolen f 183.59,
totaal f 2236.40.
De penningmeester, de heer C. Wondergem, licht de geleverde
opgaven nader toe. Inzonderheid wijst hij op de toeneming der
ontvangsten (f 6000 meer dan in 1874). Hij doet uitkomen, dat
dit vermeerderd bedrag, een gevolg van de opening van den
nieuwen winkel, slechts loopt over 4 maanden. In den tijd van 3
maanden is in den winkel voor niet minder dan f 10000 aan
waren verkocht. De verkoop van brood daarentegen is achteruit
gegaan. De penningmeester houdt den leden het nadeel hiervan
voor oogen; herinnert aan de uitmuntende kwaliteit van het brood
en wijst op het voordeel voor de leden als zij zich uitsluitend van
dit artikel, zooals het door de Vereeniging geleverd wordt, bedienen.