Buitenland. zag er gezond en sterk uit en was fatsoenlijk gekleed. Het jonge mensch was goed gewapend, want men vond in zijne zakken een revolver met 50 scherpe patronen. De minister van landbouw in Pruissen, dr. Fiedenthal wordt dezer dagen hier te lande verwacht, om in persoon den toestand van den landbouw en vooral die der groote droogmakingen in de Haarlemmermeer, het IJ en de Zuiderzee te leeren kennen. Volgens de Leidsche Crt. waren jl. Woensdag te Leiden 2 paarden en 1 veulen aan de lijn. Genoemd blad acht het noodig er bij te voegen dat «de handel slap was.» Jl. Donderdag namiddag is van de werf der Nederl. Stoombootmaatschappij te Feijenoord te water gelaten de rammonitor Luipaard, bestemd voor binnenlandsche ver dediging. Uit Zwolle schrijft men aan het U. D. «Was de aanhoudende droogte onlangs oorzaak, dat meest alles wegkwijnde en stierf, thans is de invloed van den aanhoudenden regen op de akkers en grasvelden duidelijk zigtbaar. Het vee verlustigt zich in volop gras; de nagras- velden beloven veel en mogt er droogte komen, dan kan er veel toemaat gewonnen worden. Met het koren ziet het er treurig uit, daar op vele plaatsen het zaad in de aren begint te schieten. De boekweit ligt op vele plaatsen te rotten op het land. De aardappelen, die tot dusverre puik van soort en aard zijn, moeten gaan bederven, zoodat men reeds hier en daar van ziekte spreekt. De suikerbieten beloven een zeer goed beschot en zijn na den regen ont zettend in gewin toegenomen. De boomvruchten beloven veel en hebben gelegenheid den vollen wasdom te ver krijgen, daar zij door weinig zware winden worden geplaagd. Warmte en droogte worden zeer begeerd.» Door den heer B., te Utrecht, is jl. Donderdag aan een Franschen handelaar een 4jarige vosbles verkocht voor de som van f 2100. Aan de opleidingsschool van predikanten te Doetin- cliem (met inbegrip van de kost- en Latijnsche school) zijn thans 113 jongelui. De kosten bedragen ruim f52,000 per jaar. De inrigting bestaat uit vrijwillige bijdragen. Te Deventer zijn de prijzen van het jonge vee thans zeer laag. De veehouders beginnen zich reeds van het overtollige vee te ontdoen, vet vee is echter weinig voor handen en zeer hoog in prijs. Het nagras en knollengroen groeit weinig. Het steeds heerschende gure en natte weder belemmert den groei zeer. De boter blijft dientengevolge zeer hoog in prijs. Naauwelijks is de jagt in Overijssel geopend, of de verzending van hazen, patrijzen, konijnen, enz. per spoor naar Holland en 't buitenland is reeds aangevangen. De prijzen van het wild zijn algemeen hoog; voor hazen besteedt men reeds dadelijk f 1.70 a f 1.80 per stuk; patrijzen gelden f 0.80; konijnen f 0.70 a f 0.90. Heden begint de jagt in Drenthe; over 't geheel moet de voorraad hazen op de Drentsche heiden niet buitengewoon groot zijn. Te Kampen is op een kindervisite, waar bij ongeluk tegen de tafel gestooten werd, de petroleumlamp omgevallen, tengevolge waarvan een paar nog jeugdige meisjes erge brandwonden hebben bekomen. Er worden te Harlingen pogingen aangewend om eene stoombootdienst voor goederenvervoer tusschen Leeuwarden, Harlingen, Nieuwediep en Zaanstreek vice versa in het leven te roepen. De zetel der reederij zou te Harlingen gevestigd worden en de verantwoordelijke boekhouder de heer J. E. Kroes zijn. Uit Curai^ao wordt dd. 19 Aug. jl. gemeld: «In den loop dezer week zijn eenige vaartuigen alhier uit Puerto Cabello en Laguayara aangekomen, medebren gende verscheidene passagiers. Geene hinderpalen werden het vertrek dier schepen en passagiers in den weg gelegd, als sedert geruimen tijd het geval was. Het afgeven, namens de regering van Venezuela, van den schoener Midas aan den Nederlandschen consul op St. Thomas heeft hier veel genoegen gedaan. Men herinnert zich toch, dat de teruggave van gemeld vaartuig een der punten van het geschil tusschen Nederland en Venezuela was. Men hoopt dan ook, dat de geheele kwestie spoedig tot eene regeling zal komen ten genoege van beide partijen.» Blijkens het koloniaal verslag over de Oost-Indische bezittingen, bedroeg de bevolking van Java en Madura op uit. Dec. 1874: Europeanen 27,571, Chinezen 191,821, Arabieren en andere vreemde Oosterlingen 23,481, Inlan- landers 17,882,396, totaal 18,125,269. Het leger is niet in dit cijfer begrepen. De bevolking der Europeanen is in het jaar 1874 vermeerderd met 562, de gezamenlijke bevolking met 339,151 inwoners. De meeste Europeanen bevinden zich in de residentie Batavia (5807), Soerabaija (5559), Samarang (3363), Soerakarta (2001), Djocjokarta (1233), Passaroean (1133). In de buiten-bezittingen gezamenlijk telde men op uit. Dec. 1874: Europeanen 34,215, Chinezen 305,897, Ara bieren 4330, andere vreemde Oosterlingen 4790, inlanders niet met genoegzame juistheid bekend; de bevolking der buitenbezittingen op tusschen 4 a 5 millioen stellende, zou die van geheel Nederl.-Indië op 22 a 23 millioen kunnen worden gerekend. Daarvan komen millioen voor Borneo en lf millioen voor Sumatra; de meeste cijfers voor de andere eilanden dan Java en Madura zijn slechts bij raming of gissing op te geven. Dit jaar wordt de irapressario Ullmann wederom hier in 't land verwacht. Onder de artisten die hem vergezellen behoort Christina Nillson. In het Journal de 1'agriculture is medegedeeld, dat eenige hoveniers onlangs het gebruik van zwavelbloem hebben ingevoerd om fraaije vruchten te verkrijgen. Volgens een door Bassepot genomen proef op perenboomen te St. Germain, moet men jonge vruchten, zoodra zij zich gezet hebben, met zwavelbloem bestrooijen. Men verkrijgt dan, volgens genoemd Journal, prachtige vruchten van boomen, die anders niet dan slechte vruchten opleverden. De proef is gemakkelijk te nemen, merkt de Landb. Crt., dit mededeelende, op. lUadere bijzonderheden omtrent de ongeregeld heden te Amsterdam. Nadere berigten omtrent den toestand op Woensdag jl. luiden als volgt: 's Avonds is het veel rustiger geweest dan de vorige avonden. De tweede proclamatie van den burgemeester was niet zonder uitwerking gebleven en het aantal van hen, die hunne nieuwsgierigheid bedwongen en zich niet noodeloos op straat begaven, was veel grooter. De erva ring, door sommige niets kwaads bedoelende, maar onvoor- zigtige lieden, Dingsdag avond hier en daar opgedaan, zal daartoe ook wel medegewerkt hebben. Van toekijkers in de koffij huizen in de Kal verstraat en op den Dam was nu, later in den avond althans, geen sprake. Vóór 11 ure waren de koffijhuizen gesloten. De voorzorgsmaatregelen waren goed genomen. De schutterij was ten 4t ure reeds op de loopplaatsen besteld en ging op politie—posten wacht houden. Zoodra het donker begon te worden, doorkruisten patrouilles infanterie en kavallerie de stad. De spiegelruiten van vele winkels en particuliere huizen waren thans meerendeels met planken beschut, maar zouden nu tamelijk veilig geweest zijn. Zingende, met steenen of stokken gewapende troepen van eenigen omvang lieten zich niet zien. Een troep, die van den kant van de Noorder- markt kwam opdagen, verstrooide zich spoedig. Hier en daar moesten de patrouilles groepjes, die anders ligtelijk aangegroeid zouden zijn, uiteendrijven. Alleen bij het Koningsplein was tusschen 9 en 10 ure een charge van kavallerie en infanterie noodig om een tamelijk groote schare, die daar zamensclioolde, en waaronder lieden sche nen te zijn, die niet de beste bedoelingen hadden, te doen uiteengaan. Van kruid en lood werd echter evenmin gebruik gemaakt als op de vorige avonden. Eén man werd gewond en ettelijken in hechtenis genomen. Aan de bewo ners van het Koningsplein werd verzocht, de open ramen toe te doen en van hunne nieuwsgierigheid verder geene blijken te geven. Vóór 12 ure was het reeds rustig ge worden. Er zijn in het geheel 18 personen in hechtenis genomen, de meesten waren beschonken. De bij de charge op het Koningsplein gewonde is in het gasthuis verbonden en heeft het reeds weder verlaten. De man, die Dingsdag avond door een bajonetsteek zwaar is gekwetst, is nog niet overleden. Ander nieuws van beteckenis omtrent de ongeregeldheden valt gelukkig niet te melden. De nacht ging verder rustig voorbij. Van andere zijde wordt gemeld, dat in de omgeving van het Koningsplein, waar de kavallerie een charge moest doen, een toeschouwer, goudsmid van beroep, een sabelhouw over het hoofd bekwam. In een der dwarsstegen bij ge meld plein, op het Singel uitkomende, is, volgens rapport van een luitenant der kavallerie, uit een huis op hem een schot gelost, toen hij achter zijne patrouille door de straat reed. Het schot miste echter. Ongelukkiglijk wist hij niet zeker, uit welk huis. Er zijn in het geheel ruim 100 arrestanten. Onder de verwonden behoort een wachtmeester met eene wonde aan het hoofd door een steenworp, en een huzaar. Op het Koningsplein waren de winkels reetls ten 8 ure van hunne sluitingen voorzien; de ramen van «de Groene Lamp» op den hoek (een winkel van breekbare waar) waren geheel digtgespijkerd, een maatregel die door ver scheidene winkeliers is genomen. Zoowel aan 't station van den Rijnspoorweg als aan dat van den Hollandschen IJzeren Spoorweg te 's Hage staan steeds treinen beschikbaar, om op de eerste aanvrage troe pen naar Amsterdam te vervoeren. Als maatregel van voorzorg vertrekt heden (Zaturdag) morgen het bataillon jagers, gebragt op een sterkte van 650 man, van 's Hage naar Amsterdam. Te Amersfoort wordt de eerste batterij van het regement rijdende artillerie marschvaardig gehouden, om op bet eerste berigt naar Amsterdam op te trekken, ten einde hulp te verleenen. In de kazerne der veld-artillerie te Utrecht is Woens dag alarm geblazen en de troepen werden er geconsigneerd. Een batterij, onder kommando van kapt. van Otterloo, stond marschvaardig om naar Amsterdam te vertrekken, hetgeen gelukkig onnoodig is geweest. Onder de grieven tegen de afschaffing van de kermis behoort, dat daardoor de belastingen zouden moeten worden opgedreven. Hoe onzinnig dat beweren is, toont het Iibl. aan uit de ontwerp-begrooting, blijkende dat de kermis, door marktgelden, slechts f 5100 aan de gemeente opbragt. Iemand uit Utrecht heeft eene merkwaardige pleizierreis naar Amsterdam gemaakt. Hij vertrok Dingsdag avond uit Utrecht, was bij de beweging op den Dam in de hoofdstad, werd gesommeerd naar huis te gaan, weigerde, werd toen gearresteerd en den volgenden morgen ontslagen, waarop hij weer naar Utrecht mogt gaan. Donderdag nacht was het tot half elf in de stad zoo rustig, dat men zich reeds vleide, dat de wanordelijkheden een einde hadden genomen en de orde voor goed hersteld was. De hoofdstraten, die Woensdags avond door het vroegtijdig sluiten der winkels een somber aanzien hadden, waren Donderdag avond als gewoonlijk verlicht en er heerschte dezelfde drukte als gewoonlijk. Een gedeelte der schutterij was als vorige avonden bij de politieposten gedetacheerd en door de infanterie werden patrouilles gemaakt, maar de kavallerie was in de kazerne gebleven; doch gereed om op het eerste sein aan te rukken. En dat sein zou weldra worden gegeven. Tegen elf ure toch was weder eene vrij groote schare op het Koningsplein bijeengekomen. De infanterie beproefde eenige malen te vergeefs haar uit elkander te doen gaan en ten 11 ure kwam de kavallerie aanrijden. De bevelvoerende officier vermaande het volk ernstig zich te verwijderen. Toen de aanmaning niet baatte, waarschuwde hij dat hij zou vuren. Ook die waarschuwing werd echter in den wind geslagen en daarenboven werden nog oproerige kreten vernomen. Daarop klonk het bevel «vuur!» waaraan onmiddellijk werd gevolg gegeven. De menigte stoof nu uiteen, als kaf voor den wind; niemand was gelukkig getroffen, men was ook nu nog sparend te werk gegaan en had waarschijnlijk met opzet hoog aan gehouden. Dan wederom keerden de belhamels terug, en toen ging de kavallerie er, in vereeniging met de infanterie, met blanke sabal en geveld geweer op los. Onderscheidene personen werden gewond, van wie drie naar het gasthuis werden overgebragt, en aldaar bleven. Een hunner moet gevaarlijke wonden hebben gekregen. De wijze, waarop deze man gewond werd, is treurig. Het was namelijk een rustig burger, die met zijne vrouw hunne dochter een eind wegs zouden vergezellen, daar zij alleen was en men voor gevaar vreesde. Deze man, die uit de Leidsche- dwarsstraat kwam, werd in de Leidschestraat bij de Keizers gracht, waar ook eenige zamenscholingen door de kavallerie uiteen werden gedreven, met een sabelhouw in den nek gevaarlijk gekwetst en moest naar het gasthuis worden vervoerd, waar hij ter verpleging is verbleven. In de Willemstraat waren inmiddels ook ongeregeldheden, van minder ernstigen aard evenwel, ontstaan, waarvan door een brandschel aan het centraal bureau kennis werd ge geven. De brandwachten en de politic waren daar spoedig tegenwoordig en werden onmiddellijk door infanterie ver sterkt, zoodat de zamengestroomde menigte spoedig uit elkander was gedreven. In het geheel werden 15 personen gearresteerd, onder wie een liedjeszanger op de Nieuwmarkt, die zich aldaar eenige malen vertoonde en, zelfs op last van de politie, zijn zanglust niet kon bedwingen. Ten 1 ure was de rust hersteld en ten 6 ure rukten de aan de politie-posten gedetacheerde schutters in. De man, die bij de charge, Dingsdag avond op het Koningsplein, door een bajonetsteek is getroffen en naar het Gasthuis vervoerd, is gisteren nacht aan de gevolgen overleden. (Amst. Crt.) De ministers van Marine en Binnenl. Zaken hebben Donderdag een bezoek aan Amsterdam gebragt en eene conferentie ten raadhuize gehad. De burgemeester heeft de volgende proclamatie uitge vaardigd Proclamatie. De Burgemeester van Amsterdam; Overwegende, dat in den omtrek van het Koningsplein reeds eenige avonden na elkander volksoploopen hebben plaats gehad; Overwegende, dat het open zijn der tapperijen in dien omtrek de behoorlijke uitvoering der genomen maatregelen van politie belemmert; Gezien art. 186 der gemeentewet; Beveelt, dat te beginnen met lieden alle tapperijen, gelegen in den kring begrensd door de Kalverstraat hoek Rozenboomsteeg,de Muntsluis, Vijzelstraat, Heerengracht N.Z. tot aan de Heisteeg, de Heisteeg, Spui en Rozenboomsteeg, des avonds ten 8 ure moeten gesloten zijn en niet vóór 8 ure des morgens mogen worden geopend. Amsterdam, De Burgemeester voornoemd, 15 Sept. 1876. den Tex. Het volgende stuk is hier en daar aangeplakt: Vereeniging tot Heil des Volks. Een woord aan de Ouders en Kinderen van de Bewaarscholen. Het bestuur is diep verontwaardigd en nog meer bedroefd over de wanordelijkheden, die in onze stad gebeurd zijn. Ouderswij zijn nu reeds meer dan twintig jaren werk zaam onder u, gesteund door duizenden van welwillende burgers dezer stad. Wij kunnen en willen niet gelooven, dat gij aan deze losbandigheden hebt deelgenomen; wij vertrouwen veeleer, dat gij uw invloed zooveel mogelijk zult uitoefenen om rust en vrede in onze stad te doen wederkeeren. Laat aan u gezien worden, dat niet zonder vrucht onder u en uwe kinderen is gearbeid en dat gij er prijs op stelt goede en vreedzame burgers van Amsterdam te mogen heeten. September 1876. Het Bestuur.» Benoemingen, enz. Tot griffier bij het kantongeregt te Alkmaar is benoemd de heer mr. J. P. B. van der Mandele, thans griffier bij het kantongeregt te Hillegersberg. Met den 16 dezer worden aan boord van het artillerie-instructie schip het Loo geplaatst de luit. ter zee 2de kl. J. J. de Bruijne en de off. van adm. 3de kl. P. Gallas. De luit. ter zee 2de kl. L. P. D. op ten Noort, geplaatst in de rol van het wachtschip alhier, en gedetacheerd bij de marine- torpedodieust, wordt met den 1 Oct. a. s. op non-activiteit gesteld. De off. van gez. 1ste kl. D. Dronkers, behoorende tot de rol van het wachtschip alhier en gedetacheerd aan boord van het instructie-vaartuig Tcrnate, wordt met 1 Oct. a. s. op non-activiteit gesteld; met dien datum worden benoemd: tot off. van gez. 2de kl. de heer H. J. Weustenraed, artstot student voor de militaire geneeskundige dienst de jongeling L. A. H. Janse. Oost-Indië. Benoemd tot inspecteur van de stoomvaartdienst bij het departement der Marine de op zijn verzoek met den rang van kapt.-luit. eervol uit de zeedienst ontslagen luit. ter zee lste kl, W. M. Visser. Bij kon. besl. van 13 dezer is opgeheven het ontvangkantoor der dir. bel. en acc. te Avenhorn c. a., en zijn de gemeenten Avenhorn, Berkhout, Beets en Oudendijk, toegevoegd aan het ontvangkantoor der dir. bel., in- en uitg. regten en acc. te Hoorn, onder voort durend beheer van den tegenwoordigen titularis den heer E. M. van Mattemburgh. Engeland. Jl. Zaturdag had de Deensche kapitein Ahlström in Alexandra-palace te Londen een houten huis of loods gebouwd, vulde dat met brandbare stoffen, bestreek het met olie en petroleum en, toen het geheel in brand gesto ken was en één ontzettende vuurmassa voorstelde, trok hij een costuum aan, veel gelijkende op kapitein Boyton's

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche en Nieuwedieper Courant | 1876 | | pagina 2