HELDERSCHE
EN NIEUWEDIEPER COURANT.
1877. N°. 19.
Woensdag 14 Februarij.
Jaargang 35.
Algemeen Nienws- en Advertentieblad voor Hollands Noorderkwartier.
Binnenland.
„Wij huldigen
het goed e,"
Verschijnt Dingsdsg, Donderdag en Zstnrdsg namiddag.
Abonnementsprijs per kwartsal 1.80.
w r i franeo per post 1.65.
Uitgever A. A. BAKKER Cz.
Bureau: MOLENPLEIN N°. 163.
Prijs der Advertentiën: Van 14 regels 60 Cents,
elke regel meer 15 Cents.
Groote letters of vignetten worden naar plaatsruimte berekend.
Eiken Donderdag; vertrekt de mail naar
Oost-Indlë. Laatste ligting 's avonds 6 uur.
HELDEK en NIEITWEDIEP, 13 Februarij.
Het Nederlandsch eskader, den 16den Dec. jl. van hier
naar zee vertrokken, bestaande uit Zr. Ms. stoomschepen
Zilveren Kruis en Leeuwarden, heeft eenigen tijd in de
haven van Lissabon vertoefd en heeft thans de reis naar
de Kaap-Verdische eilanden voortgezet. Na met ongunstig
weder en zelfs met storm te kampen te hebben gehad,
waarbij de schepen en de bemanning zich echter flink
hielden, kwam het eskader te Lissabon zonder averij van
belang aangezondheid aan boord zeer goed.
De divisie-kommandant, kapt. ter zee W. K. van
Gennep, en de kommandant van Zr. Ms. stoomschip Leeu
warden, kapt. ter zee A. Dronkers, hadden daar de eer,
aan Z. M. den Koning van Portugal te worden voorge
steld, door den Nederlandschen minister-resident te Lissa
bon. De kommandanten stelden daarop de officieren van
beide bodems aan Z. M. voor.
De minister-resident, de heer Mazel, onthaalde ook zijner
zijds kommandanten en de officieren van het eskader op
de meest gastvrije wijze op een bezoek aan het schoone
Cintra. (D. v. 's Gr. en Zh.)
Jl. Zaturdag avond werd door de adelborsten van het
Koninklijk Instituut der Marine het jaarlijksch assaut
gegeven, ter viering van 's Konings verjaardag.
Tal van familiën, ter bijwoning uitgenoodigd, waren in
een keurig, met trophëen, groen en vlaggen versierde zaal,
getuigen van de vlugheid, waarmede de verschillende
wapenen werden gehanteerd en waarlijk men had er bij,
die meesterlijk met degen en stok werkten. Muziekuit
voeringen van het Stafmuziekkorps der Marine, onder
directie van den kapelmeester Weckesser, wisselden de
verschillende nummers af. Na afloop daarvan had een
zeer geanimeerd bal plaats.
Het was eene schitterende soiree, die zich ook nu weder
onderscheidde door de alleraardigste wijze, waarop onze
toekomstige zeeofficieren zich beijverden, om het den ge-
noodigden zoo te maken, dat deze avond hun langen tijd
in aangename herinnering zal blijven.
TWEE TEGEN EEN.
Naar het Fransch van MÉry.
In het jaar 1837 bevond ik my te Londen en bezocht ik er den
Zoölogical Garden den Zogelijk de Engelschraan zijn Londenschen
dierentuin bij verkorting noemt juist op het oogenblik dat de
directeuren een allerzonderlingst geval vertelden, waarvan zij onlangs
getuigen waren geweest.
Slechts een Engelachman kon zich aan zulk een uitspanning
vergasten.
In die dagen was de collectie wilde dieren van den Zoölogical
Garden de volledigste en fraaiste der wereld; menige lijder aan het
nationale «spleen,die de geneesheeren voor onherstelbaar verklaard
hadden, is daar van zijn kwaal verlost. Onder vele pracht-exemplaren
van verscheurende dieren blonken twee Bengaalsche tijgers uit,
vorstelijke beesten, die hier even krachtig eu gezond waren gebleven
als in de woestijn. Naar Engelschen trant werden zij gevoederd
met levende dieren, het eenige voedsel dat zulken woudbewoners
voegt. Zy moeten het vleesch in hun muilen voelen sterven.
In den Jardin des Plantes te Parijs laat de kas zulk een
gastronomische weelde niet toe. De afgevaardigde Auguis heeft er
indertijd in het belang van de arbeidende klasse herhaaldelijk tegen
geprotesteerd. Het stelsel van Aguis heeft de overhand behouden,
en de Parijsche tijgers ontvangen omstreeks vier uur een portie
biefstuk van het een of andere rund, dat reeds sedert drie dagen
dood is. De kieskeurige diereu werken hun rantsoen met lange
tanden naar binnen, om niet van honger te sterven. Er bezwijken
te Parijs dan ook een menigte tijgers.
Onder het ministerie-Martignac, in 1828, heeft men zelfs een
paar oppassers afgezet, die den biefstuk hadden achtergehouden
voor vrouw en kroost en den ongelukkigen tijgers een portie ge
schilderd bordpapier opdischten, zooals men in de opéra comique
doet. In 1830 werd dit misbruik onmogelijk gemaakt; doch het
diner ten vier ure is er niet beter door geworden.
Doch keeren wij terug tot onze tijgers in den Zoölogical Garden,
die een leventje hadden als een paar echte Lords.
Het mannetje heette Jack, het wyfje Trine. Zij beminden elkaar
ieeder en innig, als de beide duiven in de fabel van Lafontaine,
en zij schenen zich in hun hok volkomen thuis te gevoelen.
Dit ergerde zekeren heer Hodges, candidaat voor het Parlement
in het district West-Kent, wellicht omdat zijn eigen huiselijk leven
niet zoo gelukkig was.
De beide tijgers hadden voor hun naasten buurman een bewon-
derenswaardigen leeuw, Theseus geheeten, die tusschen licht en
Door Z. M. den Koning is eene som van f 2000
beschikbaar gesteld, ten behoeve der Internationale Tuin-
bouw-Tentoonstelling, die te Amsterdam op den 12 April
plegtig zal worden geopend. Z. K. H. Prins Frederik
heeft geschonken: 2 groote gouden medailles, 2 dubbele
gouden medailles, 2 groote zilveren medailles en 2 zilveren
medailles, terwijl door H. K. H. Prinses Marianne voor
2 dubbele gouden medailles werd ingeschreven.
Op 1 Jan. 1877 telde de Nederlandsche Marine:
6 vlagofficieren, 19 kapts. ter zee, 43 kapt.-Iuits. ter zee,
123 luits. ter zee 1ste kl., 184 luits. ter zee 2de kl., 52
adelborsten 1ste kl. en 102 adelborsten 2de en 3de kl.
Het korps mariniers telt 1 kol., 3 luit.—kol., 6 kapts.
Iste en 6 kapts. 2de kl., 19 1ste luits., 5 2de luits., 1
luit.-kol.-intendant, 2 kapt.-kwartierm., 1 1ste luit. kwart., 1
kapt.-administrateur van kleeding en 6 adelborsten 3de kl.
De geneeskundige dienst telt 1 inspecteur, 6 dirig. off.
van gez., 32 off. van gez. 1ste kl. en 23 off. van gez.
2de kl., 5 off. van gez. gedetach. van de landmagt, 3
apotli. 2de kl. en 38 cand.—artsen en inilit. studenten.
Er zijn 3 inspect. van adm., 18 off. van adm. 1ste kl.,
30 off. van adm. 2de kl., 37 off. van adm. 3de kl. en 32
scheepskl.; 3 off.-mach. 1ste en 5 off-much. 2de kl.; 1
adviseur van scheepsbouw, 4 boofd-ingen., 4 ingen. 1ste
en 2 ingen. 2de kl.
De vloot telt: 21 gepantserde schepen, monitors, enz.,
voor verdediging van kusten en zeegaten, 18 stoomkanon-
neerbooten, 3 torpedovaartuigen, 2 gepantserde ramtoren-
schepen voor algemeene dienst, 19 schroefstoomschepen
voor algemeene dienst, 8 schepen voor bijzondere dienst,
13 instructieschepen en 33 schepen der Indische militaire
Marine.
Zij is bewapend met omstreeks 68 kanonnen van 28 en
23 cM. Armstrong en 425 kanonnen van ligter soort,
zoowel acliterlaad- als voorlaad— en gladde stukken.
De geheele sterkte der Marine bedraagt 5804 koppen,
waaronder het aantal manschappen van de Indische mili
taire Marine, van het auxiliaire eskader en 966 mariniers
begrepen zijn.
Het korps mariniers is aan den wal sterk 37 officieren
en 837 minderen. Er ontbreken 7 officieren en 318 man
schappen.
Staatsblad No. 17 bevat een kon. besluit van den
3 Februarij, houdende vaststelling van nadere bepalingen
tot beteugeling der longziekte onder het rundvee.
Dat besluit bevat o. a. de volgende artt.
douker geregeld placht te brullen, gelijk het een leeuw betaamt die
zijn plicht verstaat. Dan begonnen de twee tijgers over hun geheele
lichaam te bevenen dit eigenaardige avondlied van hun buurman
was het eenige wat hun huiselijk genoegen verstoorde. Och ja, zelfs
voor tijgers bestaat er in deze wereld geen volkomen geluk, men
overdenke liet en trekke er leeriug uil
Mr. Hodges, die, evenals ik, onder de habitués van den tuin
behoorde, deed een ontdekking. Hij bemerkte, dat de beide hokken
van elkaar afgescheiden waren door een klein deurtje, gesloten met
dubbele grendels, zooals in de menageriën meestal liet geval is,
welk deurtje in zijn brein een echt Engelschen inval deed ontstaan.
's Ochtends te negen uur is de Zoölogical Garden geheel ver
laten want de weinige aanzienlijke bezoekers die er zich vertoonen,
komen eerst na twaalven, en voor dienstboden (o heerlijke vrijheid
is de tuin op dat uur gesloten. Een bediende was bezig met het
bezemen der hokken; een werk waarin hij weinig behagen scheen
te scheppen, als te gering voor een Engelschman. Niettemin vol
bracht hij zijn plicht, his duty, volgens de leus van elk toekomstig
gentleman, maar hij hanteerde zijn bezem niet met lust. Mr. Hodges,
die den man nauwkeurig had gadegeslagen, vroeg hem wat men
hem voor dat werk betaalde.
«Vijftig pondantwoordde de oppasser zuchtend.
«Dat is niet te veel!" merkte Mr. Hodges op medelijdenden
toon aan.
«Die monsters zijn er beter aan toe dan ik!" sprak de bediende,
terwijl hij met den bezem naar de twee tijgers wees.
«Welnu," ging Mr. Hodges voort, «ik wil u gelukkiger maken
dan die beide tijgers
«O, Mylord," antwoordde de man, «ik verlang niet te veel; ik
begeer slechts even gelukkig te mogen wezen als zoo'n dier!"
«Dat zult ge worden!.... Hoe laat hebt ge hier gedaan?"
«'s Avonds zes uur."
«Best! Kom dan dezen avond na zessen in Charing-Croas, voor
de galerij, en ik zal u gelukkig maken 1"
De oppasser staarde Mr. Hodges in het blozend, vriendelijk
gelaat, en verzekerde dat hij er op zijn tijd zou wezen.
En te zes uur ging Mr. Hodges met hem naar Mr. Glyton, den
notaris, in Agarstreet, waar hij hem in een behoorlijk opgemaakt
stuk een jaargeld van honderd pond toekende. Toen zij uit Agar
street op het nabijgelegen strand gekomen waren, schonk mr. Hodges
den verbijsterden bediende bovendien een banknoot van vijftig pond
sterling, bij wijze van gratificatie, waarna hij hem beloofde«Morgen
zult gij weer zooveel hebben
«Als ik slechts behoef aan te nemen en niets heb te doen,"
betuigde de oppasser eindelijk, «vind ik mijn nieuwe betrekking
Art. 1. Zoodra een stuk rundvee door longziekte is aan
getast, is de eigenaar, houder of hoeder verpligt al het
rundvee, hetwelk dientengevolge in verdachten toestand is
geraakt, door een geëxamineerden veearts te doen inenten,
indien de burgemeester dit beveelt. De burgemeester wint,
alvorens dit bevel te geven, het advies van den districts
veearts in. Ter voldoening der kosten van door den
burgemeester bevolen inenting, zal voor elk rund de som
van vijftig centen uit 's Rijks schatkist worden uitbetaald.
Indien geen gestikte entstof voorhanden is, ter beoordeeling
van den distrïcts-veearts, verleent cle burgem. uitstel der
inenting, totdat die stof aanwezig is. De districts-veearts
voorziet den veearts, met de inenting belast, zoodra mogelijk
van goede entstof. Voldoet de eigenaar, houder of hoeder
niet aanstonds aan de in dit artikel opgelegde verpligting,
dan geschiedt de inenting door de zorg van den burgem.,
onverminderd de tegen den nalatige in te stellen straf
vervolging.
Art. 2. Indien van longziekte verdacht rundvee in de
weide niet voldoende kan worden afgezonderd, ter beoor-
deeling van den districts-veearts, moet het, onder de op
advies van dezen door den burgem. te bepalen voorzorgen,
naar een stal of ander gebouw worden vervoerd en aldaar
afgezonderd blijven tot na den afloop van den termijn,
vermeld in art. 5 van het kon. besluit van 30 October 1872
(Staatsblad No. 105).
De volgende circulaire is verzonden door bet hoofd
bestuur der «Hollandsche Maatschappij van Landbouw»
aan de afdeelings—besturen
«Een vreeselijke vijand van onzen zoo kostbaren veestapel
heeft zich in het naburig Duitschland en Engeland vertoond.
De zoo gevreesde vectyphus toch deed zich op enkele
plaatsen in die rijken voor. Het hoofdbestuur acht zich
verpligt u op het gevaar te wijzen, dat ons bedreigt, een
gevaar waarvan de groote nadeelen nog zoo versch in veler
geheugen liggen. Vooral voorzigtigheid wordt aanbevolen.
Moge een ieder toch behoedzaam zijn, en geene vreemde
kooplieden op zijne stallen toelaten. Van algemeene be
kendheid is het, dat ook daardoor de besmetting kan worden
overgebragt. Uwe gewenschte medewerking om in uwe
afdeeling tot de meest mogelijke voorzigtigheid aan te
sporen roept het hoofdbestuur bij deze met vertrouwen in.»
Naar het Vad. verneemt, zouden de pogingen onzer
regering, om de emigratie van landbouwers uit Britsch-
Indië naar Suriname te doen hervatten, met een gunstigen
uitslag bekroond zijn, en zou reeds vergunning zijn ver
niet onpleizierig!"
«Gij behoeft er ook waarlijk niet veel voor te doen," hernam
Mr. Hodges, «zoo goed als niets! Morgen ochtend te negen uur
kom ik in den Zoölogical Garden en zoodra gij mij ziet, moet gij
het gemeenschappelijke deurtje tusschen de hokken van den leeuw
en de lijgers eens openzetten; dat is alles!"
De stem van het plichtsbesef deed den bediende een oogenblik
aarzelen; doch de verzoeking was hem te machtig; hij eindigde
met toe te geven.
«Men zal u natuurlijk ontslaan," ging Mr. Hodges voort, «doch
ik heb voor uw toekomst gezorgd. Honderd pond sterling 's jaars
in plaats van vijftig, en bovendien mijn gratificaties! Daarmee
kunt ge een leventje hebben als een koopman uit Higbgate, ge
behoeft geeu tijgers meer op te passen eu kunt den heelen dag
wandelen van Temple-Bar naar Chariug-Cross en weerom!"
Neem nu alle millionairs uit Parijs bij elkaar, met mijnheer
Botkschild aan het hoofd, en nooit zult gij hen kunnen overhalen
zich gezamenlijk het genot te bereiden, dat Mr. Hodges den vol
genden ochtend geheel alleen zou smaken.
Om negen uur deed de bediende, die zijn nieuwen meester
blindelings gehoorzaamde, het communicatie-deurtje open.
Mr. Hodges koos zich een plaats iu het amphiteater en zou die
voor geen duizeud pond hebben willen missen.
Jack en Trine sliepen den slaap der onschuld, droomend van
Bengalen, met zijn drinkplaatsen voor dorstige klanten, toen zij
door het knarsen van grendels werden gewekt. Jack rekte zijn
pooten uit, begon vervaarlijk te geeuwen, hetgeen van eeu licht
gebrom vergezeld ging, en stak in verbazing den kop vooruit, daar
hij iets vreemds in zijn hok bemerkte. Alle dieren van het katten
geslacht zijn van nature nieuwsgierig. Eeu huiskat kent op kaar
duimpje alle voorwerpen in het vertrek; zij herkent die op het
eerste gezicht en zoodra er een nieuw meubelstuk bijkomt, bemerkt
zij dat dadelijk eu gaat zij er behoedzaam op af, om het als een
verdacht voorwerp met eenig wantrouwen te besnuffelen. Tijgers
hebben dezelfde geaardheid als katten, maar op grooter schaalin
de heete luchtstreken ondergaat elk voorwerp, levend of dood, dit
proces van vergrooting.
Het schijnt dat de Keerkringen er genoegen in hebben, het
Noorden de loef af te steken. Daar ginds worden onze katten
tijgersonze schoothondjes leeuwenonze dennen palmboomen
onze adders boa's; onze oesters paarlen; onze hagedissen kroko
dillen; onze nooten kokosnooten; onze paarden olifanten; onze
rivieren zeeën; onze koortsen rotziektenonzen westerkoelten orkanen
onze artisjokken aloë's en onze maan een nachtelijke zon.
{Slot volgt.)