Buitenland.
De heer graaf van Limburg Stirum heeft medegedeeld,
dat hij voornemens was het voorzitterschap neder te leggen
en het hoogstens nog een jaar te blijven waarnemen. Het
Bond telt thans 66 afdeelingen en 8359 leden.
Naar aanleiding van berigten in sommige dagbladen,
dat hier te lande levende colorado-kevers worden verkocht,
vraagt de redactie van de Landb. Crt. of dit niet met
zware straf behoort te worden tegengegaan.
De woning, door Z. M. den Koning het volgende jaar
in de Rue de Clicy te Parijs te betrekken, wordt aan de
eene zijde begrensd door die van Victor Ilugo en aan de
andere zijde door die van Victorien Sardou.
Zr. Ms. instructiebrik Zeehond, onder bevel van den
kapt.-luit. ter zee H. D. Guyot, is in den namiddag van
den 29 dezer van een kruistogt in de Noordzee ter reede
te Hellevoetsluis teruggekeerd.
Aan het departement van Marine is jl. Donderdag
aanbesteed het maken en stellen van twee ijzeren licht
torens voor de kustverlichting te IJmuiden, met den aan
kleve van dien. Van de zes hiervoor ingekomen billetten
was het minste dat van de heeren D. A. Sehretlen Co.,
te Leiden, voor f 71,950.
Beroepen te Delft de heer J. Groenewegen, pred. te
Almkerk.
Jl. Zondag nam ds. A. Metz Jr„ beroepen naar
Etershem, afscheid van zijne gemeente te Hypolitushoef
op Wieriugen, naar aanleiding van Deut. XXX 19 en 20.
De bevestiging van den heer S. te Gempt, beroepen
predikant te Vlieland, heeft jl. Zondag plaats gehad. De
consulent J. Wouters was bevestiger met Coll. IV 17.
's Namiddags deed de bevestigde zijne intrede met
Hand, X 38m.
Men schrijft ons van Texel, dd. 30 dezer:
«Wie een genoegelijke, prettige dag wil hebben, spoede
zich Woensdag a. s. naar hier; de stoomboot Ada van
Holland vaart driemaal daags. Wij hebben dan tentoon
stelling van vee, te houden door de afdeeling Texel der
Hollandsche Maatschappij van Landbouw. Het schoon
gelegen dorp den Burg, in prachtig groen getooid, is beziens
waard. Schoone. exemplaren van vee zullen onze boeren
leveren; het muziekkorps zal het feest opluisteren. Vreem
delingen zullen met ons in de feestvreugde deelenwij
hopen, dat zij zullen terugkeeren met het bewustzijn, een
genoegelijken dag te hebben gehad.»
Als een bewijs in welk een grooten overvloed het
zeegras op enkele plaatsen wast, kan dienen, dat tusschen
Araeland en Terschelling gedurende de laatste vijf weken
van 10 tot 16 schuiten bezig zijn met wiermaaijen. Elke
schuit brengt wekelijks van 50 tot 100 pakken. De opbrengst
is dit jaar echter niet voordeeliger dan in voorgaande
jaren. Een gevolg van dat wiermaaijen is echter, dat de
wilde eenden wegblijven.
Men schrijft ons van Callantsoog, dd. 31 Aug. jl.:
«Den 7 Sept. a. s. zal het drie jaar geleden zijn, dat
eene geheele buurt alhier door de vlammen werd verwoest
en ziet, gisteren scheen hetzelfde ongeluk de «oude» buurt
ten deel te zullen vallen. In een huisje, aan het einde
van die buurt staande, ontstond een schoorsteenbrand, die
zich vrij ernstig liet aanzien, en geen wonder dan ook, dat
vele bewoners van die buurt, gedachtig aan hetgeen vroeger
gebeurd was, al druk aan het werk waren om hun huisraad
te bergen. Te erger was het, daar een groot deel der man
nelijke bevolking, wegens de^Schagermarkt, afwezig was.
Gelukkig evenwel werd de brand, door de vastberaden
heid van een paar personen, nog al spoedig gebluscht en
keerde zoodoende de rust spoedig weder.»
Jl. Woensdag had te Hoorn eene groote harddraverij
plaats, waarbij een prijs van f 400 en twee premiën van
f 150 en f 50 uitgeloofd waren. Er namen 16 paarden
aan den wedstrijd deel, van welke het paard la Vitesse,
toebehoorende aan den heer J. Smit te Dubbeldam, bereden
door J. de Boer, den prijs, het paard Wilhelmina, van den
heer J. S. Ybema te Sneek, bereden door S. Hettinga, de
eerste premie, en het paard Sophia, van den heer Qunrles
van Uft'ord te Rotterdam, bereden door J. de Boer, de
tweede premie behaalde.
Wij zagen heden een petroleum-kookmachine, uit
gevonden door de heeren S. en M. Ponger op Texel en
te Amsterdam verkrijgbaar gesteld bij den heer L. Dake op de
Noordermarkt. Dit werktuig, dat tevens genoeg warmte
geeft om als kagchel dienst te doen, en dat door de brand
weer-autoriteiten is onderzocht en deugdelijk bevonden,
vermindert aanzienlijk, ja misschien geheel het brandgevaar
van dergelijke machines, hoofdzakelijk doordien de vlammen,
door middel van cylinders, zijn geïsoleerd, zonder dat de
warmte-ontwikkeling daaronder lijdt. Belangstellenden raden
wij aan, met deze Nederlandschc vinding kennis te maken.
Elke verbetering aan petroleumlampen en kookmachines is
een weldaad voor de burgerij. Alléén hier ter stede ontstond
in 1876 zes en zeventig maal brand door het omvallen van
dergelijk huisraad. (Handelsblad.)
Jl. Woensdag is te Haarlem een paard, dat voor een wagen
was gespannen, door de fluit van een stoomboot op hol geraakt.
Het dier werd in zijn vaart gestuit, toen het op min zachte
wijze teregt kwam in een groote ruit van den banket
bakkerswinkel van Adelbert, in de Korte Veerstraat. Het
paard bekwam aan den kop en de borst vrij ernstige
wonden. Een aantal flesschen met confituren en andere
lekkernijen zijn gebroken, zoodat de schade nog al belang
rijk is.
De Utrechtsche burgerij heeft gisteren het genoegen
gehad 3100 man inkwartierende troepen te gast te hebben.
Het breken van den cylinder van het stoomschip Stad
Middelburg veroorzaakte, naar men berigt, eene schade van
f 50,000. De herstelling zou drie maanden tijds vorderen.
De heer G. J. van den Bosch, te Wilhelminadorp,
wijst in de Landb. Crt. op de verkeerdheid om de miliciens
van de ligtingen van vroegere jaren, juist altijd gedurende
Augustus onder de wapenen te roepen, d. i. als de in
zameling van dep oogst op haar drukst is. Elders worden
de groote veldmanoeuvres vóór of na den oogsttijd gehouden,
en tijdens de inzameling van de veldvruchten worden bv.
in Frankrijk en Duitschland dikwijls zelfs soldaten der
beschikking van den landbouw gesteld. Waarom, vraagt
de heer v. d. B., kan men in Nederland niet ook zoo doen?
De veehandelaar Pool, van Rotterdam, is jl. Woensdag
morgen nabij de nieuwe veestalling te Zwolle plotseling
gestorven.
Figaro berigt in zijn Couvrier des Théatres, dat
mejufvrouw Marie Sablairolles, onze voormalige landgenoot
en die na hare studiën als pensionnaire van Z. M. den
Koning volbragt te hebben, met succes te Parijs optrad
en thans aan het Théatre Lyrique is geëngageerd, den
30 dezer getrouwd is met een jong tooneelspeler, Victor
Caisso, aan diezelfde schouwburg verbonden. Het huwelijk
is in de Evangelische kerk ingezegend.
Ofschoon de oorlog in het Oosten de groote bladen
dit jaar veel stof geeft en de zomervacantie van de wet
gevende ligchamen dus minder gevoeld wordt dan gewoonlijk,
zoo blijft het voor velen toch moeijelijk om hun kolommen
te vullen zonder melding te maken van allerlei onheil en
rampen, of van ongehoord groote meloenen of komkommers
(vandaar waarschijnlijk den naam komkommertijdwaarvoor
onder andere omstandigheden geen plaats zou zijn. Om
daarin eenige afwisseling te brengen vertelt de Neue freie
Presse de volgende kersversche anecdote:
Te Carlsbad maakt men zich zeer vrolijk over een
restaurateur, die zich een vreemdenboek heeft aangeschaft,
voornamelijk met het doel handteekeningen van beroemde
personen te verkrijgen, welke hij dan ook steeds .verzoekt
zijn boek te teekenen. Dit was ook het geval met Roth-
schild, die er zich echter afmaakte met er «72. de Paris
in te schrijven. Dezer dagen kwam ook de heer Oppenheim
uit Keulen te Carlsbad en onze restaurateur was spoedig
met zijn boek bij hem met verzoek om het te teekenen.
Terwijl hij het doorbladerde zag hij dat 72. de Paris staan.
«Wie is dat?» vroeg hij. «Dat is mijnheer de baron
von Rothschild.» «Nu, wat Rothschild kan, kan ik ook,»
hernam de heer Oppenheim en teekendeO de. Cologne
Brigham Young (het opperhoofd der Mormonen), is
jl. Woensdag namiddag te Salt Lake City, in Utali, over
leden. Hij was door een onderbuiksontsteking aangetast
en is zes dagen ziek geweest.
Benoeming-en, enz.
Benoemdtot president der arrondissements-regtbank te Leeu
worden. de heer jhr. rar. C. J. Speelman, thans vice-pres. van die
regtbank; tot vice-pres. van die regtbaak, de heer mr. J. G. de
Witt Hamer, gewezen pres. der voormalige arr.-regtb. te Deventer.
De luit. ter zee 2de kl. J. Lagaay wordt rnet 1 Oct. a. s.
geplaatst in de rol van het wachtschip alhier en gedetacheerd bij
de torpedodienst.
De adelborsten 1ste kl. J. A. Borel en jhr. J. P. Ooerlzen de
Koek, dienende aan boord van de instructiebrik Zeehond, worden
met den 5 dezer op non-activiteit gesteld.
Bij liet lste reg. vesting-artillerie is benoemd tot Isten luit.,
de 2de luit. W. A. P. F. L. Rovers, van het corps.
Met ingang van 1 Oct. a. s. worden aan de Kon. Militaire
Akademie als kadet in het 2de studiejaar geplaatstvoor de infanterie
bier te lande A. Buijlendijk, V. H. Klijnsma, P. P. C. Collette,
F. N. L. Lotsy; voor de kavallerie bier te lande H. J. van Hoorn
voor de artillerie hier te lande: jhr. F. W. A. baron van Asbeck,
A. .T. de Booy, M. A. Elout, O. J. Pické, G. R. D. van Doesburgb,
A. van der Hoeven, IJ. van der Meulen, L. Nijhoff, J. H. A.
Mijsberg, W. F. van Hoogstraten; voor de genie hier te lande: F.
R. van lloijen, P. A. A. Faure, H. J. E. Wenckebach voor de
artillerie in Oost-Indië: G. O. P. Poelman, H. C. Hoedt, G. H.
van ZadelhofF, G. E. HoiTmann, P. J. G. C. Kern; voor de genie
in Oost-Indië: A. Schadée, G. M. P. Scheuer, A. A. U. Tricbart
en C. Lankhout.
Oost-Indië. Tijdelijk gedetacheerdbij het marine-etabliss.
op Onrust de luit. ter zee lste kl. bij de Kon. Ned. Marine R.
T. du Cloux, ten einde de betrekking van ekwipagemeester bij
dat etablissement te vervullen.
Berigten uit Atsjin.
Blijkens een telegram van den gouverneur—generaal van
Nederlandsch Indic van 30 Aug. jl., is in Samalangan
een kampong, waarin vier sterke bentings met voorwerken,
genomen. De vijand leed groote verliezen. Na een hevig
gevecht werd nog eene benting genomen, waarin de vijand
30 dooden achterliet. Aan onze zijde sneuvelden de lste
luitenant der infanterie F. W. Brüker, de lste luitenant
der artillerie J. L. Granpré Molière en 10 mindere
militairen.
Den 27sten dezer zijn onderhandelingen geopend, doch
inmiddels zijn onze troepen doorgenikt en wordt door hen
eene versterking gebouwd.
Fraakrijk.
Bij de voor eenige dagen te Deauville plaats geluid
hebbende wedrennen moesten ten slotte de paarden Marcadieu,
van graaf Stanislas de Clermont-Tonnere, en Mestizo. van
den heer De Borda, om den prijs rijden. De Mestizo was
overwinnaar en de heer De Borda ontving mitsdien den
prijs. Doch uit een onderzoek, door de commissarissen van
de jockey-club ingesteld, is gebleken, dat Stanislas de
Clermont-Tonnerre zijn paard niet heeft willen laten winnen
(er worden groote weddenschappen bij de harddraverijen
aangegaan), zoodat de Mestizo in de Marcadieu geen mede
dingend paard had. Het bestuur van de jockey-club heeft
nu, overeenkomstig de statuten der vereeniging, uitgemaakt
dat de graaf nooit weer aan de wedrennen te Deauville
mag deelnemen. Aan den pikeur, die de Marcadieu heeft
bereden en zich geleend heeft tot dit bedriegelijk spel, is
voor twee jaren de toegang tot de renbaan ontzegd. De
heer De Borda heeft dadelijk, nadat hij van de zaak on-
derrigt was, afstand gedaan van den hem toegekenden prijs.
Door het breken eener as is te Dieppe een diligence
omgevallen. Yan de 12 personen, die op de imperiale zaten,
zijn er drie gedood, en vier zwaar gekwetst.
Engeland.
Blijkens medcdeeling in the London Gazetta is na
17 Junij den Privy Council geen herigt van een geval
van veepest in Groot-Brittannië ingekomen. De wekelijksche
opgave in het officieel blad zal nu gestaakt worden.
The Lancet, een geneeskundige courant in Engeland,
schrijft dat, ofschoon er reeds veel gedaan is om de
zuiverheid onzer levensmiddelen te verzekeren, er zonder
twijfel nog tal van bronnen bestaan, die verdacht zijn.
Zoo voert genoemd blad aan, dat er niet naauwkeurig
genoeg kan gelet worden op de kwaliteit van ijs, die bij
warm weder gebruikt wordt. Een besmettelijke buikziekte
is ontstaan door de verontreiniging van drinkwater door
onzuiver ijs, en wel onder de logés van een liötel. De
ziekte kenmerkte zich door duizeling, onpasselijkheid,
diarrhee, gevolgd door koorts, gebrek aan eetlust en andere
ziekteverschijnselen. Bij een scheikundige analyse van het
ijswater bleek dit in hooge mate onzuiver te zijn, en bij
een onderzoek van den vijver, waaruit het ijs afkomstig
was, bleek dat het water van dezen in groote mate drassig
was. Het blad zegt verder, dat de meening valsch is,
alsof door de ijsvorming al de schadelijke bestanddeelen
uit het water worden getrokken.
Zwitserland.
De politie te Zurich heeft de hand gelegd op een dief,
die ten onzent maar al te goed bekend is. Johanni Egli
von Dürnben, üe zoon van een kleermaker, trok in 1853
naar Parijs, waar hij zich als gentleman-zwendelaar neder
zette. Hij sprak goed Duitsch, Franseh en Engelsch, had
aangename manieren, kende de wereld en verkreeg ge
makkelijk toegang tot de huizen van nietsdoende, rijke
jongelui. Hij had echter het ongeluk in handen der politie
te vallen en tot vijf jaren tuchthuisstraf te worden ver
oordeeld. Maar na een jaar te hebben gezeten ontsnapte
hij en kwam naar Zurich, waar hij in compagnieschap met
zijn moeder een kleêrenwinkcl begon. Een jaar later werd
hij azijn fabrikant te Wiesbaden, maar daar verloor hij aan
de speeltafel al wat hij bezat. Wij vinden hem weder te
Leipzig, als student ingeschreven aan de Universiteit, onder
den naam van baron von Dürnten. Hij maakte veel schulden,
betaalde met valsche wissels en vlood naar Zwitserland,
waar hij in 1839 huwde en in Genève een schoenenwinkel
opzette. Hij leefde als een man van groot fortuin, en was
een paar maanden later bankroet. Te Freiburg en Bern
maakte hij eenige slagtoffers door zwendelarijen en in 1863
opereerde hij in Engeland. In de lente van 1863 ontving
de Bondsraad te Bern de onaangename tijding dat een
officier van den generalen staf der Zwitsersche confederatie,
Hans von Burg, te Rome, wegens diefstal was gearresteerd.
Maar alras werd ontdekt, dat niemand anders dan Egli de
zich noemende luitenant was. De politie zocht reeds lang
naar Egli, daar hij bij zijn verblijf te Bern aan haar banden
was ontkomen en toen hij te Rome in hechtenis was ge
nomen, bleek het dat hij na zijn vlugt uit Bern in Baden-
Baden, onder den naam van Braunegg, de menschen had
opgeligt, in Heidelberg als van Baberg en in Freiburg.
Overal veinsde hij geen Duitsch te verstaan, maar sprak
alleen Franseh. In Frankfort bestal hij als Russisch koopman
onderscheidene Russische edellieden, en in Berlijn was hij
compagnon van valsche spelers.
Vier jaren bleef hij na zijn arrestatie te Boun inZwitserland
gevangen. Na een verblijf in Tunis, waarvan niets anders
vermeld is, werd hij in 1871 te Amsterdam als baron van
Liebenstein in hechtenis genomen, daar hij een manufacturier
had opgeligt. Tevens werd toen bekend, dat hij, uit Tunis
teruggekeerd, Londen, Pesth en Weenen had bezocht en
overal een huwelijk had aangegaan. Hij werd hier ver
oordeeld, als wij ons niet bedriegen, tot twee jaren celstraf
en is nu in hechtenis wegens het stelselmatig openbreken
en berooven van koffers, valiezen enz. op de spoorweglijnen,
die naar de Zwitsersche badplaatsen St. Moritz, Savon enz.
leiden. Hij reisde in het karakter van een onderwijzer in
de eerste klasse, en gaf bij zijne arrestatie te kennen, dat
zijn noodlot hem tot dief' had gemaakt, terwijl hij eerste
klasse reisde, omdat hij niet den moed had passagiers der
tweede en derde klasse te bestelen. Egli is nu 46 jaren
oud; zijn laatste heldenfeit dat hem verried, was het mee
nemen van een valies met 6000 francs uit een waggon,
dat hij regtstreeks meenam naar zijn hotel, waar de politie
kort voor den diefstal huiszoeking deed.
Berigten betreffende den Rnssisch-Turksclien oorlog.
Een veldslag bij maanlicht.l)oor den oorlogs-correspondent
van den Turksch-gezinden Daily Telegraph worden de volgende
bijzonderheden medegedeeld omtrent den bloedigen strijd, jl. Zatur-
dag bij den Schipka-pas gevoerd. In den avond van den genoem
den dag rukten de Russen met groote magt tegen den linkervleugel
der Turken op. Het gevecht begon met een heftig en goed onder
houden iklein-geweervuur, waartegen de Turken niet bestand waren,
zoodat zij langzaam terugtrokken. De Ruseen vervolgden hen, on
dersteund door hun artillerie, totdat zij de hoogte.van hun berg
passen bereikten, waar een batterij stond opgerigt. Hier begon een
woedend gevecht en de Turken gingen weder langzaam terug, daar
de Russen steeds versterking kregen. Een 9 ure 's avonds drongen
de Russen in drie kolonnes aanvallend vooruit. De Turken weerden
zich goed en maakten een uitstekend gebruik van elke bedekking
hunner operatiën, doch zij konden het niet volhouden en waven
verpligt altijd meer bergopwaarts te retireren, totdat zij alleen nog
maar den bergtop in hun magt hadden. De maan scheen zoo helder,
dat het landschap schier even klaar als bij dag was verlicht.
Tegen elf ure deden de Russen een hevigen aanval, onder luid
geroep en .geschreeuw. Zij bestormden de aardewerken, welke de
batterij dekten, en hadden bijna den bergtop verraeesterd. Doch
op dit oogenblik vuurden de Turksche officieren hunue troepen tot
een verwoeden weerstand aan. Onder den kreet van //Allah"
kwamen de Turken van achter hun verschansingen te voorschijn
en vielen met de bajonetten op den vijand aan. Zij dreven de
Russen naar den voet van den berg terug en joegen hen door het
kreupelhout, dat de bergzijde dekt.
Dat tooneel was ontzettend; het geroep en geschrei der soldaten
doortrilde de lucht. Het gevecht was inderdaad verschrikkelijk.
De Russen deinsden al spoedig terug, doch daar zij weldra ver
sterking kregen, hervatten zij legen één uur in den morgen den