Buitenland.
Het kazerne-gebouw van het instructie-bataillon te
Kampen is in zooverre voltooid, dat de met 1 Oct. a. s.
van verlof terugkeerende militairen, het kunnen betrekken.
Bij hun terugkomst vinden zij ruime chambrées en meerder
verbeteringen.
Den 3 Oct. vertrekken weder daartoe geschikte kor
poraals-titulair naar de regementen; terwijl in de hierdoor
te ontstane vacatures te voorzien een 40tal jongelingen is
aangeschreven om zich den 4 dier maand aan te melden,
ten einde als volontairs geplaatst te worden.
Een huisvader te Stadskanaal werd verblijd met de
geboorte van drielingen. Toen de laatste geboren was, had
de eerste den ouderdom bereikt van 4 dagen. Eerst na de
geboorte der laatste had hij de kinderen aangegeven aan
't bestuur: maar men had hem reeds aangeklaagd bij den
officier, dat hij de geboorte van zijn kind (het eerste) niet
binnen 2maal 24 uren had aangegeven. De officier was
echter zoo verstandig van dit zeer exceptioneele geval geen
notitie te nemen en moet, zegt men, teruggeschreven hebben
«dat men het den driewerf gezegenden vader ditmaal moge
vergeven, onder belofte van beterschap.»
De Indiër deelt de volgende episode uit het militair
leven mede: Voor omtrent een maand bevonden zich,
onder de uit Nederland te Batavia aangekomen manschap
pen, ook een Franschman en een Duitscher, die op een
goeden namiddag zamen naar de rivier gingen baden.
Zich in het water bevindende, ontwaarde de eerstgenoemde
bij den Duitscher, op diens borst, een groot lidteeken en
een ietwat kleiner aan zijn hals, beiden afkomstig van
stooten van een sabelbajonet. De Franschman vro.g aan
den Duitscher: «Waart ge ook mede bij Wörth?» «Ja,»
antwoordde deze. «Ook bij de bestorming op de landhoeve
Torsing?» «Ook daar.» «Herkent gij mij niet meer, kame
raad?» vervolgde de Franschman. «Hebt gij niet een stoot
met mijn sabelbajonet ontvangen en sloegt gij mij niet
met uw geweer op mijn hoofd, dat ik bewusteloos neder-
viel, zoo als gij. Tot bewustzijn teruggekeerd zijnde, vondt
gij mij bezig om uwe wonden te verbinden.» «Waart gij
dit?» vroeg de verbaasde Duitscher. «Ik was die persoon
en gij reiktet mij met de eene hand uwe veldflesch, roe
pende: drink, kameraad! gij zijt ook zwaar gewond, laat
ons zamen naar het hospitaal gaan. Is het waar of niet?»
De Duitscher, groote oogen opzettende, riep met zekere
vreugdevolle verbazing uit: «Ja, nu herken ik u, mijn
helper. Kameraad! wij hebben toen beiden als menschen
en soldaten onzen pligt gedaan, laat ons nu, onder één
vaandel strijdende, vrienden zijn.» «Het zij zoo,» sprak
de Franschman, en met vochtige oogen reikten de beide
gebaarde mannen elkander de hand en gingen, het verleden
herdenkende, terug naar de compagnie. Eenige dagen
daarna vertrokken beiden naar Atsjin.
Men heeft in de Moord in het Bosch van Bondy een
hond, in de Reis om de Wereld in 80 dagen een olifant,
in de Reis naar de Maan een drommedaris, in les Prés
Saint Gervais een ezel ten tooneele gebragt. Om aan den
heerschenden smaak, of de eischen des tijds, te voldoen,
zal eerlang bij eene reprise van la Belle Hélène een wagentje
met twee poneys bespannen ten tooneele verschijnen, door
Mm Judic gereden.
Artisten kunnen vaak in vreemde omstandigheden
geraken. Wie had b. v. ooit achter Adeline Patti gezocht,
dat zij petemoei was van de reddingsboot te Dieppe? Toch
is het zoo, en Lebey, van Parijs, is peetoom. Onlangs nog
schonk zij eene belangrijke ondersteuning aan haar pete
kind van het geld, dat zij op concerten verdiend had.
Zoo trekken die kunstenaars menigmaal de landen door,
rijke oogsten inzamelende, maar ook zaad strooijende, dat
rijke vruchten voortbrengt. Aan zulk eene menschlievende
opwelling van Jenny Lind heeft o. a. 's Iiage zijne
Maatschappij «de Toekomst» te danken. (N. v. d. D.)
De Keizer van Rusland heeft een salaris van 125,000 fr.
per dag; de Sultan van Turkije ontvangt 90,000 fr. per dag;
de Keizer van Oostenrijk 50,000 fr.de Keizer van Duitsch-
land 41,000 fr.de Koning van Italië 32,200 fr.de
Koningin van Engeland 31,500 fr. en de Koning der
Belgen 8125 fr.
Hoe actief men in het buitenland is, blijkt o. a.
daaruit, dat het huis «Au Printemps» te Parijs 30,000 prijs
lijsten in Nederland verspreidde.
Bij de redevoering, door den Koning van Spanje bij
de opening van de zitting der geregtshoven te Madrid
gehouden, moet een der toehoorders geroepen hebben:
«'t Wordt tijd, dat al die mooije phrasen vervuld worden.»
Te midden van de hierdoor ontstane agitatie verdween de
waarheidspreker.
De Koning van Dahomey, van de Westkust van
Afrika, had zooveel gehoord van het groote genot, 't welk
de Europesche muziekkorpsen schenken, dat hij besloot zich
ook eens zoo iets aan te schaffen. Hij droeg aan een
koopman te St. Louis op, muziek-instrumenten aan te koopen,
en deze bestelde ze weer bij een bekend fabrikant te Parijs.
Eenigen tijd later komen de instrumenten te Dahomey
aan. De Koning liet zijn gansche hof in pontificaal bijeen
komen en verdeelde de instrumenten onder zijne rijksgrooten
de een kreeg een trombone, de ander een piston, een derde
een trompet enz. Op een gegeven teeken begonnen allen
tegelijk te blazen.
Men stelle zich voor welk een helsche muziek het was!
Z. M. was dan ook alles behalve voldaan en klaagde er
over bij den koopman. Deze schreef aan den frabrikant,
maar kreeg ten antwoord dat de instrumenten werkelijk
goed waren.
De koopman wist niet wat hij van de zaak moest denken,
maar eindelijk ging hem een licht op. Hij schreef aan
den Koning: «Hebt gij wel muzikanten?»
Yol woede gaf de Negervorst hem ten antwoord. «Dat
is ook een vraagZou ik dan uwe hulp ingeroepen hebben
Dus uwe instrumenten spelen niet van zelf?»
Ter vervanging van het Perzische insectenpoeder
wordt de wilde rozemarijn (sedum palustre) aanbevolen.
De plant doodt zoowel in verschen als gedroogden toestand
allerlei lastige insecten. Een tinctuur, uit die plant bereid,
doet de pijn en het jeuken, door insectensteken veroor
zaakt, terstond bedaren. De tinctuur, met glycerine ver
mengd en op de huid ingewreven, verdrijft de zoo lastige
muggen.
Berig-ten uit Atsjin.
Blijkens een bij het departement van Koloniën ontvangen
telegram van den gouv.-generaal van Nederl.-Indië, heeft
de generaal-majoor Wiggers van Kerchem den 17 dezer
het navolgende uit Atsjin berigt:
Den 11 dezer werden de versterkingen van Tonga en
Lamnjong voltooid. Bij de opneming en verkenning van
het terrein sneuvelde 1 mindere en werden de 2de luit.
de Neve en 8 mindere militairen gewond.
Den 12 dezer werd opgerukt naar Lamara. De vijand
werd uit zijne linie van versterkingen ten oosten der
Koerong—Tjoet verdreven; gevoelige verliezen werden hem
toegebragt; 13 stukken geschut (waaronder één van 30 en
twee van 12 pond) werden door onze troepen vernageld.
Door de lagune ten oosten van Lamara werd Passar
Koeroeng-Tjoet, aan het uiteinde van den weg van Njablang,
bereikt, alwaar het bivak opgeslagen en de gemeenschap
over de Koeroeng-Tjoet tot stand gebragt werd. Aan onze
zijde sneuvelden dien dag 2 mindere militairen en werden
17 gewond.
De gezondheidstoestand der agerende troepen was goed,
hun geest uitmuntend. Er viel zeer veel regen.
STATEN-GENERAAL.
Tweede Kamer.
Zitting van Dingsdag 26 September. Bij de voortgezette dis
cussie over het adres van antwoord, is de paragraaf bctreflfendc';het
onderwijs onveranderd aangenomen, na verwerping van het amen
dement van den heer des Amorie van der Hoeven, met 57 tegen
15 stemmen, strekkende om geen ongepasten aandrang op de regering
uit te oefenen tot indiening der wet op het lager onderwijs. Ver
schillende leden bestreden de bedoeling door den heer van der
Hoeven aan de paragraaf gegeven. Bij de paragraaf betreffende de
koloniën heeft de heer Fransen van de Putte de regering geadviseerd
niet agressief in Atsjiu voort te gaan, maar zich te bepalen tot
vestiging overeenkomstig de oorspronkelijke instructiën. De minister
van Koloniën betwijfelde dc uitvoerbaarheid van dit advies, dat
door den heer Begram en vooral door den heer Cascmbroot bestreden
werd. Bij de paragraaf over West-Indië gaf de minister van
Buitenl. Zaken omtrent Venezuela mededcelingen, waaruit bleek dat
het blijken van toenadering geeft en dat nog alleen de vormelijke
herstelling der diplomatieke betrekkingen ontbreekt. Het adres is
in zijn geheel aangenomen met 65 tegen 4 stemmen.
Op de thans ingediende staatsbegrooting voor 1877 is eene bijdrage
van f 30,000 uitgetrokken voor de internationale tentoonstelling, in
het volgend jaar te Amsterdam te houden, en een voorloopige
bijdrage van f 25,000 voor de wereldtentoonstelling te Parijs in 1878.
Verder geschiedt er mededeeling van de instelling van een
officieel collegie voor den landbouw, gelijk er een collegie voor de
zeevisscherijen is; het zal bestaan uit leden met een bezoldigden
secretaris; de vestiging van een normaalschool voor teekenonderwijs
wordt te Amsterdam voorgesteld.
De invoering van de hooger onderwijswet is vermoedelijk in de
aanstaande Septembermaand te wachtenvoorloopig wordt een inspec
teur voor 't Hooger onderwijs met eene jaarwedde van f 3500
aangesteld.
Aan de Staatsbegrooting voor 1877 ontleenen wij het volgende
betreffende Marine. Deze begrooling is te beschouwen als een
nadere uitvoering van het programma voor het loopende jaar ont
wikkeld. Tengevolge van den vooruitgang der wetenschap op
maritiem-tcchnisch gebied, door den minister met de meeste aandacht
gevolgd, zijn er eenige wijzigingen in zijn denkbeelden gekomen
betreffende de type en het charter der schepen.
De kosten van personeel zijn f 5800 meer dan ten vorigen jare,
wegens tractements-verhooging van de ambtenaren aan de Rijks-
werven, en de plaatsing van luits. ter zee 1ste kl. op 's Rijks
werven te Amsterdam en te Hellcvoetsluis, ter assistentie in het
beheer van het artilleric-materiëel, en wegens verhooging der kosten
van het corps ingenieurs voor de Marine.
De aanbouw van een vijfden ijzeren loodsschoener en van drie
loodskotters wordt voorgesteld.
Het eindcijfer der afd. materiëel bedraagt f 7,433,500, tegen
f 7,411,150 in het vorig jaar, derhalve f 22,350 meer. De hout-
voorraad zal worden aangevuldinrigtingen voor spar-torpedo's
zullen op de oorlogschepen worden aangeschaft. Gelden worden
aangevraagd voor den bouw van 7/10 schroefstoomschip 1ste kl. en het
laatste gedeelte van een rammonitor 1ste kl., te verwerken op
's Rijks werf te Amsterdam; voorts van schroefstoomschip 4de
kl., rammonitor 2de kl., 3 stoomkanonneerbooten; de laatste
termijnen van twee gepantserde riviervaartuigen, -J gepantserd rivier
vaartuig en 3 torpedo-vaartuigen, door de particuliere industrie te
leveren.
De toestand der werkzaamheden op dit oogenblik in aanmerking
genomen, zullen derhalve op uit. Deo. 1877 van den in 1874 voor
genomen en in 1875 aangevangen nieuwen aanbouw in het geheel
gereed zijn1 rammonitor 1ste kl., 2 rammonitors 2de kl., waarvan
één van hetzelfde charter als de Hyena, doch met de wapening van
één 28 cM. kanon en de andere ietwat grooter met een wapening
van twee 28 cM. kanonnen; 10 stoomkanonneerbooten, waarvan 4
van het type Dog, met wapening van één 23 cM. kanon en 6 van
een grooter type met wapening van één 28 cM. kanon2| gepant
serd riviervaartuig, 6 torpedo-booten, 2 schroefstooraschepen iste kl.
en 2£ schroefstoomschip 4de kl.
In verband met de boven vermelde wijzigingen in 's ministers
denkbeelden omtrent type en charter, zullen, ter voltooijing van
's ministers plan, na 1877 nog gebouwd moeten worden: 1 ram
monitor 1ste kl., te verdeelen over 2 jaar; 2 rammonitors 2dekl..
te verdeelen over ruim 3 jaar; 4 stoomkanonneerbooten 3£ rivier
vaartuig, 8 torpedo-booten, allen te verdeelen over 2 jaar; 1 groot
gepantserd schip (waarvan de bouw voorloopig is uitgesteld); 5
schroefstoomschepen 1ste kl., te verdeelen over 7 jaar; ljf schroef
stoomschip 4de kl., te verdeelen over ruim 2 jaar.
De active zeemagt, over de verschillende diensten verdeeld,
bedraagt 43 schepen met een totale bemanning van 5804 koppen.
De werving van schepelingen leverde vrij bevredigende uitkomsten
op. In het jaar 1875 werden 698 man aangenomen en in de
eerste helft van 1876, 475 man. Van het eerste getal waren 390,
van het laatste 211 onbevaren ligtmatrozen en jongens. De werving
in West-Indie gaf boven verwachting gunstige resultaten. De rap
porten omtrent het gehalte der aldaar geworven schepelingen luiden
zeer gunstig.
Bij deze begrooting worden de sommen uitgetrokken voor een
reorganisatie van het korps officieren van administratie bij de zeemagt.
Het voornemen bestaat, de inspecteurs van administratie in 2 klassen
te verdeelen en aan de 1ste kl. den rang van kapitein ter zee toe te
kennen; voorts den rang van officier der administratie 3de kl.
(2de luit.), die bij de corpsen zeeofficieren en officieren van gezond
heid evenmin bestaat, af te schaffen en daarentegen de vroegere adjunct-
administrateurs (rang van adelborst 1ste kl.) weder in het leven te
roepen, thans echter onder de meer eigenaardige benaming van
adspirant-administrateur 1ste kl., waardoor tevens de naam van
„scheepsklerk" vervangen kan worden door dien van adspirant-
administrateur 2de kl.
Een vermindering van 10 zal in het totale aantal plaats hebben.
Benoeming-en, enz.
Met ingang van den 30 dezer is benoemd tot minister van
Oorlog de generaal-majoor H. J. R. Beijen, directeur van het
materiëel der artillerie.
De off. van gez. 1ste kl. II. L. Reeder en de off. van adm. 3de
kl. II. C. D. van dc Ven, laatst behoord hebbende tot de zeemagt
in de wateren van Cura<;ao en den 21 dezer teruggekeerd, zijn met
dien datum op non-activiteit gesteld.
Z. M. heeft bepaald: Art. 1. De postzegels van 1^ cent worden
niet herdrukt en zijn na het verbruik van den beslaanden voorraad
niet meer op de postkantoren verkrijgbaar. Art. 2. Er wordt
een nieuw model van postzegels ingevoerd van 1, 2 en 2| cent,
hoofdzakelijk strekkende ter frankering van dagbladen, gedrukte
stukken en dc monsters of stalen van koopwaren, en zulks ter ver
vanging van de bij koninklijke besluiten, dd. 3 Dec. 1868 en
11 Nov. 1870 ingevoerde zegels van dezelfde waarde. Art. 3.
De nieuwe postzegels dragen het opschrift „Nederland," benevens
de aanduiding der waarde door een cijfer ter grootte van 8 mili-
melers op een, in het midden van het zegel, aangebragt cirkelvormig
wit veld. In elk der vier hoeken van het zegel wordt de waarde
mede door een kleiner cijfer aangeduid. Elke soort der nieuwe
zegels wordt in een verschillende kleur gedrukt. Zij worden dooi
den minister van Financiën in gebruik gesteld, zoodra de voorraad
zegels van het bestaande model zal zijn verbruikt.
Frankrijk.
De vice-minister aan het departement van Binnenlandsche
Zaken, de heer Faye, heeft, onder dagteekening van den
14 dezer, aan de prefecten eene aanschrijving gerigt, waarin
zij worden uitgenoodigd om zeker nieuw kansspel volstrek-
telijk te verbieden en hen, die zich daarmede bezighouden,
te vervolgen. Bedoeld spel, onder den naam van kamer-
wedrennen» bekend, bestaat uit weddenschappen, aangegaan
op paardjes van karton, door een uurwerk binnen een
langwerpig ronden kring op een tafel voortgedreven.
Engeland,
Door de Maatschappij tot redding van drenkelingen
in Engeland werden in het vorig jaar 725 menschenlevens
en 29 schepen gered. Yerder gaf zij belooningen voor het
redden van 195 menschen door visschers. Sedert hare
oprigting zijn door haar gered 23,786 schipbreukelingen,
waarvoor zij heeft geschonken 959 gouden en zilveren
medailles en 47,170 p. st. aan geldelijke belooningen.
Ofschoon aan de 252 reddingbooten der Maatschappij
omstreeks 11,000 personen verbonden waren, heeft slechts
één man in 1875 bij het redden het leven verloren.
Deze week heeft te Londen in het Alexandra-Palace
een internationale tentoonstelling van aardappelen plaats.
Dnitschland.
Te Bremen worden deze week twee congressen
gehouden: het Congres van de Vereeniging tot herziening
en codificatie van het volkenregt, die verleden jaar te
's Hage vergaderd was (uit Nederland zijn thans de heeren
Bredius, lid der Tweede Kamer en Bachiene, lid van den
Raad van State, naar Bremen vertrokken) en het Staat
huishoudkundig Congres.
Spanje.
Het onderzoek over den moord, den 27 Dec. 1870 op
den Spaanschen generaal Prim gepleegd, is onlangs ten
einde gebragt. De acten van het proces vullen 12,000
vellen; 18 regters zijn onafgebroken bezig geweest; 120.
personen werden vervolgd, als verdacht een moord te hebben
gepleegd. Van deze werden 40 wegens gebrek aan bewijs
vrijgesproken, 44 konden niet opgespoord worden, 6 zijn
dood, 10 bevinden zich nog in de gevangenis en 2 zijn
naar het binnenland gevlugt. Ondanks de moeite, die de
Spaansche justitie in het werk heeft gesteld, is het haar
niet gelukt tegen iemand het bewijs zijner schuld te leveren.
Rusland.
Den 14 Oct. a. s. zal te Moskou de behandeling van
het proces tegen Strousberg c. s. een aanvang nemen.
Men weet, dat zij eenigen tijd geleden werd uitgesteld,
omdat de gedagvaarde Berlijnsche getuigen deels niet ver
schenen waren, deels niet in tijds hunne weigering om te
verschijnen hadden te kennen gegeven. Thans verneemt
men, dat bedoelde getuigen, de heeren Jaques, Schlesin-
ger Zoon, ook den 14 Oct. niet zullen tegenwoordig
zijn. Reeds vóór 14 dagen werd hun de dagvaarding
bekend, doch zij hebben reeds verklaard, dat zij niet naar
Moskou willen reizen, en daar de Russische regtbanken
geen regtsmiddelen bezitten om die heeren te dwingen, zal
waarschijnlijk van het hooren der Berlijnsche getuigen
afgezien worden.
Turkije.
De Keizer van Marokko staat bij den tegenwoordigen
Sultan in hooge gunst. Om daarvan een bewijs te geven,
zond hij hem acht vrouwen uit den harem van wijlen
Sultan Abdul Azis. De bezending is te Alexandrië aange
komen onder geleide van een Turk en drie slavinnen, en
zette de reis naar Teruan na kort verblijf voort. Van de
zijde van den Sultan een practisch geschenk bij een ledige
schatkist