sioen van f 4000 verleend werd, is gehandhaafd en de adressant in zijne bezwaren ongegrond verklaard. In het tijdperk van vier weken, 11 Junij tot 8 Julij 1876, zijn, blijkens ingekomen ambtsberigten, door long ziekte aangetast: in Zuidholland 57, in Utrecht 3 en in Fx*iesland 22 runderen, alzoo in het geheele Rijk 82. In het vorige tijdperk van vier weken waren 154 run deren door die ziekte aangetast. De vacantiekamer van den Hoogen Raad heeft bij een jl. Dingsdag gewezen arrest verworpen de voorziening in cassatie van G. d. B., te Anna Paulowna, die door het geregtsliof te Amsterdam tot 45 dagen celstraf is veroor deeld wegens het zonder opzet doen ontstaan van gevaar voor een spoortrein, hetgeen hij had kunnen en moeten voorzien. Dezer dagen verscheen het verslag betreffende het gesticht Meerenberg, over het jaar 1875. In Mei 1876 werden daar verpleegd 358 mannen en 416 vrouwen. Gedu rende 1875 werden van de registers afgeschreven 127 verpleegden, als: hersteld 33, verbeterd 12, niet verbeterd 8, overleden 74. In 't verslag wordt geklaagd over gebrek aan de noodige ruimte, daar het gesticht slechts plaats bevat voor 650 menschen. De Standaard bevat een staat der Zendelinggenoot schappen in Nederland, waaruit blijkt, dat de verschillende genootschappen, die zich met de heidenzending bezig hou den, te zamen 146 zendelingen in dienst hebben, waarvan in Oost-Indië 79 arbeiden, terwijl in West-Indië 67 werken. Het aantal posten bedraagt 74, met 98,985 gemeenteleden. 206 scholen zijn opgerigt, die door 13,683 leerlingen be zocht worden. Het totaal der ontvangsten bedroeg in 1875 f 283,705, dat der uitgaven f 286,062. Het gezamenlijk tekort bedroeg ongeveer f 2300 tegen ongeveer f' 28,000 ten vorigen jare. De Hollandsehe IJzeren Spoorweg-maatschappij heeft jl. Zaturdag aan hare vaste beambten cenc verhooging van dagloon van 10 cent toegekend en voorts bepaald, dat elk jaar, en wel gedurende 4 achtereenvolgende jaren, dit dag loon met 5 cent zal worden vermeerderd, tot dat het maximum van f 1.60 zal worden verkregen. De heer J. Tjasink is aangesteld als adviseur bij den Raad van Toezigt van «het Nederlandsek Tooneel.» Men schrijft ons van Texel, dd. 20 dezer: «De gedenksteen werd Dingsdag in de nieuw in aanbouw zijnde R. C. kerk te de Cocksdorp gesteld, in tegenwoor digheid van den deken van Schagen. Z.wel-eerw., alsmede de pastoor Scholte, hield daarbij eene gepaste toespraak tot de aanwezigen.» «Een jammerlijk ongeluk overkwam Dingsdag de land bouwer T. Met een wagen naar huis rijdende, geraakte een der paarden schichtig, met het noodlottig gevolg, dat de geachte man uit den wagen viel, zich ernstig bezeerde en niet zonder levensgevaar verkeert.» «De toren van het dorp Oosterend, dienende tegelijk tot baak in zee, welke verleden jaar op last van liet gouver nement eene belangrijke reparatie onderging, nadert thans hare voltooijing, althans men is met het metselwerk gereed. Tot dusverre liep deze gevaarlijke arbeid gelukkig zonder onheilen af.» Een arme wees-dienstbode van 18 a 19 jaren deed jl. Vrijdag te Texel een poging tot zelfmoord, door zich in een waterput te werpen, waaruit zij echter nog tijdig gered werd. Door de afdeeling Wieringen der Holl. Maatschappij van Landbouw, zal te Hypolitushoef op Dingsdag den 26 Sept. a. s. eene tentoonstelling worden gehouden van vee en landbouwproducten, geteeld of gehouden wordende in voornoemde afdeeling. Op Maandag den 24 dezer, des middags ten één ure, zal van wege de Vereeniging tot Ontwikkeling van den Landbouw, in Hollands Noorderkwartier, op de landerijen van den heer J. Zwaag, aan den Middenweg, te Ileerhugo- waard, eene beproeving plaats hebben van een door de heeren Boeke Huidekoper aangeboden Amerikaansche hooilader, welk werktuig het hooi, zonder opsteken, op den wagen brengt, door het achter den wagen te bevestigen. Op de Alkmaarsche kermis wordt het circus van O. Carré verwacht. Men meldt uit Enkhuizen, dd. 17 dezer: «De Vereeniging tot bevordering van getrouw school bezoek, die zich, even als de afdeeling «Volksonderwijs,» hier in veler belangstelling mag verheugen, gaf lieden een schoolfeest aan die leerlingen, welke in het laatste jaar getrouw de lessen volgden. Aan honderd twintig kinderen, die geen enkelen schooltijd verzuimden, viel eene bijzondere onderscheiding ten deel. De welwillende medewerking van het harmoniegezelschap Crescendo bragt veel toe om de feestvreugde der jeugd te vergrooten.» Aan een der politie-bureaux te Amsterdam werd jl. Zaturdag een beschonken persoon in arrest gesteld, op wien bij de gewone visitatie zijner zakken de lombard briefjes van eenige beleende jassen gevonden werden. Dit feit op zich zelf van hoe weinig beteekenis ook, was der politie nogtans de sleutel tot ontdekking van een in den vorigen nacht in een kleederen-magazijn op den Zeedijk door middel van inbraak gepleegden diefstal van lieeren- jassen en leidde achtereenvolgens tot de gevangenneming der schuldigen, vijf in getal, waaronder twee hoogst gevaar lijke boosdoenders, reeds herhaaldelijk gecondemneerd en eerst kortelings uit het tuchthuis ontslagen. Een polderjongen is, bij Amsterdam, in een sloot gevallen en verdronken een nieuwe post op de rekening van den ellendigen jenever. Jl. Dingsdag is te Leiden de 79ste jaarvergadering van het Nederlandsche Zendelinggenootschap aangevangen. Dr. J. J. Prins hield de openingsrede en kon daarin op bemoedigende verschijnselen voor de toekomst wijzen. Zoo was o. a. het tekort van 1875 gedekt. Er waren ter ver gadering 80 bestuurders en afgevaardigden van afdeelingen aanwezig. Verschillende onderwerpen werden besproken. Een daarvan was, dat in de Minahasse naast de Protestantsche zendelingen ook een Catholiek geestelijke aan het werk getogen was, hetgeen, naar men vreesde, tot moeijelijkheden zou aanleiding geven. Over deze en andere onderwerpen werd gisteren beraadslaagd. Een vrouw te Leiden, die oneenig met haar echt vriend leefde en, op 't punt van hein te scheiden, daarvan werd teruggehouden, doordien hij haar belette al 't huis raad weg te voeren, sprong jl. Woensdag met haar 4jarig kind op de Groenhazcngracht in't water. Gelukkig werden moeder en kind gered. Wat 1876 voor ?t Westland oplevert schrijft men uit 's Gravesande aan de Delftsche Crt. is met geen ander jaar te vergelijken. Menschen, die 4 jaar achtereen de Amsterdamsche aardappelmarkt met de welbekende 's Gravesandsche zandaardappelen bezochten, weten niet, ooit een dergelijk jaar, wat de hooge prijzen betreft, gehad te hebben. Ook voor Engeland komt daarbij weder vraag, zoodat de prijzen nog op nieuw stijgen. Zaturdag den 16 Sept. a. s. wordt te Rotterdam de eerste algemeene vergadering der vereeniging voor lijk verbranding gehouden. Onder de punten van behandeling komen voor: een voorstel van de afdeeling Rotterdam, om aan de vereeniging tot lijkverbranding in Gotlia eene bijdrage van 100 Mark (of, volgens voorstel van het hoofd bestuur, f 100) te schenken tot het fonds voor het oprigten van een lijkverbrandingsoven. Voorts een voorstel tot het uitloven van een prijs van f 200 voor een wetenschappelijke in algemeen bevattelijken vorm geschreven verhandeling over de beste wijze van lijkenbehandeling. Op deze ver gadering zullen ook verschillende verkiezingen voor leden van het bestuur geschieden. Het detachement infanterie, dat bij gebrek aan mariniers te Hellevoetsluis gedetacheerd was, zal onder kommando van kapt. Tomminck tegen uit. dezer naar zijn garnizoens plaats, Bergen op Zoom, terugkeercn en vervangen worden door een gedeelte mariniers onder bevel van den kapt. van Braam Houckgeest en de luits. Reeringh en Verheij. Men schrijft uit Hemmen, dd. 17 dezer: «In het bijzijn van eene talrijke schare werd heden morgen op plegtige wijze het lijk begraven van ds. Heldring. Het grootste gedeelte der plegtigheid had plaats in het kerkgebouw, waar het lijk stond vóór den predikstoel, bedekt door het zwarte rouwkleed, waarop verscheidene immcrtellenkransen door de hand der vriendschap of der dankbaarheid waren nedergelegd. In het kerkgebouw waren tegenwoordig de professoren van Oosterzee en Beets, baron van Wassenaer, ds. Segers van Leiden, vele predikanten van omliggende gemeenten en elders, benevens de verpleegden van Bethel, Talita Kumi en Steenbeek. In een schoon en roerend gedicht herdacht prof. N. Beets de verdiensten van den overledene en schetste hem als den edelen menschen- vriend en liefdevollen filantroop. Verschillende sprekers gedachten nog het goede, door den overledene gesticht, in zijn werkzaam en christelijk leven, dat grootendeels gewijd was aan het heil der menschheid Onder die sprekers behoort baron van Wassenaer, de heer Nobels, sprekende uit naam der normaalschool te Zetten, ds. Segers uit Leiden, uit naam van het zendelinggenootschap, benevens de heer Dermout, pred. te Scheveningen. Daarna werd het lijk grafwaarts gedragen onder het zingen van Psalm 73 vers 12 en 13. Rondom de geopende groeve schaarden zich de kinderen der verschillende gestichten; aldaar herdacht de schoonzoon van den overledene, wat Nederland verloor in den man, dien men thans gereed stond aan zijne laatste rustplaats toe te vertrouwen, maar tevens dat ook Duitsch- land zijn heengaan in hooge mate betreurde. Deze door wrochte rede werd in het Duitsch uitgesproken, waardoor velen de hooge en diepe beteekenis er van zeker niet naar waarde konden schatten. Onder het zingen van het sclioone gevoelvolle lied: «Er ruischt langs de wolken,» werd het stoffelijk overschot aan de aarde toevertrouwd. Nadat nog eenige kransen op het graf waren nedergelegd, bedankte de zoon van den overledene de aanwezigen voor de eer en vriendschap, hem tijdens zijn lijden en na zijn verscheiden bewezen, waarna de menigte diep geroerd huiswaarts keerde, De naam van ds. Heldring zal, vooral in de Betuwe, in gezegend aandenken blijven. Zijn laatste wensch is vervuld. Zijn lijk rust thans in het door hem zoo geliefkoosde oord; de gestichten, door hem in het leven geroepen, zijn zoo vele monumenten, opgerigt ter eere van zijn niet ver gankelijken naam. En menigeen zal gewis nog dikwijls den vlugtheuvel bezoeken, om een traan der dankbaarheid te plengen op het graf van liem, die steeds op zoo milde wijze weldeed en op uitstekende wijze de leer in beoefening bragt«Hebt God lief boven al en uw naaste als u zeiven.» Men is thans in Zeeland overal druk bezig met het vlastrekken. Er is dit jaar veel aan dit gewas gedaan. Over 't algemeen valt de opbrengst mede; sommige per ceel en zijn zelfs buitengewoon voordeelig geslaagd, andere zijn minder goed uitgevallen. Voor cle betrekking van directeur der gasfabriek te Vlissingen hebben zich reeds vierenveertig sollicitanten aan gemeld, waaronder zich een aantal officieren, zelfs twee gepensioneerde luitenant-kolonels, bevinden. Jl. Zaturdag morgen geraakte de jeugdige echtgenoote van den heer W., te Leeuwarden, door het omvallen of springen van een petroleum-kooktoestel in brand. Eer de vlammen, die haar geheele ligchaam in een oogenblik bedekten, waren gebluscht, had zij zulke erge brandwonden bekomen, dat er dadelijk vrees voor haar leven ontstond. Die vrees is gebleken gegrond te zijn geweest. Maandag nacht is de ongelukkige overleden. De deelneming in dit zoo treurig geval is te grooter, daar de heer W. pas tien maanden geleden gehuwd was. 't Is bekend, dat de landverhuizing naar de Vereen. Staten van Noord-Amerika, zoowel voor veldarbeiders als ambachtslieden, in de laatste jaren niet die resultaten heeft opgeleverd, welke men daarvan verwacht had. Meer nog dan in Europa heerscht daar in den laatsten tijd een kwijnende toestand; zoowel op 't gebied van nijverheid, als van handel en landbouw. Onderscheidene emigranten uit het uoorden des lands, hebben onlangs aan hunne familie betrekkingen geschreven, dat zij eerlang weer terugkomen'; meerendeels uit gebrek aan voldoende bestaansmiddelen. Uit Curai;ao meldt men aan de KI. Crt.: ««De toestand met Venezuela is dezelfde gebleven. Ons eiland is door den president van Venezuela, Guzinan Blanco, dood verklaard, in den letterlijken zin des woords. En dat niettegenstaande een escader van vier Nederlandsche oorlogschepen sedert Jan. in deze haven vertoeft? Waarom dat escader met zulke instructiën hierheen gezonden? Weet men dan niet in Holland, dat zulke schijnvertoningen meer kwaad dan goed doen? Gespannen verhouding, zending van 4 oorlogschepen, die zich op eonigen afstand moeten houden. Uittartender houding, verscherping der verbodsbepalingen, alles duldt men en roept eindelijk, zonder iets gedaan te hebben, waarschijnlijk de schepen terug. De eer van onze vlag is er bij gemoeid. De schatkist, de subsidie van het moederland zal getuigen van den staat van zaken op ons eiland. Naar men zegt, worden de schepen teruggeroepen zoodra de van Galen hier is. Noch Curai^ao in het bijzonder, noch de Nederlandsche handel in 't algemeen verliezen er veel bij. Behalve op de andere Nederlandsche eilanden heeft de vlag nergens in den vreemde gewaaid, zoodat zelfs dat voordeel voor onzen handel niet geroemd kan worden. Maar zou men Cura^ao met al zijn eigenaardigheden, met al zijn bijzondere toestanden, met al zijn kléine en groote vreemdsoortigheden wel kennen? Weet men in Holland wel dat hier wetten bestaan, die zeggen dat Nederlandsche onderdanen borg moeten blijven, dat oorlog- behoeften, die in een schip geladen zijn dat toevallig de haven van Cura^ao aandoet, doch die oorlogsbehoeften bijvoorbeeld in Engeland geladen heeft, voor Venezuela of Nieuw-Grenada of elke andere plaats der wereld niet geleverd worden op plaatsen die met hun gouvernement in opstand zijn? Weet men wel in Holland, wie de voorzitter der school commissie op Cura^-ao is? Zou de grootste Ultramontaan bij u in Europa hierover niet ongeloovig het hoofd schudden, en met mij zeggen: Een bisschop moet geen hoofd zijn van het toezigt op ouderwijs! Weet men wel in Holland, dat bij de bevolking wel een kerkelijk, maar bijna geen burgerlijk huwelijk bekend is; dat het bestuur dit toelaat en de burgerlijke stand geheel in handen van priesters overgelaten wordt? Zij zouden u toch kunnen zeggen, dat de rigtige gang van zaken wel degelijk mogelijkjzou zijn, indien men zulks met kracht wilde. En nog zooveel meer. Alle openbare gestichten te regt of ten onregte zijn in handen der R. C. priesters, zoo zelfs, dat de toegang van Protestantsche geestelijken geweigerd wordt. Laauwheid aan den kant der Hervormden, leven en opge wektheid bij de Catholieken. De toekomst van Cura^ao is duister. Wie zegt ons waar het heen moet, zoowel op het een als op het andere gebied? Want steeds ziet men zaken gebeuren, die den toestand nog moeijelijker maken. Waarom is de benoeming der officieren van het vrijkorps weer geheel in tegenstelling met de wenschen van dat korps? En nog zoovele vragen, doch wie zal het antwoord geven?» De briefschrijver heeft van zijn standpunt gelijk als hij zich beklaagt over den ondergang van Cura^ao, indien de tegenwoordige toestand voortduurt. Maar de vraag is nog niet beantwoord: wie heeft gelijk, en wie is in zijn regt? 't Kan zijn dat het spreekwoord: «eigen schuld kwelt den mensch het meest» hier van toepassing is.» Men schrijft aan hetHbl., omtrent de Zuid-Afrikaan- sche republiek: «De aanleg van den spoorweg wordt voortgezet; de leening daarvoor is in den volksraad bij acclamatie goed gekeurd. De groote oppositie, waarvan sprake was, is in rook verdwenen. De met Nederland, Portugal en België gesloten tractaten zijn bekrachtigd. Van een confederatie onder de Britsche vlag wil men niets weten. De volksraad is ferm en steunt den president krachtig. Onder de Hollanders, die naar de republiek zijn gegaan, bevinden zich flinke jongelieden, en deze zijn bijna allen geplaatst. Van dezulken, wier gedrag aanleiding geeft tot gegronde aanmerkingen, hoopt men voortdurend verschoond te blijven er bestaan voor hen geen gunstige vooruitzigten. De antipathie tegen de Hollanders begint reeds te ver dwijnen, nu men eenige degelijke en beschaafde exemplaren heeft leeren kennen. Een kapper en haarsnijder, die lust heeft zich te Pretoria te vestigen, zal daar goede zaken kunnen maken.» Dr. von Bülow, een der grootste thans levende pianisten, is zeer gevaarlijk ziek. Hij bevindt zich thans in een Duitsche badplaats. De laatste tijdingen waren zeer ongunstig. In de Weener bladen circuleert thans de volgende anecdote: Het stuk speelt op een telegraaf-bureau te Weenen. Een telegrafist, die juist op zijn horloge gezien heeft, steekt het met blijkbare misnoegdheid in den zak, terwijl hij uitroept: «nu kan ik waarachtig alweer niet gaan wandelen.» ,/Waarom niet?» vraagt zijn collega. «Wel, ik moet nog wachten op de telegrammen van Belgrado, en die komen gewoonlijk eerst tusschen 11 en 12.u De ander denkt eenige oogenblikken na, en vraagt dan snel: «Heb je de dépêches van Constantinopel al?» «Ja.» «Schrijf dan voor Belgrado precies het tegen deel, en ga maar rustig naar den Prater!» Volgens een berigt uit China heeft de regtbank te Shanghae in een vonnis bepaald, dat een Chineesche be diende in dienst bij een vreemdeling, het regt heeft, zijn meester bij eiken inkoop tot een bedrag van 51 percent, «te doen bloeden.» Slapeloosheid, een hoogst onaangename kwaal, wie lijdt er soms niet aan? Men gebruikt thans'veel choraal er tegen, wat in vele opzigten hoogst gevaarlijk is, of morphine, dat echter meermalen onaangenaam doet ont waken. Wij achten het daarom van belang, onzen lezers mede te deelen het middel, door Cassels Fam. Magazine aanbevolen. Hij raadt daartoe aan het eten van twee of drie kleine uijen. Spaansche uijen gestoofd zouden dezelfde uitwerking doen. De ui bevat eene zeer verdoovende olie.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche en Nieuwedieper Courant | 1876 | | pagina 2